Uitvinders

3 Max Planck
Planck, voluit Max Karl Ernst Ludwig, is geboren in Kiel op 23 april 1858. Hij was Duits theoretisch fysicus(fysisch= overeenkomend met de natuur). In München was hij van 1880 tot 1885 privaatdocent. Van 1885 tot 1889 was hij een buiten hoogleraar in de theoretische natuurkunde in Kiel,en hij vervulde van 1889 tot 1892 dezelfde functie in Berlijn en was van 1892 tot 1928 gewoon hoogleraar (ook in Berlijn). Van 1930 tot 1937 was hij president van het Kaiser Wilhelm Gesellschaft zur Förderung der Wissenschaften.
Albert Einstein liet in 1905 zien dat Planck’s formule voor de opvatting pleitte dat de straling deeltjeseigenschappen had. Dat wil zeggen dat de stralingsenergie in de vorm van energiebrokjes moest voorkomen. Zo\'n stralingsdeeltje heeft men later de naam ‘fotoon’ gegeven. Ter ondersteuning van zijn opvatting kon Einstein enige nieuw ontdekte verschijnselen verklaren, o.a. bij het foto-elektrisch effect, die niet pasten in de \'klassieke\' golftheorie van de straling.
Max Planck nam afstand van de heersende theorieën door te veronderstellen dat energie zich verplaatst in pakketjes, of quanta. Voordat Planck onderzoek deed naar de warmtestraling van een zwart lichaam, dacht men dat energie continu was, maar dit liet veel verschijnselen onverklaard. Toen hij de berekeningen uitwerkte van de verschijnselen die hij had waargenomen, realiseerde Planck zich dat quantisatie van energie het gedrag van licht zou kunnen verklaren. Zijn revolutionaire werk legde de basis voor een groot deel van de moderne natuurkunde.
Planck is gestorven in Göttingen op 4 oktober 1947.

4 Niels Bohr
Niels Bohr (Niels Hendrik David Bohr) is geboren in Kopenhagen in 1885.Hij was een dierfysioloog. In Kopenhagen studeerde hij natuurkunde op de universiteit. In 1911 kreeg hij een beurs om in Engeland zijn studie voort te zetten. Niels Bohr trouwde in 1912 met Margrethe Nørlund. Ze kregen zes zonen, waarvan Aage in de voetsporen van zijn vader trad en ook een bekend natuurkundige werd (dat was in 1963). Bohr werkte in Camebridge voor J.J Thomson die vijftien jaar eerder het elektron had ontdekt.
Niels Bohr gebruikte de kwantum theorie van Max Planck en het atoommodel van Ernest Rutherford, waar hij later in Machester mee werkte, om in 1913 zelf het model van een waterstofatoom te ontwikkelen. Niels Bohr heeft Ruterford’s atoommodel uitgewerkt in 1913 en heeft een aantal fouten ontdekt in het model.Hij is de uitspraak van Ruterfords. Een Rutherford-elektron (elektron is een deeltje met de kleinste hoeveelheid negatieve energie) zou bij zijn beweging straling moeten uitzenden nagegaan en heeft ontdekt dat er geen straling zou zijn als een elektron in één dezelfde baan zou blijven. Zijn tweede fout die hij ontdekt heeft in het atoommodel is dat elektronen niet bewegen langs mechanische objecten langs de kern, dat doet het alleen in een paar banen. Bohr drukte deze paar banen uit in Quantum voorwaarde.(quantum is in de natuurkunde de kleinste hoeveelheid waarin grootheden in verschillende systemen kunnen voorkomen).
Bohr werd in 1916 professor en in 1920 directeur van het instituut voor theoretische natuurkunde in Kopenhagen. In de twintiger jaren werkte hij zijn model uit. Het \"atoommodel van Bohr\" vormde de basis voor de atoomfysica.
In 1922 kreeg hij een nobelprijs voor natuurkunde.
In 1943 ontsnapte Niels Bohr uit het door de Duitsers bezette Denemarken en reisde naar de Verenigde Staten waar hij meewerkte aan het Manhattan-project. Dit was de naam van het project waaronder Amerika tijdens de Tweede Wereldoorlog de atoombom ontwikkelde. Tijdens het project besefte Niels Bohr dat hij met de ontwikkeling van een verschrikkelijk wapen bezig was.
Hij probeerde Winston Churchill te overtuigen van de noodzaak, dat meerdere landen in het bezit van dit wapen zouden moeten komen, waardoor niet maar één land met het wapen kon dreigen.
In 1955 organiseerde Niels Bohr in Geneve de Atoms for Peace (Atomen voor Vrede) conferentie. Hij is gestorven in 1962

5 Heike Kamerlingh Onnes
Onnes werd geboren op 21 september 1853 in Groningen. Hij is de zoon van Harm Kamerlingh Onnes die eigenaar is van een dakpannenfabriek. Zijn moeder is Anna Gerdina Coers. Heike is getrouwd op 8-9-1887 met Maria Adriana Wilhelmina Elisabeth Bijleveld. Uit hun huwelijk werd een zoon geboren.
In 1875 studeerde hij af in Groningen aan de universiteit. In 1882 verhuisde hij van Groningen naar Leiden. Vanaf dat moment tot 1924 was Kamerlingh Onnes hoogleraar in Leiden. Daar stichtte hij het naar hem genoemde cryogeenlaboratorium. Één van de experimenten die hij daar heeft gedaan ging over het gedrag van materiaal bij zeer lage temperaturen. Een van de resultaten hiervan was de ontdekking van de supergeleiding van metalen voor elektrische stroom bij lage temperaturen in 1911. Het natuurkundig laboratorium van de Leidse universiteit kreeg door het onderzoek van Kamerlingh Onnes een voorsprong op de wetenschap. Deze voorsprong gold voor heel de wereld op het gebied van onderzoek bij lage temperaturen.
Een andere theorie die hij heeft ontwikkeld houdt in dat als de weerstand van een voorwerp hoger wordt, de temperatuur van het voorwerp in de buurt van nul blijft liggen.
Hij is de uitvinder van supergeleiding. Later zou hij ook nog een theorie ontwikkelen over supergeleiding in vloeistoffen. Ook heeft deze man in 1913 de Nobelprijs gewonnen voor het ontwikkelen van vloeibare helium. Tijdens zijn proeven haalde vloeibaar helium de laagste temperatuur van –269 °C. In 1922 benaderde hij het absolute nulpunt tot op 0,8 graad: een temperatuur van ongeveer –273,15 °C.
Kamerlingh Onnes stierf op 26 februari 1926 in Leiden.

Kamerlingh Onnes-prijs
Er is ook een prijs naar Kamerlingh Onnes genoemd, deze heet de Kamerlingh Onnes prijs die jaarlijks kort na 1 september gegeven wordt aan de student die het afgelopen jaar het beste studieresultaat heeft bereikt. De prijs bestaat uit een geldprijs van €1250,- voor een studiereis, plus een bijbehorende oorkonde.

6 Albert Einstein
Albert Einstein is geboren op 14 maart 1879 in het Duitse stadje Ulm. In die tijd leidden Hermann Einstein (zijn vader) en zijn broer Jakob een elektro-chemisch fabriekje. Zijn moeder Pauline Koch was een huisvrouw. Ze woonden in het zuid-Duitse stadje Ulm. In 1880 verhuisde de familie Einstein naar München. Daar werd in 1881 Albert’s zusje geboren. Ze heette officieel Maria Einstein, maar iedereen noemde haar Maja. Bij haar voelde Albert zich goed en gelukkig.
Einstein was vaak op zichzelf en ging niet veel met andere kinderen om. Toen hij vijf was kreeg hij les van een huislerares. Op zijn zevende ging hij naar de Volksschule. Daar had hij niet veel vrienden omdat zijn familie Joods was en in München waren de (meeste) mensen katholiek. In 1888 ging Einstein naar de middelbare school. Hij haalde daar hoge cijfers voor onder andere wiskunde, Latijn en Grieks, terwijl hij niet van leren hield. In zijn jeugd las Einstein al wetenschappelijke boeken.
In 1894 verhuisde zijn familie naar Milaan. Einstein bleef in München bij een pleeggezin om zijn school nog af te maken. Einstein besloot net voor zijn eindexamen op reis te gaan naar Milaan om zijn familie te bezoeken. Hij was wel vastbesloten zich voor te bereiden op het toelatingsexamen aan de universiteit door zelf te studeren. Einstein ging deel nemen aan het toelatingsexamen voor het Polytechnikum in Zürich. Hij zakte voor een paar vakken en de directeur raadde hem aan naar school te gaan in het Zwitserse Aarau en daar zijn diploma te halen. Dit deed hij.

Later in november 1919 is Einstein beroemd geworden. Einsteins relativiteitstheorie wordt vastgesteld en er wordt een artikel over geschreven. Einstein was vanaf dat moment wereldberoemd. Zijn eerste bezoek aan de Verenigde Staten was van 3 april tot 30 mei 1920. In die tijd werd Einstein benoemd tot ereburger van New York. Hij bracht ook nog een bezoek aan Engeland. In 1922 werd de minister van buitenlandse zaken (een Jood) vermoord. Hierover heeft Einstein nog veel geschreven. Ook bezocht hij Frankrijk, China, Japan en Carlifornië, Van 10 tot 15 december brachten ze nog een bezoek aan New York.

Einstein heeft na die tijd nog wat rondgereisd en is uiteindelijk voorgoed in de V.S. gebleven. Daar werd hij hoogleraar in de theoretische fysica. In 1941 werd hij officieel burger van de Verenigde Staten.
Op zijn verjaardag toen hij 70 werd kreeg hij het eredoctoraat van de Hebreeuwse universiteit. In 1953 werd het medisch instituut van de Yeshiva-Universiteit genoemd naar Einstein:\"Het Albert Einstein College of Medicine\".
Albert Einstein overleed op 77 jarige leeftijd aan een hartaanval op 18 april 1955.

· In 1900 verloofden Einstein zich met Mileva Maric, die hij heeft leren kennen met een opleiding tot hoogleraar. Op 6 januari 1903 trouwden ze.
· In 1902 werd Einstein vader van een dochter Lieserl.
· Einsteins eerste zoon, Hans Albert, werd geboren in 1904. En in 1910 werd Einsteins tweede zoon geboren, Eduard.

7 James Watt
James Watt is geboren in Greenock. Dat ligt in Schotland, hij werd daar op 19 januari 1936 geboren. James kreeg les van zijn moeder in huis vanwege zijn slechte gezondheid. Hij kreeg van zijn vader toen hij nog jong was al een werkkamer. Daar deed hij al allerlei experimentjes. Van juni 1755 tot juli 1757 verbleef Watt als instrument makers leerling in Londen. Daarna werd hij instrumentmaker in Glasgow. In 1759 werd Watt een zelfstandig handelaar in het maken van instrumenten. Het bedrijf dat hij had liep erg goed. Maar nadat zijn goede vriend John Craig
Stierf (daarmee runde hij ook het bedrijf) kwam Watt in financiële problemen, hij werd toen ook inspecteur voor rivieren, kanalen en havens in overheidsdienst.
Zijn eigen tijd besteedde hij nu vooral aan het onderzoek van de werking van de stoommachine; hij ging de stoommachine verbeteren. In de werkplaats en het laboratorium in Soho bij Birmingham, heeft Watt zijn belangrijkste uitvindingen gedaan. Dit laboratorium was van Mattew Boulton die zelf al geprobeerd had om de stoomwerktuigen te verbeteren. Het vermogen van zijn stoommachines drukte hij uit in ‘horsepower’ (paardenkracht). Dat deed hij zodat het voor de kopers direct duidelijk was hoeveel paarden er vervangen konden worden door een machine. Ook heeft hij andere uitvindingen gedaan zoals de condensor, de luchtpomp (droog of nat), de dubbelwerkende stoommachine en de cilindermantel, verwarmt met stoom, hete lucht of rookgassen, het parallellogram, de regulator, de slagenteller en de indicateur. Daarnaast deed hij ook nog een paar andere vindingen dat hier niets mee te maken had, zoals de kopieerpers, de kopieermachine en andere uitvindingen op chemisch gebied.

James Watt verbeterde de stoommachine zo dat deze op heel veel gebieden kon worden toegepast in de industrie. In 1764 kreeg Watt een stoommachine van Newcomen om te repareren. Tijdens de reparatie ontdekte hij dat de machine energie verspilde. Uiteindelijk bracht Watt een aantal veranderingen aan, waarbij hij onder andere een aparte condensor ontwierp waardoor de machine veel makkelijker en goedkoper werd.

8 Kelvin
Kelvin, ook wel bekend als William Thomson of Lord Kelvin, werd geboren op 26 juni 1824 in Belfast. Al op zijn 10e jaar begon Kelvin les te volgen aan de universiteit van Glasgow. Daar was Kelvin van 1846 tot 1899 hoogleraar in de natuurkunde. Hij heeft veel Fysische theorieën ;thermodynamica, elasticiteit, magnetisme en elektriciteit. Maar toch gingen zijn gedachten ook uit naar de technische oplossingen in de natuurwetenschap. Hij droeg o.a. bij aan de ontwikkeling van de onderzeese kabeltelegrafie, daardoor kwam hij in de adelstand (door koningin Victoria) en ook droeg hij mee aan de verbetering van verschillende nautische instrumenten. Hij vervaardigde verschillende elektrische sheeps-instrumenten, en deed met James Prescott Joule de bekende proeven over de afhankelijkheid van de energie van een gas van zijn volume (1854) en gaf de juiste definitie van de absolute temperatuurschaal. De eenheid die naar hem genoemd is, de kelvin met kleine letters, klinkt niet zoals meter of seconde als vertrouwd uit het dagelijks leven. Maar toch is de kelvin geen volslagen onbekende: hij is precies even groot als de graad Celsius. Alleen het nulpunt van de kelvinschaal is verschillend van dat van de Celsius-schaal. Celsius telt vanaf het vriespunt van water (0°C), en legt het kookpunt van water vast op 100°C. De wetenschappelijke temperatuurschaal begint bij het \'absolute nulpunt\' (0 K of -273,15°C) en telt van daaruit omhoog. Het vriespunt van water is dus 273,15 K en het kookpunt 373,15 K. Tussen haakjes: de eenheid is de kelvin, niet de \'graad kelvin\', het symbool is K, niet °K. Kelvin is gestorven op 17 december 1907 in Netherhall.