Inleiding

Mijn werkstuk gaat over architectuur. Het eerste hoofdstuk gaat over wat architectuur  inhoudt. In het tweede hoofdstuk vertel ik over de geschiedenis van architectuur, en de stijlen die daarbij zijn ontstaan. Het derde hoofdstuk gaat vooral over het beroep, wat doet een architect? Het vierde hoofdstuk gaat over welke opleiding je moet doen om architect te worden. Het laatste hoofdstuk gaat over beroemde architecten.  Ik wens de lezer van dit werkstuk veel leesplezier! 

Hoofdstuk 1          Architectuur

Architectuur is de kunst en wetenschap van het ontwerpen en bouwen van ruimtes die voldoen aan de eisen van de mens. Hieronder vallen dus alle dingen die  gebouwd zijn.

Om een gebouw te ontwerpen zijn verschillende dingen belangrijk, zoals het klimaat, de plek, het materiaal wat je kunt gebruiken, de functie van het gebouw en de bouwwijze.

Architectuur kan worden omschreven als het evenwicht tussen schoonheid, stevigheid en bruikbaarheid. Vroeger werd het woord bouwkunst veel gebruikt. Architectuur is overal om ons heen, behalve in gebieden waar geen mensen leven 

Hoofdstuk 2          Geschiedenis van architectuur

De geschiedenis van de architectuur begint op het moment dat de mens ging bouwen, dit is in de steentijd. Sinds die tijd is architectuur voordurend in ontwikkeling. Onder invloed van de plaats en tijd zijn bepaalde stijlen ontstaan

Steentijd

Zoals de naam al zegt gebruikte ze toen stenen. De belangrijkste bouwwerken uit deze tijd zijn de hunebedden (grafkamers) en de steencirkels. De bekendste steencirkel is Stonehenge in Engeland.

Egyptische Oudheid

De Egyptenaren zijn erg beroemd geworden met de piramides en tempels. Een piramide is een graf van een farao. Ze geloofden dat de farao was uitgekozen door de goden. Na zijn dood zou hij zich bij de goden voegen. Daarom besteedden ze extra veel aandacht en tijd aan het graf. De meeste piramides staan aan de vruchtbare oever van de Nijl. Dat was erg handig, want dan konden ze de grote blokken over het water vervoeren (zulke grote stenen waren er meestal niet in die omgeving). Naast een piramide staat meestal een sfinx. Die lieten farao’s bouwen om te laten zien hoe rijk ze waren. Zo’n piramide bouwen kostten veel tijd en werk. In totaal zijn er circa 80 piramiden bewaard gebleven, gebouwd over een periode van ongeveer 1000 jaar. 

Mesopotanie

In deze tijd gebruikten men vooral klei (gedroogd en gebakken). Een van de bekendste gebouwen uit deze tijd zijn de Hangende tuinen van Babylon, een serie terrassen, omringd door muren met torens, beplant met bomen, struiken en bloemen. De tuinen 'hingen' als het ware boven de oevers van de rivier.

Griekse bouwkunst

Architectuur speelde in de Griekse tijd een belangrijke rol. De Griekse bouwkunst kenmerkt zich door zijn eenvoud en functionaliteit. De Grieken bouwden tempels, sportstadions en theaters. Het bekendste gebouw in Griekenland is de Acropolis in Athene.

In de Griekse bouwkunst onderscheiden we drie stijlen of orden:

• Dorische orde
eze orde is in de 6e eeuw voor Christus ontstaan.
• Ionische orde, deze stijl die nog eleganter was dan de Dorische, ontstond door aanraking met andere culturen. De Ionische tempels waren ook groter.
• Korintische orde, deze is eigenlijk meer door de Romeinen dan door de Grieken toegepast. Deze orde lijkt veel op de Ionische,  maar heeft een kelkvormig bovenkant 

Romeinse bouwkunst

De Romeinen zijn bekend geworden met hun aquaducten. De Romeinse beschaving heet ook wel de beschaving van het water. Een aquaduct bracht water vanuit de bergen naar de stad. De Romeinen gebruikte veel pilaren en bogen, wat een nieuwe techniek was. Ook hielden ze veel van versiersels zoals standbeelden (meestal van hun goden) en mooie krullen. De Romeinen gebruikte ook al mozaïek.

Vroegchristelijk

Dit is de bouwkunst van kerkgebouwen en andere christelijke bouwwerken. Voor de architectuur van de vroegchristelijke bouwkunst waren twee vormen belangrijk: de basilica (een rechthoekig gebouw) en de centraalbouw ( een rond gebouw).

Byzantijns

Dit is de architectuur van het Oost-Romeinse Rijk in het begin van de 5^e eeuw. Een belangrijk bouwwerk uit die tijd zijn de muren van Constantinopel (nu Instanboel).

Pre-Romaans

 Dit is de architectuur tussen het jaar 760 tot het begin van de romaanse architectuur rond het jaar 1100. Er zijn nog maar weinig bouwwerken uit deze tijd bewaard gebleven (in Nederland zelfs geen een). De stijl is afgeleid van de Romeinse en Byzantijnse architectuur.

Islamitisch

Dit is de bouwkunst die voortkomt uit de islamitische cultuur. De moskee, het fort, het paleis en de tombe zijn bouwwerken die veel voorkomen in de islamitische architectuur.

Romaanse bouwkunst

Deze periode duurde van 1050 tot 1200. Kenmerken van de Romaanse stijl zijn de kleine ronde vensters en de decoraties met ronde bogen. De Onze-Lieve-Vrouwebasiliek in Maastricht is een bekend Romaans kerkgebouw. 

Hoofdstuk 3          Het beroep architect

“Architecten zijn een soort kunstenaars die gebouwen ontwerpen.”

Een beoefenaar van de architectuur heet een architect. Ieder gebouw is door architect ontworpen. Je kan als architect niet zomaar een huis laten maken je hebt eerst een opdrachtgever nodig, dit kan bijvoorbeeld een 
bedrijf, een gemeente of een gezin zijn. De architect probeert het gebouw zo te ontwerpen dat je er makkelijk in kunt wonen, werken en dagelijkse dingen kunt doen. Bij het bouwen van het gebouw is de architect heel belangrijk want hij weet hoe het eruit moet komen te zien.

Als mensen een huis willen laten maken gaan ze naar een architect toe. Ze vertellen de architect hoe ze graag willen wonen en hoeveel geld ze hebben om het huis te bouwen. Daarna maakt de architect tekeningen van het huis. Van alle kanten, van binnen en van buiten. Ook tekent hij precies hoe groot het huis word en waar de ramen bijvoorbeeld komen te zitten. Door de tekeningen kan de aannemer (bouwer van het huis) precies zien hoe hij het gebouw moet bouwen. De architect maakt ook een heel klein huisje van karton. Dat heet een schaalmodel.

De architect doet in overleg met de opdrachtgever de bouwaanvraag. De tekeningen worden dan bekeken door de gemeente. Het gebouw moet aan allerlei eisen voldoen dat staat in een bestemmingsplan. Daarin staat bijvoorbeeld in hoe hoog het mag worden, hoe groot en op welke plek het mag staan. De tekeningen worden daarna ook bekeken door de welstandscommissie. Zij bekijken of het huis in de omgeving past en welke materialen er gebruikt worden. Soms moet een architect de vorm van het huis of de materialen nog aanpassen. In de krant wordt bekend gemaakt dat er een gebouw wordt neergezet.      

De mensen kunnen dan nog een bezwaar indienen.  Als de buren bijvoorbeeld een heel hoog huis neerzetten en jij daardoor geen uitzicht meer hebt kan je een bezwaar indienen. Dit wordt soms toegewezen. 

Als alle plannen goedgekeurd zijn dan mag het gebouw worden gebouwd. Hiervoor maakt de architect de werktekeningen voor de aannemer.  Als ze bezig zijn met bouwen moet de architect kijken of het volgens het plan verloopt. Als alles klaar is krijgt de bewoner de sleutel. 

Hoofdstuk 4          Hoe word je architect 

Als je architect wil worden moet je er voor zorgen dat je HAVO of VWO diploma krijgt en je moet vakken kiezen zoal wiskunde en natuurkunde. Want je moet wel kunnen meten hoe groot het huis moet worden!

Met je HAVO diploma kun je een opleiding voor architect volgen aan een hogeschool voor techniek. Daar leer je technische dingen en dan leer je ook hoe je een project moet aanpakken en hoe je bijvoorbeeld een presentatie geeft. Deze opleiding duurt in totaal 4 jaar. Als je voor je examen gelaagd bent, mag je jezelf bouwkundig ingenieur noemen. Hierna studeer je nog eens 4 jaar voor architect. Deze opleiding word gegeven door Academie voor Bouwkunst.

Met je VMBO diploma kun je ook architect worden. Als je zo’n diploma hebt kun je terecht komen bij het architectenbureau. Als je het bijvoorbeeld leuk vindt om op de computer ontwerptekeningen te maken. Na je VMBO moet je dan een middelbare beroepsopleiding volgen aan een bouwkundig instituut.

Tijdens je studie loop je vaak ook stage bij het architectenbureau. Je oefent daar voor het vak. Soms krijg je een kleine vergoeding voor de dingen die je hebt gemaakt. Je werkt mee met mensen op de werkvloer en leert hoe het met praktijk zit. Dit is belangrijk, want je hebt natuurlijk wel ervaring nodig! Daarom ga je ook door met leren in de praktijk, ook nadat je klaar bent met je studie. Zo wordt je steeds beter in het vak.

Als je klaar bent met je lange studie, ben je nog geen architect. Je moet je eerst namelijk inschrijven bij het architectenregister. Dat is de lijst met namen van alle architecten. En je moet bovendien ook nog een examen er voor doen, dat staat namelijk in de wet. Pas als je daarvoor slaagt, dan mag je jezelf architect noemen!                 

En als je eenmaal architect bent, word je misschien wel net zo goed als de architecten uit het volgende hoofdstuk!  

Hoofdstuk 5          Beroemde architecten

Gustave Eiffel (1832-1923)

‘Monster van vastgeschroefd plaatijzer’, ‘fabriekspijp in aanbouw’, ‘lelijk geraamte’, ‘eenzame zetpil’… zo noemde de mensen uit Eiffels tijd de Eiffeltoren. Inmiddels is de Eiffeltoren het symbool voor Parijs. Eiffel zelf  is geboren in Frankrijk op 15 december 1832. Deze man is de grote bouwer van de Eiffeltoren in Parijs. De Eiffeltoren bestaat uit veel driehoeken, dat zorgde dus voor veel stevigheid.

Hendrik Petrus Berlage (1856-1934)

Berlage is geboren in Nederland op 21 februari 1856. Veel van zijn gebouwen staan in Amsterdam. Berlage vond dat je aan het gebouw moest zien waar het voor werd gebruikt. Hij hield van hele eenvoudige gebouwen, en werkte vaak met baksteen. Het koopmansgebouw in Amsterdam is zijn bekendste gebouw.

Antoni Gaudí (1852-1926)

Gaudi is geboren in Spanje op 25 juni 1852. Veel van zijn gebouwen staan in Barcelona. Zijn gebouwen lijken op natuurlijke dingen, zoals wortels van een boom, schubben van een hagedis, of golfen van de zee. Ook hield Gaudi van mozaïek. De La Sagrada Familia (kerk van de heilige familie) uit Barcelona is zijn beroemdste bouwwerk. Ze begonnen in 1882 de bouw, en hij is nu nog niet klaar!!! Gaudi is overleden in 1926, hij werd overreden door een tram. 

Nawoord

Ik vond het een moeilijk onderwerp omdat er weinig werkstukken over dit onderwerp te vinden waren. Ook waren er bijna geen boeken voor kinderen over architectuur. Er zijn wel heel veel boeken voor volwassenen, maar die vond ik te ingewikkeld en er stond zoveel in dat ik het moeilijk begreep. Misschien had ik mijn werkstuk beter over een kleiner deel van de architectuur kunnen houden, zoals Gaudi of architectuur bij de Romeinen. 

Bibliografie

Internetadressen:

http://www.spreekbeurtenplein.nl/beroepen/architect.php

http://www.spreekbeurten.info/architect.html

http://www.scholieren.com/werkstukken/15677

www.wikepedia.nl

www.wikikids.nl

Boeken:

Zo word je architect, N.Montulet

Geschiedenis van de architectuur, M.Bussagla