Wurg- en gifslangen.
Sommige slangen eten hun prooi levend op, maar de meeste doden hun prooi eerst.
De manier om te doden zijn gif en het dooddrukken van de prooi.
Slangen die dooddrukken, heten wurgslangen.
Ze belemmeren de ademhaling van hun prooi waardoor deze stikt.
Als een wurgslang een prooi vast heeft wikkelt hij zich zo snel mogelijk er omheen.
Elke keer als de prooi uitademt maakt de slang zijn omwikkeling strakker totdat de prooi dood is.
Slangen die hun prooi doden met gif, heten gifslangen.
Zij slaan gif op in hun kop.
Als de gifslang met zijn grote tanden in een prooi bijt komt het gif via de tanden in de prooi en gaat deze dood.
Er zijn ongeveer 700 soorten giftige slangen.
Slechts de helft hiervan is in staat een mens te doden.
Om te voorkomen dat mensen dood gaan aan een slangenbeet verzamelt men gif van slangen om tegengif te maken.
Het gif wordt verzameld door een slang door het deksel van een pot te laten bijten.
Voortplanting.
Mannetjes en vrouwtjes lijken meestal op elkaar, maar vrouwtjes zijn meestal groter. Sommige slangen leggen eieren en sommige baren volledig ontwikkelde jongen.
Slangen die eieren leggen zijn rattenslangen, melkslangen, cobra's, pythons en haakneusslangen.
Zij leggen de eieren op een veilige, warme, vochtige plek, bijvoorbeeld onder een rottende boomstam, in zandige grond of onder een steen.
Per keer worden er 6 tot 30 eieren gelegd.
Een paar slangen blijft bij hun eieren om ze te beschermen tegen roofdieren.
Als de jongen uit hun eieren komen laten alle slangen hun jongen aan hun lot over.
De schaal van een slangenei is stevig en leerachtig, niet zo hard en breekbaar als de schaal van een vogelei.
Een slangenei is niet waterdicht en om te voorkomen dat het uitdroogt worden ze op een vochtige plek gelegd.
De meeste slangeneieren zijn wit.
Slangen die volledig ontwikkelde jongen baren zijn de boa's, ratelslangen, kousenbandslangen en de meeste zeeslangen.
Er kunnen 6 tot 50 jongen tegelijk geboren worden.
Slangen in Nederland.
In Nederland komen 3 soorten slangen voor, de adder, de ringlang en de gladde slang. Deze slangen zijn beschermde dieren.
Ze zijn niet gevaarlijk voor mensen.
De adder is een gifslang, maar niet gevaarlijk voor mensen.
Ze komen voornamelijk voor in veengebieden en heidevelden.
De adder is te herkennen aan de donkere zigzaglijn op de rug.
De ringslang is een wurgslang.
Ze komen voornamelijk voor bij water.
Aan beide kanten van de kop heeft de ringslang een witte of oranjekleurige vlek.
De gladde slang is een wurgslang en komt voornamelijk voor op heidevelden, open plekken in het bos en bosranden.
Deze slangen hebben een donkerbruine streep die vanaf de neusgaten dwars door het oog tot in de nek loopt.
REACTIES
1 seconde geleden
L.
L.
hallo,
ik wil jullie even laten weten dat er 9 verschillende soorten slangen in Nederland leven en niet 3. dit staat in de eerste regel van de alinea slangen in Nederland. ook is de adder wel gevaarijk voor de mensen want je kan dood gaan aan zijn beten.
ik hoop dat jullie er wat aan hadden.
groetjes Linda
19 jaar geleden
Antwoorden