Feitelijke gegevens
- 18e druk, 1956
- 597 pagina's
- Uitgeverij: Querido
Flaptekst
‘Ik kwam bij en hing half op een stoel. De SD’er achter de tafel zat daar als voorheen. Hij lachte, hij glimlachte eigenlijk meer, een vuig en triomfantelijk lachje dat ik op dat ogenblik nog helemaal niet begreep. Auguste stond naast mij. Haar rood, gezwollen gezicht was evenzo vertrokken tot iets wat een grimlach leek. Zij hield een tres van mijn haren in haar hand. Ik voelde dat ik nat was, alsof men een glas water over mij had geleegd; ik klappertandde. Ook mijn haar was nat. Toen merkte ik pas waarover de SD’er en Auguste lachten. Het haar in Augustes hand was roetkleurig en vergroezeld zwart, maar tussen dit zwart tekenden zich even onmiskenbaar rosse strengen af.’
Zo opvallend is haar rode haar dat ze het tijdens de oorlog moet verven om geen direct gevaar te lopen. Maar de verzetsstrijdster Hannie Schaft zal, als de geallieerden al bezig zijn op te rukken naar Nederland, toch in handen vallen van de Feldgendarmerie – met in haar fietstas een revolver en een handvol exemplaren van de illegale krant De Waarheid. Met opgeheven hoofd kijkt ze de dood in de ogen.
Eerste zin
…Ik had mij, sinds de oorlog uitbrak, misschien niet zo verlaten gevoeld als op die vroege avond in april twee-en-veertig.Samenvatting
Eerste boek: De vervolgden
Het is 1942 en de Duitse bezetters krijgen steeds meer macht. Hanna Schaft studeert rechten en woont in Haarlem samen met medestudentes Louise en de joodse Tanja in een flatje. Wanneer Tanja een jodenster moet gaan dragen, weigert ze dit pertinent en om haar uit de problemen te houden gaat Hanna samen met haar persoonsbewijzen stelen – de vervalser bij wie ze normaal gesproken aanklopte, is namelijk gevlucht. Voor de veiligheid gaat Louise ergens anders wonen en verhuizen Hanna en Tanja naar een zolder voor henzelf. De domineesdochter Ada helpt hen aan adresjes en namen voor de persoonsbewijzen.
De situatie wordt gevaarlijk wanneer Tanja een relatie krijgt met een illegale schilder. Terwijl Hanna steeds meer geïnteresseerd raakt in het communisme, wordt er begin 1943 een huiszoeking gedaan tegenover hun flat. Hanna vertrouwt het niet en gaat samen met Tanja en hun andere joodse vriendin Judith bij haar ouders wonen, Tanja en Judith als onderduikers.
Nadat Tanja een keer is weggegaan om haar vriend te zien, raakt Hanna in contact met een verzetsarts die haar kan helpen aan verzetswerk. Bij de volgende ontsnapping wordt Tanja samen met veel andere joden gearresteerd en gevangengenomen tot ze gedeporteerd kunnen worden naar Polen. Hanna sluit zich officieel aan bij de RVV (Raad van Verzet: coördinatiecentrum van al het verzet in Nederland) onder leiding van ene Frans.
Tweede boek: De verdedigers
Terwijl Hanna schietles krijgt en alles te weten komt over het reilen en zeilen van de RVV, ontdekt ze dat Tanja naar kamp Westerbork is gedeporteerd. Eenmaal daar blijkt dat ze al op transport naar Polen is gezet: het nieuws van geallieerde bevrijders in Italië is een schrale troost. Kort daarna blijkt dat Tanja uit de jodentrein is ontsnapt en komt ze weer bij Hanna. Het is echter te gevaarlijk voor Hanna’s werk om Tanja in huis te houden en dus gaat ze onderduiken bij Ada. Voor de verhuizing kan plaatsvinden, vertrekt Tanja echter: in haar afscheidsbrief staat dat ze vanwege haar ongelukkigheid naar Zwitserland vlucht, om het leven van vóór de oorlog terug te krijgen.
Hanna wordt door Frans naar Enschede gestuurd om de meisjes An en Tinka te zoeken: zij hebben voor het verzet gewerkt en moeten nu in Enschede een verzetsorganisatie op touw zetten. Na wat wantrouwen van de meisjes lukt het en sluit Hanna vriendschap met hen.
Bij thuiskomst moet ze eerst een lading wapens in het geheim naar de Zaan vervoeren en overtuigen de RVV-leden Hugo, Flooor en Bram haar er daarna van om samen met hen de spoorlijn tussen Den Haag en Amsterdam op te blazen, zonder dat Frans hiervan weer. Hanna doet mee en hoewel ze bijna gepakt worden, lukt het plan.
Ze gaan samenwerken met Georgiërs die hen granaten leveren, waarmee ze een aanslag plegen op een aantal SD’ers, maar de granaten ontploffen niet. Er wordt een bespreking geregeld met de Georgiërs om uitleg te krijgen, maar wanneer Hanna daar aankomt vertelt Roelant (een van haar collega's) dat de politie is binnengevallen en dat ze waarschijnlijk waren verraden: hun vriend Wijnant is ernstig gewond geraakt.
De RVV wordt grotendeels op non-actief gezet door het grote risico op arrestaties, maar Hanna houdt het nietsdoen niet uit, zeker niet wanneer er steeds meer communisten worden gedood. Ze gaat naar Floor en vraagt hem om haar naar de ruige Hugo – die af en toe voor de RVV werkt en zich dan weer een tijdje gedeisd houdt - te brengen: ze wil vechten, schieten, zich kortom met daden verzetten.
Derde boek: Het spoor van de gerechtigheid
Hanna gaat bij Hugo op het platteland wonen bij de familie Verlinnrn en krijgt ze van hem schietles zodat ze samen verraders kunnen doodschieten. Hanna leert snel en ze liquideren samen behoorlijk wat mensen zonder gepakt te worden. Maar dan wordt IJmuiden gebombardeerd, krijgt Hanna de bof en wordt een aantal leden van de RVV gevangen genomen. Wanneer Hugo hen wil gaan bevrijden, mislukt dat jammerlijk: ze worden betrapt door SS’ers, de gevangenen blijven gevangen en een aantal van de RVV-overvallers raakt gewond. Ze ontdekken dat iemand van hen, een zekere Voslander, degene is geweest die hen verried bij het overleg met de Georgiërs. Hugo en Hanna gaan naar Utrecht om een handlanger van Voslander op te sporen en zo achter zijn verblijfplaats te komen. Nadat deze handlanger, Babbelo genaamd, ze heeft verteld dat Voslander in Bilthoven zit, vermoorden ze hem. Hanna is zich intussen bewust geworden van haar liefde voor Hugo en vertelt hem dit, maar zegt erbij dat ze pas na de oorlog echt een relatie met hem wil.
Hanna en Hugo gaan naar Bilthoven en houden daar een aantal handlangers van Voslander in de gaten, maar van Voslander zelf is geen spoor. Ze sluiten vriendschap met de oude meneer Lievensz, die Voslander kort hierna ziet in het huis van een van zijn contactpersonen. Hanna en Hugo volgen hem tot in Utrecht, maar raken hem kwijt als hij in een auto wordt weggereden. De Engelsen landen in Normandië. Ze keren terug naar Haarlem, maar niet voordat ze nog een handlanger van Voslander hebben omgebracht.
Van de RVV-leider Freek krijgen ze getweeën de opdracht om een Haarlemse politiechef om te brengen en dat levert hen aandacht in de krant op. Hanna wordt hierdoor bang dat ze gezocht zullen worden en dat men naar haar familie zal gaan. Ze krijgen de taak ook een Zaandamse politiecommandant te liquideren, maar Hanna wil eerst haar ouders in veiligheid hebben. Ze stuurt Floor naar hen toe met het bericht dat Judith niet langer bij hen kan blijven als onderduiker. Nadat dit bericht goed is afgeleverd, vertrekken Hanna en Hugo naar Zaandam. Ze ontdekken dat er vier RVV-leden zijn vermoord en plannen de aanslag, maar deze gaat helemaal mis: Hanna schiet, maar mist en Hugo schiet na haar, maar mist ook. De commandant is gewond, maar nog wel in staat om zelf op Hugo te schieten. Hanna vlucht, niet wetend of Hugo nog leeft of waar hij is. Ze verneemt van Floor dar Hugo drie keer in de buik geschoten was en werd uitgeleverd aan de politie, die hem naar Amsterdam bracht. Daar is hij gestorven. Hanna is er kapot van, maar probeert zich te herstellen en zich voor te nemen om net zo sterk te zijn als hij en zich net zo te verzetten als hij, opdat hij niet voor niets is gestorven.
Voerde boek: Het pantser om het hart
Het blijkt dat Hugo vlak voor zijn dood met een SD’er sprak die zich voordeed als een verzetslid: Hugo gaf hem een foto van Hanna met haar naam en adres erop. De SD heeft haar ouders gevangen genomen. An en Tinka komen naar Haarlem om samen met Hanna wapens te gaan vervoeren van de ene verzetslocatie naar de andere. Hanna verft haar haar zwart om miet meer aan het signalement te voldoen. Samen met de scherpschutter Wieger vermoordt Hanna Obbe Schaaf, de man die haar ouders heeft opgepakt. De jonge Otto wordt zelf gearresteerd terwijl hij fietsen steelt voor An, Tinka en Hanna. Later horen ze dat hij in een kamp terecht is gekomen.
Het is zomer 1944 en de geallieerden rukken steeds verder op: steeds meer Duitsers vluchten en er worden plannen gemaakt voor mobilisering van de Binnenlandse Strijdkrachten, een leger van verzetsleden. Wanneer Hanna en Roelant op Dolle Dinsdag achter een in de gevangenis werkende NSB’er aan gaan, wordt Hanna door deze meneer Kallegraaf in haar benen geschoten vlak voordat hijzelf door haar doodgeschoten wordt.
Ze heeft flink wat tijd nodig om te herstellen en kan er maar moeilijk overheen komen dat de bevrijding niet is gekomen. In plaats daarvan worden de Duitsers steeds erger: steeds meer razzia’s en bombardementen vinden plaats. Hanna gaat zich bezighouden met het verspreiden van de communistische verzetskrant De Waarheid en kort daarna worden haar ouders vrijgelaten en breekt de hongerwinter aan. Het is voor de RVV te gevaarlijk om nog Duitsers te liquideren en nadat ze de verzetsgroep uit Velsen hebben geholpen om deserteurs te liquideren sluiten Hanna, An en Tinka zich bij hen aan. Op eerste kerstdag 1944 moeten ze naar een bunker vol kerstvierende Duitsers in IJmuiden om wapens te stelen en dat gaat zo goed dat Hanna van de verzetsleiders het aanbod krijgt om na de bevrijding kampcommandant te worden in een strafkamp voor de Duitsers.
De RVV begint met het maken van aanplakbiljetten met verzetsslogans erop. Hanna komt haar vader tegen, die het samen met haar moeder uithoudt dankzij het voedselpakket dat ze wekelijks van de RVV krijgen toegestuurd. Voor het verzet in Velsen moeten de drie meisjes vaak pakketjes vervoeren naar verbindingen: Duitsers die half en half in het verzet zitten. Op een gegeven moment ontdekken ze dat er in die pakketjes luxeprobleem zitten: tabak, sigaren, worst en dergelijke.
Ze krijgen de opdracht om een zekere madame Cheval, een Française die voor de Duitsers spioneert, te vermoorden. Dat is echter niet zo makkelijk: de vrouw is onvindbaar en het feit dat ze nog nooit een vrouw (deze heeft ook nog een driejarig zoontje) hebben gedood, stuit Hanna, An en Tinka tegen de borst. Ze nemen hun intrek in het huis tegenover dat van madame Cheval (die op en top Duitse blijkt te zijn, maar getrouwd is met een Fransman) mar ze begeeft zich vrijwel nooit alleen naar buiten. Wanneer dit uiteindelijk toch gebeurt, is haar bontjas zo dik dat de kogels waarmee Hanna, Tinka en An haar proberen te elimineren haar niet raken.
Ze gaan terug naar Haarlem en door de RVV worden hun activiteiten bij de Velsenaren stilgelegd. Inmiddels zijn de zuidelijke delen van Nederland al bevrijd en lijkt het einde van de oorlog steeds dichterbij te komen.
Vijfde boek: Het meisje met het rode haar
Hanna wordt in maart 1945 gearresteerd nadat men bij een controle ontdekte dat ze een voorraad Waarheid-exemplaren en een revolver op zak had. Ze is overweldigd door honger en uitputting, maar slaagt erin haar mond te houden tegenover de SS’ers, die haar overbrengen naar de Amsterdamse gevangenis. Wanneer een vrouwelijke SS’er haar nogal hardhandig aanpakt, ontdekt deze Hanna’s rode haar en is haar identiteit bekend. Twee getuigen, madame Cheval en de maîtresse van Obbe Schaaf, bevestigen dat Hanna degene is die hen heeft aangevallen. Er komt geen enkele hulp uit de RVV of uit Velsen: zelfs Paul, de SS’er die verbonden is met de Velsenaren, doet niets voor Hanna. Tijdens haar ondervragingen kont ze op voor zichzelf en haar daden en beledigt een hoge Duitser door hem in het gezicht te spugen.
Het wordt april en na vele malen verhoord te zijn en geen enkele keer iets te hebben losgelaten over haar partners, komt Hanna erachter dat er steeds meer delen van Nederland worden bevrijd. Ze droomt over Hugo en wordt de dag na die droom door SS’ers naar de duinen gebracht en doodgeschoten.
Personages
Hanna Schaft
Hanna is na de oorlog bekend geworden als Hannie, maar tijdens haar leven werd ze door de meeste mensen gewoon Hanna genoemd, wat al een afkorting was van Johanna. Ze is 22 jaar wanneer ze zich aansluit bij het verzet en studeert rechten in Amsterdam, samen met haar vriendinnen, onder wie de joodse Tanja. Hanna is de dochter van een Haarlems boerengezin en de mensen van wie ze houdt zijn erg belangrijk voor haar, maar ze is ook bang om hen te kwetsen en heeft daardoor veel moeite met het tonen van tederheid. Om die reden durft ze eerst ook niet aan zichzelf toe te geven dat ze verlief is op Hugo: hun relatie moet volgens haar puur zakelijk blijven en daar passen geen romantische gevoelens bij. Hanna is niet het doorsnee type jonge vrouw: ze beschouwt zichzelf als de gelijke van welke man dan ook en wil ook bewijzen dat vrouwen zich net zo goed actief kunnen verzetten als mannen. Haar communistische ideeën zijn erg belangrijk voor haar: deze vormen de motor van haar betrokkenheid bij het verzet en daardoor vindt ze het ook lastig om andere stromingen te omarmen, wat ook geldt voor het geloof. Ze is heel taai: als ze al angst voelt, laat ze zich daar niet door leiden en ze is ook niet op haar mondje gevallen. Ze is slim, weet vaak precies in welke richting ze moet denken en kan een situatie goed inschatten, maar vertrouwt mensen niet zo snel. Ze is bereid zichzelf in gevaar te brengen om anderen te helpen of om haar doelen te bereiken en heeft daardoor ook vaak moeite met het accepteren van gezag en bevelen: ze doet het liefste wat haar goeddunkt. Uiteindelijk is ze door haar verzetswerk zo berucht geworden bij de Duitsers dat die haar onmiddellijk executeren wanneer ze erachter komen wie ze is.
Tanja
Tanja is Hanna’s vriendin en degene door wie Hanna bij het verzet gaat. Tanja is namelijk joods en in het voorjaar van 1942 beginnen de Duitsers flink toe te slaan met anti-jodenmaatregelen en razzia’s en Hanna wil voorkomen dat Tanja in gevaar komt. Hanna helpt Tanja onderduiken, samen met hun andere vriendin Judith – maar gaat er meermalen vandoor omdat ze haar eigen leven wil leiden en zelf wil bepalen waar ze onderduikt, en Hanna komt er nooit achter wat er precies met haar is gebeurd. Qua karakter is Tanja net zo fel en gepassioneerd als Hanna: ze staat stevig in haar schoenen en is niet bang voor wat er met haar kan gebeuren, maar wordt behoorlijk beïnvloed door haar verlangen naar avontuur. In tegenstelling tot Hanna vertrouwt ze sommige mensen echter juist te snel en slaagt ze er niet altijd in om te bepalen hoe gevaarlijk iets wel of niet is.
Frans
Frans is de leider van de RVV die alle opdrachten geeft. Hij is wel streng, maar krijgt lang niet zoveel gezag als hij zou moeten krijgen doordat de meeste verzetsleden liever op hun eigen tijd actie ondernemen dan te moeten wachten op opdrachten. Frans kan echter onverbiddelijk zijn wanneer het gaat om op non-actief zetten van bepaalde activiteiten of mensen en hij heeft uiteindelijk maar één doel voor ogen: ervoor zorgen dat de RVV kan blijven opereren én dat de leden ervan veilig blijven.
Dokter Martin
Dokter Martin is degene die Hanna vertelt over de RVV. Hij is arts die in het diepste geheim vaak verzetsleden behandelt en nooit vragen stelt. Hij is een typisch voorbeeld van passief verzet: hij oefent zijn beroep uit voor de verzetsleden zodat zij hun werk kunnen blijven doen. Dokter Martin heeft hart voor zijn werk, maar wanneer het erop aankomt is het mensenleven voor hem toch belangrijker dan de oorlog. Hij is weinig geïnteresseerd in wat de RVV zoal uithaalt en vindt zijn eigen veiligheid minder belangrijk dan die van de verzetsleden.
An & Tinka
An en Tinka zijn naast Hanna de enige vrouwen in het actieve RVV-verzet. Ze worden door Hanna bij de RVV betrokken en de drie jonge vrouwen blijken al snel erg op elkaar te lijken: An en Tinka zijn net zo onbevreesd als Hanna wanneer het gaat om hun idealen. Ze vertrouwen iemand pas wanneer diegene zich heeft bewezen en willen net als Hanna duidelijk maken dat vrouwen ook sterk genoeg kunnen zijn voor het verzet. Ze laten zich niet leiden door hun gevoelens, maar kunnen wel heel kritisch zijn en denken niet altijd meer helemaal helder wanneer iets hen niet aanstaat en ze daar uiting aan geven.
Hugo
Hugo is een RVV-lid dat er niet altijd actief bij betrokken is: hij gaat zich samen met Hanna bezighouden met de liquidatie van belangrijke Duitsers en komt ook bij zo’n gebeurtenis om. Hugo is intelligent en is er goed in om op te gaan in een menigte: hij kan Hanna op haar gemak stellen en weet vaak precies wat er gedaan moet worden. Hij is in staat zijn gevoel uit te schakelen om die doelen te bereiken, maar tegelijkertijd laat hij zijn emoties af en toe toch toe om hoop te blijven houden op een betere toekomst, op bevrijding en een rustig leven samen met Hanna.
Quotes
"Ik moest aan mijn ouders in Haarlem denken. Ik ben lang niet thuis geweest: bang voor tederheden, voor vertrouwelijkheid. Ik heb ook vader en moeder sentimenteel genoemd, waar anderen bij waren. Het was niet rechtvaardig. Ze maken zich zorgen over mij, zoals ik mij over hen. Maar het blijft onuitsprekelijk tussen hen en mij, en ik geloof, dat het ’t stille, dringende vragen van hun gezichten is, dat mij dikwijls weerhoudt, naar Haarlem te gaan: alsof zij bij mij de zwakke plekken zoeken." Bladzijde 7
"Ik zag de roekeloosheid die uit Tanja sloeg alsof zij van binnen vuur en vlam was. Ik vroeg haar herhaaldelijk, met opzettelijke nuchterheid, mij liever alleen te laten gaan. ik zei niet dat ik slechts zeker was van me zelf – niet van haar; ik gaf voor dat de verscherpte maatregelen tegen de joden haar aan groeiend gevaar blootstelden. Zij was gekwetst als ik mijn bezwaren uitte; zij was trots op haar nieuwe moed, haar vingervlugheid, haar wraakneming op de bezetter. Zij liet zich in niets kortwieken; en ik – ik liet haar begaan, keer op keer, eindeloos opgelucht als ik haar ’s avonds weer op onze zolder terugzag." Bladzijde 27
"En nu rees de grote vraag: het communisme. Ik besefte dat het de vraag was van mijn eeuw, mijn tijd, mijn tijdgenoten. En ik begreep tegelijk, met een nog verborgen tegenweer of onbehagen, dat het communisme in de aard der dingen lag – of de mensen en ik incluis zich al of niet verzetten, of zij het al of niet haatten, of zij het al of niet vreesden. Dat het er voor de ernstigen onder ons om ging zich af te vragen of zij de komst ervan wilden helpen bespoedigen, of het – in onzekerheid, weifel en twijfel – nog helpen vertragen en uitstellen met alle ziekten en bezoekingen vandien…" Bladzijde 41
"Ik schreide, omdat het leek of met mijn geverfd haar een andere beveiliging van mij of gekomen was. De grens die ik zelf getrokken had tussen de ik, die ik nu was en het meisje met het rode haar dat ik eenmaal was geweest – de pantsering, de zelfverharding, de tucht tot vergetelheid waren gebroken. Ik was weerloos, ik was Hanna S; ik zag mij zelf in een duinweg terwijl het haar mij luchtig en kastanjeglanzend om de oren wapperde en iemand naar mij keek, stilzwijgend, terwijl hij op smalle, lenige kleine voeten naast mij liep." Bladzijde 562
Thematiek
Wo ii: verzetHet meisje met het rode haar past binnen veel verschillende genres. Het kan een historische roman genoemd worden door het uitgebreide beeld dat gegeven wordt van de jaren ’40-45, het kan een oorlogsroman genoemd worden doordat de Tweede Wereldoorlog de spil van alles vormt en het past ook prima in het kader van de verzetsroman. Het verzet tijdens de Tweede Wereldoorlog vormt namelijk de kern van het verhaal. Hannie Schaft is de vaderlandse geschiedenis in gegaan als een verzetsstrijdster, maar ze kwam eigenlijk puur toevallig in dit circuit terecht. Doordat twee van haar vriendinnen joods waren en last regen van het Duitse antisemitisme, voelde Hannie zich geroepen om daartegen in opstand te komen. Zij regelde onderdak voor hen en hoe gevaarlijker het leven wordt voor haar joodse vriendinnen, hoe meer Hannie zich geroepen voelt om het oorlogsgeweld een halt toe te roepen. Dankzij de verzetsarts dokter Martin sluit ze zich aan bij de RVV en heeft daarmee meteen beet: deze Raad van Verzet coördineert namelijk alle verzetsoperaties en –organisaties in heel Nederland. Er is altijd een reden van de verzetsleden om erbij te zijn. Naarmate het verhaal vordert, wordt steeds meer duidelijk over de ondergrondse wereld die is ontstaan tijdens de bezetting. Vooral de ideologie dat niet iedereen ofwel goed ofwel fout is, komt veel naar voren. Door heel Nederland heen zijn verschillende verzetsorganisaties, die zich op veel verschillende zaken richten. Hoewel er veel wordt samengewerkt, is er maar weinig vertrouwen tussen de verschillende organisaties: in elke regio is de situatie anders en kijkt men op een andere manier naar de bezetters én naar de verzetsleden. Dit blijkt wel wanneer Hanna voor het Velsen verzet gaat werken, waar verbindingen bij de Duitsers absoluut niet vreemd zijn. Maar buiten de georganiseerde ondergrondse blijkt ook dat er veel gewone burgers zijn die in het diepste geheim sympathiseren met het verzet: moeder De Mol is daar een goed voorbeeld van, zij stelt regelmatig haar huis beschikbaar als onderkomen voor verzetsleden, evenals de oude meneer Lievensz die zich voordoet als brave onderdaan van de bezetting maar intussen alles doet wat hij kan om het verzet te helpen. Het gaat dus zeker niet alleen om het actieve, maar ook zeker om het passieve verzet en de mensen die juist door dat laatste iets hebben weten te betekenen – met gevaar voor eigen leven en vaak zonder dat iemand er later enig benul van heeft gehad. Het boek geeft een erg goed beeld van de activiteiten van het verzet en zodanig van de manier waarop het heeft bijgedragen aan de aftocht van de Duitsers. Zo houdt de RVV zich voornamelijk bezig met het liquideren van belangrijke SS’erss en SD’ers. Ook het vervoeren van wapens en voedsel voor andere verzetsorganisaties of voor onderduikers staat op de agenda. Opmerkelijk is dat er bij de RVV sprake is van een hiërarchie in leiders: degenen die aan het hoofd staan van de organisatie laten zich vrijwel nooit zien omdat dit te gevaarlijk is. Wel zijn zij degenen die ervoor zorgen dat de organisatie voedselrantsoenen krijgt als deze schaars zijn en kan de organisatie er ook voor zorgen dat onderduikende families of onderduikadressen geen honger hoeven te lijden. Zij geven bovendien vaak de opdrachten. Belangrijk is wel dat ook de verzetsleden zich soms terug moeten trekken: als er teveel aandacht op hen gericht is, wordt de RVV op non-actief gezet of moeten ze verplicht onderduiken om te zorgen dat ze niet opgedoekt worden.
Motieven
Vriendschap
Hoewel Hanna op sommige momenten een persoon lijkt die slechts haar doel wil bereiken en daarbij weinig geeft om het gezelschap van anderen, wordt na haar lidmaatschap bij de RVV al snel duidelijk dat ze veel waarde hecht aan de nabijheid van haar collega’s en dat ze een band met hen opbouwt die symbool staat voor dat wat ze het liefste willen, dat waar ze voor vechten en dat waar ze van dromen als de oorlog eenmaal voorbij is. Hanna gaat er tijdens haar arrestatie zelfs vanuit dat men haar te hulp zal komen schieten, terwijl ze in het begin toch meer een eenling was. Dit komt ook weer terug in het communisme: de samenhang met mensen die dezelfde ideeën en verlangens hebben, wordt voor haar erg belangrijk.
Communisme
Het communisme vormt de grondslag van de RVV: deze is een verlengstuk van de Communistische Partij Nederland. Naarmate ze langer bij het verzet zit, krijgt Hanna steeds meer interesse in de communistische ideeën en groeit ze echt in deze ideologie. Het handelen van de RVV past hier erg goed bij: ze liquideren machthebbers omdat volgens hen de macht juist bij het volk moet liggen en niet bij één persoon of bij één selecte groep. Ze verzetten zich sterk tegen het fascisme en wanneer ze het hebben over of denken aan hoe de wereld eruit zal zien na de oorlog, is dat altijd een wereld van sociale gelijkheid en vrede. Het valt bovendien op dat dit Hanna’s enige ideologie is: het christendom bijvoorbeeld wijst zij beslist van de hand. Haar bijnaam, kind der mensen, is hier ook weer op gebaseerd: ze is het gezicht van de revolutie van het volk.
Fascisme
Het fascisme wordt aangehaald als de grote tegenhanger van het communisme en de verschillen tussen Duitsers-Nederlanders symboliseren ook de verschillen tussen communisten-fascisten. Het fascisme wordt fanatiek aanhangen door de SS’ers en komt steeds naar voren in hun ideeën en hun handelen.
Feminisme
Het is grappig dat er indertijd best veel vrouwen in het verzet zaten in de zin van dat ze onderduikers hielpen of persoonsbewijzen vervalsten, maar Hannie Schaft was de eerste en waarschijnlijk ook de enige vrouw in het actieve verzet, in het liquidatieverzet. Regelmatig komt in het verhaal naar voren dat zij gelijk wil zijn aan de mannen en wil bewijzen dat ook de vrouwen het heft in eigen handen kunnen nemen en voor hun rechten mogen vechten.
Trivia
In het boek is het door de schrijver heel belangrijk gemaakt dat Hanna lid was van een verzetsorganisatie en dus niet alleen handelde, terwijl in de film uit 1981 dit wel wordt gesuggereerd: daarin lijkt het alsof Hanna veel meer op eigen houtje deed dan met de RVV.
Titelverklaring
De titel van het boek, Het meisje met het rode haar, laat vrij weinig aan de verbeelding over. Het gaat over verzetsstrijdster Hanna (Hannie) Schaft, die tijdens de Tweede Wereldoorlog berucht werd bij zowel verzetsorganisaties als bij de Duitsers dankzij haar rode haar. Om niet ontdekt en gearresteerd te worden verft ze het zwart, maar de Duitsers weten dan al dat de Hanna Schaft die ze zoeken, rood haar heeft. Wanneer ze wordt gearresteerd, hebben ze nog geen idee van haar identiteit, tot ze een pluk van haar zwarte haar uittrekken en zien dat het daaronder rood is. Daardoor weten ze wie ze is: het meisje dat het hen al jarenlang moeilijk maakt en die ze dolgraag zelf uit de weg willen ruimen. Hanna is echter ook onder de benaming van ‘’het meisje met het rode haar’’ bekend geworden bij het grote publiek na de oorlog en daardoor is de titel herkenbaar.
Structuur & perspectief
Het meisje met het rode haar is geen dun boek: met maar net iets minder dan zeshonderd bladzijden wordt er een heel groot verhaal verteld. De schrijver doet dat in vijf delen die elk staan voor een fase in Hanna’s leven. Het eerste deel gaat over Hanna en haar vriendinnen, voor wie ze zich aansluit bij het verzet. In het tweede deel wordt ze ingelijfd bij de RVV en ontdekt ze hoe gevaarlijk het leven daar is, waardoor ze zich terugtrekt op het platteland met Hugo om schietlessen te krijgen. In het derde deel gaat het over de samenwerking tussen Hanna en Hugo om belangrijke Duitsers te doden en sterft Hugo terwijl ze daarmee bezig zijn. Het vierde deel gaat over dat het steeds gevaarlijker wordt voor de RVV: het einde van de oorlog lijk te naderen en Hanna gaat samenwerken met andere verzetsorganisaties. In het vijfde en laatste deel uiteindelijk wordt Hanna gearresteerd, vastgehouden en verhoord en uiteindelijk geëxecuteerd wanneer de Duitsers hebben ontdekt wie ze is.
Het perspectief in het boek is steeds dat van Hanna: het verhaal leest alsof het haar dagboek is, haar gedachten. Daardoor krijg je als lezer alleen haar visie op de gebeurtenissen en dat is best jammer, omdat je hierdoor niet alle personages even goed leert kennen. Je kent ze zoals Hanna ze kent. Het ik-perspectief is wel heel sterk geschreven en dat zorgt ervoor dat het echt lijkt alsof Hanna alles zelf heeft geschreven.
Decor
Het verhaal speelt zich uiteraard af tijdens de Tweede Wereldoorlog, dat is aan vrijwel alles merkbaar. Zo begint het al met de moeilijkheden die de Duitsers creëren voor de joden: de sterren, de razzia’s en de deportaties. Deze zaken zorgen ervoor dat Hanna bij het verzet gaat, om haar joodse vriendinnen te beschermen. De ontwikkelingen van de oorlog in het algemeen staan ook voor een groot deel centraal: zo wordt er regelmatig gesproken over vorderingen van de bezetters of juist van de bevrijders. Ook het conflict tussen de fascistische en de communistische stroming vormt een belangrijk punt in het verhaal en dat geeft goed aan in welke tijd het zich afspeelt, want deze twee stromingen stonden lijnrecht tegenover elkaar vóór en tijdens de oorlog. De periode die beschreven wordt is vrij lang : het begint in april 1942 en eindigt met haar executie in maart 1945, vlak voor de bevrijding. Dit past ook goed bij de lengte van het boek: er worden af en toe korte periodes overgeslagen, maar verder beschrijft het boek zo ongeveer alles wat er in die tweeënhalf jaar gebeurt. Hanna schrijft hierover in de ik-vorm, maar dat gebeurt nu eens in de verleden tijd en dan weer in de tegenwoordige tijd, zoals vaak het geval is bij dagboekromans.
Op het gebied van decor speelt het verhaal zich af op verschillende plaatsen in Nederland. Het begint in Amsterdam, waar Hanna samen met haar vriendinnen aan de universiteit studeert. Wanneer ze bij het verzet gaat wordt dat echter te gevaarlijk en gaat ze van plaats naar plaats: ze duikt een tijdje onder bij haar ouders in Haarlem, woont een tijdje op een boerderij op het platteland of zit op zolders ondergedoken bij mensen in Haarlem. Ook het hoofdkwartier van de RVV speelt een belangrijke rol: hier ontmoet Hanna de meeste van haar medeverzetsstrijders en worden er plannen gemaakt. Ze reist echter regelmatig door heel Nederland om belangrijke Duitsers te volgen en te liquideren of om opdrachten uit te voeren bij of voor andere verzetsorganisaties. Het politiebureau van de Duitsers is waar ze uiteindelijk ontmaskerd wordt. Dit zijn allemaal locaties die in de oorlog ook daadwerkelijk belangrijk waren voor alle betrokkenen en daardoor geeft het decor in het verhaal een realistisch beeld van hoe het er destijds aan toe ging.
Stijl
Het is voor schrijver Theun de Vries altijd heel belangrijk geweest dat hij als auteur een politiek-maatschappelijke verantwoordelijkheid heeft om bepaalde kwesties bij de mensen onder de aandacht te brengen zodat die niet vergeten worden. Vanuit die overtuiging heeft hij ook Het meisje met het rode haar geschreven: er zit een soort kritiek in op het feit dat mensen nog maar weinig aandacht hebben voor mensen als Hanna Schaft en hij wil dat veranderen. Wat hem echter heeft overgehaald om over Hanna te schrijven, was dat zij zeer communistisch was ingesteld en ook vanuit die ideologie handelde in het verzet. De Vries was namelijk zelf ook communist en heeft daardoor tijdens de oorlog ook gevangen gezeten. Na de oorlog werd hij ook nog vaak anders behandeld door zijn lidmaatschap van de CPN (Communistische Partij Nederland) en als we kijken naar hoe uitvoerig het communisme wordt beschreven in het boek is het goed voor te stellen dat hij graag meer aandacht voor deze stroming heeft willen krijgen.
Het boek werd destijds, in de jaren vijftig, niet meteen heel goed ontvangen. Het sneed namelijk een behoorlijk gevoelig onderwerp aan: het communisme en het fascisme. Men was de oorlog nog lang niet vergeten en het communisme was absoluut geen geliefde stroming: bovendien raakte het verhaal van de actieve vrouwelijke verzetsstrijdster waarschijnlijk een behoorlijke snaar omdat vrouwen niet politiek bevlogen hoorden te zijn. Het boek werd langzaamaan wel steeds populairder en ook beter gewaardeerd door de politieke en maatschappelijke waarde die het kreeg. Toen het in de jaren tachtig werd verfilmd, werd het opnieuw door veel mensen gelezen. De schrijfstijl doet veel denken aan de oorlogssfeer: typisch taalgebruik uit de jaren veertig (een pistool wordt geen pistool genoemd, maar een blaffer), de sterke ideologie en de langdradige beschrijving van gedachtegangen zorgen voor veel diepgang in de personages en de ontwikkelingen.
Slotzin
De pijn is er niet meer.Beoordeling
De naam Hannie Schaft kende ik al wel: dat ze berucht was om haar rode haar en dat ze een belangrijke figuur in het verzet was, wist ik ook al langere tijd. Maar pas na het lezen van dit boek weet ik wat haar verhaal écht is en heb ik het gevoel dat ik haar echt heb leren kennen om de persoon die ze was en niet om alles wat ze gedaan had. In het begin had ik er wel moeite mee om echt in het verhaal te komen: het taalgebruik is namelijk echt dat van de jaren veertig en vijftig en daar moet je best even aan wennen. Ook vond ik het gedurende het hele boek wel een beetje minder vind, is dat het allemaal wel heel erg langdradig is. Het boek telt maar liefst zeshonderd bladzijden en in die zeshonderd bladzijden worden er drie jaar beschreven. Er zaten hoofdstukken bij die wel kort waren, maar net zo goed weggelaten hadden kunnen worden omdat er eigenlijk niets in gebeurde. Het leest dus niet zo vlot en door de vele achtergrondinformatie of gedachtegangen die er worden gegeven kost het soms ook wel moeite om er echt in op te gaan.
Toch heb ik van het boek genoten. Waarom? Omdat het ontzettend goed geschreven is. De schrijver heeft best een risico genomen door te kiezen voor de ik-persoon bij het vertellen van zo’n belangrijk verhaal, maar hij heeft het wel ontzettend goed gedaan. Ondanks de langdradigheid werd ik wel compleet meegesleept door het verhaal en dat komt doordat hij me helemaal in het personage van Hanna, in haar leven en in haar gedachten heeft getrokken. Tijdens het lezen betrapte ik mezelf er meerdere keren op dat ik dacht dat het echt haar dagboek was, door haar geschreven – in plaats van een werk van fictie. Als een schrijver dat kan met zijn ik-persoon, dan vind ik dat echt heel, heel knap. Ook de andere personages zijn heel levendig: het zijn allemaal – of in ieder geval heel veel – mensen met wie Hanna daadwerkelijk heeft gewerkt, maar de namen zijn veranderd. Het ”wereldje” waarin ze allemaal leven komt ook goed naar voren, dat is ook deels de reden dat het verhaal zo geloofwaardig is. Het is heel emotioneel om te lezen over al die mensen die meewerkten in het verzet én over al die mensen die slachtoffer werden van de oorlog. Bovendien krijg je heel veel informatie over het verzet, het communisme en die twee werelden.
REACTIES
1 seconde geleden
S.
S.
donders
5 jaar geleden
Antwoorden