1. Wanneer ontmoeten de Indianen en blanken elkaar?
De Indianen zijn de inheemse bevolking van Amerika. Zij trekken het continent binnen over de Beringstraat. De Beringstraat is het stuk zee dat Alaska en Siberik van elkaar scheidt. Gedurende de ijstijd valt deze zeestraat droog en zijn mensen in staat vanuit Azik Amerika binnen te trekken. Het continent wordt binnen vrij korte tijd bevolkt. Het eerste contact tussen Europa en Amerika is er al in het jaar duizend. Dan komen de Noormannen via Groenland in Amerika. Het contact tussen de Noormannen en de Indianen (die door de Noormannen “skraelings” werden genoemd), is echter slecht en ze verdwijnen weer uit Amerika. Ruim vijfhonderd jaar later ontdekt Christoffel Columbus bij toeval Amerika. Hij wil een kortere weg naar Indië vinden. Als hij via het Westen in dit continent probeert te komen stuit hij op Amerika. Hij denkt dat hij Indië heeft gevonden en noemt de mensen die er wonen “Indianen”. Dit is altijd zo gebleven, ook toen men er achterkwam dat Columbus in een nieuw continent terecht was gekomen. Nadat Amerika ontdekt was, streden veel verschillende volken om de macht van dit continent. De strijd ging vooral tussen de Engelsen, Spanjaarden, Portugezen, Fransen en Nederlanders. Omdat de Europese volken Amerika van alle kanten binnenvielen kwamen ze veel Indiaanse stammen tegen. Het contact tussen deze indringers en de inheemse bevolking was aanvankelijk goed. De Europeanen leerden nieuwe gewassen kennen en de Indianen maakten kennis met paarden, geweren en metaal. Dit biedt ze veel voordeel, omdat de Indianen voornamelijk van de jacht leefden. Veel Europese volken die zich in Amerikaanse gebieden vestigden, ontwikkelden een handelssysteem met de Indianen. Sommigen lieten ze echter in plantages werken, maar al gauw bleek dat de Indianen niet geschikt waren voor de slavernij. Er stierven velen aan ziektes, of ze vermoorden zichzelf en hun familie. In 1607 stichtten de Engelsen hun eerste nederzetting, Jamestown, in het gebied dat nu Virginia heet. Eerst bestaat de groep kolonisten uit weinig mensen en had het toenmalige indianenopperhoofd Powhattan ze makkelijk kunnen verdrijven. Hij begint echter pas een oorlog als het te laat is en als zijn zoon het in 1644 op 92-jarige leeftijd probeert blijkt dat ook vruchteloos. De opstanden van de indianen gedurende de eerste honderd jaar van de kolonisatie halen niets uit en worden bloedig teruggeslagen. In het jaar 1676, op 2 juli, begonnen de Amerikaanse kolonisten een Onafhankelijkheidsstrijd tegen Engeland. De onafhankelijkheid werd op 4 juli al getekend, de oorlog duurde echter voort tot 19 april 1783. Toen erkenden de Britten hun nederlaag bij de Vrede van Versailles en trokken zich terug uit de Verenigde Staten. De republiek Amerika was een feit. Omdat de Amerikaanse kolonisten onafhankelijk werden van Engeland, verloren de Indianen de bescherming van de Engelsen. Degenen die voor de kant van Engeland hadden gekozen, moesten land afstaan. De Verenigde Staten streven er naar om het hele land vrij te maken van Indianen.
2. Wat gebeurde er met de Indianen toen de Verenigde Staten ontstonden?
Toen Columbus Amerika had ontdekt en de Europeanen van alle kanten Amerika binnenkwamen, waren de contacten tussen westerlingen en Indianen nog vrij goed. Er was in sommige delen zelfs handel tussen de twee groepen. Toen de Amerikaanse kolonisten echter Jamestown stichtten in het gebied dat nu Virginia heet, kwamen de Indianen onder leiding van opperhoofd Powhattan in opstand. Maar die opstand kwam veel te laat, de kolonisten waren met teveel. Toen zijn zoon het op 92-jarige leeftijd ook probeerde, werd hij gevangen genomen en doodgeschoten. Als de Amerikanen in 1776 onafhankelijk worden en de Verenigde Staten ontstaan, verliezen de Indianen de bescherming van Engeland. De Amerikanen onderdrukken de Indianen en dwingen ze land af te staan. Ze willen de Verenigde Staten compleet Indiaan-vrij maken. Een voorbeeld hiervan zijn de Cherokee, die christen worden en toegeven aan elke eis aan de Amerikanen, ook om land af te staan. Toch komt de Amerikaanse president Andrew Jackson met een wet waarin vastgesteld wordt dat alle Indianen in het oosten verplaatst moeten worden naar het gebied ten westen van de rivier de Mississippi. De Cherokee deden er alles aan om dit tegen te gaan, maar ze werden uiteindelijk toch door het Amerikaanse leger naar het westen gedreven. Hierbij komen vierduizend van de veertienduizend Cherokee om en het werd de “Tocht der Tranen” genoemd. Zoals het met de Cherokee gebeurt, zo gebeurt het met elke Indianenstam ten oosten van de Mississipi. Al deze Indianen komen in een gebied terecht waar ze slechts met veel moeite kunnen overleven. Ten westen van de Mississipi ligt een uitgestrekte grasvlakte. Dit gebied heet Louisiana en is in handen van de Fransen. De Indianenstammen zijn hier voorturend in concurrentie over waar de handelaren komen. Ze willen allemaal graag de Europese goederen hebben. Als een indianenstam ziet dat handelaren bij een andere stam langsgaan, dreigt beroving of doen ze er alles aan om ze tegen te houden. Later koopt de Verenigde Staten Louisiana van Frankrijk en geeft de president opdracht het gebied in kaart te brengen. Dit heeft tot 1845 geen gevolgen voor de Indianen, tot Californik een deel van Noord-Amerika wordt. Dit zien veel Amerikanen als het beloofde land. In 1868 winnen de Sioux een oorlog tegen de Verenigde Staten die in 1865 begonnen is. Al de eisen van de Sioux worden ingewilligd en het wordt bekend als het verdrag van fort Laramie. Als goudzoekers in 1870 het gebied van de Indianen toch binnentrekken, moeten de conflicten tussen de Indianen en de Amerikanen beëindigd worden door generaal Custer. Dit hele leger werd uitgemoord en het was het laatste echte wapenfeit van de Amerikaanse Indianen. Sommige opperhoofden vluchten naar Canada en anderen werden gedood. De trektocht van de kolonisten leidde tot vele bloedige veldslagen tussen Amerikanen en Indianen. Beide partijen hebben tijdens de oorlogen wisselend succes, maar uiteindelijk winnen de Verenigde Staten door verschillende oorzaken. Ten eerste sterft de bizon rond 1880 bijna uit. Dit dier is de belangrijkste voedselbron van de Indianen en bij de aanleg van de spoorwegen schieten spoorwegmedewerkers duizenden bizons dood. Na de aanleg van de spoorwegen schieten passagiers vanuit de trein op de bizons. Ook jagers zorgen ervoor dat het aantal bizons sterk in aantal verminderd. Een tweede oorzaak is dat de Amerikanen vanuit de oostelijke steden telkens nieuwe soldaten konden oproepen. Dit kostte ze echter wel veel geld en de inwoners van de oostelijke steden waren niet overtuigd van de zin van de oorlog.
Het werkstuk gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
1 seconde geleden
L.
L.
Supeeerrrrr
13 jaar geleden
Antwoorden