Kruistocht in spijkerbroek door Thea Beckman

Zeker Weten Goed
Foto van Lyanne
Boekcover Kruistocht in spijkerbroek
Shadow
  • Boekverslag door Lyanne
  • Zeker Weten Goed
  • 20 juni 2014
Zeker Weten Goed

Boekcover Kruistocht in spijkerbroek
Shadow
Kruistocht in spijkerbroek door Thea Beckman
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

Feitelijke gegevens

  • 76e druk, 1972
  • 363 pagina's
  • Uitgeverij: Lemniscaat

Flaptekst

De zestienjarige Dolf uit Amstelveen geeft zich op als proefkonijn: hij zal door een materietransmitter teruggeflitst worden naar de Middeleeuwen om daar één middag een kijkje te nemen. Maar door een foute berekening komt hij in het jaar 1212 terecht in een Kinderkruistocht die net uit Keulen is vertrokken en niet op het riddertoernooi in Montgivray in Midden-Frankrijk dat hij zo graag wilde bijwonen. Verbijsterd ziet hij duizenden gelovige - en vooral goedgelovige - kinderen, aan wie wonderen zijn beroofd, zingend aan hem voorbijtrekken. Zij zijn van plan met hun blote landen het Heilige Land van de Saracenen te bevrijden. Om vijf uur diezelfde middag moet Dolf weer op de afgesproken plek staan om teruggeflitst te worden naar de twintigste eeuw - tenminste, als er niets fout gaat...

Eerste zin

\'... en dit,\' zei dr. Simiak, \'is dan de materietransmitter.\'

Samenvatting

In de kerstvakantie mag Dolf Wega in het laboratorium komen kijken naar de materietransmitter, een tijdmachine die is uitgevonden door dr. Salmiak en dr. Kneveltoer. Zijn vader is bevriend met de uitvinders en daarom mag Dolf komen kijken. Hoewel de tijdmachine eigenlijk nog niet geschikt is om mensen te transporteren, weet Dolf de geleerden over te halen hem naar het verleden te sturen. Hij kan hen namelijk vertellen wat hij ziet, iets wat proefdieren natuurlijk niet kunnen. Ze spreken af dat Dolf naar Montgivray in Frankrijk op 14 juni 1212 gestuurd zal worden, daar was namelijk op die dag een riddertoernooi wat Dolf heel graag zou willen zien. Gewapend met een broodmes stapt Dolf in de tijdmachine en verdwijnt naar het verleden. Als hij daar aankomt markeert hij nauwkeurig de plek waarop hij is geland. Hij moet namelijk op precies deze plek zijn wanneer dr. Salmiak en dr. Kneveltoer hem over vier uur weer naar zijn eigen tijd flitsen.

Dolf heeft vier uur de tijd om de middeleeuwen te onderzoeken en meteen belandt hij al in een avontuur. Hij ontmoet Leonardo Fibonacci, een student die uit Pisa komt. Dolf redt Leonardo die door twee struikrovers aangevallen wordt. Hij steekt zijn broodmes in het been van een van hen terwijl Leonardo de andere velt met zijn grote knots. Hij raakt aan de praat met de student die hem natuurlijk dankbaar is. Ze spreken Diets met elkaar, wat Dolf maar half begrijpt. De tijd vliegt voorbij en Dolf wil teruggaan naar de steen waarop hij aankwam, maar stuit op een kinderkruistocht. Hij kan de steen waarop hij terug geflitst zal worden al zien, maar over de weg die hij moet oversteken lopen duizenden kinderen. Dolf kan de steen niet op tijd bereiken en ziet hoe een andere jongen wordt weg geflitst. Hij is verslagen en besluit met Leonardo mee te trekken met de kinderkruistocht.

De kruistocht bestaat uit wel achtduizend kinderen. Ze worden geleid door Nicolaas, een voormalige herdersjongen die in een visioen de opdracht heeft gekregen om zoveel mogelijk kinderen naar Genua te leiden, waar de zee voor hem zal splijten om hen naar Jeruzalem te laten lopen. De Saracenen  zullen verdreven worden door de onschuld van de kinderen en Jeruzalem zal weer bevrijd zijn. Dolf stelt zich voor aan de kinderen die ze ontmoeten als Rudolf Wega van Amstelveen. Door deze toevoeging denkt iedereen dat hij van adel is en wordt hij met respect behandelt. Dolf verbaast zich over de slechte organisatie van de kruistocht en besluit daar wat aan te veranderen. Nicolaas wordt in zijn leiding bij gestaan door twee monniken Dom Anselmus en Dom Johannes, maar zij zorgen niet voor de kinderen en elke dag sterven er wel wat door uitputting en ondervoeding. Dolf stelt voor om het kinderleger in verschillende groepen te verdelen die ieder een eigen taak krijgen, een groep jagers, een groep vissers, een groep ordebewakers, een groep ziekenverzorgers enzovoorts. Ieder kind krijgt een taak en draagt daarmee bij aan de structuur en zorg voor anderen. Dit systeem wordt ingevoerd en de kinderen zijn nu gezonder.

Dolf moet goed op zijn woorden letten. Hij is atheïstisch opgevoed, maar voor de middeleeuwers is godsdienst heel belangrijk en tegen ketters wordt hard opgetreden. Dolf worstelt ermee dingen uit te leggen die voor hem als kind van de eenentwintigste eeuw heel normaal zijn en door zijn kleding die niet aansluit bij wat de middeleeuwers dragen valt hij nog meer op. Hij heeft er moeite mee zich aan te passen, maar gelukkig wordt hij gesteund door Leonardo en Mariecke.

De kinderen zijn er dankzij Dolfs aanpassingen beter aan toe dan daarvoor, maar nog steeds eist de barre voettocht zijn tol. Het noodlot lijkt toe te slaan wanneer de Scharlaken Dood uitbreekt, een kinderziekte waar vooral de kleine kinderen vatbaar voor zijn. Dolf weet dat ziektes zich verspreiden door contact tussen mensen en grijpt dus snel in door alle zieke kinderen te isoleren. Hij begint zijn gevecht tegen de Scharlaken Dood aan het meer van Konstanz. De twee monniken willen geen rust nemen, maar Dolf overtuigd hen ervan dat als ze nu door reizen ze de helft van de kinderen zullen verliezen aan de ziekte. Het duurt acht dagen voordat er geen nieuwe ziektegevallen meer zijn. En de monniken willen vertrekken, maar daar steekt Leonardo een stokje voor, hij geeft hun gif waardoor ze een week lang vreselijke buikpijn hebben en niet verder kunnen trekken. Tegen die tijd is het gevaar van de Scharlaken Dood geweken en heeft de ziekte ongeveer honderd kinderen het leven gekost. Het valt Dolf op dat vooral Dom Anselmus telkens haast heeft om verder te trekken, ook wanneer Dolf de kinderen voorraden in wil laten slaan voordat ze de Alpen over trekken.

Tijdens het oponthoud voor de Alpen barst de bom en wordt Dolf beschuldigd van ketterij door Nicolaas en Dom Anselmus. Dit mondt uit in een proces waarbij Dolf bijna ter dood veroordeeld wordt tot Dom Thaddeus voor Dolf gaat pleiten. Dom Thaddeus zegt dat Dolf juist een goddelijke afgezant is als bewijs hiervoor laat hij een litteken dat Dolf op zijn hand heeft zien, drie puntjes die volgens Dom Thaddeus voor de heilige drie-eenheid staan. Hiermee is Dolf vrijgesproken. De ochtend daarna vertrekt een groep van achthonderd kinderen, zij hebben besloten in het Beierse Woud een eigen nederzetting te stichten. De rest begint aan hun tocht over de Alpen. De eerste dag in de Alpen verongelukken er al kinderen doordat ze in een afgrond storten of onder vallende stenen bedolven raken. En terwijl de meeste kinderen de volgende ochtend nog uitgeput liggen te slapen worden ze overvallen door de mannen van Graaf Romhild von Scharnitz die vijftig kinderen eist als tol om door zijn dal te passeren. Natuurlijk wordt er geprotesteert maar tegen de ruiters kunnen ze niet op en 52 kinderen worden meegenomen. Dolf laat het hier niet bij zitten en redt deze kinderen op een listige manier.

De tocht over de alpen wordt door de meeste kinderen overleefd en uitgeput komen ze aan in Bolzano. Daar worden ze opgevangen en krijgen ze vers fruit. Dolf vermoedde al langer dat er iets niet klopte aan de monniken, maar dit gevoel wordt steeds meer gesterkt doordat ook anderen opmerken dat de motieven van de monniken toch wel raar zijn. Bovendien ligt aan de overkant van Genua Jeruzalem niet, dus zelfs als de zee splijt kunnen ze niet over de drooggevallen bodem naar het Heilige Land lopen.

Een nieuwe verschrikking staat de kinderen te wachten in de vorm van de Po vlakte. Ze worden geteisterd door de hitte en aangevallen door boeren die denken dat de kinderen een bedreiging voor hen vormen. En dan sterft Carolus, de voorbestemde koning van Jeruzalem, ook nog aan een blinde darmontsteking. Hij wijst Dolf aan als zijn erfgenaam en opvolger. En dan bereiken ze Genua, hier zal de zee splijten.

De avond voor het wonder zal geschieden, biecht Dom Johannes een complot op aan Dolf. Hij vertelt hem dat hij en Dom Anselmus Nicolaas hebben laten geloven dat hij uitverkoren is zodat hij een grote groep kinderen naar Genua zou leiden. De zee zou niet splijten en dan zouden er schepen komen waarvan de nep-monniken zouden zeggen dat die de kinderen naar Jeruzalem zouden brengen. In werkelijk zouden die schepen de kinderen naar de slavenmarkten van Noord-Afrika brengen. Hoewel Dolf nooit in het wonder heeft geloofd, schokt de wreedheid van het plan hem. Hij overtuigd de kinderen ervan dat als morgen het wonder niet geschied, zij in ieder geval niet aan boord van de schepen moeten gaan. Het wonder gebeurt inderdaad niet. En wanneer Anselmus voorstelt op de schepen te gaan wordt hij door de woedende kinderen die begrijpen dat ze zijn bedrogen verscheurd.

Nu het doel van hun tocht is weggevallen valt de groep uit elkaar. Een deel van de kinderen blijft in Genua om daar te werken, een ander deel gaat  onder leiding van Dom Johannes, die wil boeten voor zijn zonden, terug naar Duitsland. Er blijven ongeveer vijfduizend kinderen over die Nicolaas volgen, die alsnog naar Jeruzalem wil gaan. Toch is de tocht nu anders, ze hebben geen haast meer en wanneer ze langs een mooie plek komen splitsen groepen zich af om daar een eigen bestaan op te bouwen. Groepen blijven achter in Pisa en anderen groepen gaan naar Florence waar ook werkkrachten worden gezocht. Er blijven ongeveer vijftienhonderd kinderen over die nog steeds verder trekken.

Nicolaas sterft wanneer hij als gijzelaar vermoord wordt door de graaf van Trasimeno. Deze graaf wordt belegerd en wil de kinderen voor hem laten vechten door hun leider gevangen te nemen. Toch blijven ze almaar verder trekken. Langs de kust van de Adriatische Zee en in Bari bezoeken ze de tombe van Sint-Nicolaas, eindelijk een heilige die Dolf wel kent. Daarna bereiken ze Brindisi, na deze stad zijn er geen steden meer en was het gebied onbewoond. In Bari vindt Leonardo een doosje wat Dolf meteen herkent als Leonardo het in Brindisi aan hem laat zien. In dit doosje zit een boodschap van Dr. Simiak, die Dolf zoekt. Er staat dat Dolf het doosje precies op dezelfde plaats moet neerleggen en dat het dan na vierentwintig uur weer terug geflitst zal worden. Natuurlijk kan dat met dit doosje niet meer, dus Dolf vraagt alle kinderen uit te kijken naar de aluminium doosjes en het hem direct te zeggen als ze er een gevonden hebben. De bisschop die in Brindisi woont biedt de ongeveer zevenhonderd kinderen aan hen naar Venetië te brengen zodat ze daar kunnen werken omdat er na Brindisi alleen nog onvruchtbaar land komt en de winter langzamerhand zijn intrede doet. Dit is een goede oplossing voor de gestrande kinderen. En dan vindt Frank ook nog een aluminiumdoosje, deze keer weet Dolf er op tijd van en kan hij terug geflitst worden naar zijn eigen eeuw.

Personages

Leonardo Fibonacci da Pisa

Leonardo is een rondreizende student. Hij spreekt Latijn en trekt met zijn ezel en zijn knots door Duitsland als hij Dolf tegenkomt. Dolf redt hem van struikrovers en daarna zijn ze goede vrienden wat ze blijven omdat Dolf in de Middeleeuwen strandt. Leonardo heeft dan net twee jaar in Parijs gestudeerd en is op weg naar Bologna. Leonardo sluit zich aan bij de kinderkruistocht omdat het hem veiliger lijkt om met de groep mee te reizen. Ook Leonardo probeert voor de kinderen te zorgen. Hij twijfelt net als Dolf aan het doel van de kruistocht. Leonardo bewondert Dolf die alles zo goed weet te regelen. Aan het einde van het boek wil Leonardo over een paar jaar met Mariecke trouwen.

Dolf Wega

Dolf Wega of Rudolf Wega van Amstelveen zoals Dolf zich in de Middeleeuwen noemt is vijftien jaar oud en een meter zestig lang. Dolf is zelfverzekerd en koppig, hij heeft een groot verantwoordelijkheidsgevoel voor de kinderen. Dolf is niet gelovig. Hij heeft met zijn ouders door Italië gereisd en is geïnteresseerd in kerken. Dat Dolf avontuurlijk is, is natuurlijk te zien aan het feit dat hij zich aanbiedt om tijdreiziger te worden. Dolf is een slimme en vindingrijke jongen, hij is sociaal en maakt gemakkelijk vrienden en heeft bovendien een groot rechtvaardigheidsgevoel. Hij raakt regelmatig in een discussie met Dom Anselmus omdat hij diens doelen niet begrijpt en hij kan niet goed met Nicolaas overweg omdat hij niet in zijn heilige missie geloofd. Leonardo en Mariecke zijn zijn beste vrienden en ook met Carolus kan hij goed opschieten. Hij treurt om Carolus wanneer die sterft.

Mariecke

Mariecke is een weesmeisje uit Keulen. Ze heeft grijze ogen en is erg mager. Ze trekt op met Dolf en Leonardo waardoor ze zelf leert nadenken. Ze vertrouwt sterk op Dolf en blijft lang geloven in het wonder dat Nicolaas zal verrichten.

Dom Anselmus

Dom Anselmus is een Lombardijer en is eigenlijk helemaal geen monnik. Hij heeft het plan om de kinderen die op de kruistocht meegaan als slaven te verkopen. Daarom is hij ook zo fel tegen Dolf omdat Dolf voor oponthoud zorgt. Wanneer het complot wordt ontdekt verscheuren de kinderen hem.

Dom Johannis

Dom Johannis is ook een valse monnik die emedoet aan het complot van Anselmus. Toch is hij minder schurkachtig dan Anselmus, Johannis krijgt namelijk berouw. In Genua biecht hij het complot op aan Dolf. Johannis gaat terug naar Duitsland samen met de kinderen die ook naar hun vaderland terug willen.

Carolus

Carolus was een schildknaap van de heer van Malburg. Hij zou de koning van Jeruzalem worden en met Hilde trouwen. Carolus doet zijn best om voor de kinderen te zorgen en is een uitmuntende jager. Hij sterft aan een blinde darmontsteking op de Povlakte. Hij was erg geliefd onder de kinderen. Met zijn laatste woorden maakt hij Dolf zij erfgenaam.

Nicolaas

Nicolaas is een herdersjongen die zich een heilige waant. Hij is bedrogen door Anselmus en Johannis waardoor hij denkt dat hij een wonder kan verrichten. Hij gaat altijd in het wit gekleed en gelooft in zijn heilige missie. Hij ziet in Dolf een tegenstander.

Quotes

"Half tot stof vergane beenderen – en aan wie die botten ooit hadden toebehoord was niet te achterhalen. Maar Dolf twijfelde niet. Opeens kon hij geloven in déze heilige, en net als zijn vrienden knielde hij en bad vurig." Bladzijde 337
"Zó zagen de verschrikte wachtposten het tafereel. Eerst was daar dat angstwekkende geluid geweest, toen opeens een dreunende slag. Golven rook kringelden over de open plek. Daaruit kwam een duivel tevoorschijn, nog een duivel, almaar meer duivels." Bladzijde 209
"Dolf haalde diep adem, vermande zich, opende de ogen en keek op zijn horloge. Zes minuten over vijf. Hij bleef staan, nog altijd hopend tegen beter weten in. Traag kropen de minuten voorbij, maar er gebeurde niets. Nu wist hij het: ik ben gestrand, ik heb mijn kans gemist. Mijn enige kans…" Bladzijde 28

Thematiek

Cultuurverschillen

Wanneer Dolf in de middeleeuwen belandt, denkt hij totaal anders dan alle mensen om hem heen. Zij zinken voor elk wissewasje op de knieën en hij beredeneert tot hij een oplossing vindt. Deze cultuurverschillen zorgen voor conflicten, maar toch kunnen ze ook een hoop van elkaar leren. In dit verhaal lijken de cultuurverschillen op te lossen. Het grootste verschil tussen Dolf en de middeleeuwers is de godsdienst toch blijkt dit verschil overbrugbaar wanneer Dolf de tombe van Sint-Nicolaas bezoekt. Dit is een heilige waarin hij kan geloven omdat hij hem herkent van de jaarlijkse Sinterklaasviering. Hij bidt voor het eerst. En andersom wordt het verschil ook overbrugt. Zo beginnen de kinderen aan wie een wonder beloofd was, ketterse gedachten te vertonen wanneer het vrome doel van hun reis wegvalt. Deze cultuurverschillen beginnen zich dus op te lossen, maar dan keert Dolf terug naar zijn eigen eeuw.

Motieven

Vriendschap

Vriendschap is wat Dolf door de hele tocht heen trekt. Juist in de barre omstandigheden van de kruistocht worden sterke vriendschappen gesmeed. Zo ontstaat er een kring onofficiële leiders van de kruistocht die wel leiding geven, maar bovenal bevriend zijn met een hoop kinderen. Vriendschap helpt Dolf ook om de cultuurverschillen te overkomen. Zeker wanneer Dolf in een proces beschuldigd wordt van ketterij blijkt zijn vriendschap met zo veel kinderen hem het leven te redden.

Leugens en bedrog

De kinderen die deelnemen aan de kruistocht worden bedrogen door de valse monniken. Ook wanneer dit bedrog uitkomt blijft bedrog ene belangrijk onderdeel van het verhaal wat steeds terugkomt omdat iedereen er een eigen agenda op na houdt. Zoals bijvoorbeeld de graaf van Trasimeno, die de kinderen bedriegt om ze als stootkussen tegen twee oprukkende legers te gebruiken. Er is ook bedrog vanuit de andere komt, zo bedriegt Dom Thaddeus de kinderen bijvoorbeeld door hen te laten denken dat Dolf door God gezonden is.

Godsdienst

Wanneer je het hebt over een kruistocht kan een motief als godsdienst natuurlijk niet ontbreken. In de middeleeuwen vormde godsdienst een belangrijk onderdeel in het leven van de mensen. Godsdienst is de reden dat er kruistochten werden ondernomen, om de heilige stad Jeruzalem te bevrijden. Toch wordt in dit boek ook aangegeven dat het automatisme waarmee de middeleeuwers geloofden, hen ook kan verblinden omdat zij de listen van Anselmus en Johannis niet meer zien.

Titelverklaring

De titel van dit verhaal vat precies de onmogelijkheid van de situatie samen. In kruistocht in spijkerbroek zitten twee tijden met elkaar verward. De tijd van de kruistochten was de twaalfde en dertiende eeuw, de tijd van de spijkerbroek is de eenentwintigste eeuw. Door deze twee tijdsbeelden in een zin te passen ontstaat er een wringend beeld. Precies het wringen wat de hoofdpersoon ook ervaart wanneer hij in de middeleeuwen belandt. Hij kijkt naar de kruistochten vanuit de spijkerbroek-blik die hij in zijn eigen eeuw aangeleerd heeft gekregen. En hierdoor wordt de kruistocht voor de lezer veel voorstelbaarder omdat de hoofdpersoon ook bijzonder kritisch tegenover de hele onderneming staat.

Structuur & perspectief

Het verhaal is chronologisch opgebouwd en wordt verteld vanuit een alwetende verteller die maar heel zelden duidelijk aan het woord is. Meestal wordt het verhaal vanuit Dolfs perspectief verteld, heel af en toe wordt het vanuit een van de andere personages verteld zoals vanuit Dom Thaddeus. 

Het verhaal is opgedeeld in 23 hoofdstukken die in lengte verschillen. Elk van de hoofdstukken is voorzien van een titel die de hoofdboodschap van dat hoofdstuk weergeeft zoals bijvoorbeeld hoofdstuk 2 Gestrand! heet en hoofdstuk 17 De samenzwering op het strand.

Decor

Het verhaal speelt zich op zeer veel verschillende plekken af omdat er een lange reis wordt ondernomen. Bovendien speelt het zich ook nog af in twee verschillende eeuwen. Namelijk in de twintigste en de dertiende eeuw. Dolf onderneemt zijn reis in het jaar 1212. Het verhaal neemt ongeveer zes maanden uit het leven van Dolf Wega in beslag. De reis die beschreven wordt loopt van Worms (Duitsland) naar Brindisi (Italië).

Stijl

Thea Beckman heeft een heel heldere vlotte stijl. De beschrijvingen en gedachtes worden afgewisseld met dialogen en ook worden er gemakkelijk dagen samengevat waarin niet zo veel gebeurt. Hierdoor krijgt het verhaal veel vaart en wordt de lezer opgezogen in de kruistocht. 

Slotzin

Rudolf van Amstelveen was teruggekeerd in zijn eigen eeuw.

Beoordeling

Kruistocht in spijkerbroek is een jeugdboek dat heel veel gelezen wordt. En ik vind dat terecht. Een kracht van het boek is bijvoorbeeld dat het niet duidelijk een jongens of een meidenboek is, waardoor het voor een breder publiek aantrekkelijk is. Ook door de tijdreis kunnen ook kinderen die het boek veertig jaar nadat het is uitgebracht lezen zich gemakkelijk met de hoofdpersoon verbinden. In die veertig jaar is er natuurlijk een hoop veranderd, maar in vergelijking tot de verandering met de middeleeuwen is er maar weinig gebeurt. Ik hoop dat het boek nog heel lang gelezen blijft worden, het is zeker de moeite waard.

Recensies

"Toch zie ik, met mijn leeservaring en studie als extra bagage, dat dit boek ook zijn minpuntjes heeft. Zo wordt prachtig toegewerkt naar de climax op het strand van Genua, maar dat zorgt er ook voor dat het stuk erna als anticlimax wordt ervaren. Ook de bij vlagen zeer moralistische toon en karikaturale schetsing van twintigste-eeuwers en middeleeuwers zijn wat storend." http://persoonlijk.wimpel...jkerbroek/
"I discovered that in this book, the way the journey to the past happens is irrelevant. What is relevant is how a modern teenager thinks, feels and acts when he lands in the middle of a medieval children's crusade. This Beckman describes very clearly without getting into too much psychological detail, especially when Dolf is accused of being a heretic." http://www.goodreads.com/...rue&page=1
Je hebt nog 2 Zeker weten goed verslagen over.

Wil je onbeperkt toegang tot alle Zeker Weten Goed verslagen? Meld je dan aan bij Scholieren.com.

26.433 scholieren gingen je al voor!

REACTIES

C.

C.

echt heel goed boek

8 jaar geleden

B.

B.

DANK JE WEL, JE BENT EEN HELD.

8 jaar geleden

F.

F.

gek ja bram de pranker <3

8 jaar geleden

H.

H.

Nee een superheld

4 jaar geleden

J.

J.

ik vind dr niks an

8 jaar geleden

H.

H.

Jou mening

4 jaar geleden

M.

M.

Kowed sukkel

7 jaar geleden

H.

H.

Even normaal doen

4 jaar geleden

R.

R.

dank je wel! nu kan ik alles kopieren en een 10 halen

6 jaar geleden

T.

T.

een 10? Ja hoor...

6 jaar geleden

H.

H.

succes met je 10 ik hoop niet dat het een 9,9 wordt :)

4 jaar geleden

R.

R.

Oké ik heb het ooit geprobeerd te lezen maar uiteindelijk haakte ik af weet niet wrm

6 jaar geleden

H.

H.

Beste verslag dat ik ooit heb gezien!!!

4 jaar geleden

H.

H.

Echt goed gedaan. Ik had hier heel veel aan bedankt.

4 jaar geleden

H.

H.

Geweldig ook die quiz

4 jaar geleden

Nienke

Nienke

Goed gedaan!

8 maanden geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Kruistocht in spijkerbroek door Thea Beckman"

Ook geschreven door Lyanne