Algemene inleiding. Ik heb voor dit onderwerp gekozen, omdat ik veel achter de computer zit en niet echt wist hoe een computer werkte. Mijn vader werk ook met computers en zei dat het heel leuk was. Daarom heb ik dit onderwerp gekozen. Eerst vond ik het niet zo leuk maar later toen ik er wat serieuzer mee bezig was vond ik het wel leuk. Ik heb er veel van geleerd.
1. De geschiedenis van de computer. De computergeschiedenis begon in 1908. Toen was er een soort computer: een mechanische tabelleermachine die was uitgevonden door: Herman Hollerith. Hij was gemaakt om de uitslag van de Amerikaanse volkstelling te ordenen. Dit was de eerste stap in de geschiedenis van de computer.
Was een elektronische rekenmachine de mark 1. Die was uitgevonden door IBM en de universiteit van Harvard.
IBM maakte weer een computer de ENIAC. Dit was een rekenmachine met elektronenbuizen. Hij was meters hoog en kon opdrachten onthouden. Dit was de belangrijkste stap van de geschiedenis van de computer. Deze was ook nog eens 250 maal sneller als de mark 1.
1.1 De eerste Apple computer. De Apple computer compagnie, is een van de grootste computer bedrijven in de wereld, werd in 1976 opgericht door Steve jobs en Steve Wozniak. Ze wilden computers produceren die iedereen kon betalen. De Apple two computer uit1977 was de eerste pc die op grote schaal werd gemaakt. Het model werd een groot succes, mede door het feit dat de gebruikers niet over voor kennis hoefden te beschikken om ermee te kunnen werken.
2. De eerste computer. De eerste elektronische computer was de eniac, die werd gebouwd in 1946 en door het Amerikaanse leger werd gebruikt. De eniac was 30 centimeter lang en 3 meter hoog en 1 meter diep. Hij woog 13 ton en er zaten 18000 radio buizen in. doe buizen werden steeds zo het dat ze steeds opnieuw doorbranden.
De computer werd uitgevonden door de engelse wiskundeprofessor Charles Babbage. Hij leefde van 1792 tot 1871. Hij heeft zijn uitvindingen het nooit zien doen. Niemand heeft zijn enorm grote programeerbare “rekenmachine” aan het werk gekregen toen hij leefde. Het idee was van hem en anderen werkten het verder uit.
3. Wat is een computer. Een computer is een machine die door de mens is uitgevonden. De naam komt van het engelse werkwoord ‘’to compute’’ dat betekend berekenen. Een computer is een machine die goed en snel kan rekenen zonder fouten. De computer kan ook heel goed onthouden. En gegevens onthouden. ZIE OP DE VOLGENDE BLADZIJDE EEN PLAATJE.
4. De kast.
4.1 DE KAST
Er zijn drie soorten kasten: een desktop een minitower en een bigtower.
Een desktop. Een desktop is een kast die plat op tafel ligt. De eerste computers zaten in z`on kast. z` on kast word nu ook nog wel gebruikt. Hij is handig, want je kunt je beeldscherm er zo boven op zetten en je bespaart veel ruimte.
Een minitower. Een minitower is tegenwoordig de meest gebruikte kast. Het lijkt wel op een desktop die op zijn kant staat. Er is genoeg ruimte binnenin om de spullen in te doen die je nodig hebt. “minitower” is een engels woord, het betekent kleine toren.
Een bigtower. Iemand die veel apparatuur in zijn computer wil stoppen kan beter een bigtower nemen. Daarin zit heel veel ruimte in en daar kunnen nog meer onderdelen in dan in de minitower. “bigtower” betekent grote toren.
4.2 Voeding. Als je een kast koopt dan zit er al wel een voeding in. Een computer heeft stroom nodig. Die stroom haal je uit het stopcontact. Maar de computer kan niet tegen stroom uit het stopcontact, want de stroom uit het stopcontact heeft 200 volt. Dat is veel te veel voor een computer. Een computer heeft maar 12 volt of minder nodig. De voeding zorgt ervoor dat van 200 volt 12 volt stroom word gemaakt. De voeding zorgt ook nog ergens anders voor. Uit een stopcontact komt wisselstroom en daar kan een computer niet tegen. de voeding zorg ervoor dat je gelijke stroom krijgt, want daarop werk een computer. Gelijkstroom is stroom die altijd uit een richting komt. In de voeding zitten enkele elektrische onderdelen. Omdat een computer heel veel stroom nodig heeft, moeten die onderdelen heel veel werk doen daarom word de voeding heet. In de voeding zit een soort ventilator en die houd de voeding koel.als de onderdelen wel te heet worden gaan ze kapot. Als je de computer aan hebt hoor de ventilator wel werken.
5. Het moederbord.
5.1 De insteekkaarten. Het moederbord lijkt op een rechthoekige plaat, zo groot als een half a viertje. Er zitten allemaal onderdelen op. Zoals rechthoekige zwarte blokjes. Er zitten ook stekers in. dat is een soort zwart doosje met een lange sleuf en een heleboel pennetjes erin. zo`n stekker het een bus. Je ziet er een stuk er een stuk of zeven op het moederbord zitten. In elke bus kun je een kaart steken. Een kaart is een stukje kunststof, of een stuk plastic, waarop allemaal kleine elektronische onderdelen zitten. Omdat je zo`n kaart erin moet steken word het ook wel een insteekkaart genoemd. Insteekkaarten zijn heel erg handig als je je computer wilt uitbreiden. Of als er iets kapot is gegaan. Dan kan je binnen enkele minuten de kapotte kaart vervangen. Als je bijvoorbeeld geluid bij je spelletjes wilt. Kan je een muziek kaart in zo`n bus steken. Je breid je computer dan uit, daarom het heet zo`n bus ook wel een uitbreidingsbus.
5.2 De processor. De processor is een groot zwart vierkant blok. Het is het belangrijkste onderdeel van de computer. De processor voert allerlei taken uit, en regelt alles. Hij bestuurd alles van de computer. De processor zorgt er bijvoorbeeld voor de alle lettertje op de computer komen. Hij kijkt of je iets typt en zorgt er dan voor dat dat op het beeldscherm komt te staan. Hij stuurt de dingen die je getypt heb naar de printer en de printer print het dan uit. Hij zorgt ook voor het geluid. De processor is dus onmisbaar. Een processor is razend snel. Een moderne processor kan zestig miljoen keer iets doen in 1 seconde. Dat lijkt heel veel maar dat valt best wel mee. Een processor kun je vergelijken met je hersenen.
6. Het geheugen.
6.1 De simm. Een simm is een rechthoekig plaatje. Een simm is een geheugenchip. Een computer moet ook allemaal dingen kunnen opslaan dat doet hij in het geheugen. Alles wat ik nu typ moet het geheugen onthouden en als ik het opsla. Sommige computers hebben 4 mb op de computer de ander weer 16 mb. Mb betekent dat je b.v bij 16 mb16.000.000 tekens op kunt slaan in je geheugen. Een computer heeft een elektrisch geheugen. Als je de computer uitdoet, is het geheugen weer leeg. Daarom moet je steeds als je wat getypt hebt opslaan op de hardeschijf.
ZIE OP DE VOLGENDE BLADZIJDE EEN PLAATJE. 7. De videokaart.
7.1 Het beeld. Je hebt niet zo veel aan het moederbord als je niet kunt zie wat je doet. Daarom heb je een videokaart nodig als je een spelletje spelen. Je hebt een insteekkaart nodig dit keer een videokaart. Een videokaart zorgt ervoor dat er mooi en duidelijk beeld op het beeldscherm komt. Een videokaart lijkt wel een beetje op een moederbord alleen veel kleiner, hij zit vol met gekleurde onderdelen. Er zitten ook chips op de videokaart. Chips zitten helemaal vol met elektronische schakelingen.
7.2 VGA. De laatste tijd heb je alleen nog maar VGA kaarten. Dat zijn kaarten die geschikt zijn voor kleurenbeeldschermen. Maar je hebt wel verschillende snelheden op die kaarten. Als je alleen maar typt op de computer heb je niet zo`n snelle videokaart nodig. Maar als je veel spelletjes spellet of veel technische tekeningen maakt heb je wel een snelle videokaart nodig. Hoe sneller de videokaart hoe sneller je bijvoorbeeld bewegingen ziet.
8. ROM en RAM chips.
8.1 ROM chips. De computer heeft een paar ROM chips. ROM betekent read only memory. Dit zijn chips waarin gegevens of programma`s staan die de microprocessor wel kan lezen, maar hier kan hij geen wijzigingen in brengen. Er kan een programma in zitten om een grafische afbeelding op het scherm te zien krijgen, zodat er geen grafische kaart in de computer hoeft gezet te worden. In deze chips zijn ook nog een aantal andere programma`s gezet die in de microprocessor ondersteunen, b.v in het monitorenprogramma`s.
Een speciaal soort ROM- chip word BIOS genoemd. De MS dos computers mogen niet precies hetzelfde zijn als de IBM computers. Maar deze twee werken meestal wel met dezelfde microprocessor. Ook het toetsenbord mag niet hetzelfde zijn maar ze werken wel met dezelfde programma`s. Om deze computers niet hetzelfde te maken gebruikt de IBM computer een Bios chip.
8.2 RAM chips. Random Acces memory chips (RAM) zijn geheugenchips. In deze chips zitten deeltjes die voor een klein tijdje geactiveerd worden en dus tijdelijk gegevens vast houden. Als je de stroom uit doet zijn de gegevens weer weg en kan je er weer nieuwe opzetten. Deze chips zijn het interne geheugen. In het interne geheugen worden een gedeelte van de besturingsprogramma geladen. De gegevens die je wilt bewaren worden eerst op het interne geheugen gezet ( bijvoorbeeld teksten die je typt). Het is wel goed dat het interne geheugen na stroom uitval weer leeg is, anders zou het zo vol zijn. Je moet dan ook dingen die je voor meer tijd wilt bewaren dan na de stroomuitval kopiëren naar een extern geheugen.( bijvoorbeeld naar een diskette). Een extern geheugen bewaard de gegevens wel naar de stroomuitval.
9. De ontwikkeling van de toetsen. Vroeger bestond het toetsenbord en de computer uit een geheel en bestond het toetsenbord uit letters, cijfers, leestekens en een paar speciale toetsen tab, Ctrl, Shift, Capslock, Escape, Reset, Return en twee pijltoetsen. Commodore maakte bij de c64 een (hobby computer) vier functie toetsen. Dit zijn toetsen Waarmee je een programma een bepaalde functie kan laten doen. Met zo`n functie toets kan je de computer makkelijker gebruiken. Bijvoorbeeld je moet bij een programma ctrl-a en ctrl-z indrukken een programmeur kan er voor zorgen dat dit een functie toets wordt.
IBM maakte in 1981 een computer die gescheiden van het toetsenbord was. Dat was handiger want dan hoefde de computer niet recht voor je neus te staan. Het IBM toetsenbord had niet alleen letters, cijfers, leestekens en speciale toetsen. Maar ook de cijfering zoals een telmachine. En er kwamen geen twee maar vier pijltoetsen.
10. De diskdrive.
10.1 Diskettes. Als jij een opdracht krijgt van je meester, kan jij het ook niet meteen maken je wilt eerst wat je moet doen. Dat is hetzelfde met de computer hij leest een opdracht van een schijfje een diskette. Als je de computer aandoet leest hij wat hij moet doen. Hij leest dat van een schijfje een diskette. Zo`n diskette stop je in een diskdrive.
10.2 Controllers. Je kan een diskdrive niet zo gemakkelijk aan het moederbord aansluiten. Er moet eerst een insteekkaart in. Zo`n kaart heet een controller. Hij controleert alles wat ertussen de diskdrive en de processor gebeurt. Er lopen allerlei elektronische stromingen. Die gaan allemaal door een elektronische kabel. Een soort elektronische snelweg. Die platte kabel heeft aan allebei de uiteinden een stekker. De ene stekker moet in de diskdrive en de andere in de controller. Hij maakt ook nog een kabel vanuit de voeding in de diskdrive vast. Als je het toetsenbord er nog aan vastmaakt en alles hebt gedaan wat hiervoor allemaal stond van hoofdstuk 1 tot nu kan je de computer aandoen. Maar je kan nog geen spelletje spelen.
11. De harddisk. Als je een spelletje wilt spelen moet je eerst de harddisk er in zetten. De harddisk lijkt op een diskdrive met een paar diskettes erin. Er zitten allemaal schijfjes in. Dat kun je de diskettes noemen. Alleen kun je die er nooit uithalen. Het zijn ook heel bijzondere diskettes. Er kunnen heel veel programma`s op. Dat is handig, want dan hoef je niet steeds schone gewone diskettes te pakken om wat op te zetten. Je kunt al je progamma`s op zetten. Je hebt verschillende soorten harddisks. Er kan bijvoorbeeld 420 mb op zitten. Dat betekent dat je er 420.000.000 tekens op kunt zetten. Als je nu alles op de goede manier aansluit kun je de computer aandoen en spelletjes spelen en van alles doen. De computer is klaar.
12. Computertaal. Computers spreken andere talen dan mensen. Ze kennen geen Nederlands maar wel Basic, Pascal en cobol. Een programma moet in een van die talen geschreven worden pas dan weet hij wat hij moet doen. Dan weet hij welke opdracht hij moet uitvoeren.
13. Een computervirus. Een virus is een klein programma dat zich in een ander programma kan verplaatsen. Soms kan het grappig zijn maar soms is het ook een virus die je gegevens van de computer kan wissen. Een virus kan worden over gebracht worden door het kopiëren van schijven
14. Hoe werkt een computer. Het hart van de computer is de CVE, dat is de centrale verwerkingseenheid. Hier worden de berekeningen berekent en de gegevens opgeslagen. Als je de computer een opdracht geeft, gaat eerst de CVE kijken of er in het geheugen een programma staat. Zo`n programma kan je vanaf de harde schijf of diskette opstarten, dan wordt het in het ram geheugen geladen. Dan kan de computer pas aan het werk gaan. Stap voor stap zal de computer nu de instructie`s van het programma uitvoeren.
15. Internet. Internet is een wereldwijd web van computers die met elkaar verbonden zijn via het telefoonnetwerk. Als je computer op het internet is aangesloten kun je allerlei sites bezoeken. Je kunt e-mails sturen en allerlei andere dingen. Ik zit zelf ook op vaak op internet.
REACTIES
1 seconde geleden
T.
T.
stukje 4.2 * Maar de computer kan niet tegen stroom uit het stopcontact, want de stroom uit het stopcontact heeft 200 volt.
200 volt moet 230 volt zijn.
16 jaar geleden
AntwoordenI.
I.
Hallo Joinko. Kun jij me 5 Belgische business to business sites geven.
Ik heb het nodig voor mijn GIP.
Met vriendelijke groeten
23 jaar geleden
AntwoordenS.
S.
bedankt voor je werkstuk want dit had ik heeel erg hard nodig moet morgen namelijk zo'n k.u.t werkstuk inleveren maar vraagje: weet je ook nog site's waar ik nog meer kan vinden. Of heb je het uit boeken gehaald enzo
groetjes, sipke-durk ( heb ook msn )
23 jaar geleden
AntwoordenG.
G.
Hoi, ik heb net je werkstuk gelezen over de computer, en ik vroeg me af hoe oud je bent en voor welk vak je dit precies hebt moeten maken, want ik vind het echt wel heel duidelijk besproken.
22 jaar geleden
AntwoordenD.
D.
heel erg bedankt voor je informatie, nou haal ik zeker een voldoende!!!!!!!!!!!!!!!!
22 jaar geleden
AntwoordenX.
X.
hey.leuke onderwerp.maar zit wel veel typ fouten in.ik adviseer u om nog een keer te controleren.
19 jaar geleden
AntwoordenD.
D.
coole site man
12 jaar geleden
AntwoordenJ.
J.
mooi getiept
10 jaar geleden
AntwoordenT.
T.
Vol met typ fouten beter controleren kijk naar je inleiding
9 jaar geleden
AntwoordenH.
H.
ik vind het heel goed
8 jaar geleden
AntwoordenN.
N.
Bedankt! Ik heb hier bijna mijn hele werkstuk van gemaakt!
6 jaar geleden
AntwoordenD.
D.
ik zit ook vaak achter de computer, maar wist er ook niet zoveel van. mijn vader werkte aan computer alleen is die winkel nu failliet.
5 jaar geleden
AntwoordenD.
D.
je kunt processor, moederbord, grafische kaart enz, ook hardware noemen.
5 jaar geleden
Antwoorden