Hoe goed is jouw kennis over wachtwoorden? 🔐
Test jezelf met deze quiz!

Doe de quiz!

Transport in een ontwikkelingsland met o.a. Ghana

Beoordeling 6
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • 4e klas vmbo | 1254 woorden
  • 29 maart 2004
  • 108 keer beoordeeld
Cijfer 6
108 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak
ADVERTENTIE
Welke studie past bij jou? Doe de studiekeuzetest!

Twijfel je over je studiekeuze? Ontdek in drie minuten welke bacheloropleiding aan de Universiteit Twente het beste bij jouw persoonlijkheid past met de gratis studiekeuzetest.

Start de test
Opdracht 1:

▶ Kenmerk ontwikkelingsland:Slechte infrastructuur
● Verband tussen ontwikkelingspeil en infrastructuur: Een ontwikkelingsland dat wil groeien moet geld steken in de ontwikkeling van het infrastructuur. De wereldbank geeft de overheid van arme landen dan ook raad om samen met het buitenland te investeren.
▶ Kenmerk Economie ontwikkelingsland:
De bedrijvigheid van een ontwikkelingsland moet je splitsen om een beter begrip te krijgen van infrastructuur:
* Moderne sector. Enkele grote westerse bedrijven [fabrieken, mijnen of plantages].
* Kleinschalige, traditionele sector. Een heleboel kleine bedrijfjes op het gebied van landbouw en ambacht. Ze werken weinig met machines er is veel handwerk. De landbouw producten zijn deels voor eigen gebruik en deels voor de plaatselijke markt.
● elke sector heeft zijn eigen infrastructuur. De producten in de traditionele sector leggen maar kleine afstanden af. Ze komen niet verder dan het eigen dorp. De bedrijven in de moderne sector hebben veel meer contacten met het buitenland. Dat kun je zien aan de infrastructuur.
Aftaplijntje: Een westers mijnbouw bedrijf heeft maar 1 weg of spoorlijn nodig. Die loopt naar een export haven. Zo’n verbinding is een aftaplijntje.

Opdracht 2:

a) Een kenmerk van transport in een ontwikkelingsland:

Het verkeer in een ontwikkelingsland is één grote chaos. Het verkeer is totaal niet geregeld. Er zijn veel files en alles gaat dwars door elkaar heen.
b) Drie andere kenmerken:
● Het verkeerd bestaat uit veel oude en soms kapotte auto’s.
● De wegen zijn slecht en niet geasfalteerd. De meeste zijn van zand en stenen. Als het er regent is het het één grote modderpoel. Het wordt ook erg stoffig als de auto’s rijden.
● Veel van het transport kan niet met de auto gedaan worden. Soms is er geen auto of het is te druk om het met de auto te kunnen vervoeren.
Opdracht 3:

a) In Spanje, van Cádiz naar Jerez.
b) Van Cárajas naar São Luis.
c) Via deze aftaplijn wordt ijzererts en koper afgetapt.
d) Om Bauxiet te vervoeren van het Bakhuisgebergte naar Apoera.

Opdracht 4:

a) 1. Landbouw.
2. Ambacht.
b) 1. Het heeft vaak met landbouw of ambacht te maken.
2. Het zijn kleinschalige bedrijven.
c) 1. Landbouwplantages
2. Het verbouwen van tabak.
d) 1. Het zijn grote bedrijven
2.Veel contacten met het buitenland

1. Welk verband is er tussen het ontwikkelingspeil en de infrastructuur?
Het ontwikkelingspeil in Ghana is gestegen, daardoor is er meer infrastructuur gekomen. Er ontstonden bedrijfjes die wegen nodig hadden naar de havens. Aangezien er in heel het land eigenlijk geen wegen waren konden de producten niet vervoerd worden naar de kust. Ze hebben (spoor-)wegen en aftaplijntjes aangelegd. Hierdoor kon Ghana zich weer meer ontwikkelen.

2. Welke kenmerkende tweedeling is er in de economie?
Er zijn twee sectoren. De Traditionele Sector en de Moderne Sector. De Traditionele Sector zijn kleinschalige bedrijven, vooral in de landbouw en ambacht, die eigenlijk niet buiten het dorp handelen. Het grootste deel van de productie is voor eigen gebruik en een deel gaat naar de plaatselijke markt. De Moderne Sector zijn westerse of Japanse bedrijven. Zoals fabrieken, mijnen of plantages. Zij hebben veel contacten met het buitenland. Je ziet dat aan de infrastructuur. Een westers mijnbouwbedrijf heeft vaak maar een weg of een spoorweg nodig en die weg leidt naar exporthavens.

3. Geef een voorbeeld van een aftaplijntje.
Een aftaplijntje in Ghana is bijvoorbeeld, van Kumasi naar Accra.

4. Geef de betekenis van:
a) Kolonie; Een land of gebied buiten Europa dat vroeger (tussen 1500 en 1950)
onder bestuur stond van en werd uitgebuit door een Europees land (het zogenaamde moederland).
b) Dekolonisatie; Het zelfstandig worden van de koloniën.
c) Exploitatiekolonie; Een kolonie die door het moederland gebruikt werd voor de levering van grondstoffen.
d) Moderne sector; Bedrijven in een ontwikkelingsland, meestal onder buitenlandse leiding, die de werkwijze hebben van een modern westers of Japans bedrijf.
e) Traditionele sector; Bedrijven in een ontwikkelingsland die op een traditionele manier (zoals het eeuwen geleden ook ging) gedreven worden door de inheemse bevolking.

5. Beschrijf de geografie in Ghana.
Ghana is de middelgrote staat in West-Afrika. Het is zeven keer zo groot als Nederland en het heeft 20 miljoen inwoners. In 1957 was het een Britse Kolonie en het heette toen Goudkust. Die naam kreeg Ghana omdat goud een belangrijk exportmiddel was. En dat is het nog steeds. Economisch gezien is Ghana een van de belangrijkste landen van Afrika.

6. Beschrijf het ontwikkelingspeil van Ghana.
Ghana is in de loop van de tijd wel veel ontwikkeld. In het begin, voor Ghana een kolonie werd, was er vrij weinig in Ghana. Rond 1500 kwamen er Europeanen naar Ghana en die hebben er voor werk en een infrastructuur gezorgd. Hierdoor kregen meer mensen werk, vooral in de landbouw, het verbouwen van tabak, koffie, thee, cacaobonen, rietsuiker en rubber, en kwam er een klein wegennet in Ghana. De economie is nu nog steeds afhankelijk van de landbouw. Ghana was ooit de cacaoproducent van de wereld. Nu staat het op de vijfde plaats, hoewel cacao nog wel het belangrijkste landbouwproduct is. Ook andere producten als rijst, graan, katoen, goud en bauxiet worden uitgevoerd. De economie is daardoor sterk afhankelijk van de prijzen op de wereldmarkt.

7. Beschrijf de koloniale geschiedenis van Ghana.
Na 1500 kwamen er ook Hollanders naar Ghana. Ze bouwden langs de kust forten om van daaruit handel te drijven. Het belangrijkste handelswaar waren de slaven. Zij werden verkocht aan Amerika om daar te werken om de suikerrietplantages en de katoenplantages. De forten en de haventjes vormden de eerste “moderne” infrastructuur, maar wegen naar het binnenland waren er niet. Rond 1800 hadden de Engelsen de stoommachine uitgevonden. De Industriële revolutie begon. Zij hadden tropische grondstoffen nodig, zoals palmolie, katoen en cacao. De koloniën kregen een nieuwe taak. Ze moesten grondstoffen produceren. Die grondstoffen moesten naar de kust vervoerd worden. Dat had als gevolg dat er infrastructuur nodig was. Er kwamen wegen, aftaplijntjes van het binnenland naar de havens.

8. Beschrijf en verklaar op welke wijze de havens en het spoorwegennet zich hebben ontwikkeld in Ghana. En hoe is het gesteld met het wegennet van Ghana?
Doordat de koloniën een nieuwe taak kregen moesten er veel producten vervoerd worden van het binnenland naar de kust. Aan de kust hebben ze havens aangelegd om de producten te kunnen vervoeren naar de Europese landen. In 1928 legde men in de buurt van Sekondi-Takoradi een diepzeehaven aan. Deze haven trok veel grote schepen aan. Na de dekolonisatie in 1957 werd er een tweede diepzeehaven aangelegd in Tema. Daardoor moesten er nieuwe aanvoer- en afvoerwegen komen om de goederenstroom van en naar deze haven te kunnen verwerken.
Aangezien de infrastructuur heel slecht was in Ghana, hebben ze wegen en aftaplijntjes aangelegd van t binnenland, rond Kumasi, naar de kust. In 1922 waren er nog maar 3 spoorwegen, van Kumasi naar Sekondi-Takoradi, van Kumasi via Koforidua naar Accra en een op de helft van de spoorweg van Kumasi → Sekondi-Tekoradi naar het midden tussen de twee spoorlijnen. Later werden er ook zijspoorwegen aangelegd. Door de aanleg van de diepzeehaven kwamen er ook meer wegen naar Sekondi-Takoradi. Ghana kreeg een “betere” infrastructuur. Het wegennet in Ghana is niet zo goed. Er gebeuren veel ongelukken op de wegen doordat de wegen slecht zijn, slechte voertuigen, slechte chauffeurs enz. Het wegennet is op veel plekken in handen van particulieren. Aangezien het onderhoud heel erg duur kost volgt de regering nu een programma om een efficiënt wegennet te ontwikkelen

9. Wat zijn de voornaamste exportproducten in Ghana?
De twee belangrijkste exportproducten zijn Goud en Cacao. Vooral rond Kumasi wordt veel cacao verbouwd. In een rechte lijn van Kumasi naar de kust wordt veel goud gevonden. Twee andere exportproducten zijn Diamant en Mangaan, deze zijn alleen niet zo belangrijk voor Ghana.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.