Geschiedenis van de joden

Beoordeling 5.7
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • 2e klas havo/vwo | 5928 woorden
  • 22 april 2004
  • 47 keer beoordeeld
Cijfer 5.7
47 keer beoordeeld

Hoofdstuk 2: De Geschiedenis.

De Joden zijn het oudste volk van de wereld. Dus ze hebben ook de grootste geschiedenis: van de bijbel tot de oorlog in Irak.

§2.1: Uitgebreid.

De geschiedenis van het volk Israël begint bij Abraham zo rond 1700 voor Christus. Hij was degene die het volk vertelde dat er maar 1 God was namelijk JHWH. Abraham werd door God geroepen om naar een ander land te gaan. God zou hem de weg wijzen. God beloofde Abraham dat hij een groot nageslacht zou krijgen en dat die altijd in het beloofde land zou mogen wonen. Ze reisden via Haran naar het beloofde land Kanaän. Later werd de God van Abraham de enige God van het volk Kanaän.

De kleinzoon van Abraham genaamd Jacobs heeft zijn familie naar Egypte gebracht, omdat er hongersnood heerste. De joden moesten, van de Farao, na verloop van tijd zware slavenarbeid verrichtten. Een andere wet van die Farao was dat alle mannelijke kinderen van de Herbreeuwers gedood moesten worden.
Een van die kinderen was Mozes doordat zijn moeder hem in een rivier had gelegd. Werd hij gevonden door de dochter van de Farao zo werd hij opgevoed in het paleis. Het volk van Kanaän begonnen ondertussen het geloof in God een beetje verliezen. Mozes was ondertussen ouder geworden en kwam in opstand tegen de slavernij. Dat vond de farao natuurlijk niet leuk en hij verbande Mozes naar de woestijn. Daar sprak God tot hem. God vertelde hem dat hij met het volk 40 jaar door de woestijn zou trekken omdat het volk aan Hem had getwijfeld. Mozes trok toen naar het volk en melde dat God tegen hem gesproken had en dat JHWH had gezegd dat ze tegen de Farao moesten zeggen dat hij ze vrij moest laten.
Toen ze dat deden weigerde hij natuurlijk. God pikte dat niet en stuurde 10 plagen op de Farao af. De laatste plaag was ook de ergste en de Farao liet het volk vrij. Toen het volk een eindje weg was kwam de Farao echter op andere gedachten en stuurde een groot leger achter ze aan.
De ‘ontsnapping’ ging goed totdat ze voor een zee kwamen te staan en niet verder konden. Het leger van de Farao had ze bijna ingehaald. Mozes echter stak zijn handen uit en de rivier kwam droog te liggen. Toen ze de zee hadden overgestoken strekte Mozes zijn handen weer uit en de zee ging weer dicht met het leger in zich.

Het volk en Mozes trokken heel lang door de woestijn en uiteindelijk na een heleboel jaar kwamen ze aan bij de berg Sinaï. Mozes beklom de berg en kreeg daar, na 4 dagen en nachten bij God te zijn geweest, de 10 geboden van God. Namelijk:
1) Gij zult geen afgoden vereren, maar Mij alleen aanbidden en boven alles beminnen.
2) Gij zult de Naam van de Heer, uw God, niet zonder eerbied gebruiken.
3) Wees indachtig, dat Gij de dag des Heren heiligt.
4) Eer uw vader en uw moeder.
5) Gij zult niet doden.
6) Gij zult geen onkuisheid doen.
7) Gij zult niet stelen.
8) Gij zult tegen uw naaste niet vals getuigen.
9) Gij zult geen onkuisheid begeren.
10) Gij zult niet onrechtvaardig begeren wat uw naaste toebehoort.
Maar ondertussen had het onzeker geworden volk echter een gouden kalf gemaakt en aanbad het. Mozes strafte hen die eraan mee hadden gedaan en zo bleef het uitverkoren” volk over. Men weet niet wanneer maar kort erna stierf Mozes en nam Jozua het over. Dat was rond 1200 voor Christus.

Jozua en het volk maakten voorbereidingen om het beloofde land weer in te nemen. Spionnen uit het volk bezoeken Jericho. Het volk trekt de Jordaan over en dan wordt Jericho ingenomen: Dit doen ze door 7 dagen rond de stad te lopen en de 7e dag 7 keer. Als ze dat gedaan hebben storten de muren van Jericho ineen. Na Jericho volgen nog andere steden en dorpen. Een tijd daarna sterft Jozua. Daarna leefde het volk verspreid over het land. Er was geen echte leider meer.

Op een dag kwamen de leiders van de verschillende stammen bij Samuël en vroegen hem wat er zou gebeuren als hij er niet meer was. Ze vroegen hem ook of hij een koning wou aanstellen om te regeren. Samuël weigerde dit eerst maar daarna gaf hij wel toe omdat het volk het wilde. Op en dag kreeg hij bezoek van Saul, een boerenjongen, die zijn ezels kwijt was en dacht dat Samuël misschien een oplossing wist. Toen kreeg Samuël de ingeving dat deze jongen koning moest worden. Nadat ze een tijdje met elkaar gepraat hadden zalfde Samuël Saul tot koning. Omdat het volk natuurlijk van niks wist haalde Samuël alle stamoudsten bij elkaar en vertelde dat Saul koning zou worden.

In het begin doet Saul het goed als koning en is het volk tevreden over hem. Maar na een tijdje ging hij steeds minder naar Samuël luisteren en hield zich ook niet meer aan de Tora.
Samuël zei toen tegen Saul dat zijn koningschap was afgelopen en dat hij een nieuwe koning zou zoeken. Daarna regeerde Saul gewoon door want het volk wist nergens vanaf en er was nog geen nieuwe koning.
Ondertussen was Samuël hard aan het zoeken maar kon de getipte niet vinden. Totdat hij David tegen kwam, een herdersjongen uit Betlehem. Hij zalfde hem tot koning, maar vertelde niks aan het volk.
David werd een officier in het leger en was erg geliefd bij de soldaten. Saul was daar nogal boos over. Later trouwde David met Mikal: de dochter van Saul.
Saul kreeg spijt en wou David laten vermoorden, maar Mikal had hem door en zei tegen David dat hij moest vluchten. Een tijdje daarna ging Saul dood in een gevecht tegen de Filistijnen. Dit gebeurde zo rond 1000 voor Christus.

David kwam weer terug. Hij wou een tempel gaan bouwen, maar Samuël hield hem tegen en zei tegen zijn zoon, dat als hij koning was de tempel moest gaan bouwen. Bij David ging het in het begin ook goed maar daarna ging ook hij de mist in (net als Saul).
Hij liet een groot paleis voor zichzelf bouwen en hij ging ook niet goed met zijn onderdanen om. Ook pleegde hij overspel door met Batseba naar bed te gaan terwijl ze getrouwd was. Toen Batseba erachter kwam dat ze zwanger was liet David haar man ook nog eens ombrengen om met haar te kunnen trouwen. Daarna kreeg hij nog en paar vrouwen erbij: Abigail, Achinoam, Maaka, Chagit, Abital en Egla.
Buiten hun had hij nog een hele harem maar daar was hij niet mee getrouwd. Een van zijn vrouwen kreeg een zoon Salomo geheten en die zou zijn vader later op volgen. Na een regeringstijd van 40 jaar ging David dood.

De naam Salomo betekent: “Vrede”. Hij stond bekent om zijn wijsheid en inzicht. Ook in het buitenland werd over hem gepraat. De handel groeide en men verdiende veel geld. Dit geld was van Salomo. Hij gebruikte het voor allerlei dingen. Namelijk: het leger, het werd groter en beter bewapend, er kwamen 1400 strijdwagens met 12000 paarden bij.
Maar hij had veel slaven nodig voor zijn bouwactiviteiten en het volk kreeg het minder goed. De leefstijl van Salomo brengt niet het volk, maar ook zijn zoon in de problemen.
Wanneer Salomo dood is, komen vertegenwoordigers van het hele volk bij elkaar. Deze ‘volksraad’ wil Salomo’s zoon: Rechabeam tot koning uitroepen, maar dan moet hij akkoord gaan met een paar regels. De belangrijkste luid:
“Wanneer u de dwangarbeid en de belastingen die uw vader ons oplegde zult verminderen, dan roepen we u tot koning uit.” Rechabeam gaat niet akkoord. Hij zal de mensen nog harder laten werken dan toen als zijn vader regeerde. Na deze woorden keert het grootste deel van het volk zich van Rechabeam af. De ontevreden Israëlieten kiezen een eigen leider: Jerobeam, en scheiden zich van het koningrijk van Salomo af. Door deze scheuring ontstaan er twee kleine staten:
- Een zuidelijke staat, die voortaan Juda heet, met Jeruzalem als hoofdstad.
- Een noordelijk rijk, dat Israël wordt genoemd, met Samaria als hoofdstad.
De splitsing van het koningrijk is zo rond 900 á 800 voor Christus gebeurd.

Het Noordrijk wordt veroverd in 721 voor Chr. door de Assyriërs. Het Zuidrijk Juda in 586 v. Chr. door de Babylonische koning: Nebukadnezar. De inwoners van het zuidrijk worden in ballingsschap weggevoerd naar Babylonië.
Wanneer na Babylonië Perzie een wereldmacht wordt, geeft de Perzische koning Cyrus, de in Babylonië wonend Judeërs, toestemming om terug te komen naar hun vaderland. Een deel van de Judeërs keert inderdaad terug, een ander deel blijft er wonen, vanaf deze tijd worden de Judeërs Joden genoemd.
Na Perzie komt er een andere wereldmacht: de Grieken. De Grieken onder leiding van Alexander de Grote, brengen in de gebieden die zij hebben veroverd, het Hellenisme in het land. Ook de joden krijgen te maken met het Griekse denken. In Jeruzalem staat in de tempel van de Joden op een gegeven moment het beeld van de Griekse oppergod Zeus; het teken voor de Joden om in opstand te komen.
Na de Grieken worden de Joden overheerst door de Romeinen, ook tegen dat volk komen de joden in opstand, maar de Romeinen slaan deze opstand neer en in 70 na Chr. is de val van Jeruzalem. Veel Joden vluchten en verspreiden zich onder de vreemde volkeren, dit heet diaspora.

§2.2: De diaspora.

Aantallen per land. (totaal 9.500.000)
Verenigde Staten. 5.800.000 Wit-Rusland 34.000 Polen 10.000 Estland 3.000
Frankrijk 750.000 Italië 31.000 Oostenrijk 8.000 Ethiopië 3.000
Rusland 600.000 Uruquay 30.000 Colombia 8.000 Servië 2.500
Oekraïne 446.000 Nederland 45.000 Marokko 7.500 Costa Riva 2.500
Canada 360.00 Iran 25.000 Denemarken 7.000 Tunesië 2.500
Groot Brittanië 300.000 Azerbaidzjan 25.000 Litouwen 6.500 Kroatië 2.000
Argentinië 250.000 Turkije 20.000 Slowakije 6.000 Hong Kong 2.000
Zuid-Afrika 114.000 Zwitserland 19.000 Tsjechië 6.000 Toerkmenistan 2.000
Australië 100.000 Venezuela 18.000 India 6.000 Puerto Rico 2.000
Brazilië 100.000 Chili 17.000 Tadzjikistan 5.000 Ierland 1.800
Hongarije 80.000 Zweden 16.000 Nw.Zeeland 5.000 Finland 1.300
Duitsland 60.000 Kazachstan 15.000 Peru 5.000 Ecuador 1.000
Oezbekistan 45.000 Roemenië 15.000 Griekenland 5.000 Japan 1.000
Moldavië 40.000 Spanje 15.000 Panama 4.500 Noorwegen 1.000
Mexico 40.000 Letland 15.000 Kirgizië 4.500 Zimbabwe 975
België 35.000 Georgië 13.000 Bulgarije 4.000 Paraquay 900
Jemen 800 Guatemala 800 Bolivia 700 Gibraltar 600
Luxemburg 600 Monaco 500 Kenia 450 Bosnië 400
Cuba 400 Maagden Eilanden 400 Ned.Antillen 350 Zaïre 320
Syrië 300 Armenië 300 Portugal 300 Jamaica 300
Singapore 300 Thailand 200 Bahama=s 200 Irak 200
Dom.Republiek 150 Suriname 150 Honduras 120 El Salvador 120
Enkele steden met grote aantallen Joden.
New York 1.450.000 Los Angelos 490.000 Parijs 350.000 Filadelfia 254.000
Chicago 248.000 Boston 208.000 Londen 200.000 Moskou 200.000
Buenos Aires 200.000 Miami 189.000 Toronto 175.000 Washington 165.000

Meestal had deze verhuizing een gedwongen, maar soms ook een vrijwillig aard. Al deze buiten Israël wonende Joden worden de Joden, in de diaspora, genoemd. Belangrijke Joodse gemeenschappen waren er in Mesopotamië, Babylonië en Klein-Azië, en in de steden Alexandrië, Antiochië en Rome. Aan hen zijn te danken de synagogen diensten en de verspreiding van het joodse geloofs- en cultuurgoed over de toenmalige wereld.

§ 2.3: Jaar voor jaar.

132-135 n. Chr. Voor de tweede maal komen de joden in opstand tegen Rome onder aanvoering van Bar Kochba. Keizer Hadrianus onderdrukt de opstand, verwoest Jeruzalem opnieuw en herbouwt het als de Romeinse stad \"Aelia Capitolina\".

330-634 n. Chr. Palestina komt onder de heerschappij van Byzantium (Constantinopel). Na de bekering van Constantijn verspreidt het christendom zich snel over het gehele land en worden er veel kerken gebouwd.

614 n. Chr. De Perzen vallen Palestina binnen. Duizenden christenen worden vermoord en honderden kerken verwoest.

636 n. Chr. De mohammedanen uit Arabië veroveren Palestina en maken Jeruzalem na Mekka en Medina tot hun derde heilige stad.

1009 n. Chr. De Fatimidische kalief Hakem verwoest de kerk van het Heilige Graf en ook vele andere christelijke gebouwen. Hij opent daardoor de vijandelijkheden en steekt het vuur aan voor een oorlogsbrand, die later gedurende twee eeuwen Oost en West in de zgn. \"Kruistochten\" tegen elkaar liet strijden.

1099 n. Chr. De Kruisvaarders veroveren Jeruzalem en stichten daar het Latijnse Koninkrijk.

1187 n. Chr. Saladin, een mohammedaans vorst uit Egypte, verslaat het leger van de christenen bij de Hoorns van Hittin. Hij maakt daardoor een einde aan het Koninkrijk van Jeruzalem.

1263 n. Chr. De Mammelukse sultan Beybars van Egypte verovert de nog overgebleven vestingen van de Kruisvaarders. De Mammelukken regeren nu 250 jaar over de kuststeden.

1400 n. Chr. Mongoolse stammen, onder aanvoering van Tamerlan, vallen Palestina binnen.

1517 n. Chr. Het Turkse Ottomaanse Keizerrijk verovert Palestina en houdt het 400 jaar in zijn bezit.

1917 n. Chr. De Geallieerden onder bevel van generaal Allenby veroveren Palestina in de eerste wereldoorlog. Dit is het jaar van de Balfour-declaratie voor een Joods Nationaal Tehuis in Palestina.

1920 n. Chr.
Brits mandaat over Palestina. Militair bestuur vervangen door burgerlijk bestuur. Voortdurende gevechten tussen joden en Arabieren.

1922 n. Chr.
De Britse regering verklaart dat het niet in haar bedoeling ligt dat joden het hele gebied Palestina zullen beheersen. En dat er aan de rechten van de Palestijnen niet ondermijd zal worden; met een \'nationaal tehuis\' (Balfour verklaring) werd niet bedoeld een \'nationale staat\'.

1930 n. Chr. Britse regering verbiedt verdere immigratie van joden naar Palestina, maar moet dit verbod onder druk van de joodse gemeenschap terugdraaien

1937 n. Chr. Peel-rapport: voorstel Palestina in een joodse en een Palestijnse staat te verdelen. Door joden en Arabieren afgewezen

1939 n. Chr. Brits Witboek (\'White Paper\') over Palestina stelt een maximum aan joodse immigratie: 10.000 per jaar.

1945 n. Chr. Truman wil dat de Britten 100.000 joden in Palestina toelaten, maar de Britten weigeren, uit angst voor een conflict met de Arabieren. De VS weigert zelf immigratiemogelijkheden voor joden te verruimen.

1946 n. Chr. Als onderdeel van een terreurcampagne tegen Britten en Palestijnen, blazen joodse terroristen het Britse militaire hoofdkwartier in Jeruzalem op (91 doden).

1947 n. Chr. De Algemene Vergadering van de VN spreekt zich uit voor verdeling van Palestina in een joods en een Arabisch deel met Jeruzalem als internationale stuk grond dat door vreemd grondgebied is ingesloten en geeft aan dat de Britten dit uit zouden moeten voeren. De Britten weigeren dit.

1948 n. Chr. De Britten vertrekken uit Palestina en beëindigen zo de tijdelijke macht. Ben Goerion roept de onafhankelijke staat Israël uit.

1948 n. Chr. In een oorlog tegen de omringende Arabische landen stelt Israël andere grenzen dan de VN had voorgeschreven vast. Tijdens de strijd vluchten 650.000 Palestijnen naar Libanon, de West-Bank en Gaza. Zij komen te wonen in tentenkampen.

1949 n. Chr. Ongeveer 50.000 gevluchte Palestijnen keren terug naar hun voormalige woonplaatsen in Israël.

1956 n. Chr. Tijdens de Suez-crisis nationaliseert de Egyptische president Nasser het Suezkanaal. Israël schiet Groot-Brittannië en Frankrijk te hulp en verslaat het Egyptische leger.

1964 n. Chr. Oprichting van de Palestijnse Bevrijdings Organisatie (PLO) onder leiding van de Palestijnse ingenieur Yasser Arafat

1967 n. Chr. In de zogenoemde Zesdaagse Oorlog verslaat Israël de legers van Syrië, Jordanië en Egypte. Israël bezet de Golan-hoogvlakte (Syrië), de West-Bank inclusief Oost-Jeruzalem (Jordanië), Gaza en de Sinaï-woestijn (Egypte)

1967 n. Chr. Door de bezetting van Gaza en de West-Bank komen 1.200.000 Palestijnen onder Israëlisch militair toezicht te staan.

1967 n. Chr. In resolutie 242 roept de VN-veiligheidsraad Israël op de bezette gebieden te ontruimen. Israël begint op de Golan, de West-Bank en in Gaza een programma van vestiging van Israëlische nederzettingen.

1972 n. Chr. Tijdens de Olympische Spelen van München gijzelt een PLO-commando een deel van de Israëlische olympische ploeg. Tijdens een bevrijdingspoging door Duitse commando\'s komen de Palestijnse gijzelnemers en 11 Israëli\'s om.

1973 n. Chr. Yom-Kippur oorlog. De legers van Syrië en Egypte worden opnieuw door Israël verslagen. De Arabische (OPEC: Organisation of Oil Producing and Exporting Countries ) verdubbelen de olieprijs. Oliecrisis. Autoloze zondagen in Nederland.

1974 n. Chr. Yasser Arafat spreekt de Verenigde Naties toe. De Algemene Vergadering van de VN bespreekt de Palestijnse kwestie en erkent het zelfbeschikkingsrecht van het Palestijnse volk.

1977 n. Chr. De Egyptische president Anwar Sadat bezoekt Jeruzalem en spreekt het Israëlische parlement toe.

1978 n. Chr. Israël en Egypte sluiten de Camp-David accoorden. In ruil voor vrede geeft Israël de bezette Synaï-woestijn terug aan Egypte.

1981 n. Chr. Israël valt Libanon binnen en vernietigt de Palestijnse economische en militaire infrastructuur, die daar in opbouw is. Arafat verplaatst zijn hoofdkwartier naar Tunis en vertrekt met duizenden gewapende Palestijnen.

1987 n. Chr. De Palestijnen gaan over tot een wapenloze illegaal gewelddadig optreden door kleine groepen in steden en hun omgeving om politieke druk uit te oefenen in Nabloes, Ramallah, Hebron etc.. Om de Israëlische bezettingsmacht onder permanente druk te zetten. Samenscholingen, demonstraties, stenen gooien, traangas, de zogenaamde Intifadah.

1991 n. Chr. Golf Oorlog. De PLO kiest de kant van Saddam Hoessein en juicht beschieting van Tel Aviv met Skud-raketten toe.

1992 n. Chr. Geheime onderhandelingen tussen de PLO en de Israëlische regering onder leiding van premier Yitzak Rabin en Simon Peres, minister van buitenlandse zaken.

1994 n. Chr. Sluiting van de Oslo-accoorden. Israël erkent Palestijnse autonomie in Jericho en Gaza. Palestijnse autonome gebieden zullen worden gecreëerd. Het Israëlische leger trekt zich geleidelijk terug. De PLO erkent het bestaan van de staat Israël. Arafat en Rabin schudden elkaar de hand onder het toeziend oog van Clinton.

1995 n. Chr. Palestijnse zelfmoordcommando\'s van Hamas veroorzaken de dood van tientallen Israëli\'s in Jeruzalem en Tel Aviv. Doel is het ondermijnen van het vredesproces. Yitzak Rabin wordt doodgeschoten door een Israëli. Doel is het ondermijnen van het vredesproces.

1996 n. Chr. Bij de eerste Palestijnse verkiezingen wordt Yasser Arafat, met een ruime meerderheid, tot president gekozen. Nieuwe zelfmoordacties van Palestijnen waarbij tientallen doden vallen. Israël sluit de West-Bank en Gaza af. De nieuwe Israëlische premier Netanyahu zet uitvoering van de Oslo-akkoorden stop.

1997 n. Chr. Israël draagt na zware Amerikaanse druk 80% van de stad Hebron over aan de Palestijnen. In maart besluit Netanyahu de bouw van een omstreden joodse nederzetting bij Jeruzalem ondanks hevige protesten door te zetten. Israël laat sjeik Yassin vrij, de omstreden geestelijk leider van Hamas, maar de zelfmoordaanslagen houden aan.

1998 n. Chr. In sobere stijl herdenkt Israël het 50-jarig bestaan. Na een stilstand van 18 maanden in het vredesproces tekenen Netanyahu en Arafat het Wye-akkoord. In ruil voor erkenning van de staat Israël door de PLO krijgen de Palestijnen de zeggenschap over 40% van de Westelijke Jordaanoever en 60% van de Gaza-strook.

1999 n. Chr. Vervroegde verkiezingen in Israël, die worden gewonnen door Ehub Barak van de Arbeidspartij. Hij voorstander van het intensiveren van het vredesproces. Israël en de Palestijnen sluiten een nieuwe overeenkomst, gebaseerd op het Wye-akkoord. De partijen besluiten door te gaan met het overleg om te proberen een definitieve vredesregeling te sluiten. De besprekingen lopen vast als er nieuwe joodse nederzettingen worden gebouwd, maar worden later hervat.

2000 n. Chr. De vredesbesprekingen worden voortgezet, maar er is voortdurend onenigheid. Israël draagt ten slotte ruim nog eens 6% van de Westelijke Jordaanoever over. In juli eindigt een vredesoverleg in het Amerikaanse Camp David zonder resultaat. De rechtse politicus Ariël Sharon bezoekt de Tempelberg in Jeruzalem. De Palestijnen zijn woedend, en de tweede opstand begint. Daarbij komen honderden Palestijnen om het leven. Pogingen van de Amerikaanse president Clinton om het geweld te beëindigen, lopen op niets uit. Barak schrijft nieuwe verkiezingen uit.

2001 n. Chr. Bij de Israëlische premierverkiezingen wordt Ariël Sharon gekozen. De Amerikaanse Mitchell-commissie wil dat de vredesbesprekingen worden hervat. Dat gebeurt niet. De aanslagen nemen weer toe. Door de aanslagen in de VS krijgt Israël Amerikaanse steun voor zijn strijd tegen \'het Palestijnse terrorisme\'. Israël trekt weer Palestijns gebied op de Westelijke Jordaanoever binnen.

2002 n. Chr. Israël gaat door met zijn acties in Palestijns gebied. Arafat wordt in zijn hoofdkwartier in Ramallah belegerd. De Palestijnen zeggen dat Israël in het vluchtelingenkamp in Jenin een bloedbad heeft aangericht. Uit een VN-onderzoek blijkt dat het om \'slechts\' enkele tientallen doden ging. De VS laat weten dat het vredesoverleg pas kan worden hervat als Arafat vervangen wordt. Israël bezet vrijwel de hele Westelijke Jordaanoever.

§2.4: Recente gebeurtenissen

14 dec. 2003 n. Chr. In december 2003 wordt Saddam Hoessein opgepakt door Amerikaanse militairen. Hij wordt gevonden in een gat onder de grond. De leider ziet er behoorlijk verwilderd uit. Hij heeft een onverzorgde baard en vieze kleding. Een groot deel van de Iraakse bevolking reageert verheugd. Ook in het buitenland wordt met instemming gereageerd.

2 jan 2004 n. Chr. Een Nederlandse militair wordt ervan verdacht een Irakees te hebben doodgeschoten na plunderingen. Hij gaat terug naar Nederland waar hij wordt aangeklaagd. Dat zorgt voor onrust in het Nederlandse kamp in Irak.

8 jan 2004 n. Chr. Premier Balkenende brengt onverwachts een bliksembezoek aan de Nederlanders in Irak. Hij wil ze een hart onder de riem steken na de onrust die is ontstaan door de vervolging van de Nederlandse militair die een Irakees doodschoot.

29 jan 2004 n. Chr. Uit een rapport van de commissie Hutton blijkt dat de Britse regering de dreiging van Iraakse massavernietigingswapens niet heeft aangedikt. Dat pleit de Britse premier Blair vrij.

8 feb. 2004 n. Chr. Voor het eerst sinds de Tweede Wereldoorlog gaan Japanse militairen naar het buitenland om hulp te bieden. Er gaan in totaal 550 Japanners naar Irak.

27 feb. 2004 n. Chr. De Amerikaanse president Bush en de Duitse bondskanselier Schröder leggen hun ruzie over de oorlog in Irak bij. De Duitsers hebben de Amerikaanse inval altijd verworpen, tot groot ongenoegen van president Bush.

2 maart 2004 n. Chr. Aantal aanslagen in Irak blijft toenemen. Ook vallen steeds meer slachtoffers. Het dieptepunt zijn twee aanslagen op een religieuze gedenkdag. Daarbij vallen honderden doden in Karbala en Bagdad.

8 maart 2004 n. Chr. De Iraakse Regeringsraad tekent de interim-grondwet. Hierin staat onder meer dat er eind januati 2005 verkiezingen moeten komen in het land.

11 maart 2004 n. Chr. Bloedige aanslagen in Madrid kosten aan bijna 200 mensen het leven. De daders willen dat Spanje zich onmiddellijk terugtrekt uit Irak. De kersverse Spaanse regering geeft gehoor aan deze oproep.

15 maart 2004 n. Chr. Na de aanslagen in Madrid vindt een meerderheid van de Nederlanders (56%) dat \'onze jongens\' zich moeten terugtrekken uit Irak.

20 maart 2004 n. Chr. Onder het motto \'Vrede voor Irak, vrede voor de wereld\' gaan honderdduizenden mensen in tal van landen de straat op. Ze willen een einde aan de bloedige strijd in Irak.

1 april 2004 n. Chr. Het geweld tegen de Amerikanen en hun bondgenoten in Irak neemt toe. Het dieptepunt is de brute moord op vier Amerikanen in de stad Falluja. Hun verbrande lichamen worden door de straten gesleept en aan een brug gehangen. De beelden worden getoond op tv en de wereld reageert met afschuw.

6 april 2004 n. Chr. De situatie in Falluja loopt compleet uit de hand. Honderden Irakezen worden door Amerikaanse soldaten gedood. Ook sneuvelen veel Amerikanen in de strijd. De Amerikanen besluiten de stad te belegeren.

8 april 2004 n. Chr. Een nieuw middel tegen de buitenlanders in Irak: gijzelingen. De eerste gijzeling is die van drie jonge Japanners. De tv-beelden van de drie in doodsangst zijn indrukwekkend. Daarna worden tientallen andere buitenlanders door Irakese mensen vastgehouden.

17 april 2004 n. Chr. Hamas-leider Abdel Aziz al-Rantissi wordt dood gemaakt in Israël omdat hij de Hamas leden tot zelfmoord acties aandringt.

18 april 2004 n. Chr. In Gaza-Stad zijn tienduizenden Palestijnen de straat op gegaan voor de begrafenis van Hamas-leider Abdel Aziz al-Rantissi, die op 17 april 2004 in Gaza-stad uit de weg is geruimd door Israël. De Palestijnse leider Arafat heeft drie dagen van rouw afgekondigd.

§2.5: De belangrijkste personen.

Yasser Arafat

Yasser Arafat vertegenwoordigt al jaren de Palestijnen. De man met de geblokte zwart-witte hoofddoek en een trillend lipje is de persoon van de Palestijnen en het symbool van het onafhankelijkheidsstreven.

Studie
Als Arafat 18 jaar is staakt hij zijn studie aan de universiteit in de Egyptische hoofdstad Caïro. Daar is hij overigens ook geboren in 1929. Hij stopt met zijn opleiding om in Gaza met de Arabische staten mee te vechten in de oorlog tegen de joden.

Later rond hij zijn studie alsnog af. Vervolgens vertrekt hij naar Koeweit, waar hij zich vooral met politiek bezighoudt.

PLO
In 1958 richt hij de bevrijdingsbeweging Al Fatah op. In 1964 gaat Arafat naar Jordanië om van daaruit mee te vechten tegen Israël. In hetzelfde jaar richten de Arabische Staten de PLO op, de Palestijnse bevrijdingsorganisatie. In 1969 wordt Arafat voorzitter van het uitvoerend comité van de PLO en komt er een campagne van ontvoeringen, vliegtuigkapingen en aanslagen op gang.

President
In 1994 wordt Arafat met een ruime meerderheid van de stemmen gekozen tot president van de Palestijnse Autoriteit. Sindsdien is hij de leider van de Palestijnen. Hij wordt door velen gezien als een alleenheerser en dictator die de macht niet wil delen. Toch krijgt hij in hetzelfde jaar de Nobelprijs voor de Vrede, onder meer voor het bereiken van de Oslo-akkoorden in 1993.

Terrorist
De Israëlische premier Sharon noemt Arafat een ‘terrorist’. Hij eist dat Arafat aftreedt. Israël houdt de president van de Palestijnen steeds meer verantwoordelijk voor de bloedige aanslagen op Israëliërs. Het ging zelfs zover dat Arafat afgelopen jaar onder huisarrest werd geplaatst.

Ook het Westen eist dat Arafat de bloedige aanslagen voorkomt.

Twee vuren
De Palestijnen willen dat Arafat hen blijft vertegenwoordigen. Alle maatregelen die hij neemt en zal nemen, zullen hem niet in dank worden afgenomen. Zo bevindt Arafat zich tussen vuren. Aan de ene kant de druk van Israël en het westen (met de VS voorop) en aan de andere kant zijn eigen volk (met de militante Palestijnen voorop).

Ariël Sharon
De 74-jarige premier Ariël Sharon is een zogenoemde \'hardliner’. Vanaf het moment dat hij premier van Israël werd, heeft hij zich keihard opgesteld tegen de Palestijnen.

Harde actie
Sharon is een man van harde actie. Dat liet hij al zien toen hij in de joodse ondergrondse Haganah-beweging zat en vervolgens in het leger, waar hij officier was.

Politiek
Sharon begon zijn politieke loopbaan in 1973. Vier jaar later werd hij minister van Landbouw in het kabinet-Begin. Hij liet als minister een recordaantal nederzettingen plaatsen. In 1981 werd Sharon minister van Defensie. Hij moest aftreden, omdat hij verantwoordelijk werd geacht voor twee massamoorden in de Palestijnse kampen Sabra en Shatila.

De Palestijnen zijn dit nog niet vergeten. De naam Sharon blijft voor hun met deze massamoorden verbonden.

Partijleider
Van 1984 tot 1990 was Sharon minister van Handel en Industrie. Daarna was hij twee jaar lang minister van Volkshuisvesting en in 1996 kreeg hij de post ‘Nationale Infrastructuur’.

Twee jaar later kreeg hij onder premier Netanyahu Buitenlandse Zaken. Toen Netanyahu in 1999 de verkiezingen verloor werd Sharon de partijleider van Likud.

Intifada
Op 28 september 2000 ontketende Sharon als minister de tweede opstand van de Palestijnen in de door Israël bezette gebieden (intifada) met zijn provocerende bezoek aan de voor zowel Israëliërs als Palestijnen heilige Tempelberg in Jeruzalem. Sharon werd even later gekozen tot premier.

Premier
Als premier maakte hij direct duidelijk dat hij alle akkoorden die zijn voorganger Barak had bereikt, zou verwerpen.

Hij zei zich in te zetten voor alle Israëliërs die Jeruzalem als hoofdstad zouden houden. Voor de Palestijnen is als het aan Sharon ligt weinig ruimte. Er valt in ieder geval niet te praten als het geweld door blijft gaan. Sharon vindt dat Palestijn en leider Arafat verantwoordelijk is voor al het geweld. Sharon noemde hem een terrorist.

Meer doden
Ondanks zijn harde hand tegen de Palestijnen is het aantal Israëlische doden sinds zijn aantreden alleen maar gestegen. Het einde ervan is ook niet in zicht. Toch blijft Sharon populair bij het volk.

§2.6: conflictpunten.

U hebt nu alles wel gelezen wat er allemaal gebeur is maar wat zijn nou de aanleidingen en conflictpunten?

Hoe het allemaal begon
Voor Israël is Palestina \'het beloofde land\'. De Palestijnen eisen het gebied omdat \'ze er al jaren wonen\'. Daarmee is gelijk de bron van het conflict genoemd. Ze kunnen niet naast elkaar leven met als gevolg een religieuze strijd.

Het Heilige Land
Palestina, zoals Israël vroeger heette, is in de loop van de geschiedenis altijd een begeerd stuk land geweest. Op zich is dat niks bijzonders, want de meeste naties zijn tot stand gekomen na lange oorlogen om het bezit van het grondgebied. Wat Palestina zo bijzonder maakt, is dat het land niet in de eerste plaats begeerd werd om zijn vruchtbaarheid, rijkdom of strategische ligging, maar om religieuze redenen.

Dat geldt voor zowel de joden als de christenen. Voor de christenen heeft Palestina een speciale betekenis omdat Jezus Christus er leefde. In de Middeleeuwen noemden de christenen Palestina \'het Heilige land\'. De christenen ondernamen vanaf de 11de eeuw diverse kruistochten om de regio te veroveren en te koloniseren. Dat mislukte, en sindsdien waren de inwoners van Palestina, de Palestijnen dus, voornamelijk islamitische Arabieren. Rond 1900 bestond de bevolking in het gebied uit ongeveer 90% Arabieren tegen 10% joden.
De vredesonderhandelingen tussen de Israëliërs en de Palestijnen zijn tot nu toe, keer op keer stukgelopen. Knelpunten zijn vooral de Palestijnse vluchtelingen in de buurlanden, de onenigheid over de grenzen en de status van de stad Jeruzalem.
Jeruzalem
Zowel de Palestijnen als de Israëliërs beschouwen Jeruzalem als hun hoofdstad. Ideeën om de stad op te splitsen in een Israëlisch en een Palestijns deel worden fel bestreden. Dat heeft te maken met het feit dat de heilige plekken van beide partijen, midden in de oude stad liggen. De belangrijkste heilige plaats is de heilige berg, die zowel de joden als de Palestijnen zich hebben toegeëigend. De joden noemen het de Tempelberg, de Arabische benaming is Al-Haram al-Sharif. Deze patstelling (situatie waarin elkaar bestrijdende partijen star tegenover elkaar staan zonder een stap te kunnen doen) lijkt niet te doorbreken, omdat beide partijen het hoogste staatsgezag willen over het deel van de stad waar de heilige plekken zijn.

De grenzen
Vele voorstellen, projecties en kaarten zijn er door de jaren heen al aan te pas gekomen. Maar een uiteindelijke verdeling van land voor de Israëliërs en de Palestijnen is er nog lang niet. De Palestijnen maken aanspraak op de hele Gazastrook en de Westelijke Jordaanoever, inclusief Oost-Jeruzalem. Dit is precies het gebied dat door Israël werd bezet in de oorlog van 1967. Israël zegt dat het, om veiligheidsredenen, aanwezig moet blijven op strategische punten van de Westelijke Jordaanoever. Daarnaast zou het noodzakelijk zijn om sommige nederzettingen op Palestijns grondgebied, bij Israël te voegen. Israël zou bereid zijn om stukken land binnen de \'1967-grenzen\' in te ruilen voor de Westelijke Jordaanoever.

De vluchtelingen
Tijdens de Israëlische Onafhankelijkheidsoorlog van 1948 vluchten zeker een miljoen Palestijnen naar de buurlanden Jordanië, Syrië en Libanon. Volgens de Israëlische wet mogen zij niet meer terugkeren. Zodoende wonen inmiddels ongeveer 4 miljoen Palestijnen in vluchtelingenkampen. De buurlanden, vooral Libanon, beschouwen de vluchtelingen als \'ongewenste vreemdelingen\'. De Amerikaanse president Bill Clinton probeert vlak voor het einde van zijn tweede ambtstermijn in 2000 nog te bewerkstelligen dat de Palestijnen afzien van het recht op terugkeer van de vluchtelingen, in ruil voor soevereiniteit over Oost-Jeruzalem. Maar Arafat kan het zich tegenover zijn achterban niet veroorloven dit recht aan de onderhandelingstafel op te geven. En aan de andere kant is de formule \'recht op terugkeer\' voor Israël onbespreekbaar. En daarmee is Clintons poging om op de valreep een oplossing te brengen in het Midden-Oostenconflict, mislukt.
Golan-hoogvlakte
De Golan-hoogvlakte, momenteel Israëlisch grondgebied, is van ouds een felbegeerd en bevochten gebied. Het ligt ten noordoosten van het meer van Tiberias, in Libanon. Een strategische ligging, zeker voor wie Israël als vijand heeft. Bovendien is de hoogvlakte rijk aan water: het levert eenderde van het Israëlische drinkwater. Israël krijgt het gebied in 1967 in handen, als het Syrië na een bloedige strijd heeft verdreven. Syrië zet vanaf dat moment haar zinnen op het terugkrijgen van de Golan-hoogvlakte. Israël is weliswaar bereid de Golan terug te geven, maar wil eerst dat er vredesonderhandelingen gevoerd worden. Syrië wil eerst de hoogvlakte terug en wil dan pas officieel onderhandelen.
Het Wye-akkoord.
In 1998 sluiten Yasser Arafat, toenmalig premier van Israël Benjamin Netnayahu onder leiding van de Amerikaanse president Clinton een akkoord in Wye Mills, Maryland. \'Land voor veiligheid\' is het motto. Het akkoord omhelst een plan om Palestijns terroristisch geweld te stoppen; Israël zal zich gedeeltelijk terugtrekken van de Westoever; een deel van het gebied gaat over van gedeelde controle naar Palestijnse zeggenschap; 750 Palestijnse gevangenen komen vrij; in Gaza komt een palestijns vliegveld. Na twee maanden zet Netanyahu het akkoord in de ijskast omdat de Palestijnen zich volgens hem niet aan de afspraken houden.

§2.7: De oplossingen van het conflict

Jordanië omsmeden tot Palestijnse staat.
Een groep rechtse reserve-officieren in Israël werkt aan plannen voor een nieuwe defensiestrategie.Die voorziet onder meer in een herovering van de Westelijke Jordaanover en het omsmeden van Jordanië tot een Palestijnse staat en een hard optreden tegen Iran, om te voorkomen dat Teheran binnenkort raketten met atoomkoppen richting Tel Aviv kan lanceren. De groep staat onder leiding van de brigadegeneraal buitendienst Effi Eitam. Eitam is intensief actief op politiek terrein en is populair in rechtse kringen en wil aansluiting zoeken bij de in het parlement aanwezige partijen als Nationale Unie en Israël Beitenu. Dit nieuwe rechtse front moet het Joodse karakter van de staat versterken. Volgens Eitam komt er zo een einde aan de terreuracties van de Palestijnen.
Het plaatsen van hekken of muren.
Vanwege de voortdurende aanslagen zoekt de Israël naar een adequate oplossing om daaraan een einde te maken. Gedacht wordt om een hekwerk te plaatsen langs de grens van de verdeling van het land in 1967. Voor wat betreft de toegangswegen naar Jeruzalem zouden alle wegen afgezet moeten worden, zodat iedereen gecontroleerd kan worden alvorens Jeruzalem binnen te gaan. Mocht Israël een dergelijk plan uitvoeren betekent dit een immense investering. Het is de vraag of dit afdoende zal zijn en of deze maatregelen zowel de Israëliërs en de Palestijnen ten goede zullen komen en wel recht doen aan de Israëlieten. Volgens een peiling van het Dagblad Jeruzalem Post is 44% van de Israëliërs van mening dat een muur om Jeruzalem de veiligheid van de hoofdstad zal vergroten.
Veilige en verdedigbare grenzen voor Israël en een staat voor de Palestijnen.
De voortdurende beschietingen van de Palestijnen op Joodse burgers, de terroristische zelfmoordaanslagen en de reactie van het Israëlische leger maken duidelijk dat het conflict niet tot een oplossing komt. Israël kan onmogelijk alle grenzen afdoende beveiligen wat een belemmering blijft voor een te vormen Palestijnse staat. De West-Bank en omgeving van Jericho met vervolgens de Gaza strook aan de kust is een lappendeken dat om problemen zal blijven vragen, tenzij men dit rigoureus wil en durft aan te pakken.
Oplossing.
Om een definitieve oplossing te bereiken zal met aan Israël veilige en verdedigbare grenzen moeten toekennen. Dat kan alleen als de versnippering van het grondgebied wordt herzien. Israël moet de beschikking krijgen over heel Samaria en Judea, dat wil zeggen de West-Bank (met Nabloes, Ramallah, Bethlehem en Hebron), Jericho en met Jeruzalem als hoofdstad. De Palestijnen echter hebben recht op een eigen staat (Filistea) en die moet komen aan de westkust. De Gaza strook is echter veel te klein, dus zal dat deel veel groter moeten worden. Egypte moet bereid zijn een deel van de Sinaï af te staan. Er zal financiële en economische hulp moeten worden geboden om nieuwe steden aan de kust te bouwen waar de Palestijnen uit de West-Bank kunnen gaan wonen, tenzij ze het op prijs stellen te blijven, maar dan onder Israëlisch bestuur.
Dé oplossing.
Dé oplossing voor Israël en het Midden-Oosten probleem komt uiteindelijk van God zelf, namelijk als Jezus, de Zoon van God, zal komen met zijn grote macht en invloed.

Onze oplossing:
Wij vinden dat de Palestijnen en de Israëliërs “gewoon” met elkaar moet samen leven, zoals weinig doen. Maar die weinige mensen bewijzen dat het tóch kan…

Bronvermelding:

Internet:

http://www.novatv.nl/index.cfm?achtergrond_id=45&fuseaction=achtergronden.details
http://home.filternet.nl/~kjv/history.htm
http://home.filternet.nl
http://scholieren.com/documenten/search/?q=joden
http://www.nos.nl/nieuws/achtergronden/israel_en_palestijnen/Israel_en_de_Palestijnen.html
http://www.volkskrant.nl
http://www.ad.nl
http://www.trouw.nl
http://www.nrc-handelsblad.nl
http://www.nos.nl
http://www.cidi.nl

Boeken:

Gaandeweg/ Cor Jongeneelen e.a./ Nijghversluys/ 3e druk/ISDN: 90 425 1700 x.

Docenten:

Dhr. A.H. Versteeg/ CLV/ Godsdienst.

REACTIES

J.

J.

echt een goede site
je kan er heel veel vinden

13 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.