Haar bloed door Kristien Hemmerechts

Zeker Weten Goed
Foto van Cees
Boekcover Haar bloed
Shadow
Zeker Weten Goed

Boekcover Haar bloed
Shadow
Haar bloed door Kristien Hemmerechts
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Studiekeuzestress? 5 gouden tips om voor áltijd te blijven twijfelen

Ben jij ook zo'n expert in het uitstellen van je studiekeuze? Met deze 5 tips blijf je gegarandeerd nog járenlang twijfelen. Want waarom zou je een beslissing nemen als je ook gewoon... niet kunt kiezen? 

Check het hier

Feitelijke gegevens

  • 1e druk, 2012
  • 252 pagina's
  • Uitgeverij: De Geus

Flaptekst

Titus is nog een kind als zijn grootvader hem meeneemt naar een pas overleden man. Bang en nieuwsgierig tegelijk kijkt de jongen naar het lijk, terwijl zijn grootvader een verhaal vertelt over goed en slecht bloed. De gebeurtenis blijft Titus zijn hele leven bij en zijn fascinatie voor bloed groeit. Zijn studie geneeskunde geeft hem de kans zich te verdiepen in de geheimen van de rode vloeistof. Dan blijkt dat het meisje Roos op wie hij verliefd is een zeldzame afwijking aan het bloed heeft. Het maakt haar wanhopig dat niemand kan ontdekken wat er aan de hand is. Titus doet alles om de oorzaak te achterhalen, in de hoop dat hij daarmee Roos voor zich kan winnen

Eerste zin

Het was in die dagen een hemelsbreed verschil tussen binnen en buiten. Buiten liep de temperatuur op tot vijfendertig graden en kleurde de stad oranje.

Samenvatting

Bijsluiter
Deze bijsluiter heeft de functie van een proloog. Kristien Hemmerechts is in dit deel de ik-figuur die aan de lezer melding maakt van de manier waarop ze zich heeft voorbereid op het schrijven van de roman tijdens een stage aan het VU in Amsterdam. Dat was tijdens het WK-voetbal 2010 in Zuid-Afrika. Ze heeft in die periode bewondering gekregen voor het verplegend personeel en de behandelend artsen, die met veel toewijding voor hen patiënten zorgen, maar die, zo constateert zij, ook soms gewoon bepaalde zaken niet weten.

Het verhaal van de roman
Titus Serfonteyn woont met zijn moeder Mona in het Vlaamse dorp Zwelegem. Zijn vader is overleden toen Titus 2 jaar oud was. Hij was aangereden door een vrachtwagen en op het asfalt was een grote plas bloed te zien geweest. Wanneer Titus wat ouder is, gaat hij met zijn grootvader kijken naar het lijk van een nazaat van Leonardo da Vinci. Eerst durft het jongetje eigenlijk niet, maar zijn opa vindt het belangrijk dat hij een blik werpt op iemand die nog een laatste druppel bloed van de beroemde man heeft bezeten. Hij vertelt aan Titus dat er mensen met goed bloed zijn en met slecht bloed. Daardoor wordt Titus gefascineerd door bloed.

Enige jaren later wordt Titus ziek met hoge koorts, maar zijn witte bloedcellen vallen de indringers aan. Titus geneest, maar hij krijgt opnieuw een meer dan evenredige  belangstelling voor bloed. De huisarts heeft hem een poster gegeven met het bloedvatenstelsel en die leert de kleine jongen letterlijk uit zijn hoofd. Hij gaat daarna de tabel van Mendelejev bestuderen en in zijn hoofd zetten (in Nederland noemen we dat het periodiek Systeem van de Elementen, waarin de verschillende stoffen een aanduiding krijgen). Daarmee wordt aangegeven hoe slim de jonge Titus is. In het dorp heeft Titus een bijzonder vriendje Pieter Kalhorn, wiens vader een vermogend man is. Maar de vader van Pieter is ook veel afwezig, omdat hij in zijn te saaie huwelijk te weinig bevrediging vindt en omdat hij graag naar andere vrouwen kijkt. Mona vindt Pieter echter wel een leuk kind, omdat hij heel anders is dan Titus en af en toe leuke geheimen vertelt bijv. dat zijn zusje gaat trouwen omdat ze zwanger is.

Wanneer ze weer wat ouder zijn, regelt Pieter twee backstageplaatsen voor The Night of The Proms in het Antwerpse Sportpaleis. Er is een optreden van Beyoncé. Het kan Titus eigenlijk niet veel schelen, maar hij gaat toch mee. De vader van Pieter moet hen echter wegbrengen en daarom moet er nog een kaartje komen. Wanneer ze in het Sportpaleis zijn, wordt Titus in de zaal gedropt en gaat vader Kalhorn mee naar backstage. Tijdens de rit praten ze over seks: o.a over de artiesteningang nemen (iemand anaal nemen). Titus beseft dat Pieter min of meer de genen (de bloedcellen) van zijn vader heeft. Tijdens het concert heeft hij een zaalplaats en inderdaad neemt vader Yvan de backstageplaats in. Pieter versiert de vriendin van Beyoncé en gaat ermee naar buiten.

Na het concert komt er iemand wonen in het huis naast dat van Titus. Het is een gescheiden vrouw Edith die een zoontje heeft. Mona neemt contact met haar op en biedt hulp aan. Het blijkt dat Edith graag oppas heeft voor haat zoontje Sven. Pieter en Titus doen dat, want Edith is een heerlijke vrouw, al is ze natuurlijk wel een jaar of tien ouder dan de twee jongens.

Daar stoort Pieter zich het minste aan, want in plaats van bezoeken aan Titus te brengen gaat hij vaak naar het huis van Edith, waarna de slaapkamergordijnen worden gesloten. Vlak voor zijn 18e verjaardag wordt Pieter echter gedumpt  door Edith.

Titus haalt zijn toelatingsexamen voor geneeskunde en hij gaat met Pieter een kamer huren in Leuven. Ze komen in huis bij Roos, Frank en Patricia. Het zijn allemaal leuke mensen. Het duurt niet lang of Pieter en Roos hebben seks met elkaar, maar als Pieter dat in gezelschap vertelt, krijgt  hij een optater van Roos. Ze zoekt troost bij Titus die ook met haar naar bed gaat. Het is voor Roos heel wat minder opwindend, maar toch hecht ze er grote waarde aan. Bizar is wel dat ze na het vrijen over bloed, eiwitten en DNA-profielen beginnen te kletsen. Wanneer hij een weekendje naar huis gaat, ontmoet hij Edith die hem vraagt over zijn studie. Zijn moeder en Edith zijn vriendinnen geworden en ook de moeder van Pieter (Nicole) gaat nu goed met Mona om. Op de terugweg naar Leuven ziet Titus een tent van het Rode Kruis die bloeddonoren wil werven. Hij maakt zijn kamergenoten warm voor het geven van bloed. Die durven eerst niet, maar Titus maakt stevig propaganda voor bloeddonaties. Ze gaan later toch bloed geven.

Weken later komt de uitslag o.a. van hun bloedgroep. Titus heeft een heel bijzondere bloedgroep:  AB-negatief. Dit geeft aanleiding tot een uiteenzetting over bloedgroepen. Sommige mensen kunnen van elkaar bloed krijgen, anderen zouden er juist door sterven. Roos krijgt later een brief waarin staat dat er iets bijzonders met haar bloed aan de hand is. Het is niet geschikt om als donorbloed te fungeren. Titus maakt zich zorgen en gaat  zich steeds meer verdiepen in de kennis van het bloed. Als hij een nachtje “kijkstagiair” op de medische afdeling is, wordt hij geroepen bij een ernstig ziek meisje: het is een verslaafd hoertje uit Peru. Hij mag bij haar voor de eerste keer bloed afnemen, maar de arts vertelt hem dat het meisje niet te redden is. Hij ziet ook hoe ze doodgaat, nadat ze telefonisch contact heeft gehad met haar moeder. Ze kan nog net vertellen dat ze veel van haar moeder houdt, waarna ze sterft.

In het huis komt het tot een tweedeling van de partijen. Titus en Roos hebben voor elkaar gekozen en eten voortaan samen. Pieter en Frank hebben elkaars partij gekozen en Patricia blijft van twee walletjes eten.  Ze gaan nog wel met zijn allen een weekendje naar de Ardennen, maar dat loopt ook op een mislukking uit. Pieter gaat weer op stap en ontmoet een vrouw die de naaktfoto’s van de beroemde kunstenaar Spencer Tunick regelt. Hij heeft hen allemaal opgegeven dat ze in juni naakt gaan poseren in het openbaar (live nude exposure pictures). Titus en Pieter krijgen nu echt ruzie, vooral ook omdat Titus jaloers is. Roos heeft nog steeds warme gevoelens voor de charmante Pieter.

Roos moet regelmatig op controle en daarbij wordt ontdekt dat ze toch leukemie heeft. Als ze het vertelt, worden de vijanden Pieter en Titus weer vrienden.

De ouders van Roos zijn erg geschokt. Ze stammen uit zo’n gezonde familie en vader Donckers is helemaal van streek: hij is de man van het Vlaams Blok met “eigen volk eerst”, een man die een hekel heeft aan vreemd bloed en nu heeft zijn eigen dochter Roos slecht bloed. Ze krijgt eerst medicijnen, maar de beste remedie is toch dat ze stamcellen krijgt van een donor. Ze heeft twee zussen: de 5 jaar oudere Jasmien met wie ze contact heeft, blijkt echter niet de juiste match te zijn. Dan moet op zoek gegaan worden naar de oudste zus (ongeveer tien jaar ouder). Die heet Didi en ze heeft met haar familie gebroken. Ze had een hekel aan haar strenge vader die er bovendien nare politieke opvattingen op na hield. Ook de scheiding van  Didi was een doorn in het oog van de ouders. Deze Didi moet worden opgespoord en wat blijkt nu op een cruciaal moment in deze roman: Didi is niemand anders dan Edith, die toevallig naast de moeder van Titus woont. Wanneer via het telefoonnummer dat haar moeder heeft, Didi wordt opgespoord, twijfelt ze er geen moment aan om donor van haar zus te zijn. Vervelend voor de vader van Roos: het lieve dochtertje heeft slecht bloed en het vervelende dochtertje heeft goed bloed.

Roos denkt na over het leven. Ze zal later voor Titus kiezen. Of zal haar verlangen naar Pieter blijven, zoals zo ooit haar moeder ook betrapte met een vriend die haar in de keuken kuste. Titus denkt ook na over erfelijke eigenschappen.

Pieter trekt een geleende doktersjas aan, loopt brutaal het ziekenhuis binnen en gaat bij Roos op bezoek. Hij doet dat later nog een keer om Roos met bodylotion in te smeren en haar te vertellen dat Titus veel van haar houdt.

Op dag X gaat Edith haar stamcellen afstaan in het ziekenhuis in Leuven. Titus praat met Roos' ouders. Pieter en Edith doen mee aan de naakte foto/demonstratie van Spencer Tunick. Ze moeten eigenlijk stil zijn, maar ze beginnen te roepen dat ze het poseren voor  Roos doen. De menigte begint dan 'voor Roos' te scanderen.

In het laatste hoofdstukken overdenken enkele personages hun bestaan:  Roos' moeder in de stilteruimte van het ziekenhuis. Roos bestaat eigenlijk niet meer, nu ze het nieuwe bloed van Edith heeft gekregen. Edith denkt na over de fouten in haar leven (vooral de verkeerde keuzes voor mannen). Ze zal voortaan vooral denken aan de  situatie van Roos met wie ze meer gaat optrekken.

Roos is fysiek op dat moment niet de mooiste. Ze twijfelt eraan of Titus van haar blijft houden. Titus’ moeder gaat een lesbische relatie aan met Nicole. Hij heeft er vrede mee.

Hij vindt Pieter bijzonder. Hij vindt zijn moeder bijzonder, omdat ze de openbare opinie in het dorp trotseert. Hij vindt zijn meisje Roos bijzonder, omdat ze zo dapper is. Hij zal van haar blijven houden.

Personages

Titus Serfonteyn

Titus Serfonteyn is zijn vader al snel kwijt (hij is 2) en hij groeit op bij zijn moeder Mona. Na een ziekte krijgt hij veel belangstelling voor het bloedstelsel en hij kan het hele bloedvatenstelsel uit zijn hoofd leren. Hij is heel bijzonder: eigenlijk te serieus voor zijn leeftijd. Hij moet daarom nog wel eens naar een therapeut, wat hij zelf niet goed begrijpt, want hij vindt dat hij geen problemen heeft. Later gaat hij medicijnen in Leuven studeren en ook daar leeft hij heel serieus als student. Pieter woont bij hem in het huis in Leuven en die gedraagt zich heel anders: geen meisje is veilig voor hem. Toevallig raken ze verliefd op hetzelfde meisje Roos, maar voor Pieter is het een voorbijgaand schip in de nacht, voor Titus is het ernst. Uiteindelijk kiest Roos voor Titus. Dan wordt Roos erg ziek. Titus kiest dan voor Roos en een mooie toekomst met haar.

Roos Dockers

Roos Dockers is kamergenote van Titus, die eerst seks heeft met Pieter, maar later troost zoekt bij Titus. Ze krijgt leukemie en ze moet dan stamcellen krijgen van haar zusje Didi die min of meer met haar familie heeft gebroken, vooral omdat de vader van Roos nationalistische gevoelens koestert (Vlaams Blok - Vlaams belang). Ze ondergaat de stamceltransplantatie: zus Didi is donor. Ze is erg dapper, al twijfelt ze in het laatste deel van de roman of Titus nog wel voor haar zal kiezen.

Pieter Kalhorn

Pieter Kalhorn is de beste vriend van Titus, maar hij is heel anders. Waar Titus serieus is, gedraagt Pieter zich als een macho. Geen meisje is veilig voor hem en hij heeft zelfs seks met de tien jaar oudere, gescheiden vrouw Edith, die later Didi blijkt te zijn. Hij wordt duidelijk gebruikt als voorbeeld dat erfelijke eigenschappen overdraagbaar zijn, want Pieter gedraagt zich net als zijn vader Yvan die in het dorp ook een bedenkelijke reputatie ten aanzien van vrouwen hooghoudt. Zijn huwelijk met de mooie, maar saaie Nicole staat droog. Omdat Pieter opschept over zijn seks met Roos, loop hij een blauwtje, maar hij blijkt het dus gedaan te hebben met Roos en haar zus Didi (die later Edith blijkt te zijn). Pieter studeert in Leuven psychologie. Op blz. 151 stelt Titus dat hij Pieter in zijn leven nodig heeft gehad: hij was een vriend en een vijand. De vrienden krijgen namelijk ruzie. Pieter overlegt met Edith wat die van de situatie vindt: hij heeft namelijk nog steeds contact met haar, ook seksueel. Die vertelt hem ook dat zijn moeder Nicole en Mona erg goed met elkaar kunnen opschieten. Ze doelt zelfs op een lesbische relatie. Pieter blijft ook in de ogen van Titus een bijzondere jongen.

Edith Ravier

Edith Ravier is de zus van Roos, maar ze blijft zich na de scheiding Ravier noemen. Dat is zeer waarschijnlijk een protestactie tegenover haar ouders. Edith (door haar zussen Didi genoemd) heeft een hekel aan haar vader die vroeger heel streng voor haar was. Bovendien heeft hij een voorkeur voor het Vlaams Blok, waar Edith niets van moet hebben. Ze gaat ook weg uit Leuven om zich in het dorp van Mona te vestigen. Ze is bijna dertig jaar en heeft een zoontje Sven. Ze gaat met Pieter naar bed en dat is wel een beetje vreemd, want hij is bijna elf jaar jonger. Later zegt ze dat ze een man aan de haak heeft geslagen die beweert dat hij gaat scheiden van zijn vrouw. Maar weer later besluit ze niet met hem te trouwen. Ze heeft geen contact meer met de Donckers, maar ze aarzelt helemaal niet om stamcellen af te staan voor haar zieke zusje. In dat opzicht is het best een interessant personage in deze roman.

Quotes

"Hematologie, de studie van het bloed, was samengesteld uit twee Griekse woorden: logos -leer en haima - bloed, wat hem aan heimat deed denken. Je bloed was je thuis. En ook leukemie kwam van het Griekse leukos - wit en opnieuw haima - bloed. Door een teveel aan witte bloedcellen verloor je bloed zijn bloedrode kleur. Dat was niet leuk." Bladzijde 25
"Pieter had gelijk. Of je nu AB-bloed toevoegde aan iemand met O-bloed, of O-bloed aan iemand met AB kwam op hetzelfde neer. In beide gevallen brouwde je een dodelijke cocktail van A- en B-antigenen en antistoffen tegen A en B. Toch noemde het medisch handboek O geschikt voor mensen met bloedgroep AB. Waarom dreigde er dan geen klontergevaar? Had het te maken met densiteit? Debiet? Waren in het ene geval de geïmporteerde stoffen verwaarloosbaar, terwijl in het andere geval de import van antigenen volstond om de boel te verzieken?"
"Al die jaren was Pieter zijn vriend en zijn vijand geweest. Pieter was alles wat hij niet was en ook niet kon zijn. Pieter had hem gedwongen zichzelf te zijn. Bij gebrek aan alternatief. Een mens had zijn vijanden even hard nodig als zijn vrienden. Misschien zelfs harder." Bladzijde 151

Thematiek

Vriendschap

De thematiek van deze roman betreft natuurlijk alles wat met bloed te maken heeft. Dan kunnen we vanaf het begin zien wanneer Titus met zijn opa een bezoek moet brengen aan een lijk waardoor heen nog het bloed van Leonardo da Vinci stroomt. Zijn opa zegt dat er mensen zijn met goed bloed en met slecht bloed. Een citaat dat hem een heel leven lang aan het denken zet. Ook daarna toont Titus interesse in de bloedsomloop. Het is geen verbazingwekkend gegeven dat hij later medicijnen gaat studeren. Ook daar in Leuven wordt hij geconfronteerd met bloed en bloedziekten (vgl. de dood van het Peruaanse hoertje bij wie hij voor de eerste keer bloed mag trekken). Hij zorgt er later ook voor dat zijn kamergenoten allemaal als bloeddonor worden opgegeven. Daarbij komt aan het licht dat Roos ongeschikt bloed heeft en later zelfs dat ze leukemie heeft (bloedkanker). Ze moet stamcellen krijgen van een familielid: haar goede zusje Jasmien heeft geen goed bloed en het zwarte schaap Didi heeft dat wel. Die neemt nadrukkelijk afstand van haar ouders, vooral van haar vader, die het vroeger namelijk opnam voor het Vlaams Blok. Die ideeën kan ze niet overnemen. Maar over de formele gegevens over bloed en bloedgroepen gaat het in deze roman ook over hoe uniek mensen zijn. Iedereen is eigenlijk een eigen persoonlijkheid, ook al hebben grote groepen mensen dezelfde bloedgroep. Iedereen is uniek: dat kun je zien als Titus naar het Sportpaleis gaat om Beyoncé te zien: hij vraagt zich af hoe uniek zij is. Mensen zijn eigenlijk allemaal bijzonder: dat is ook het gegeven dat Titus aan het einde van de roman overdenkt. Didi is bijzonder, Pieter is bijzonder en Roos is bijzonder. Alle mensen zijn uniek. Hemmerechts schrijft daarom graag over bijzondere mensen met vaak afwijkende eigenschappen van wat je normaal vindt. Daarnaast is “Haar bloed” een roman over vriendschap en liefde: twee thema’s waarin Kristien Hemmerechts ook geïnteresseerd is. Pieter Kalhorn is het vriendje uit het dorp van Titus. Hij is een heel ander jongetje dan hij zelf is, maar tegenpolen trekken elkaar vaak aan. Pieter neemt alles luchtiger op dan Titus, heeft veel meer ook voor het vrouwelijk schoon. Toch kunnen ze goed met elkaar opschieten. Maar Pieter denkt wel meer aan zichzelf dan aan zijn vriendje. Wanneer Edith komt wonen in het dorp gaat hij meer bij haar langs dan bij Titus en zijn moeder. Later wordt het nog erger wanneer ze elkaar concurrenten worden in de strijd om Roos. Roos stort zich in de armen van Titus als Pieter te onvoorzichtig met haar omgaat, maar ze blijft wel gevoelens koesteren voor Pieter. Ze denkt dat het in haar genen zit, want haar moeder had ze eens betrapt met een andere man. Die had ook het avontuur gezocht. Op een zeker moment staan Pieter en Titus als vijanden tegenover elkaar o.a. wanneer Titus Pieter opgegeven heeft voor het bloeddonorschap en omgekeerd wordt Titus boos wanneer Pieter hen opgeeft voor het naakt poseren. Het typeert ook beide mannen: Titus is ernstig (bloedernstig) en Pieter heeft meer op met seks (de naaktfoto’s). Maar Pieter Titus heeft een vijand nodig om beter te existeren. Gelukkig worden de jongens later ook weer vrienden, wanneer Roos leukemie blijkt te hebben. Ook Pieter blijft gevoelens voor haar koesteren want hij brengt haar in dokterskleren een nachtelijk bezoek en smeert haar zelfs bij één van die keren in met bodylotion. Op blz. 228 beseft Titus dat “Pieter in zijn leven was gekomen om hem duidelijk te maken wie hij was en wie hij niet was." Het draait in het leven altijd om liefde. Mona mist haar Sam als die verongelukt. Nicole wordt bedrogen door haar man Yvan, die naar andere vormen van liefde zoekt. Mona en Nicole vinden elkaar en gaan waarschijnlijk samen verder. Roos zoekt naar liefde bij Titus en Pieter. Edith zoekt naar liefde en geborgenheid nadat ze thuis is weggegaan. Ze neemt eerst Pieter, later heeft ze een relatie met een Nederlandse getrouwde man. Ze weet nog niet hoe haar toekomst eruit ziet. De kamergenoten Frank en Patricia zoeken naar liefde, Frank heeft bijvoorbeeld een “Aardbeienkoningin.” Zo zoekt iedereen wel naar iemand die hij kan vertrouwen.

Motieven

Bloed

Bloed is de rode draad die alles personages in dit verhaal met elkaar verbindt. Het gaat over goed en slecht bloed en hoe uniek personen zijn.

Opdracht

Het boek wordt in memoriam opgedragen aan Mischa Peeters-Marras en Rodney van Breenen.

Trivia

Voor dit boek liep de schrijfster enige tijd stage op de afdeling hematologie van de VU in Amsterdam. Dat was ten tijde van het WK Voetbal in Zuid- Afrika. Ze deed daar de kennis op om een roman over bloed te kunnen schrijven. Hoewel het boek wel trekken heeft van een roman, zijn er toch grote delen te onderscheiden waarin veel kennis over bloed wordt meegedeeld. Dat lijkt op dat moment wel een beschrijving van non-fictie.

Titelverklaring

In deze roman draait alles om de functie van het bloed. Maar de titel komt herhaaldelijk in de roman voor.

In eerste instantie gaat het dan om het bloed van de moeder van de hoofdpersoon Titus. Hij is immers uit haar bloed voortgekomen. (blz. 44)

In tweede instantie verwijst haar bloed naar het bloed van zijn zieke vriendin Roos. Zij heeft een bloedziekte (leukemie) en dan draait halverwege de roman ineens alles om “haar bloed.”

De derde verwijzing is naar het bloed van de zus van Roos, Didi. Haar bloed heeft een enorme overeenkomst met dat van haar zus en het is dan “haar bloed” dat het leven van haar zus kan redden wanneer ze leukemie krijgt. Ze doneert stamcellen aan haar zieke zus.

Structuur & perspectief

De roman heeft een voorwoord dat in medische termen een Bijsluiter wordt genoemd, waarin de schijfster melding maakt van de manier waarop ze kennis heeft verworven voor het schrijven van de roman. Ze heeft een tijdje stage gelopen in het VU te Amsterdam.

Daarna volgen 14 ongetitelde hoofdstukken die vrijwel chronologisch worden verteld. Het grootste deel van de roman gaat over de periode dat ze in Leuven studeren. De hoofdpersoon Titus is student medicijnen aan de Universiteit van Leuven en hij is erg geïnteresseerd in het fenomeen bloed. Hij weet er alles van en spuit die kennis over de bloedgroepen, bloedziekten en bloedverwantschap over de lezer uit. Dat is eigenlijk geen interessante informatie voor een lezer die fictie verwacht. Later wordt Titus verliefd op de studente Roos. Hij moet haar delen met zijn vriendje Pieter. Roos wordt ziek en toevallig krijgt ze bloedkanker (leukemie). Daarna wordt beschreven op welke wijze die ziekte wordt bestreden door een stamceltransplantatie die Roos van haar zus krijgt.

Er is in de roman sprake van een alwetende verteller. We krijgen het verhaal steeds vanuit een ander perspectief te zien: we leren de gevoelens en  gedachten van o.a. Mona, Titus, Pieter, Roos en Edith kennen. De alwetende verteller vertelt in de o.v.t

Soms kun je het ook aan simpele verwijzingen zien, bijv. op blz. 24: “In het café vroeg iemand aan de jongen hoe hij heette.” In een dergelijke zin wordt een zekere afstand tot het personage ingenomen door een alles overziende verteller.

Decor

Wanneer Titus zijn relatie heeft met Roos is het in ieder geval in het eerste decennium van de 21e eeuw. Hij is dan 18 jaar en hij studeert geneeskunde in Leuven.  Er is in de tekst sprake van de sociale media als iPhone Facebook en Twitter. Ook wordt er op blz. 138 gesproken over de “kredietcrisis” (vooral dus vanaf 2008/2009). Maar Titus denkt ook aan de moeizame regeringsonderhandelingen: België heeft ruim anderhalf jaar aan het vormen van een nieuwe regering besteed. Daaruit mag je afleiden dat het 2010-2011 is.

Data e.d. worden niet genoemd. Maar bij het gedeelte over het bezoek aan The Night of The Proms in Antwerpen wordt de datum donderdag 10 november genoemd. Dat zou dan in 2005 het geval kunnen zijn geweest, toen viel 10 november op een donderdag. Beyoncé heeft echter nooit opgetreden tijdens The Night of The Proms-concerten. Een ander jaar waarin 10 november op een donderdag valt is 2011. Formeel kloppen enkele feiten dus niet. Dat is opvallend in een roman die nogal wat non-fictieve elementen in zich meedraagt.

Het decor van het geboortedorp van Titus is het niet echt bestaande dorp Zwelegem. In de “bijsluiter” geeft Hemmerechts aan dat het een verzonnen naam is voor een Vlaams dorp. Later gaat Titus studeren aan de Universiteit van Leuven. Het decor verplaatst zich dan voornamelijk naar die Belgische grote stad.

Zowel het decor als de tijd blijven in deze roman dus erg vaag.

Stijl

In deze roman is een opvallend stijlkenmerk van Kristien Hemmerechts dat ze veel informatie in zinnen verstrekt over bloed en alles wat daarmee samenhangt. Soms is dat wat flauw zoals de “bloedworst” die Titus voor zijn kamergenoten bakt. Een geringe opsomming uit talloze citaten:

Met uitzondering van Titus had iedereen afspraken buitenshuis. Ze hadden behoefte aan vers bloed. (blz. 146)

Sneller en sneller werd zijn bloed door zijn lijf gepompt. Het gierde door zijn aders. (blz. 150)

Meestal schrok hij wakker omdat Roosjes hoofd de bloedtoevoer naar zijn arm afsneed. (blz. 156)

Met lood in de schoenen ging hij de trap weer op. Titus’ onverzettelijkheid zette kwaad bloed. (blz. 165)

Ik maak de hele tijd nieuw bloed aan. Jij ook. We zijn bloedfabriekjes, zegt Titus. (blz. 169)

Ik wil geen kinderen. Mensen met slecht bloed mogen geen kinderen krijgen. (blz. 169)

Les nummer één van het bloed. Er is een eigen en er is vreemd. Er is vriend en er is vijand. (blz.  176)

Dikwijls had ze op het punt gestaan haar vriendje er iets over te zeggen, maar nee, hij mocht geen slechte dunk krijgen van haar familie. Haar bloed. (blz. 186)

Titus was haar te ernstig. Bloedernstig. (blz. 187)

Positief denken, lieve zus. Geen sombere gedachten. Je bent meer dan je bloed. (blz. 188)

Titus mocht van geluk spreken. Het enige wat hij van zijn opa had gekregen was zijn bloed. Goed bloed. En een mes om in zijn vingers te kerven. (blz. 202)

En handig voor iemand die geen zin had oude banden aan te halen, zelfs al waren het familiebanden. Bloedbanden. (blz. 212)

Hoe hadden ze kunnen vermoeden dat Roos Donckers die in de Parkstraat woonde een volbloed zus was van Edith Ravier uit Zwelegem? (blz. 213)

"O ja”, zei Titus. “Eigen volk eerst. Bloed en bodem. Hier is ons bloed, waar is ons recht?” (blz. 228)  

Didi’s bloed stroomde nu in haar aders. Ze waren bloedzusjes. (blz. 248)

Slotzin

Je bent mijn Roos.

Beoordeling

Na het lezen van “Haar bloed” vraag je je als lezer meteen af of je een roman hebt gelezen of een non-fictief boek over bloed. Er staan in het Boek namelijk heel lange verhandelingen over de eigenschappen van bloed, kennis die Kristien Hemmerechts waarschijnlijk wel heeft opgedaan tijdens haar stage op de afdeling hematologie in 2010.

Het eerste deel van de roman is dan ook zeker niet al te aantrekkelijk om als roman te lezen. Het  verhaal krijgt pas vaart en spanning wanneer blijkt dat Roos leukemie heeft, omdat dan ook familiebetrekkingen en onderlinge relaties een rol gaan spelen.

Toch denk ik dat het boek voor de gemiddelde scholiere/student niet erg aantrekkelijk is om te lezen. 

Literair gezien is het interessant wanneer een gerenommeerd schrijfster(zo mogen we Hemmerechts toch wel beschouwen) een romanopzet die sterk doet denken aan een non-fictie boek over bloed.

Recensies

"Interessante vragen die nog lang door je hoofd blijven spoken en daardoor van Haar bloed een lezenswaardig boek maken" http://www.tzum.info/2012...aar-bloed/
"Er ontstaat een spannende ongerijmdheid door dat vreemde, klinische ziekenhuisingrediënt." http://www.volkskrant.nl/...bloed.html

Bronnen

informatie over de schrijfster.
http://www.degeus.nl/aute...echts.html
Je hebt nog 2 Zeker weten goed verslagen over.

Wil je onbeperkt toegang tot alle Zeker Weten Goed verslagen? Meld je dan aan bij Scholieren.com.

26.543 scholieren gingen je al voor!

Geschreven door Cees

Foto van Cees

Ik heb verreweg het grootste deel van mijn leven voor de klas gestaan. Eerst vijf jaar op een basisschool, daarna veertig jaar op diverse scholen voor voortgezet onderwijs: havo en vwo, onder- en bovenbouw. Ik vond het destijds  mijn taak om de verouderde en 'afgezaagde' literatuurlijsten voor Nederlands te vernieuwen en mijn leerlingen kennis te laten maken met nieuwe en/of jonge schrijvers. Lezen kan namelijk ook gewoon leuk zijn. Docenten kunnen je met het aanprijzen van leuke en/of spannende boeken enthousiast maken. Stukken die interessant zijn, voorlezen in de klas. Kort vertellen waarover een boek gaat.  Ik heb nu ruim 1460 verslagen gemaakt, waarvan een heleboel Zeker-Weten-Goed-verslagen. Er staan vragen over de inhoud aan het eind om je te laten zien of je het boek begrepen hebt.

Bij Scholieren.com probeer ik daarom zo veel mogelijk boeken van nieuwe schrijvers te bespreken. Ik hoop altijd dat de 'moderne leraar Nederlands' het zijn leerlingen toestaat om de wat minder bekende schrijvers ook op de leeslijst te zetten. Uittreksels maken vond ikzelf vroeger helemaal niet leuk. Ik kocht daarom ook uittrekselboeken. (Bijvoorbeeld Literama, Apercu, Der Rote Faden) Nu maak ik zelf boekverslagen voor  scholieren.com. Nog een gemeend advies: wees verstandig en lees altijd wel het boek. Dan kan een boekverslag op scholieren.com een een prima geheugensteun voor je mondeling zijn.
En geloof me, docenten kunnen vanwege tijdgebrek ook niet alle boeken lezen die jaarlijks verschijnen; zij raadplegen daarom ook wel de boekverslagen die scholieren.com levert.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Haar bloed door Kristien Hemmerechts"

Ook geschreven door Cees