1. Verantwoording keuze De reden waarom ik het onderwerp ‘bijna-doodervaringen’ of BDE’s heb gekozen is omdat ik over dat onderwerp al enkele artikels had gelezen en onlangs een reportage gezien had op tv hierover. Ik vond het interessant om te zien hoeveel verschillende meningen en theorieën er bestaan over BDE’s. Het zal dan ook opvallen in dit werk dat er zeker geen definitieve en door iedereen als correct beschouwde oplossing is. De meningen lopen zeer ver uiteen, van mensen die er absoluut van overtuigd dat je tijdens een BDE een glimp kan opvangen van wat er na de dood zal zijn, tot mensen die zeggen dat alles wetenschappelijk te verklaren is, en dat ze dus ook helemaal geen belang hechten aan de beweringen van mensen die een BDE hebben beleefd. Maar om terug te komen op mijn keuze van het onderwerp, ik denk ook dat BDE’s heel belangrijk kunnen zijn voor mensen, want uit meerdere getuigenissen blijkt dat de mensen na hun ervaring zich een heel andere manier van leven gaan aanmeten, dat ze veel minder belang gaan hechten aan het materiële, maar meer gaan nadenken over de zin van het leven, en het leven zelfs zien als een onderdeel van een groter geheel. Hierdoor worden sommigen ook veel positiever ingesteld, want als je het leven niet ziet als een begrensd iets, maar wel als een onderdeel van een groter geheel, ga je jezelf niet meer zozeer concentreren op carrière maken, op iets bereiken in het leven, maar wel op het genieten, het denken dat ‘als het gedaan is en niet alles wat ik wou bereiken is bereikt, kan ik het nog goed maken in wat er later komt’. Ik vind zaken die niet makkelijk te verklaren zijn, en voor de meeste mensen hun zin voor realiteit te boven gaat, ook leuk om te bestuderen. Want uiteindelijk, alle wetenschappelijke studies en beweringen van verschillende zeer intelligente en geschoolde wetenschappers ten spijt, wie kan bewijzen dat er niet nog een andere dimensie bestaat, iets wat wij niet kunnen snappen of begrijpen, maar misschien toch aanwezig is? 2. Geschiedenis Bijna-doodervaringen De Amerikaanse arts/filosoof Raymond Moody geldt als de \'ontdekker\' van het verschijnsel \'Bijna-doodervaring\'. In 1975 publiceerde hij een boek waarin hij beschrijft dat patiënten die klinisch dood zijn geweest soms vertellen dat zij buiten zichzelf konden treden en hun leven aan zich voorbij zagen trekken. Ook is er vaak sprake van een tunnel met een prachtig licht aan het eind waar zij naar toe getrokken werden. Tot de artsen hen weer in het leven terugriepen. De geschriften van Moody werden meestal afgedaan als interessant, maar zweverig en onwetenschappelijk. Ondertussen zijn we al vele onderzoeken verder, en is het begrip ‘Bijna-doodervaringen’ zeker geen taboe meer. Zowat iedereen is het er ondertussen over eens dat BDE’s bestaan. Enkel over de manier waarop ze ontstaan en of het al dan niet echt een glimp is van het leven na de dood, bestaat er nog discussie. 3. Beschrijvingen Bijna-doodervaringen ´Toen het bloeden maar niet ophield, wist Bill dat hij zou sterven. \"Ik ging heen, maar ik was helemaal gerust. Er was een goudachtig licht, feller dan de zon, maar het deed mijn ogen geen pijn. Ik wilde niets liever dan in dat licht binnengaan, maar iets of iemand - het leek mijn vader te zijn, die gestorven is toen ik nog een kind was - zei tegen me: \'Het is nog niet je tijd. Je moet terug om af te maken wat je in leven moet doen\'. Op het volgende ogenblik werd ik terug in mijn lichaam geworpen. Dat voelde aan als een natte sok en de pijn was verschrikkelijk.\"` Dit is een voorbeeld van een beschrijving van een BDE, er zijn uiteraard honderden verschillende BDE’s opgeschreven, maar elke keer weer een beetje anders. Zo zal bijvoorbeeld een christelijke persoon eerder de heilige maagd Maria zien, terwijl iemand met een ander geloof iets anders zal waarnemen, wat meer bij zijn geloof aansluit. Maar ook mensen die niet geloven, hebben BDE’s… Dus alle BDE’s zijn verschillend, maar binnen een groep van ervaringen komt toch een patroon naar voren. Het patroon (en alle ervaringen) houdt meestal een of meerdere van volgende elementen in: • De ervaring dat het \'zelf\' het lichaam verlaten heeft en erboven zweeft. De persoon kan later vertellen wie zich waar bevond en wat er gebeurde, vaak in detail. • Bewegen door een donkere ruimte of door een tunnel. • Het ervaren van intense en krachtige emoties, die gaan van gelukzaligheid tot verschrikking. • Ontmoeten van een licht. Dat wordt meestal beschreven als van goud of wit en als magnetisch en liefdevol; soms wordt het ervaren als de vuren van de hel. • Ontvangen van een variant van de boodschap \"het is nog geen tijd voor jou.\" • Ontmoeting met anderen; dat kunnen overleden dierbaren zijn, die herkend worden of niet; heilige wezens, onbekende wezens en / of \'wezens van licht\'; soms symbolen van de eigen of van andere religieuze tradities. • De film van het leven; het zien en herbeleven van belangrijke en banale momenten van het eigen leven, soms vanuit het perspectief van de andere mensen die daarbij betrokken waren, met een conclusie over de kwaliteit van dat leven en van de veranderingen die nodig zijn. • Een gevoel van alles begrijpen; van te weten hoe dit universum in elkaar zit. • Het benaderen van een grens - een afgrond, hek, water, een of andere barrière die niet genomen mag worden als je naar het leven wil terugkeren. • In sommige gevallen, het binnengaan van een stad of een bibliotheek. • Zelden, het ontvangen van tot dan toe onbekende gegevens over het eigen leven, bijvoorbeeld adoptie of ouderschap, overleden broers of zussen. • De beslissing om terug te keren kan vrijwillig genomen worden of gedwongen. Wanneer het vrijwillig is, heeft het vaak te maken met onafgewerkte verantwoordelijkheden. • Het terugkeren in het lichaam. De meeste BDE\'s zijn aangenaam, maar andere zijn erg beangstigend. Dit patroon wordt niet beïnvloed door de cultuur of het geloof, het ras, de gevolgde opleiding of wat dan ook. Hoewel de manier waarop de BDE beschreven wordt verschilt naargelang de achtergrond en de woordenschat van de persoon. 3.1. Wetenschappelijke verklaring Er zijn vele verklaringen voor dit fenomeen. Zo is er de psychologische verklaring, die zegt dat een BDE een herinnering is aan de geboorte. Vandaar het beeld van de tunnel, dat steeds terug komt. Toch blijkt dat mensen die met een keizersnede zijn geboren ook de tunnelervaring hebben. Er is de farmacologische verklaring: anesthesie zou hallucinaties opwekken. Maar hoe verklaar je dan BDE\'s bij mensen die niet verdoofd werden? En dan zijn er ook vele neurofysiologische verklaringen die bijvoorbeeld wijzen op een tijdelijk zuurstoftekort in de hersenen, maar ook hier blijft de sluitende verklaring uit. De meeste ervaringen kunnen zelfs kunstmatig worden opgewekt, met medicatie, of door elektromagnetische golven door bepaalde delen van de hersenen te sturen. De tunnelervaring, bijvoorbeeld, valt perfect te verklaren door de structuur van ons netvlies. Het centrum daarvan wordt namelijk door een andere bron van bloed voorzien dan de randen, en als een van beide bronnen wordt verstoord door een zuurstoftekort, zien we een zwart gat met een lichtpunt in het midden: de tunnel… Dat fenomeen kan ook kunstmatig worden opgewekt met bepaalde medicatie of drugs, zoals cannabis. Sommige wetenschappers gaan zelfs zo ver dat ze beweren dat de mensen die zeggen dat ze tijdens een operatie uit hun lichaam zijn getreden, en daardoor alles precies konden vertellen wat er zich in de operatiekamer had afgespeeld, dit gewoon gezien hadden op tv, in ziekenhuisseries als ‘ER’. Het feit dat ze na hun operatie ook perfect kunnen navertellen wat er allemaal gezegd is tijdens de operatie, valt volgens hen te verklaren door het feit dat die mensen misschien een scherp gehoor hebben, dat niet volledig wordt uitgeschakeld tijdens een narcose. Anderen zeggen dat het gewoon een beleving is die het fysieke lichaam en het materiële tijd-ruimtekader overstijgt, en dat er net daarom geen sluitende verklaring te vinden is. Al deze beweringen geven nieuw voedsel aan de discussie over het menselijke bewustzijn. De wetenschap gaat er op dit moment van uit dat dit bewustzijn zich in de hersenen bevindt. Maar die theorie is nog nooit bewezen en je kunt uit de resultaten van verschillende onderzoeken ook wel afleiden dat zij niet waar kan zijn. Bij mensen die klinisch dood zijn wordt geen enkele hersenactiviteit gemeten. Je ziet alleen maar een rechte lijn op het beeldscherm en niet één golf of piek. Dat valt niet te rijmen met de bijna dood-ervaringen die juist getuigen van een extreem ruim bewustzijn. Maar er is wel geen enkele onderzoeker die kan aangeven waar we dat bewustzijn dan wel moeten zoeken. Om dit deeltje over ‘de wetenschappelijke verklaring’ te besluiten, ga ik een deel citeren uit een interview in humo met Anja Opdebeeck (doctor in de criminologische wetenschappen geworden door een proefschrift over het fenomeen): ‘Ik zal de laatste zijn om te ontkennen dat een BDE voor een deel psychologisch of neurofysiologisch of farmacologische kan worden verklaard. Dat zijn allemaal facetten. Maar zet die allemaal naast elkaar, en je zal tot de vaststellingen komen dat er nog altijd een facet ontbreekt.’ 4. Verband tussen Bijna-doodervaringen en religie
Voor vele mensen suggereert een BDE het bestaan van een Opperwezen. Als men hoort dat het niet gaat om hallucinaties veroorzaakt door verdriet of medicijnen, zijn ze zeker van hun zaak: ‘God bestaat!’. Je ziet dat diepe godsgelovigen die een BDE hebben gehad die ervaring zien als een bevestiging van iets dat ze altijd geloofd hebben. Een ongelovige die ervan overtuigd is dat het leven stopt bij de dood, heeft veel meer moeite om de ervaring een plaats te geven in zijn leven. Maar wat de mensen die een BDE hebben beleefd denken van het ‘leven na de dood’ hangt voor een deel af van wat ze precies hebben beleefd tijdens de BDE. Als ze bijvoorbeeld een landschap met witte huizen hebben gezien, denken ze al snel aan een alternatieve, min of meer tastbare wereld. Anderen, de meeste, denken eerder aan een pure ‘bewustzijnstoestand’. Een vrij algemeen beeld is, dat je na de dood ‘energie’ bent: het lichaam, je fysieke omhulsel, vergaat en wat er dan nog overblijft, is de essentie. Ze zijn dus niet alleen minder bang voor de dood, ze geloven dus ook in het bestaan van een Opperwezen. Sommigen spreken van God, of van een figuur van licht en liefde, of gewoon van een oerprincipe. Maar allemaal, gelovigen en niet-gelovigen, hebben ze het op een of andere manier over een ultieme realiteit, en allemaal hebben ze het vaste gevoel dat er een hoger principe is, een leidinggevende intelligentie. 5. Het leven na een Bijna-doodervaring
Het eerste punt dat ik hierbij wil vermelden is dat mensen die een BDE hebben beleefd, of dat nu heel recent of twintig jaar geleden was, stuk voor stuk zeggen dat de herinnering zo helder is alsof het gisteren is gebeurd. Sommige mensen zijn er na een BDE van overtuigd dat ze helderziend of heldervoelend zijn. Ze worden heel gevoelig voor de sfeer die op bepaalde plaatsen hangt en voor de uitstraling van andere mensen. Ze hebben het bijvoorbeeld moeilijk om zich in een grote massa te begeven, ze zijn doodmoe als ze naar de markt of een grootwarenhuis zijn geweest. Mensen die vroeger graag op mondaine feestjes kwamen, zeggen nu: ‘Als ik daar kom, voel ik de energie van al die mensen naar mij toestromen, ik raak daar verschrikkelijk verward van, ik kan niet meer bepalen waar ikzelf ophoud en waar de anderen beginnen’. Ze zeggen ook dat ze nu beter aanvoelen wanneer ze een oude kennis nog eens tegen het lijf zullen lopen, wanneer hun broer zal bellen, of er iets mis is met de kinderen… Maar of dit nu paranormaal is of niet? Je zou gewoon kunnen zeggen dat ze hun voelsprieten beter uitsteken, dat ze intuïtiever leven. Maar een belangrijker, en algemener gevolg, is dat de angst voor de dood verdwijnt. De grote zinvragen worden belangrijker. Het leven wordt gezien als een passage in een groter geheel. Het materiële wordt minder belangrijk. Je wordt zelfbewuster en krijgt een beter inzicht in conflicten en op de invloed van je woorden op anderen. Je wordt dus een bewuster mens, tijdens een BDE ervaar je jezelf zonder filter. Of dat ook betekent dat je een gelukkiger mens wordt, is niet zeker. Het kan bijvoorbeeld zijn dat jouw relatie na een BDE op de klippen loopt, want als je met je partner afspraken hebt gemaakt rond het opbouwen van carrières, het bouwen van een huis,… kan het heel hard aankomen dat je echtgenot(e) opeens geen belang meer hecht aan het materiële, en op zoek gaat naar de volgens hem/haar ‘echte’ waarden van het leven. Maar de meer kritische onderzoeker stelt zich de vraag of het leven van al die mensen veranderd is door hun BDE, of door het feit dat ze bijna dood zijn geweest. Ze beweren dat, als je oog in oog hebt gestaan met de dood, je sowieso andere prioriteiten krijgt en alles veel meer gaat relativeren. Wat verschillende onderzoeken in elk geval duidelijk hebben gemaakt is de enorme impact van de ervaring op het verdere leven van de betrokkene. De werkelijkheidswaarde van een BDE is zo groot dat de betrokkene nadien zijn idee over de realiteit aanpast aan zijn beleving. Daarom is een begripvolle houding van de omgeving belangrijk. 6. Besluit
Door dit werk over de BDE’s heb ik enorm veel bijgeleerd over dit onderwerp, ik weet nu dat het echt niet te onderschatten valt wat deze mensen beleven na hun BDE. Hun hele leven krijgt een andere wending, ze verleggen hun prioriteiten en ontwikkelen een andere visie op het leven. Maar ik heb ook gemerkt dat er een zware strijd wordt uitgevochten tussen mensen die geloven in BDE’s, en mensen die er weinig of geen interesse in hebben, en blijkbaar blind zijn voor de gevolgen die een BDE heeft op de mensen. Maar ik kan toch vaststellen dat de houding van de meeste mensen die eerder kritisch stonden tegenover BDE’s, of het bestaan ervan gewoon ontkenden, nu is veranderd. Het feit dat BDE’s bestaan wordt ondertussen al niet meer betwist, enkel over de manier waarop ze ontstaan, en de boodschap die ze eventueel zouden meedragen is nog discussie. Maar volgens mij, na het verwerken van alle informatie over BDE’s, bestaat er toch zoiets als ‘een andere dimensie’. Of om het met de woorden van Anja O. te zeggen, ‘een ontbrekend facet’. De reden waarom het niet volledig te verklaren valt, is omdat het een beleving is die het fysieke lichaam en het materiële tijd-ruimtekader overstijgt. Maar wat het precies is? Daar heb ik, en iedereen die het fenomeen heeft onderzocht, het raden naar…
7. Bibliografie
7.1. Websites
http://huiswerk.scholieren.com/werkstukken/view.php3?id=5329
http://scholieren.nrc.nl/weekkrant/2001/51/7.shtml
http://users.skynet.be/rkgo/projecten/bde_1.htm
7.2. Tijdschriften
Humo Nr. 3222/24 (4 juni 2002) ‘Licht aan het einde van de tunnel: wetenschappers buigen zich over de bijnadoodervaring’
Humo Nr. 3160/14 (27 maart 2001) ‘De avonturen van Koen Van Pottelbergh in het hiernamaals’
Humo Nr. 3155/09 (20 februari 2001) ‘Bijnadoodervaringen: visioenen van het stervende brein’
Humo Nr. 2672 (21 november 1991) ‘Bijna-doodervaringen van kinderen.’
7.3. Boeken
Bijna dood, leven met bijna-doodervaringen; Anja Opdebeeck; Lannoo 301 blz.
REACTIES
1 seconde geleden