De staat Oekraine

Beoordeling 6.1
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • 5e klas vwo | 4462 woorden
  • 13 mei 2009
  • 67 keer beoordeeld
Cijfer 6.1
67 keer beoordeeld



Inleiding

Als je de gewone man van de straat een aantal maanden geleden naar Oekraïne zou vragen, zou hij vragend zijn schouders hebben opgehaald. Misschien dat een enkeling wist wie de president van het land was of welke Oekraïense voetbalclub aardig meedeed in de Europese voetbalcompetitie. Verder zou er weinig meer bekend zijn dan dat het land vroeger bij de Sovjet-Unie heeft gehoord. Vandaag de dag is dat anders. De oneerlijk verlopen presidentsverkiezingen in november van 2004 hebben een tijd lang het nieuws gedomineerd. De op Rusland gerichte presidentskandidaat Viktor Janoekovitsj, die zijn meeste aanhang in het oosten van Oekraïne heeft, zou met een miniem verschil de verkiezingen van zijn op Europa georiënteerde opponent Viktor Joesjenko hebben gewonnen, die vooral populariteit geniet in het westen van het land. De massale protesten van een deel van de bevolking tegen de uitslag hebben de wereld laten zien dat Oekraïne een verdeeld land is. De bemoeienissen van de EU en van Rusland bij het vinden van een oplossing maakten duidelijk dat er internationale belangen op het spel stonden.

Oekraïne is een land dat met zijn oppervlakte veruit het grootste land van Oost-Europa is. Met een inwoneraantal van bijna vijftig miljoen komt het land na Duitsland, Italië, Groot-Brittannië en Frankrijk op de vijfde plaats in Europa. Het kent een grote rijkdom aan mineralen en natuurlijke grondstoffen en het beschikt over een enorme industriële capaciteit. Oekraïne ligt geografisch gezien op een strategische plaats, het grenst aan zeven buurlanden. De verwachting was dat na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie in 1991 een land met een zodanig groot potentieel op politiek en economisch gebied een belangrijke rol van betekenis kon gaan spelen op het wereldtoneel. Tot op heden is daarvan nauwelijks iets terecht gekomen.

De cartoon op de voorkant van dit werkstuk laat een EU-vertegenwoordiger en een gezant uit Rusland zien die bezig zijn met het aangeven van de grenzen en elkaar op Oekraïens grondgebied tegenkomen. De prent lijkt duidelijk te willen maken dat Oekraïne het strijdtoneel zal worden tussen de uitbreidingsdrang van de Europese Unie aan de ene kant en de imperialistische neigingen van Rusland aan de andere kant. Een andere interpretatie zou kunnen zijn dat Oekraïne na de uitbreiding van de EU met tien nieuwe lidstaten in mei 2004 tussen wal en schip is beland; enerzijds niet bij de EU, anderzijds niet bij Rusland. Daarmee zou het in een soort vacuüm terecht zijn gekomen, een schemergebied tussen oost en west.
Om een plaats te veroveren in de internationale arena is het nodig dat een land weet welke positie het inneemt. Pas dan kan het vruchtbare relaties onderhouden met andere landen en een rol van betekenis gaan spelen. Na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie in 1991 moest Oekraïne als onafhankelijk land op zoek naar een eigen identiteit. Het diende een nieuwe plaats te vinden tussen Europa en Rusland. Alvorens Oekraïne zich kon ontplooien tot een waardig en invloedrijk medespeler in de wereld van de internationale betrekkingen, moest het eerst naar zichzelf kijken om erachter te komen wat het belang van het land en zijn bevolking was.

In dit werkstuk zal worden gekeken naar de wisselwerking tussen nationale identiteit en buitenlandse politiek. Wat heeft de nationale identiteit van Oekraïne gevormd en welke rol speelde de geschiedenis van het land daarbij? Hoe heeft dat de relaties met Rusland en de Europese Unie sinds 1991 vorm gegeven? Speelden die relaties ook een rol bij de vorming van een Oekraïense nationale identiteit?

De vraagstelling die de rode draad van dit werkstuk vormt, luidt als volgt:
In hoeverre beïnvloedde de nationale identiteit van Oekraïne de relaties met Rusland en Europa sinds 1991 en in hoeverre vormden die betrekkingen met Moskou en Brussel de Oekraïense nationale identiteit?

Ik heb ervoor gekozen om onderzoek te doen naar de betrekkingen tussen Oekraïne en Rusland en niet het Gemenebest van Onafhankelijke Staten, omdat het GOS naar mijn mening voornamelijk een papieren organisatie is zonder toekomst. Bovendien is Rusland de leidende macht binnen deze organisatie. Aan de andere kant heb ik met de betrekkingen tussen Oekraïne en de Europese Unie niet gekozen voor een aantal Europese buurlanden van Oekraïne, omdat in mijn ogen de EU politiek en economisch gezien de meeste invloed heeft.
Waar Oekraïne in de media nog niet zo lang als een interessant onderwerp wordt gezien, daar is dat onder historici en politieke wetenschappers anders. De laatste jaren is het land steeds meer in de rangorde van aandacht gestegen. Oekraïne lijkt het toekomstige scharnierpunt te worden in de relatie tussen de Europese Unie en Rusland. Zijn strategische ligging maakt het een onmisbare schakel in de Europese veiligheid. Roman Solchanyk zegt daarover: “As the contours of a new post-Cold War security structure begin to take shape with the eastward enlargement of NATO, Ukraine’s pivotal position between a Europe that is in the process of being redefined and a Russia that remains uncertain about its identity and future will very likely assume even greater significance.”[1] Door onderzoek te doen naar de situatie waarin Oekraïne zich bevindt, wordt het land uit het schemergebied tussen oost en west gehaald. Het krijgt daarmee een gezicht. Dit werkstuk over de wisselwerking tussen nationale identiteit en buitenlandse politiek vormt een bijdrage aan de schets van het Oekraïense gezicht, opdat het de aandacht krijgt die het als toekomstig strategisch middelpunt verdient.

Het overgrote deel van het bronnenmateriaal dat voor dit werkstuk is gebruikt, bestaat uit boeken en artikelen in het Engels, Duits en Nederlands. Het betreft literatuur uit verschillende bibliotheken van de Universiteit van Amsterdam en de Universiteit Utrecht en uit de Gemeentebibliotheek van Rotterdam. De boeken en artikelen bestaan uit chronologische overzichten, geschiedschrijving, beleidsvorming op het gebied van buitenlandse politiek en verschillende interpretaties en meningen van auteurs die zich met de wetenschap over zaken rondom het onderwerp van deze scriptie hebben beziggehouden. Een kleiner deel van het bronnenmateriaal bestaat uit nieuwsberichten, achtergrondartikelen en toespraken die op het Internet zijn gevonden.

Om een antwoord te vinden op de genoemde vraagstelling zal in het eerste hoofdstuk aandacht worden besteed aan het verleden van Oekraïne. Wat zegt de historie van het land over zijn huidige identiteit? In het tweede hoofdstuk zal kort worden uitgelegd wat er met nationale identiteit en daaraan gerelateerde begrippen als nationalisme en etniciteit, wordt bedoeld. Vervolgens zullen in het derde hoofdstuk de betrekkingen tussen Oekraïne en Rusland en die tussen Oekraïne en de Europese Unie sinds 1991 worden toegelicht. Wat waren de kenmerken van die relaties? In het vierde en laatste hoofdstuk zal het verband tussen nationale identiteit en buitenlandse politiek worden uitgelegd. Daarnaast zal worden gekeken naar de wisselwerking tussen de Oekraïense, Russische en Europese identiteit en de onderlinge betrekkingen. Dit werkstuk zal worden afgesloten met een overzicht van de bevindingen die voortvloeien uit het betoog.

Historie Oekraïne
Op 24 augustus 1991 verklaarde Oekraïne zich onafhankelijk. De ineenstorting van de Sovjet-Unie met als genadeklap de mislukte staatsgreep in Moskou in augustus 1991 maakte de weg vrij voor de (weder)geboorte van vijftien nieuwe staten. Een nieuw tijdperk was aangebroken. Het communisme, een ideologie gebaseerd op gelijkheid, paste niet meer in een wereld waarin begrippen als identiteit, nationaliteit en etniciteit steeds nadrukkelijker op de voorgrond traden. Gorbatsjov’s poging de Unie om te vormen in een vrijere variant met meer soevereiniteit voor de republieken kwam te laat. De republieken verwierpen het idee van vrijheid binnen de kaders van de Sovjet-Unie en de communistische partij en namen zelf het heft in handen door te kiezen voor onafhankelijke vrijheid.

Oekraïne was een van die nieuwelingen op de wereldkaart. Aanvankelijk leek de republiek de idee van een hernieuwde Sovjet-Unie te steunen, maar toen duidelijk werd dat de staatsgreep in Moskou op een fiasco uitliep, koos het resoluut voor onafhankelijkheid. Na de onafhankelijkheidsverklaring van de Oekraïense regering op 24 augustus sprak op 1 december een overgrote meerderheid van de bevolking (negentig procent) zich in een referendum uit voor onafhankelijkheid. De vreugde die dat met zich meebracht, was groot. Toch was het besef aanwezig dat aan onafhankelijkheid een grote verantwoordelijkheid vastzat, namelijk de vorming van een natiestaat en een daaraan verbonden identiteit.

Waar kwam de legitimiteit voor een Oekraïense staat vandaan? Behalve in een korte periode tijdens en na de Eerste Wereldoorlog had Oekraïne nooit onafhankelijkheid gekend en was het dus niet in staat geweest een echte natiestaat te vormen. Het had daar geen voorloper van, een basisvorm van een natiestaat waarop teruggegrepen kon worden, zoals Estland en Letland tussen de twee wereldoorlogen wel hadden.[2] Oekraïense historici voerden echter de duizendjarige historie die hun land zou hebben aan als een belangrijke bouwsteen voor een onafhankelijke Oekraïense natiestaat. Maar historie staat altijd open voor verschillende vormen van geschiedschrijving en zo ook de duizend jaren die vooraf zijn gegaan aan de onafhankelijkheid van Oekraïne. Die verschillende interpretaties zullen in de hierna volgende beschrijving van die periode dan ook een aantal keren duidelijk naar voren komen.

Oekraïne betekent letterlijk ‘grensland’. Het begrip Ukraina duidde vroeger op de gebieden aan de grens met de steppe die lange tijd het overgangsgebied vormden tussen het nomadenvolk en het boerenvolk en tussen Slavische Christenen en Turks-Tataarse Moslims.[3] Het was een kruispunt van verschillende werelden, een gebied waar, afgezien van de moerassen in het noorden en de Karpaten in het zuidwesten, geen duidelijke grenzen aanwezig waren. Dat zorgde voor een moeilijk te controleren regio, wat het tot een speelbal van verschillende machten maakte. De enige bevolkingsgroep die aanspraak maakte op een deel van het Ukraina gebied en die het in de zestiende en zeventiende eeuw poogden te controleren onder Oekraïense naam, was het Kozakkenvolk. De Kozakken worden in de Oekraïense geschiedschrijving vaak gezien als de grondleggers van de Oekraïense staat. Ze speelden echter pas vanaf de zestiende eeuw een rol van betekenis. Als beweerd wordt dat Oekraïne een duizendjarige historie heeft, dan moeten we verder terug gaan in de tijd, terug naar het eerste millennium van onze jaartelling.

Als we de kaart van Europa in de periode van de negende tot en met de twaalfde eeuw erbij nemen, zien we dat het huidige Oekraïne deel uitmaakte van het rijk van de ‘Kiev Rus’.[4] Tot halverwege de dertiende eeuw breidde dit bloeiende rijk, met Kiev als machtscentrum, zich uit van de zuidelijke steppes rond Kiev naar het noordelijk gelegen Novgorod en verder tot aan de grens van het huidige Finland. Dit gebied omvatte alle Oost-Slaven en een groot deel van de Baltisch en Fins sprekende volkeren (zie kaart 1). In de dertiende eeuw veroverden Mongolen een groot deel van het Kiev Rus gebied en verwoestten de stad Kiev. Een deel van de verslagen machthebbers trok van Kiev richting het noorden en stichtte in Moskou een nieuw rijk dat later zou uitgroeien tot het Russische rijk.

Tot op de dag van vandaag bestaat er onenigheid over wie aanspraak mag maken op de historie van het rijk van de Kiev Rus. Oekraïense historici beweren dat het rijk de grondlegger is van de Oekraïense staat met Kiev als hoofdstad. Russische historici op hun beurt menen echter dat het rijk van de Kiev Rus de voorganger is van het Russische rijk en ook Wit-Rusland maakt er aanspraak op. De drie landen zien de periode van de negende tot en met de twaalfde eeuw onlosmakelijk met hun eigen nationale historie verbonden. Volgens andere historici doet het er niet zozeer toe of het rijk van de Kiev Rus de grondlegger was van de Oekraïense, de Russische of de Wit-Russische staat. Zij zien het rijk als grondlegger voor een groot-Slavische staat waarin alle Oost-Slaven thuishoren, een staat waarin het huidige Wit-Rusland, Oekraïne en Rusland zouden moeten samenkomen. Dat idee vindt nog steeds gehoor bij een groot deel van de Russische en Wit-Russische bevolking, een gedachte die bij Oekraïense nationalistische historici echter op weinig steun kan rekenen.

Na de ondergang van het rijk van de Kiev Rus viel een deel van het huidige west-Oekraïne onder Poolse heerschappij. Een stuk van het oostelijk deel werd door het nieuwe Russische rijk gecontroleerd. Maar het overgrote deel, waaronder de hoofdstad Kiev, kwam in handen van het grootvorstendom van Litouwen. Daarmee veranderde in eerste instantie niet veel voor de voornamelijk Oost-Slavische bevolking. Wat de politiek, economie en cultuur betrof, bleef de status quo gehandhaafd. Sommige historici menen dat het grootvorstendom Litouwen de voortzetting was van de Oekraïense historische staat, zij het in een andere belichaming.[5]
In 1385/86 ontstond vervolgens een unie tussen Polen en Litouwen, de zogenaamde dubbelstaat Polen-Litouwen. Deze verbintenis had wel degelijk gevolgen voor het grensland Ukraina en haar bewoners. In vergelijking met de eerdere Litouwse overheersing was nu op religieus gebied de Poolse invloed duidelijk merkbaar. Om de orthodoxe Oekraïense bevolking beter te laten verenigen met de katholieke Poolse bevolking, werd een Oekraïense kerk gesticht die de orthodoxe rituelen vermengde met de katholieke geloofsleer. Hoewel Oekraïense nationalisten de Pools-Litouwse overheersing overwegend negatief beoordelen, moet gezegd worden dat met het oprichten van een Orthodox-Katholieke (ook wel Grieks-Katholiek genoemde) kerk een eerste vorm van identiteit geschapen werd voor het Ukraina gebied. Een Oekraïense religieuze identiteit die met zijn orthodoxe rituelen van het katholieke Polen verschilde en die met zijn onderwerping aan de Paus de grens met het orthodoxe Rusland aangaf. De Pools-Litouwse overheersing die tot de zeventiende eeuw zou duren, zorgde ervoor dat Oekraïne Europa werd binnengetrokken (zie kaart 2).

Halverwege de zeventiende eeuw kregen de Pools-Litouwse machthebbers te maken met tegenstand van nieuwe acteurs in het Ukraina gebied. De Kozakken vestigden zich omstreeks de vijftiende eeuw rondom de oevers van verschillende rivieren, vandaar namen als Dnjepr-Kozakken, Don-Kozakken en Wolga-Kozakken. Zoals al eerder was gezegd, vormen de Kozakken (voornamelijk de Dnjepr-Kozakken) een wezenlijk onderdeel van de Oekraïense nationale identiteit. Overigens bestond er tussen de ‘Russische’ en ‘Oekraïense’ Kozakken, voor zover er toen sprake kon zijn van een dergelijke benaming, weinig verschil in cultuur en leefwijze. Maar zoals gebruikelijk bij de vorming van een identiteit ligt de nadruk op het onderscheid ten opzichte van andere groepen. Overeenkomsten worden daarbij niet geaccentueerd.

De Oekraïense Kozakken zwoeren trouw aan de Poolse koning, maar hadden een zekere vorm van autonomie. Ze vormden een buffer in het zuidelijke deel van het Pools-Litouwse rijk tegen de Krim Tataren. Deze bewoners van het zuidelijk gelegen schiereiland de Krim vestigden zich daar omstreeks de dertiende eeuw en creëerden daar hun eigen staat, de Krimse Khanaat.[6] In de zestiende en zeventiende eeuw kwam aan de autonome status van Oekraïne een eind toen de Pools-Litouwse machthebbers steeds meer controle gingen uitoefenen over het zuidelijke deel van hun rijk. Dat leidde tot ontevredenheid bij de Kozakken wat uiteindelijk uitgroeide tot een beslissende opstand in 1648.[7]

De grote man achter de opstand was Bohdan Chmel’nyc’kyj.[8] Hij bracht met zijn Kozakkenleger de Pools-Litouwse strijdmacht aanzienlijke verliezen toe en wist met behulp van de bevolking een groot deel van het Oekraïense land onder controle te krijgen. De afscheiding van Oekraïne uit het rijk werd door de Pools-Litouwse machthebbers echter niet geaccepteerd en deze zetten daarom een tegenaanval in. Het verhoudingsgewijs kleine Kozakkenleger was niet opgewassen tegen een langdurige strijd met de Pools-Litouwse strijdmachten. Daarom was het voor de Kozakken noodzakelijk een bondgenoot te vinden. Die werd gevonden. De intenties van dat bondgenootschap zouden eeuwen later nog voor verschil van mening zorgen. In 1654 werd in Perejaslav een verbond getekend tussen Chmel’nyc’kyj en de Russische tsaar. Dit akkoord wordt tegenwoordig door de Russen opgevat als een vrijwillige keus van Oekraïense kant om bij het Russische rijk te komen. De Oekraïners zien dat heel anders. Volgens hen was het verbond uit pure noodzaak ontstaan en had het niets van doen met een of andere vorm van een vrijwillig gewenste unie.
Verschillende interpretaties over een historische gebeurtenis, maar het was wel een feit dat een groot deel van Oekraïne na het akkoord van Perejaslav deel uitmaakte van het Russische rijk, zij het met een bepaalde mate van autonomie. Dus nadat Oekraïne rond 1380 de Pools-Litouwse invloedssfeer werd binnengetrokken, werd het 275 jaar later weer naar Rusland toe getrokken. Onder het nieuwe tsaristische bewind vonden van de kant van de Kozakken nog geregeld opstanden plaats. Een van de bekendste opstandelingen in die tijd was Ivan Mazepa, hij wordt tegenwoordig gezien als een van de belangrijkste Oekraïense vrijheidsstrijders. Onder het bewind van tsaar Peter de Grote behielden de Kozakken nog een aantal privileges. Maar na het aantreden van Catherina de Grote in 1762 werden veel Kozakken uit Oekraïne verbannen naar andere gebieden en werd Oekraïne volledig onder Russische heerschappij geplaatst. Van een Oekraïense staat bleef niet veel meer over dan een herinnering.

Verschillende opdelingen van het Pools-Litouwse rijk en de opkomst van het Oostenrijks-Hongaarse rijk in de achttiende eeuw zorgden voor een herdefiniëring van de kaart van Oost-Europa. Tachtig procent van de Oekraïense bevolking viel nu onder Russische en twintig procent onder Oostenrijkse heerschappij (zie kaart 3). Het westelijke deel (Galicië en Bukovina) dat onder Oostenrijkse invloed stond, kreeg de meeste vrijheid om een nationaal bewustzijn te ontwikkelen. In de rest van Oekraïne dat onder Russisch bewind stond, werd het nationale bewustzijn sterk onderdrukt. Russificatie van de bevolking werd toen al uitvoerig toegepast.[9] De golf van nationalisme die over het Europa van de negentiende eeuw spoelde, ging door de Russische en Oostenrijkse overheersing dan ook grotendeels aan Oekraïne voorbij. Toch waren er nationalistische organisaties actief in beide delen van Oekraïne, maar in het Russische deel gebeurde dat in het diepste geheim.

Begin twintigste eeuw werd de politieke landkaart weer flink opgeschud. De drie grote mogendheden van die tijd, het Russische rijk, het Ottomaanse rijk en het Oostenrijks-Hongaarse rijk zouden na het formele einde van de Eerste Wereldoorlog in 1918 ophouden te bestaan. Oekraïne stond bij het begin van die oorlog een barre tijd te wachten. Het land kreeg de rekening gepresenteerd van het uiteenvallen van de drie grote mogendheden en werd een woelig strijdtoneel waarin Oostenrijk en Rusland de Oekraïense bevolking tegen elkaar uitspeelden. West-Oekraïense strijders onder Oostenrijkse vlag vochten tegen hun Oost-Oekraïense ‘landgenoten’ onder Russische vlag.[10] Zoals al vaak het geval was geweest, werd Oekraïne een speelbal van Oost-Europese machten.

Na de Februarirevolutie van 1917, die een einde maakte aan het tijdperk van de Russische tsaar, reorganiseerde de Oekraïense nationalistische beweging zich en riep de Oekraïense Volksrepubliek uit als deel van een federatief Rusland.[11] Het westelijk deel dat na de ineenstorting van het Oostenrijks-Hongaarse rijk in oktober 1918 zichzelf uitriep tot een onafhankelijke Oekraïense staat, zou na een bestaansduur van slechts negen maanden en een korte hereniging met de rest van Oekraïne weer door Polen worden veroverd. Andere delen van Oekraïne; Bukovina en Bessarabië en het Karpaten gebied, werden in 1919 bij respectievelijk Roemenië en Tsjecho-Slowakije gevoegd.

De eerder in 1917 uitgeroepen Oekraïense Volksrepubliek werd echter niet geaccepteerd door de Bolsjewieken onder leiding van Lenin. Zij veroverden een groot deel van Oekraïne en bezetten de hoofdstad Kiev. Met hulp van de Centrale legers (Duitsland, Turkije en het toen nog bestaande Oostenrijk-Hongarije) werden de Bolsjewieken begin 1918 weer verdreven. Op 1 maart werd Kiev weer heroverd en op 3 maart volgde de vrede van Brest-Litovsk, waarbij de Russische Sovjetrepubliek de onafhankelijkheid van Oekraïne moest erkennen. Daarmee was voor Oekraïne een eind gekomen aan de Eerste Wereldoorlog. Er zou echter nog veel interne onrust volgen die het Oekraïense nationalisten belette een echte Oekraïense onafhankelijke staat op te bouwen.[12]

De Bolsjewieken slaagden er uiteindelijk toch in om Oekraïne in 1921 onder controle te krijgen en in 1922 als Sovjetrepubliek bij de Sovjet-Unie te voegen (zie kaart 4). De volgens Lenin binnen het communisme passende ideologie om de Sovjetrepublieken een bepaalde vorm van nationaal bewustzijn te laten ontwikkelen gaf Oekraïne enige vrijheid om aan staat- en natievorming te werken. Toen Stalin na de dood van Lenin in 1924 de macht overnam, kwam daar echter een abrupt einde aan. Russificatie van de Oekraïense bevolking en gedwongen collectivisaties van de landbouw onder zijn leiding hadden voor Oekraïne grote gevolgen. Een vreselijke hongersnood in 1932/33 waarbij miljoenen mensen omkwamen was een extreem voorbeeld van de consequenties van de gedwongen collectivisaties.[13] Het vormt tegenwoordig nog steeds een sterk bindmiddel voor de Oekraïense bevolking. Een film over deze hongersnood werd vlak voor het referendum voor onafhankelijkheid in 1991 op de televisie uitgezonden om het Oekraïense volk te overtuigen van het belang van een onafhankelijke Oekraïense staat.

Hoewel Stalin door Oekraïense historici vooral wordt afgerekend op zijn gruweldaden, heeft hij voor de Oekraïense staat ook goede dingen gedaan. Het Molotov-Ribbentrop-pact van augustus 1939 zorgde ervoor dat de eerder afgestane gebieden aan Polen en Roemenië met zijn Oekraïense bewoners weer herenigd werden met de rest van Oekraïne, zij het onder Sovjetmacht. Daarmee kwam voor west-Oekraïne een einde aan bijna zeshonderd jaar aaneengesloten Poolse dominantie, een overheersing die haar uitwerking niet had gemist. Russificatie had hier het dagelijkse leven nog niet beïnvloed en onder Pools bewind had dit westelijke deel de relatieve vrijheid gehad om een Oekraïens bewustzijn te creëren. Dit gebied wordt door historici als de bakermat van het Oekraïens nationalisme gezien, een soort nationalisme dat in een later stadium het land zou opzadelen met een gespleten persoonlijkheid.

De Duitse aanval op de Sovjet-Unie tijdens de Tweede Wereldoorlog bleek de stelling van ‘de vijand van je vijand is je vriend’ niet te onderschrijven. De Duitsers hadden geen sympathie voor een Oekraïense onafhankelijke staat en zij zagen de bevolking als hun onderdanen. De rijkscommissaris van het Oekraïense deel van het Duitse rijk verwoordde dat als volgt: “Es gibt keine freie Ukraine. Das Ziel unserer Arbeit muß sein, daß die Ukrainer für Deutschland arbeiten und nicht, daß wir das Volk hier beglücken.”[14] Weer zat Oekraïne gevangen tussen twee vuren, enerzijds het Duitse, anderzijds het Russische rijk. Opnieuw was het een speelbal van machten. Het land zou zwaar gehavend uit de oorlog tevoorschijn komen, steden en industriegebieden waren in puin geschoten en wederom hadden miljoenen mensen het leven gelaten.

Nadat het Sovjetleger in 1944 de Duitsers ver terug had gedrongen, probeerden de machthebbers van de Sovjet-Unie Oekraïne met een zachtere hand weer deel uit te laten maken van de Sovjet-Unie. Een zekere vorm van Oekraïnisatie werd toegestaan en Oekraïense partijleden kregen een sterke vertegenwoordiging in de machtsstructuren van de Sovjet-Unie. Bovendien kreeg het land bij de oprichting van de Verenigde Naties in 1945 een eigen lidmaatschap, zij het dat die slechts op papier bestond. Van Russische zijde werd Oekraïne nu beschouwd als een kleine broer. Een benaming die van Oekraïense kant overigens niet zo positief werd beoordeeld als van Russische zijde.

Na de Tweede Wereldoorlog was Oekraïne geografisch weer één geheel, de bewoners van de afgestane gebieden werden nu definitief verenigd met hun moederland. Sovjetpolitiek zorgde ervoor dat een groot deel van de niet-Oekraïense minderheden werd ‘verhuisd’ naar hun land van herkomst. De Krimse Tataren werden bijvoorbeeld als bevolkingsgroep in hun geheel gedeporteerd naar Centraal Azië. Het schiereiland werd daarna voor een groot deel bevolkt door Russische bewoners. Tegelijkertijd werden ook Oekraïners in het oosten van het land gedwongen te verhuizen naar andere delen van de Sovjet-Unie om plaats te maken voor Russische inwoners. De Oekraïnisatie die toegestaan was, werd na een aantal jaren geleidelijk aan weer vervangen door Russificatie. Vooral in het oostelijk deel van Oekraïne, waar het nationalisme minder fel was dan in het westen, zou dat tijdens de Sovjetoverheersing een grote vermenging met de Russische taal en cultuur als gevolg hebben. Hier tekent zich een tweedeling af die de Oekraïense staat tot op de dag van vandaag problemen zou bezorgen.

De periode na de dood van Stalin in 1953 tot aan de onafhankelijkheid van Oekraïne in 1991, die voornamelijk gekenmerkt werd door een verdergaande Russificatie van de bevolking en een groeiende oppositie daartegen, kende nog een paar noemenswaardige gebeurtenissen. In 1954 werd door de toenmalige leider Chroestjov het Russische schiereiland de Krim aan Oekraïne geschonken naar aanleiding van het 300-jarige bestaan van het akkoord van Perejaslav. De van Russische kant beschouwde hereniging van beide landen werd door middel van dit cadeau nog eens bevestigd. Als Chroestjov geweten had dat Oekraïne veertig jaar later onafhankelijk zou zijn, dan had hij zich wellicht bedacht. De Krim zou een van de heetste hangijzers worden in de Oekraïens-Russische betrekkingen van na 1991.

Een gebeurtenis die niet alleen de Oekraïense betrekkingen met Rusland zou beïnvloeden, maar ook die met vele landen in Europa, was de ramp met de Tsjernobyl kerncentrale in 1986. De radioactieve wolk die daarbij vrijkwam, hield geen rekening met politieke grenzen en dat deed Europese politici inzien dat samenwerking op ecologisch gebied van groot belang was. Dat een dergelijke ramp kon gebeuren, was voor Oekraïense nationalisten een duidelijk bewijs dat de Sovjet-Unie niet in staat was om goed voor haar inwoners te zorgen. Deze catastrofe werd, net als de hongersnood van 1933, door hen dan ook gebruikt om de Oekraïense bevolking ervan te overtuigen dat onafhankelijkheid noodzakelijk was voor het krijgen van een beter leven.

De historie van Oekraïne laat zien dat van het vormen van een eigen identiteit, een nationaal bewustzijn, eigenlijk nauwelijks sprake is geweest of in ieder geval dat het daarvoor niet de ongebonden vrijheid heeft gehad. Het land was bijna een millennium lang onderworpen aan verschillende Oost-Europese machten. Het was een speelbal zonder goed ontwikkelde identiteit. Een die van de regisseurs van het Oost-Europese toneel geen kans kreeg zich te ontwikkelen tot een volwaardige onafhankelijke staat. Een echte oorsprong van de Oekraïense staat en een daar aan verbonden identiteit kan daarom onmogelijk worden aangewezen. Pål Kolsto ziet het juist als hij stelt dat: “In fact, the modern Ukrainian state has not two but three or four, and perhaps five or six, precursors, depending on how one approaches the question.”[15]

Het feit dat het grootste deel van Oekraïne de laatste drie en halve eeuw onder Russisch en later Sovjetbewind stond, heeft het land op politiek, cultureel en economisch gebied sterk beïnvloed. Vooral de periode onder het Sovjetregime met centralisatie van de macht, Russificatie van de bevolking en collectivisatie van de landbouw heeft zijn stempel gedrukt op het huidige Oekraïne en diens identiteit. In het derde hoofdstuk zal duidelijk worden dat de erfenissen van het Sovjetverleden de betrekkingen tussen Oekraïne en Rusland nog jaren zouden beïnvloeden. De betrekkingen tussen Oekraïne en de Europese Unie zullen eveneens aan bod komen. Het zal blijken dat die onlosmakelijk met de Oekraïens-Russische relatie verbonden waren. Voordat we daar naar kijken, zal eerst een hoofdstuk aan identiteit gewijd worden om duidelijk te maken wat daarmee nu precies wordt bedoeld.

REACTIES

R.

R.

Fijn, nu heb ik een aardig idee gekregen van 't wel en wee van
Oekraïne.

10 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.