Nederlands opdracht 24, blok 3, sportblessures
Nienke Bergsma, vwo4a
Sportblessures
Tegenwoordig hechten toch steeds meer mensen weer waarde aan een goede gezondheid, hoewel dit lange tijd niet zo is geweest. Behalve gezonder eten gaan veel mensen ook sporten. Sportbeoefening heeft veel positieve effecten, maar is er een minpunt en dat is de sportblessures. Een Nederlands onderzoek heeft uitgewezen dat er per jaar ongeveer 3 miljoen sportblessures zijn, waarvan 40% om medische behandeling vraagt. De meeste sportblessures, 63%, komen voor aan enkels, knieën, pols of handen. De grootste risicosporten zijn de balsporten, met natuurlijk voetbal op nummer 1. Daarnaast veroorzaken ook de gevechtssporten, de racketsporten, de wielrensport en gymnastiek veel blessures. Paardrijden veroorzaakt de ernstigste letsels. Toch kan ongeveer 80% van alle sportblessures voorkomen worden door eenvoudige maatregels.
Sportblessures kunnen ontstaan door verkeerde trainingsmethoden, slechte voorbereiding of warming-up, onvoldoende conditie, slecht materiaal of verkeerd schoeisel. Dan zijn er ook nog de interne factoren, zoals leeftijd, lichaamsbouw, een afwijkend bewegingspatroon, een slechte houding of de invloed van bepaalde ziektes. Er zijn 2 soorten blessures: de acute blessures en de chronische blessure. Acute blessures kunnen veroorzaakt worden door een val, klap, botsing of een verkeerd beweging. Als gevolg hiervan kan dan een zwelling, kneuzing, scheuring, verstuiking of botbreuk ontstaan. Een chronische blessure, die ook wel een overbelastingsblessure genoemd wordt, ontstaat door het herhalen van een bepaalde beweging, hierdoor kunnen bepaalde spieren en pezen overbelast worden. 2 voorbeelden hiervan zijn RSI (Repetitive Strain Injury, dit is niet echt een sportblessure, maar kan toch goed dienen als voorbeeld) en de tennisarm.
Zoals al eerder gezegd kan 80% van de blessures voorkomen worden, onder andere door het gebruik van goede schoenen, goede kleding, veilig materiaal en preventieve hulpmiddelen, zoals zwachtels, bandages en sporttape om zwakke plekken te versterken. Twee andere belangrijke aspecten zijn een goede warming-up en cooling-down.
De laatste twee zal ik verder uitwerken:
De opwarming: een goede opwarming zorgt niet alleen voor een goede lichamelijke voorbereiding, maar ook voor een geestelijke, omdat je je beter gaat concentreren. De lichamelijke effecten van een opwarming zijn:
- Het verhogen van de bloedcirculatie en de spiertemperatuur
- Het verhogen van het zuurstofaanbod in de spieren waardoor het melkzuur daalt
- Het verhogen van de geleidingssnelheid zodanig dat de coördinatie verbetert
De zwaarte van een opwarming is 50% a 60% van het maximale prestatieniveau; op dit niveau neemt het risico van blessures het meest af.
De warming-up hangt af van de leeftijd van de sporter, de trainingstoestand, het tijdstip van de dag, de buitentemperatuur en het soort sport dat men uitoefent.
Naast de meest bekende en meest voorkomende actieve opwarming (met lichamelijke activiteiten), bestaat er ook nog de minder bekende passieve opwarming. Hieronder worden massages verstaan en het aanbrengen van zalven en toedienen van warmte. De laatste kunnen een echte warming-up niet vervangen.
De cooling-down: de cooling-down, die ongeveer 15 min lang is, bestaat uit lichte inspanningen. Het doel is de bloedsomloop en de ademhaling herstellen en zorgen dat er geen spierpijn komt.
Spierpijn wordt voorkomen door het afvoeren van afvalstoffen die zich in de spieren hebben opgehoopt; deze veroorzaken ook pijn en een vermoeid gevoel. Tijdens de cooling-down is een belangrijk onderdeel de stretching, die ervoor zorgt dat de spieren weer opgerekt worden tot hun oorspronkelijke lengte. Ook bij de cooling-down kan worden gemasseerd, als aanvulling.
Ondanks de genomen voorzorgsmaatregelen kunnen er toch blessures ontstaan. Voor iedere blessure is er een aparte behandeling, maar als je denkt dat er een botbreuk of een gescheurde pees of spier is opgelopen is het, het beste om zo snel mogelijk naar een arts te gaan. Spierpijn en kramp zijn heel goed te verminderen met warmte, maar de meeste blessures zijn beter te verminderen met kou. Bij een acute blessure moet je het geblesseerde lichaamsdeel zoveel mogelijk rust geven.
Bronnen: internet: Kringapotheek, blad Hermes en het persbericht van het rode kruis (zie bijlage) mijzelf (eigen ervaringen)
REACTIES
1 seconde geleden
H.
H.
mooi hoor
13 jaar geleden
Antwoorden