Algemeen
Wales (in het Welsh: Cymru) ligt in het meest westelijke deel van het eiland Groot-Brittannië. Wales is een deel van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië (Wales, Engeland en Schotland) en Noord-Ierland.
De totale oppervlakte van Wales is 20.807 km² en is daarmee ongeveer half zo groot als Nederland en twee derde van België. Als je van Noord Wales naar zuid Wales gaat is dat ongeveer 200 kilometer en als je van oost Wales naar west Wales gaat is dat tussen de 180 en de 60 kolometer in. De kust is ongeveer 1232 kilometer lang waarvan twee derde beschermd natuurgebied is.
Aan 3 kanten van Wales zijn wateren, in het noorden de Ierse zee, in het zuiden het Bristol Channel en in het westen de St.-George’s Channel en de Cardigan Bay. Wales heeft ook het kunstmatig (door mensen gemaakt) schiereiland Anglesey, dat met de Menai-brug verbonden staat met het vaste land.
De inwoners van Wales worden Welsen genoemd.
Het landschap
Noord-Wales
Het grootste gedeelte van Noord-Wales bestaat grotendeels uit het ruige berglandschap van Snowdonia, dat sinds 1951 een nationaal park is (214.159 hectaren groot). In dit park ligt de hoogste top van Wales en Engeland, de Mount Snowdon (in het Welsh: Yr Wyddfa Fawr) en is 1085 meter hoog. (Meer informatie over de berg Snowdon vind u in het hoofdstuk ‘De berg Snowdon’).
De bergen om deze berg heen worden vaak niet veel hoger dan 900 meter, onder andere de Cader Idris (892 meter hoog).
Vanaf Ogwen, in het Noorden van Wales, kunnen veel toppen beklommen worden: de Tryfan (917 meter), de Glyder Fach (995 meter), de Glyder Fawr (999 meter) en enkele toppen van de Carneddau Range, zoals de Carnedd Dafydd (1044 meter) en de Carnedd Llewelyn (1062 meter).
Vanaf de berg Snowdon lopen verschillende grote dalen richting zee. Verschillende rivieren hebben in de ijstijd brede valleien of delta’s gemaakt, zoals de Dwynyd, de Glaslyn, de Conwy, de Mawddach, de Dysynni en de Dovey. In de dalen van de bergen rondom Nant Gwynant, Llanberis en Tal-y-llyn liggen een paar bergmeren. Snowdonia heeft verder een zeer afwisselend landschap met smalle dalen en valleien.
Het vlakke eiland Anglesey en het schiereiland Llyn staan bekend om hun prachtige, uitgeslagen kusten.
Midden Wales
Het bijna onbewoonde Midden-Wales is vooral groen en heuvelachtig. In dit gebied liggen de Cambrian Mountains, een van noord naar zuid lopende bergketen (reeks bergen) met vrij steile hellingen, diepe, langgerekte dalen en deels beboste, deels met heide en gras bedekte hoogvlakken (vlakke stukken land op een berg).
De hoogste top van de Cambrian Mountains is de Aran Mawddwy die 905 meter hoog is.
Zuid- Wales
Het landschap van de zuidoostelijke ‘Valleys’ staat vooral bekend om de winning van kolen en de bouw van ijzer- en staalfabrieken. De rest van Zuid Wales is qua natuur prachtig, met onder andere het woeste, bergachtige Brecon Beacons National Park (135.144 hectare groot). In dit park zijn voornamelijk boomloze vlaktes en langgerekte, van noord naar zuid lopende rivierdalen. In dit gebied ligt ook nog de Black Mountain (in het Welsh: Mynydd Du) met een hoogte van 802 meter.
In het zuidwesten ligt het Pembrokeshire Coast National Park met zijn ongelofelijke rotskust. Ruige rotspartijen, vogeleilanden, brede baaien, stranden en kleine inhammen wisselen zich hier af. Verder is het park vrij vlak.
Rivieren, meren en kanalen
Wales heeft vele rivieren, beekjes en meren. De langste rivieren zijn de Dee de Severn en de Wye die langs de Engelse grens stromen. De Severn is zelfs een van de langste rivieren van Wales en Engeland samen! Het grootste natuurlijke meer van Wales is Bala Lake (in het Welsh: Llyn Tegid) ) in Noord Wales en is ruim 6 kilometer lang. Llangorse Lake is het grootste natuurlijk meer in het zuiden van Wales. Wales kent ook vele ijskoude bergmeertjes, alleen in Snowdonia zijn het er al zo’n 250. De meeste meren van Wales zijn kunstmatig en zijn er voor waterreservoir (grote bakken waar water in word verzameld).
Het ‘merengebied van Midden-Wales’ bestaat uit 5 waterreservoirs. Vier daarvan werden gebouwd voor de stad Birmingham, bijna 120 kilometer naar het oosten. Het 5e waterreservoir werd gebouwd in 1952. Als je van al die 5 waterreservoirs één waterreservoir zou maken, dan kom je in totaal op een 14 kilometer lang meer waar ruim 10 miljoen liter in kan!
Om goederenschepen vanuit de zee naar het binnenland en andersom te laten kunnen varen werden er in de 18e en in de 19e eeuw veel kanalen gegraven. Die kanalen worden nu eigenlijk alleen nog maar gebruikt voor recreatie en watersport.
Taal
Wales is pas sinds 1967 officieel tweetalig. 99% van de bevolking spreekt Engels; 18,7% ook het Welsh. Het Welsh behoort samen met het Gaelic (de taal die in Ierland en Schotland gesproken word) tot de groep Keltische talen.
De mensen in Wales gebruiken de spreektaal Welsh al 2000 jaar. Als schrijftaal is het Welsh al 1400 jaar oud. In de afgelopen 100 jaar zijn de mensen aanzienlijk minder Wales gaan praten. In 1891 sprak 54% van de bevolking Welsh, in 1921 29%, toen in 1981 18,9% en nu spreekt er nog maar 18,7% van de bevolking Welsh. Het Welsh is niet zo moeilijk als het eruit ziet met zijn opeenstapeling van medeklinkers en dubbele letters. Als je een paar uitspraakregels kent kan je de plaatsnamen uitspreken zodat de Engelsman weet wat je bedoeld. Hieronder staan een aantal letters die anders geschreven worden dan dat ze worden uitgesproken.
c = k
ch = g (als in kachel)
dd = als in het Engelse th
f = v
ff = f
g = als in het Engels got
w = oe
y = i als in hit of de u in het woord hut
Cardiff
Cardiff (in het Welsh Caerdydd) is de hoofdstad van Wales. Het is een belangrijke havenstad en heeft ruim 275.000 inwoners. Cardiff ligt aan de rivier de Taff en is het handelcentrum voor Zuid- en Midden-Wales.
Vroeger, 76 na Christus, bouwden de Romeinen aan de rivier de Taff een eenvoudig fort. Restanten van dat ford zijn nu nog zichtbaar onder de buitenmuren van Cardiff Castle. Het is niet bekend of hier voordat de Romeinen kwamen ook al mensen woonden. Archeologen hebben het onderzocht maar ze hebben niets kunnen vinden waaruit zou moeten blijken dat er mensen zijn geweest. Aan het eind van de 11e eeuw bouwden de Normandiers op de plaats van het Romeinse fort een houten kasteel, maar dat werd 2 eeuwen later vervangen door een kasteel van steen.
In de perioden voor de industriële revolutie was Cardiff nog een klein stadje en woonden er maar 1000 mensen in. Maar de 180 jaar daarna begon Cardiff aanzienlijk te groeien. Dat kwam doordat de haven steeds meer opleverde met het vervoeren van steenkool. Welshman noemden het ‘het zwarte goud’ omdat de steenkool hen zoveel geld opleverde. Het zwarte goud werd gewonnen in de valleien Rhonda, Abredare, Merthyr en Rhymney van daar vanuit per spoor of door Glamorganshire kanaal per boot naar Cardiff vervoerd.
Omdat de stad aan het eind van de 19e eeuw zo’n enorme groei doormaakte, staan er nu nog gebouwen die toen gebouwd zijn. In 1956 werd Cardiff officieel hoofdstad van het prinsdom Wales.
Bezienswaardigheden
De City Hall (het stadshuis), is een van de meest mooie gebouwen in het Civic Centre. Je kan de City Hall herkennen aan zijn 60 meter hoge klokkentoren, met op de koepel een draak. Die draak is het nationale symbool van Wales. Op de eerste verdieping in de zogenaamde marmeren zaal standbeelden van de legendarische helden Owain Glyndwr, Llewelyn de Laatste en Harri Tudor. Maar er staat natuurlijk ook een standbeeld van Sint-David, de beschermheilige van Wales. Verder zijn er nog de zalen Council Chamber en Assembly. Ook is het mogelijk een rondleiding te krijgen. Als je dat wilt moet je het even vragen bij de entreehal.
Het winkelgebied ligt ten zuiden van het Civic Centre. Je kan er in 5 minuten heen lopen. De belangrijkste winkelstraat is de Queen Street. Aan beide kanten van de winkelstraat bevinden zich een aantal sfeervolle winkelgalerijen. Die straat is ook de hoofdingang van het overdekte Saint-David’s Hall, een concertgebouw. Hier worden het hele jaar door verschillende muziekuitvoeringen gegeven.
Geschiedenis
De prehistorie
Wales werd al omstreeks 250.000 voor Christus bewoond door kleine groepen mensen die afkomstig waren van het Europese vasteland. In die tijd waren het Engelse Kanaal, de Ierse Zee en het Kanaal van Bristol er nog niet. Dat had wel z’n voordelen want zo kon je vrij eenvoudig naar dit deel van Groot-Brittannië. Er zijn bewijzen dat er in die tijd mensen zijn geweest. Want archeologen hebben in een grot in Pontnewydd, in het noorden van Clwyd, stenen voorwerpen en botten gevonden.
Later in 16.000 voor Christus is er in een grot op het Gower-schiereiland een skelet van een Neanderthaler gevonden. Volgens de onderzoeken gaat het om een man die is begraven voor dat de ijstijd begon. De Neanderthalers waren jagers die in holen leefden. Ze gebruikten stenen werktuigen, gebruikten vuur en begroeven hun doden.
In de ijstijd was het grootste deel van Wales bedekt met een dikke laag landijs. Toen het ijs zo’n 8000 voor Christus verdween bleef het moerasachtige landschap over, waar in de loop van de tijd naaldbomen gingen groeien en er hele naaldbossen ontstonden. Omdat het klimaat steeds beter werd, kwamen de eerste bewoners van na de ijstijd en gingen vooral in de kustgebieden wonen. Meer in het binnenland in de hoge delen van Wales was wonen voor mensen nog onmogelijk omdat daar nog te veel ijs was, het daar te moerassig was, er dichtbegroeide naaldwouden waren en er daar te veel enorme keien waren. Die keien waren over van het uitscheuren van gletsjers. En ook hier is er weer bewijs dat er mensen zijn geweest. Het bewijs is onder andere gevonden op het Gower-schiereiland en in Dyfed. Daar zijn stenen gebruiksvoorwerpen gevonden en ook wapens uit die tijd.
In het Neolithicium (3000 voor Christus) vond in Europa een massale volksverhuizing plaats. (dat er heel veel mensen gelijkertijd ergens anders heen gaan). Een groot aantal volken trok van het Europese vaste land naar Engeland en Wales. Ze bouwden eenvoudige huizen en leefden van de landbouw en veeteelt. De prehistorische monumenten, zoals de grafstenen (in Wales noemen ze het cromlechs), komen uit die periode. Die cromlechs werden alleen gebruikt bij openbare begraafplaatsen. Deze functie verdween toen de mensen zelf hun eigen familieleden begroeven.
De berg Snowdon
Wij willen u iets over de berg ‘Snowdon’ vertellen omdat Bas er is geweest toen hij op vakantie naar Wales ging en omdat het de hoogste berg van Wales en Engeland samen is. Het is dus niet de hoogste berg van Groot-Brittannië want de hoogste berg van Groot-Brittannië is de Ben Nevis (1344 meter hoog) in Schotland.
De Snowdon is een berg met 5 toppen. Het berglandschap van Snowdon is erg ruig en steil. Helaas kan je de top vaak niet goed zien want er hangen vaak wolken omheen. Vooral in de maanden oktober tot en met april ligt er meestal sneeuw en is het er ijzig koud. In de zomermaanden kunnen op de top ook koude winden woeien. Het gebied rond de Snowdon is niet erg vruchtbaar. Hier en daar zie je wat ruw gras dat alleen geschikt is voor de schapen. Je kunt wel op de berg Snowdon zeldzame bloemen en planten tegenkomen. Er groeien op plekken op de Snowdon waar het verschrikkelijk donker is en waar mensen onmogelijk kunnen komen de Snowdonlelie.
Je kunt er voor kiezen om een rit te maken met de ‘Snowdon Mountain Railway’. Dit is de gemakkelijkste manier om aan de top van de berg Snowdon te komen. De spoorlijn werd in 1894 aangelegd. De eerste trein reed op 8 april 1896 naar boven, maar verongelukte. Een heel jaar lang kon het spoor niet gebruikt worden omdat er mensen aan het werk waren om de rails aan te passen en alle wrakstukken weg te halen. Maar gelukkig was dit ongeluk het eerste en het laatste ongeluk wat tot nu toe is gebeurd op die rails. De Snowdon Mountain Railway heeft in totaal 7 stoomlocomotieven en 3 diesellocomotieven. Het treintje doet er een uur over om naar boven te klimmen. Omdat het erg steil naar boven gaat kan er maar één wagon tegelijk naar boven worden geduwd. Het eerste deel gaat door een vallei met ruig gras, waar grote kudde schapen grazen en waar ook een riviertje stroomt. Er liggen ook kleine boerderijen en kapotte stenen schuurtjes. Langs de spoorlijn loopt een wandelpad waar sportievelingen naar de top kunnen wandelen. Na station Halfway wordt de watervoorraad van de stoomlocomotief aangevuld en loopt de rails nog veel steiler omhoog. De trein rijdt vervolgens over een winderige pas, die ‘de hoedenpas’ word genoemd omdat vroeger vele mensen daar hun hoed verloren. De wagons hadden toen nog open dak.
Als je op de top bent aangekomen krijg je een half uur de tijd om rond te lopen. Daarna ben je verplicht weer met hetzelfde trijntje weer terug naar beneden te gaan. Bij slecht weer, mist of storm rijden de locomotieven niet. En als er in maart of oktober sneeuw op de Snowdon ligt dan gaat het treintje niet verder dan het station Clogwyn, dat op drie kwart van de berg ligt. Je moet er vooral rekening mee houden dat het op de Snowdon altijd koud is. Ook al is het benenden in het dal zo warm.
De bevolking van Wales
Het leek ons leuk om met het hoofdstuk ‘De bevolking van Wales’ te beginnen met het volkslied van Wales.
Het volkslied van Wales werd in 1856 door 2 wevers uit Pontypridd geschreven.
Mae hen wlad fy nhadau yn annywyl i mi,
Gwlad beirdd a chantorion enwogion o fri.
Ei gwrolryfelwyr, gwladgarwyr tra mad,
Dros ryddid collasant eu gwaed.
Gwlad, Gwlad, Pleidiol wyf i’m gwlad.
Tra mor yn fur I’r bur hoff bau,
O bydded I’r hen iaith barhau.
De vertaling: Het oude land van mijn voorvaderen is mij lief,
Land van dichters en zangers, beroemde mannen.
Zijn dappere krijgers, grote patriotten,
Zij verloren hun bloed voor de vrijheid.
Mijn land, mijn land, ik ben mijn land toegewijd,
Waar de zee een muur is voor dit pure, mooie land,
Moge de oude taal voortbestaan.
Wales heeft 2,8 miljoen inwoners en bijna 80% daarvan woont In het zuiden in de plaatsen Glamorgan en Gwent. Hier liggen dan ook de grote steden Cardiff (275.000 inwoners), Swansea (178.000 inwoners) en Newport (110.000 inwoners). Dat de steden zo groot zijn hebben ze te danken aan de industriële revolutie (zie hoofdstuk ‘Cardiff’) toen die steden belangrijke havensteden waren.
Economie
Tot aan de industriële revolutie maakten de Welsen hoofdzakelijk gebruik van hun landbouw, de veeteelt en de visserij. Veel boeren vrezen dat ze in de zomermaanden kamers moeten verhuren aan toeristen om zo aan extra geld te komen want, het houden van runderen en schapen word steeds moeilijker omdat de boeren door de jaren heen steeds minder landbouwsubsidies krijgen.
Wales heeft heel veel te danken aan het toerisme. Steeds meer vakantiegangers bezoekt jaarlijks dit deel van het Verenigd Koninkrijk en steeds meer Welsen verdienen hun brood eraan.
Wales heeft ook veel aan de mijnbouwindustrie. Tijdens de industriele revolutie kwam in het zuiden van Brecon Beacons in de valleien de mijnbouw tot ontwikkeling. Er werd echt heel veel kolen uit die mijn gewonnen. Die kolen werd vooral gebruikt als brandstof voor de ovens van de ijzersmelterijen. Later werden er vele ijzer- en staalfabrieken in de buurt van deze mijn gebouwd. Ook werden er kanalen en sporen aangelegd om de stoffen naar de havensteden te kunnen brengen. Daarvandaan werden de ertsen naar een groot aantal landen vervoerd.
Ruim een eeuw later haalden men goedkopere ertsen uit Amerika (importeren) en verhuizden de ijzer- en staalfabrieken naar de havensteden.
In de jaren 30 van deze eeuw ging het slecht met de kolenmijnen en de ijzer- en staalfabrieken en was in Zuid-Wales 30% van de bevolking werkloos. Maar toen kwam de 2e Wereldoorlog. Omdat Duitsland oorlogsmateriaal nodig had was er voor de ijzer- en staalfabrieken weer volop werk. Na de 2e Wereldoorlog wilde de Britse overheid nieuwe fabrieken laten bouwen en werden er zeer grote bedragen aan uitgegeven. De jaren 50 verliepen dan ook aardig goed, maar in de jaren 60 ging het zo slecht dat een aantal kolenmijnen moesten gaan sluiten. Ook met de staalindustrie ging het in die tijd heel erg slecht. Toen kwamen er bedrijven uit Noord-Amerika, Europa en Japan zich in Wales vestigen. 1 op de 5 inwoners van Wales werkten toen nog voor een Welsh bedrijf. Kortom, de economie in Wales gaat niet echt voor de wind en er is vooral in de steden een hoge werkeloosheid.
Klimaat
Wales heeft net als Nederland en België een gematigd zeeklimaat. De gemiddelde zomertemperatuur in Wales is met 16 graden iets lager dan in Nederland en België. De gemiddelde wintertemperatuur is 5 graden en in de bergen vriest het en valt er sneeuw. Over het algemeen zijn de winters in Wales zachter dan in Nederland en België. Dat komt door de winterse westenwinden vanaf de Atlantische Oceaan. En als je de hoeveelheid van het water in een jaar bekijkt valt er in Wales meer regen dan in Nederland of België. Meestal zijn dat geen motregens maar flinke plensbuien, die een buitenactiviteit (wandelen, met een locomotief de Snowdon op te gaan) onmogelijk maken. Je kunt bij een motregen je zo kleden dat je er nauwelijks last van hebt, maar tegen zo’n plensbui is geen kruid gewassen. In de zomer zorgen hogedrukgebieden voor het mooie weer. Het schijnt dat het zuiden van Wales meer zon krijgt per jaar dan het noorden.
De bergen en hoge heuvels hebben hun eigen klimaat. Meestal is het koud en waait er een harde koude wind, zelfs al is het in het dal zo warm. Als je gaat bergbeklimmen moet je je met alle weersomstandigheden rekening houden. Want er zou zo een mist kunnen ontstaan. Helaas gebeurt dat regelmatig zelfs al is het niet op het nieuws geweest. De beste tijd om in Wales op vakantie te gaan zijn de vaak droge en zonnige lentemaanden mei en juni en de herfstmaanden september en oktober.
Wales
6.1- Werkstuk door een scholier
- 2e klas vmbo | 3002 woorden
- 31 mei 2004
- 212 keer beoordeeld
6.1
212
keer beoordeeld
ADVERTENTIE
Bewaar of download dit verslag!
Om dit verslag toe te voegen aan je persoonlijke leeslijsten of te downloaden moet je geregisteerd zijn bij Scholieren.com.
26.331 scholieren gingen je al voor!
Ook lezen of kijken
Student Hanne en scholier Naomi over studiekeuzes: 'Het is jouw toekomst'
Amarins (26) studeert Scheikunde in Amsterdam: 'Ik wil graag weten hoe de wereld werkt'
Riquelme (13) turnt op topniveau: 'Het is echt hard werken'
REACTIES
1 seconde geleden
M.
M.
echt superhandig
11 jaar geleden
AntwoordenN.
N.
hier heb ik super veel aan voor mijn werkstuk dankjeeeeeee!!!
8 jaar geleden
Antwoorden