Mieren

Beoordeling 5.3
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • 3e klas vwo | 830 woorden
  • 29 mei 2004
  • 64 keer beoordeeld
Cijfer 5.3
64 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak
ADVERTENTIE
Slim oefenen met Mijn Examenbundel

Wil jij onbeperkt online oefenen met examenopgaven, uitlegvideo's en examentips bekijken en je voortgang bijhouden? Maak snel een gratis account aan op mijnexamenbundel.nl. 

Ontdek Mijn Examenbundel
Mieren

Familie: Mieren (Formicidae).
Nederlandse naam: rode bosmier.
Wetenschappelijke naam: Formica rufa.
Grootte: 4 tot 9 millimeter.
Gewicht: een paar milligram
Mieren zijn insecten en behoren tot de vliesvleugeligen. De kleine beestjes hebben een grote kop met daarop een paar ogen, deze zijn samengesteld. In de antennen heeft de mier haar reukzin en de tastzin, die beide erg goed ontwikkeld zijn. De bovenkaken van de mier zijn uiterst sterk, terwijl de onderkaak eerder zwak is. Het vloeibare voedsel likt ze met de onderlip op. De mier spuit mierenzuur met het achterlijf. Dit is goed merkbaar: wanneer je een mierenkolonie verstoort, zullen de mieren massaal hun mierenzuur omhoog spuiten. Tot 50 cm hoogte, hou je hand eens boven een verstoorde mierenhoop en ruik nadien maar. De mieren leven van andere insecten, van nectar uit bloemen en ook van honingdauw.
Bruine mier: Dit is de mier die jullie zeker allemaal al hebben gezien. Je ziet hem hier bijna overal. Als je ergens een klontje suiker laat liggen, komen ze zeker en vast er naartoe.
Gele Weidemier: Dit is een gele mier. Zij wonen in een nest onder het gras.
De bruine en gele mier zijn vijanden. als ze elkaar tegenkomen gaan ze dan ook vechten.
De rode bosmier: In de nesten van de rode bosmier leven meestal ongeveer 50 000 mieren. Zij leven in het bos.

Mieren melken luizen

Bladluizen leven van sap, dat ze met hun zuigsnuit uit planten halen. In dat sap zit meer suiker dan een bladluis nodig heeft. Het teveel wordt afgegeven als een zoete vloeistof, bekend als honingdauw. Mieren lusten graag honingdauw. Ze stimuleren de bladluizen met hun sprieten om honingdauw af te geven. Ze melken de bladluizen

Net als bij de bij bestaat de kolonie uit mannetjesdieren, vrouwtjesmieren,de werksters en één of enkele koninginnen. De grootste groep zijn de werksters die opgesplitst worden voor de verschillende taken. Je hebt mieren die verdedigen en hun brengen ook het voedsel naar het nest. De mannetjes zijn er maar wanneer ze er nodig zijn. De koningin legt onbevruchte eitjes waaruit, net als bij de bij, de mannetjes groeien. Samen met de mannetjes verlaten de jonge koninginnen het nest al vliegend. Dit gebeurt op warme, zwoele dagen. In de lucht bevruchten de mannetjes de vrouwtjes en sterven kort daarna. De koninginnen verliezen hun vleugels, graven zich in en beginnen een nieuw volk. Ze leggen wat eitjes en de larven die eruit voortspruiten kweekt de koningin op met een afscheiding uit de speekselklieren. Na enige tijd verpoppen de larven en wij noemen die miereneieren. Uit die eieren komen kleine mieren die het eten nu gaan verzamelen en voor de eitjes van de leggende koningin gaan zorgen. Pas wanneer het volk groot genoeg is, komen er soldaten om de kolonie te beschermen. De mieren graven gangen en leggen in die gangen hun nest aan. Vaak wordt dit nest een heuse heuvel. Ze beschikken over een goed systeem om de temperatuur in het nest te regelen. Wanneer het te koud wordt sluiten ze de buitenuitgangen af om het warm in het nest te houden, wanneer ze vinden dat het kouder moet worden, worden er ingangen opengezet. Omdat de temperatuur niet overal gelijk is, brengen de mieren de eieren en larven doorheen de kamers en gangen naar de juiste plaatsen. Wanneer je de mieren met poppen boven de grond ziet, zijn dat mieren die poppen stelen om als slaven te gebruiken in hun eigen volk.
Hoe vinden mieren de weg terug?

Zij laten een reukzin achter, die zit samen met de tast in de antennen.
Hoe verdedigt een mier zich?
- de mier bij met zijn sterke kaken
- en vervolgens spuit hij daar mierengif in.

Het voedsel van de mier bestaat uit zoetigheden en olieachtige zaden. Vooral die van madeliefjes en wolfsmelk (Euforbia) zijn om hun groot gehalte aan olie favoriet bij de mieren. Zij zijn het die zorg dragen voor de verspreiding van deze zaden. Ook aangetast fruit behoort tot het voedsel van de mieren.

Echt schadelijk zijn mieren voor de tuin niet. Door hun ondergrondse activiteiten beluchten ze de bodem; ze ontdoen de groentetuin van afgevallen en aangetast fruit en helpen een handje in de bestrijding van insectenplagen. Maar fraai zijn de mierenhopen niet.

De vele duizenden werksters van een mierenkolonie zijn voortdurend op zoen naar voedsel en naar materiaal voor hun nest. Daarvoor leggen ze dikwijls grote afstanden af.
Toch vinden mieren altijd de weg naar huis terug. Dat komt doordat alle mieren van eenzelfde familie eenzelfde geur afscheiden. Die geur hangt niet alleen in het nest, maar blijft ook achter op de weg waarover de mier gelopen heeft. Om de weg terug te vinden gebruikt de mier dus zijn reukorgaan, dat zich in zijn sprieten bevindt.
Je kunt dit gemakkelijk nagaan door een rij achter elkaar lopende mieren te scheiden met een kartonnetje. De achterblijvers raken in de war en lopen alle kanten uit.
Maar haal je het kartonnetje weg, dan lopen ze weer precies over dezelfde weg naar huis als de koplopers!

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.