Multiculturele samenleving

Multiculturele samenleving tussen Turken & Nederlanders.

Inhoudsopgave:

- Inleiding

Hier wordt duidelijk gemaakt hoe we te werk gaan en wat we gaan onderzoeken. En belangrijker is hoe meet ik de intergratie.

- Kern

Hier komen onze resultaten van ons onderzoek.

- Conclusie

Hier wordt een samengevat verhaal over het gehele verslag dus hier wordt onze conclusie uitgelegd.

- Evaluatie

Hier word onze samenwerking beknopt uitgelegd.

- Bronnen

Hier worden al onze bronnen gegeven

Inleiding

Om ons onderzoek goed te beginnen hebben we eerst de hoofdvraag goed uitgeplozen zodat we goed wisten wat we moesten weten. Daarna hebben we deelvragen gemaakt. Gelukkig waren die er al dus die namen we ook. De vier deelvragen zijn: Wat is de mate van scholing/opleiding van de Turken?, Wat is de arbeidsparticipatie van de Turken?, Wat is het gemiddeld inkomen van de Turken? & Wat is de politieke participatie van de Turken?. Dit waren onze deelvragen. Om een goede vergelijking te krijgen moeten we een maatstaaf nemen. Daarvoor nemen we de Nederlanders. Dus om te kijken of de Turken goed zijn geïntegreerd vergelijken we de Turken met de Nederlanders. Natuurlijk zullen de Turken niet altijd even goed zijn als de Nederlanders daarom hebben we besloten dat als de Turken op 2 van de 4 deelvragen lager scoren dan de Nederlanders dat ze dan niet goed geïntegreerd zijn. Om alle deelvragen te beantwoorden hebben we eerst informatie gezocht. Zodat we met een gerust hart ons verslag konden maken zonder dat we nog informatie moesten zoeken. Er is alleen één maar aan dit onderzoek, want er zijn wel meerdere deelvragen mogelijk. Niet alleen onze deelvragen zeggen of Turken geïntegreerd zijn of niet. Daar zijn tientallen deelvragen voor nodig. Als: Hoeveel Turken kunnen Nederlands praten? Of Hoeveel Turken dragen een hoofddoekje?. Dit zijn allemaal voorbeelden van deelvragen die wij ook hadden kunnen stellen. Alleen wij dachten dat onze vier deelvragen het beste en het best controleerbaar waren.

Kern

We verdelen de kern in vier gedeeltes namelijk: - Wat is de mate van scholing/opleiding van de Turken? - Wat is de arbeidsparticipatie van de Turken? - Wat is het gemiddeld inkomen van de Turken? - Wat is de politieke participatie van de Turken?

Wat is de mate van scholing/opleiding van de Turken?

De mate van scholing en opleiding van Turken is moeilijk te bepalen. De meeste bronnen stammen af uit 1998. Helaas moeten we het hier dus maar moet doen. Hopelijk heeft dat niet teveel invloed op het verslag.

Om de mate van scholing en opleiding duidelijk te maken hebben we gebruik gemaakt van een tabel van een site.

B.A.O.= Basis Onderwijs
V.B.O.= Voorbereidend beroeps onderwijs
V.W.O.=Voortbereidend Wetenschappelijk Onderwijs
H.B.O.= Hoger Beroeps Onderwijs

In bron 6 laten we zien dat de Turken steeds meer Integreren, want er zijn steeds minder Turken die alleen maar Basisonderwijs hebben. Natuurlijk is het opleidingsniveau nog belachelijk laag, want als je het vergelijkt met de Nederlanders zijn er bij de turken 3 keer zoveel mensen met alleen maar basisonderwijs. Dit is gigantisch laag dat zou betekenen dat 6 van de 10 turken nauwelijks kunnen rekenen en of Nederlands praten. Dit is dramatisch laag in vergelijking met de andere buitenlanders die zich in Nederland hebben gehuisvest.

In bron 7 kun je zien hoeveel Turken er na 5 jaar in de middelbare school hebben gepresteerd. Zoals je kunt zien zijn er bij de Turken veel veel meer schoolverlaters dan bij de Nederlanders. De andere leerlingen halen ook niet echt hoge leerstromen in tegenstelling tot de Nederlanders. Wat deze grafiek dus duidelijk maakt is dat er bij de Turken veel meer mensen vroegtijdig school verlaten en het andere gedeelte haalt nauwelijks een hoge leerstroom als havo/vwo. Dit moeten we wel meerekenen met de vraag: Wat is het gemiddeld inkomen van de Turken?, want een inkomen is berekend op de leerstroom van leerlingen. En dus zou dit een reden kunnen zijn tot een lager inkomen.

Wat is de arbeidsparticipatie van de Turken?

De Turken hebben een best wel redelijk slechte werkloosheidspercentage volgens
Centraal bureau voor statistieken (C.B.S.). Zij hebben berekend dat er in 2003 ongeveer 14,3% werkloos is. Dat betekent dat er van 115’000 Turken ongeveer 16’000 werkloos zijn. Helaas is dit nog steeds te veel. Dat betekent dat er 16’000 Turken afhankelijk zijn van de Nederlandse staat. Om een idee te geven van hoe groot het percentage werkloze Turken is. Geven we hier de vergelijking met Nederlanders. In heel Nederland zijn er van alle autochtonen maar 4,2% werkloos. Gelukkig zitten de Turken nog wel onder het gemiddelde van de niet-westerse allochtonen. Volgens de C.B.S. zijn er van alle niet-westerse allochtonen maar liefst 14,4% werkloos. Volk: Percentage: Autochtonen 4,2% Allochtonen(niet-wersters) 14,4% Turken 14,3% Deze bron stamt uit 2003. Volk: Percentage: Autochtonen 3,3% Allochtonen(niet-westers) 10,5% Turken 9,1% Deze bron stamt uit 2002.

Om te kijken of het ooit beter was is hier de vergelijking. De turken hebben altijd een slechte werkloosheidscijfer gekregen. Maar het was vroeger wel beter. Helaas was er in die tijd een economische crisis, want alle werkloosheidscijfers stegen met ongeveer 20% zowel van de Turken als van de Autochtonen.

Wat is de politieke participatie van de Turken?

Politieke participatie

Opkomstpercentage bij gemeenteraadsverkiezing van 1994 en 1998
Herkomst / stad Amsterdam Rotterdam Den Haag Utrecht Arnhem
1994 1998 1994 1998 1994 1998 1994 1998 1994 1998
Turkije 67 39 28 42 - 26 55 39 56 50
Marokko 49 23 23 33 - 23 44 26 51 18
Suriname/Nederlandse Antillen 30 21 24 25 - 27 - 22 - 20
Gemiddelde opkomst percentage  56.8 45.7 56.9 48.4 57.6 59.6 59.8 56.5 57.2 52.0

Aantal gemeenteraadsleden uit etnische groepen
Gemeente/ jaartal 1986/1990 1990/1994 1994/1998 1998/2002
Amsterdam 3 4 8 11
Rotterdam 1 2 2 8
Den Haag 1 3 2 6
Utrecht 0 3 4 6
Zaanstad 1 1 3 3
Eindhoven 2 1 2 1

Wij gebruiken de politieke participatie van turken in Nederland om de mate van integratie te bepalen door te kijken naar de opkomst. Wij vinden dat de Turken beter zijn geïntegreerd als je naar de opkomst en de politieke participatie kijkt. Zoals je in de tabel kunt aflezen hebben de Turken steeds een hogere opkomst dan de Marokkanen of andere etnische groepen. Verder zitten de Turken steeds vrij dicht tegen de gemiddelde opkomst aan dus zitten ze bijna op hetzelfde niveau als de gemiddelde Nederlander. Dus de Turken zijn op dit punt bijna net zo goed geïntegreerd als de gemiddelde Nederlander. En de Etnische groepen passen zich in totaal steeds beter aan, anders zouden er niet steeds meer gemeenteraadsleden in de gemeenteraad moeten komen. Deze ontwikkeling in politieke participatie komt voornamelijk doordat de turken al redelijk lang in Nederland gevestigd zijn. Hierdoor voelen ze zich steeds meer betrokken bij de politiek van Nederland en willen dus ook hun stem uitbrengen en er dus invloed op hebben.

Inkomen van de Turken

Aan de hand van het gemiddeld inkomen en cijfers daar over hebben we bepaald of Turken in Nederland qua inkomen goed zijn geïntegreerd met als maatstaaf: de autochtonen.

De Turken in Nederland verdienen gemiddeld 1.628 euro terwijl de gemiddelde autochtoon 2.122 euro verdient. Turken hebben dus een veel lager gemiddeld inkomen dan Nederlanders. Verder heeft 33% van de Turken een laag of langdurig laag inkomen. Dit is bijna 3x zo laag als bij de autochtonen (12%). Vergeleken met andere allochtone groepen zijn ze samen met Marokko de slechtst presterende. Dit komt doordat er in de Turkse gezinnen vaak maar een persoon werkt en dat de moeder thuis blijft om voor de kinderen te zorgen. Turkse vrouwen mogen als ze kinderen hebben niet meer werken van hun cultuur en ze krijgen ook nog eens vroeg kinderen.

35% van de Turkse huishoudens zegt niet rond te komen van hun inkomen. Ze denken ongeveer 1.944 euro nodig te hebben om rond te komen. 78% heeft dat niet te besteden. Nederlanders denken ongeveer 1.598 euro nodig te hebben en van alle Nederlanders heeft maar 25,3 dat niet. Dit verschil komt omdat veel Turkse huishoudens meer kinderen moeten voeden dan de gemiddelde Nederlandse huishoudens.

Toch is er verbetering in zicht; tussen 1998 en 1999 is het percentage Turken met een laag inkomen gedaald met 6,4%. Bij de Marokkanen was dit maar 5,5%. Dit verschijnsel komt doordat de nieuwe generatie turken zich steeds beter gaan manifesteren in de Nederlandse cultuur en maatschappij doordat ze zich beter ontwikkelen in bijvoorbeeld scholing en onderwijs en arbeidsparticipatie. Toch moet ik de conclusie trekken dat de Turken nog niet voldoende zijn geïntegreerd qua inkomen omdat ze nog een te grote achterstand hebben om de gemiddelde autochtoon.

Conclusie

Wij vinden aan de hand van onze bevindingen dat de Turken in Nederland niet goed zijn geïntegreerd. Ze voldoen maar aan 1 van de 4 deelvragen. Alleen in de politieke participatie was goed genoeg. Wij vonden van te voren dat ze pas goed waren geïntegreerd als ze voldeden aan 2 deelvragen en dat is niet zo. Bij de opleiding waren de Turken echt mijlenver onder de autochtonen. Net zoals bij de werkloosheidspercentage. Maar dit kan met elkaar te maken hebben aangezien niemand een ongeschoold persoon wil hebben. Verder is het gemiddeld inkomen stukken lager wat mogelijk de oorzaak kan zijn door discriminatie en lage opleiding. Alleen de politieke participatie is ongeveer gelijk aan de autochtonen. Onze conclusie is dus duidelijk. We hebben specifiek de Turken niet echt vergeleken met de andere autochtonen, want misschien zijn die niet goed geïntegreerd dus dat zegt niks. De samenwerking verliep redelijk goed en we hadden geen echte problemen. Het enige wat fout ging was dat er een mail niet aankwam op school waardoor we een deelvraag. Behalve toen de beamer niet werkte. Hidde heeft tot de eerste 2 deelvragen gewerkt en Thijs deed de rest. Verder heeft Hidde af en toe nog wat verbetert. We hebben maar één bron gebruikt en dat was http://cbs.statline.nl . hierin bevonden zich ook links dus die sites hebben we ook niet gebruikt. We hebben wel verschillende onderzoeken met elkaar vergeleken.