- Orkaan (Caribische gebied), Cycloon (Indische oceaan) en Tyfoon (Stille Oceaan)
- De verschillende benamingen voor hetzelfde verschijnsel: zeer sterk draaiende wind, ze ontstaan in de buurt van de evenaar boven zeer warm zeewater.
Warme, vochtige lucht, die langs het zeeoppervlak waait, wordt gedwongen op te stijgen zodat er condensatie ontstaat (= wolkenvorming).
- Door de condensatie komen enorme hoeveelheden energie vrij, waardoor de opstijging versneld doorgaat en er sterke aanzuiging via het zeeoppervlak ontstaat.
Dit aanzuigen van lucht kan er voor zorgen, dat de windsnelheden aan het oppervlak oplopen tot 250 km/uur en er een gigantische hoeveelheid neerslag (regen) gaat vallen. Zodra de orkaan boven land komt valt de energiebron weg en neemt de windsnelheid sterk af.
- De hoogste windsnelheden op aarde komen voor in tornado's. In zo'n kronkelende trechter kunnen de snelheden oplopen tot 500 km/h. Dat is veel hoger dan de snelheden bij een orkaan. De meeste en hevigste windhozen komen voor in de VS. Onderweg zuigt de windhoos alles wat ze tegenkomt op.
Een orkaan is een groot gebied van lage luchtdruk, waar de wind krachtig omheen wervelt. Op het noordelijk halfrond wervelt de lucht tegen de klok in naar de kern, het centrum van de lagedruk.
Op het Zuidelijk halfrond draait de wind met de klok mee. We spreken over orkanen als de windsnelheid meer dan 32 meter per seconde bedraagt (m/s). Dat wordt ook wel windkracht 12 genoemd. De windkracht wordt uitgedrukt in Beaufort.
In de tabel hieronder zie je welke windkracht hoort bij welke windsnelheid en omschrijving
Orkanen ontstaan vooral op lage breedte, tussen 5° en 10° N.Br. en Z.Br. Al naargelang het gebied waar ze voorkomen, worden zij anders genoemd. Rond Australië heten ze cycloon (ook wel 'willy-willie'), in het noord-westelijk pacifisch gebied ( Filipijnen en Japan) worden ze tyfoon genoemd en links en rechts van Midden-Amerika spreken we van een orkaan (in het Engels: hurricane)
Zij ontstaan uitsluitend boven zeewater dat warmer is dan 27 °C en in hoofdzaak gedurende de zomer en het najaar van het desbetreffende halfrond, als de temperatuur op zijn hoogst is. De lucht boven het water wordt verwarmd, neemt waterdamp op en stijgt. Bij het stijgen wordt de lucht weer kouder en de waterdamp condenseert. Dat wil zeggen dat er zich heel kleine waterdruppeltjes vormen. In die overgang van gasvorm naar vaste vorm (waterdamp -> water) komt energie vrij. Dat maakt het weer onstabiel: de lucht gaat verder stijgen en door de extra energie met steeds groter snelheid.
Als de temperatuur van het zeewater niet afneemt, dan blijft dat zich herhalen: steeds meer waterdamp wordt in de warme lucht opgenomen, de lucht stijgt, koelt af, waterdamp condenseert en er komt warmte vrij die de lucht weer verder laat stijgen met toenemende snelheid. De gecondenseerde waterdamp vormt wolken waaruit onweersbuien ontstaan. De onstabiele situatie zorgt voor een flinke onweersactiviteit en de verschillende onweersbuien klonteren aaneen tot een geweldige onweersbui. Daar komt zoveel energie vrij dat de lucht omhoog gepompt wordt en de luchtdruk daalt. Verschil in luchtdruk zorgt voor toename van windkracht. We hebben het dan over een depressie.
Nu weet je ook waarom depressies altijd boven zee ontstaan: boven land houdt de toevoer van waterdamp op en neemt de windkracht af. Boven zee echter kan de depressie gaandeweg een wervelwind worden. Wij kennen dat in onze streken als een windhoos. Zo'n wervelwind is een wind die draait om een verticale as. Op de foto hiernaast zie je mooi hoe zoiets er vanaf een satelliet uitziet. Rondom de evenaar heten deze winden tropische depressies. Het National Hurricane Center in Miami (zie 'Namen van Orkanen') houdt deze depressies in de gaten en geeft ze een nummer. Als de windsnelheden boven de 65 km/u komen, dan wordt het een tropische storm en krijgen ze een naam. Bij snelheden boven de 115 km/u is er sprake van een orkaan.
Mitch heeft op zijn hoogtepunt snelheden gehaald van ongeveer 335 km/u (windstoten). Hij viel daarmee in de zwaarste categorie, 5 op de schaal van Saffir/Simpsson, een dodelijke klasse.
Orkanen bevatten enorme hoeveelheden water: een gemiddelde orkaan laat ongeveer 20 miljoen ton water per dag vallen. Dat komt overeen met de energie van een half miljoen atoombommen. In 1928 heeft een orkaan in Puerto Rico 2500 miljoen ton water achtergelaten in twee uur tijd.
REACTIES
1 seconde geleden
S.
S.
ik vind dat je het heel goed hebt geschreven
20 jaar geleden
AntwoordenS.
S.
ik vind dat je hard aan je werkstuk hebt gedwerk en ik vind dat je een 10 moet krijgen.
20 jaar geleden
AntwoordenM.
M.
Ik vind dat je het goed hebt gedaan maar waar staat waar orkanen het meest voorkomen? Kan iemand me dat even vertellen?
11 jaar geleden
Antwoorden