Inleiding
Wist u dat de afgelopen tien jaar gemiddeld 270 natuurrampen per jaar hebben plaatsgevonden? En wist u ook dat er maar liefst ongeveer 50.000 mensen zijn omgekomen door hevig natuurgeweld? Dit was voor ons vooral de reden om iets te gaan schrijven over dit onderwerp (natuurrampen) in de vorm van een werkstuk. Een andere reden om te schrijven over natuurrampen, was omdat wij allebei wat meer over dit onderwerp wilden weten. Om het onderwerp wat in te korten, hebben we besloten om het over lithosferische natuurrampen te houden.
Alle natuurrampen die op aarde voorkomen zijn onderverdeeld in vier soorten, ieder met zijn eigen plaats en geweld. Ze zijn ingedeeld naar de vier sferen van de aarde. Hieronder staat een tabel die wat vertelt over de verdeling van natuurrampen:
Sfeer Soorten geweld
Lithosfeer Interne geologische processen binnen de aardkorst Aardbevingen, vulkaanuitbarstingen
Atmosfeer Stormen, droogte
Hydrosfeer Oppervlaktewater Overstromingen van zeeën en rivieren
Morfosfeer Geweld op het aardoppervlak Lawines, modderstromen, bodemerosie, bosbranden
Wij hebben besloten om ons werkstuk in te delen in drie deelvragen en één hoofdvraag. De hoofdvraag die we willen beantwoorden in dit werkstuk is:
Wat speelt er zich af rondom een lithosferisch natuurramp?”
Deze deelvraag beantwoorden wij, door middel van een samenvatting, met drie deelvragen. Deze deelvragen zijn:
1. Welke lithosferische natuurrampen zijn er?
2. Wat is de rol van de mens in lithosferische natuurrampen?
3. Wat staat de aarde te wachten op het gebied van lithosferische natuurrampen?
Wij hopen dat u dit werkstuk met veel plezier zult lezen en dat zelfs u er misschien nog wat van opsteekt.
Jeroen Bos
Robin Klem
H1. Lithosferische natuurrampen; welke zijn er en hoe ontstaan ze?
Onder de lithosferische natuurrampen vallen de natuurrampen die plaats vinden onder de aardkorst. De soorten geweld die hier bij horen zijn:
1. Aardbevingen
2. Vulkaanuitbarstingen
In dit hoofdstuk worden deze twee natuurverschijnselen, een natuurverschijnsel is overigens heel wat anders dan een natuurramp, behandeld.
§1.1 Aardbevingen; een lithosferische natuurramp
Aardbevingen zijn natuurverschijnselen waarbij aardplaten langs elkaar, in tegenovergestelde richting, schuiven. De grond gaat dan zo heftig “trillen”, dat het desbetreffende gebied totaal verwoest kan worden. Sinds 1976 zijn er maar liefst 340.000 mensen omgekomen. Maar hoe ontstaat nu een aardbeving?
De aarde is opgebouwd uit mantels (zie §1.2). Op de buitenste mantel plakken als het ware harde, stenen platen, schollen of platen genaamd. Alle platen/schollen samen worden de aardkorst genoemd, ook wel de “lithosphere” genoemd.
Onder de aardkorst ligt de buitenste mantel. Deze mantel bestaat uit een soort van stroop,
die continu zeer langzaam ronddraait. Deze ronddraaiende beweging heeft invloed op de platen. De krachten die tijdens deze beweging gevormd worden, noemt men endogene krachten; krachten van binnenuit.
Deze endogene krachten zorgen ervoor dat de platen bewegen. Tijdens deze beweging, komen er op een gegeven moment twee of meer platen bij elkaar. Hier ligt de oorzaak voor een aardbeving.
Wanneer twee platen aan elkaar grenzen kunnen er verschillende dingen gebeuren, drie in totaal:
1. De platen bewegen uit elkaar
2. De platen worden samengedrukt
3. De platen bewegen langs elkaar heen
Op het moment dat twee platen uit elkaar bewegen, ontstaat er een gat. Er stroomt dan magma door dit gat heen en het koelt dan af tot lava. Zodra de lava uit het gat komt, koelt het weer af tot een nieuw stuk lithosfeer. Op die manier wordt dit “gat” gedicht.
Wanneer de platen samengedrukt worden, ontstaat er een tekort aan ruimte. Omdat de platen tegen elkaar aandrukken, kan het gebeuren dat één van de platen onder de ander schiet. Ook kan het gebeuren dat geen van platen naar beneden wordt gedrukt. Dan ontstaat er een overvloed aan materiaal, wat kan leiden tot bergen.
Twee platen kunnen ook langs elkaar heen bewegen. Hier ligt dé oorzaak voor een aardbeving. Doordat twee platen langs elkaar bewegen, ontstaat er een gigantische druk tussen de platen. Deze druk wordt op een gegeven moment te groot en er breken stukken van de platen af. Dit veroorzaakt een beving. Nabevingen zijn eigenlijk kleine aardbevingen. Door het afbreken van stukken plaat, neemt de druk af. Maar soms is deze druk nog niet helemaal weggenomen en breken er alsnog kleine stukjes plaat af en dit veroorzaakt de nabevingen.
Het denkbeeldige punt waar een aardbeving ontstaat, wordt het hypocentrum genoemd. Deze bevindt zich meestal ± 30 km onder de aardkorst. Het punt recht boven het hypocentrum op de aardkorst wordt het epicentrum genoemd. In het epicentrum voelt men de zwaarste schokken. Hier is dan ook de zwaarste schade te merken.
De kracht van een aardbeving wordt aangeduid met de zogenaamde “Schaal van Richter” (zie vorige pagina). In deze meter wordt met een cijfer (1-10) aangegeven hoe sterk de trillingen waren tijdens de aardbeving. De Schaal van Richter is een logaritmische schaal, dat wil graag zeggen dat de kracht van de aardbeving tien keer zo groot is wanneer het Richtergetal met één toeneemt. Zo is een aardbeving met kracht 6 tien keer sterker dan een aardbeving met kracht 5. De studie die zich bezighoudt met dingen als de schaal van Richter, epicentra en hypocentra wordt de seismologie genoemd.
Een andere schaal is de schaal van Mercalli. Deze schaal gaat niet in op de sterktes van de aardbevingen, maar meer op de gevolgen. De gevolgen staan hieronder, volgens de schaal van Mercalli, vermeld.
Mercalli is met zijn schaal uitgegaan van het epicentrum van het rampgebied. Hoe verderaf van het epicentrum, hoe lichter de schokken zijn. De kracht van de trillingen neemt dan af.
De wetenschap die zich bezig houdt met aardbevingen is de zogenaamde “seismologie”. Dit woord bestaat uit twee Griekse woorden, namelijk “seismos” (seismos) en “logos” (logos). Het betekent letterlijk vertaald “leer van de schuddingen”. Men meet de sterkte van de aardbevingen met een bepaald instrument, een seismograaf genoemd.
§1.2 Vulkaanuitbarstingen; ook een lithosferische natuurramp
De naam vulkaan heeft een Romeinse oorsprong, namelijk van de god van het vuur en het metaal (de wapens), die Vulcanus heette. Deze god was een smid die, zoals de sagen zeggen, zijn smidse onder de Etna had, een vulkaan op Sicilië, een eiland dat toen ook door de Romeinen veroverd was. Ook onder andere “vuurspuwende bergen”had hij een smidse. Een vulkaan kon uitbarsten als straf van de goden. Wanneer deze heel boos op de mensen waren spuwde de berg vuur. Verder zijn er per werelddeel nog vele legendes en verhalen over vulkanen.
Een vulkaan is een berg, waar een gat in zit die tot diep in de aarde leidt. Dit gat het de krater. Hierdoor komen lava en andere stoffen van binnen de aarde naar boven. Een vulkaan kan op verschillende manieren ontstaan, bijvoorbeeld door een aardbeving, waardoor een gat in de grond ontstaat. Uit dit gat komt dan lava, een mengsel van gesmolten stenen, dat, tot bij de vulkaan, magma heet. Deze stromen uit de vulkaan, en kan op die manier veel schade veroorzaken. Ook onder water vinden er vulkaanuitbarstingen plaats, zoals bij de Middenatlantische Rug, een bergketen midden in de Atlantische Oceaan. Hier smelt het lava direct en zo ontstaan er bergen, omdat de lava een extra laag op de al bestaande laag stenen vormt. Op deze manier zijn ook de eilanden van Hawaï ontstaan ( de zogenoemde hotspots, plekken waar de aardlagen verbranden).
Het magma ( komt van het Griekse woord dat “versteend deeg”betekent) wordt ver onder de grond gevormd. Vanaf de buitenste kern, de kern die vloeibaar is, stroomt de magma richting de mantels.
Het punt waar de “alkalische”magma zich vormt heet het gloeipunt. Rond 700 kilometer diepte is een tweede zone waar alkalische magma kan ontstaan. Rond 125 kilometer diepte ontstaat het kalkalkalische magma. Rond 80 kilometer diepte ontstaat de tholeïtische magma, het uiteindelijke product van de vulkaan.
Structuur Staat Temperatuur Samenstelling
Binnenste kern Vast 5000°C IJzer en nikkel
Buitenste kern Vloeibaar 3500 tot 2800°C IJzer, silicium en nikkel
Binnenmantel Vast 2800 tot 1700°C IJzer, perovskiet en oxiden van de genoemde stoffen
Buitenmantel Vast 1700 tot 1300 °C Zie binnenmantel
Lithosfeer- Vast
oceanisch-
continentaal Vast Onder aan 1300 tot 6°C, koud op oppervlak Basalt Graniet en Basalt
Hierboven ziet u alle lagen van de aarde op een rijtje, hoe ze heten, de staat, de temperatuur die zich in de laag bevindt en de samenstelling van de lagen.
Dan volgt de uitbarsting. De manier van uitbarsten is het explosieve verschijnen. Dit ontstaat eigenlijk maar op 500 meter diepte. In de magma ontstaan bellen, die in grootte toenemen. Ook neemt de druk vlakbij de krater enorm toe, waardoor er in fragmenten lava uit de krater wordt gespuwd. Het tegengestelde is het effusieve uitbarsten, waarbij de lava zich over de wanden van de vulkaan naar beneden laten glijden. Er vindt dus geen grote explosie plaats.
Van de effusieve lavastromen zijn er drie bekend. De eerste is de Pahoehoestroom, een naam die is afgeleid uit het Hawaïaans. Dit zijn grote stromen die zich over een gebied van enkele kilometers van de vulkaan laten afdalen. Dan is er nog de Aa-stroom, een stroom die zich van de berg afbeweegt op de manier van rupsbanden. In deze stroom bevinden zich ook rotsblokken. Ten derde zijn er nog Lavablokken, die ongeveer hetzelfde zijn als de aa-stromen, maar dan zijn het met name rotsblokken die de berg afdalen.
Een vulkaan kan op meerdere manieren voorkomen:
1. De spleetvulkaan: dit is een lange scheur in de aarde waar de magma uitkomt. Deze vulkanen komen voor op plekken waar de aardplaten uit elkaar schuiven. Dit zijn de soort vulkanen die vaak voorkomen in de Middenatlantische Rug.
2. De schildvulkaan: Deze vulkanen hebben een brede, ondiepe vorm. Dit soort vulkanen ontstaat doordat de lava die eruit vloeit zeer dun en warm is, maar ook langzaam afkoelt.
3. De koepelvulkaan: Dit is het tegengestelde van de schildvulkaan. De lava koelt juist snel af waardoor er hoge, dunne vulkanen ontstaan.
4. De slakkenkegel: Deze vulkaan is eigenlijk hetzelfde als de koepelvulkaan, maar spuwt naast lava ook veel as uit, zoals de Vesuvius deed in Pompeï. De gevormde berg is meestal ook dikker.
5. De samengestelde vulkaan: Deze vulkaan is gelijk aan de slakkenkegel, maar kent een soort van “zijuitgangen”, waar ook lava uit kan komen.
6. De salderavulkaan: Deze vulkaan had ooit een grote krater, maar die zijn volgelopen en er zijn meerdere kleinere kraters overheen “gegroeid”.
7. De stratovulkaan: Deze vulkaan kende ook eerst 1 krater, maar dat zijn er meerdere geworden. Door een grote uitbarsting zijn de andere kraters dichtgegaan en is er nog maar 1 overgebleven.
Een vulkaan kan op verschillende tijden uitbarsten. Hiermee worden jaren bedoeld. Een vulkaan kan actief zijn, wat betekent dat deze binnen enkele jaren weer kan uitbarsten. De tweede vorm is de slapende vulkaan. Dit type vulkaan kan eeuwenlang niet uitbarsten, maar uiteindelijk toch een grote uitbarsting produceren. Het derde type is de uitgedoofde of dode vulkaan. Bij dit type zijn de aardlagen goed dichtgegroeid, zodat de magma er niet doorheen kan branden. Deze vulkanen barsten dan ook nooit meer uit. Maar dat een dode vulkaan nooit meer uitbast is niet waar. Soms gebeurt het toch dat deze vulkaan, na vele eeuwen, weer actief wordt en uiteindelijk toch weer uitbarst.
De krater van een vulkaan kan ook dichtgroeien en een reservoir voor regenwater zijn. Soms gaat dit water gepaard met zwavel dat zich in de krater bevind, waardoor er gevaarlijke zwavelmeren ontstaan.
Meestal staat een vulkaan bekent om
een lavaspuwende, allesvernietigende berg. Maar er zijn ook andere zaken op de aarde, die een zekere vorm van “uitbarsten”hebben, zoals bij vulkanen. Zo’n andere vorm van een vulkaan is bijvoorbeeld een geiser. Dit is een vulkaan met een waterhoudende grondlaag, en als het water warm wordt, gaat het koken, waardoor het uitzet. Ook deze vloeistof zoekt zich een weg naar buiten.
Een bekende geiser is de “Old Faithful”, die in het Yellowstone National Park staat. Deze geiser spuit elke 65 minuten 4 minuten lang heet water tot 50 meter de lucht in. Dit water kan temperaturen bevatten van 130 graden Celsius. Als je bedenkt dat per 33 meter diepte de temperatuur 1 graden stijgt,
betekent dit dat de geiser zijn
oorsprong vindt op ongeveer 4290 meter diepte.
H2. De rol van de mens in lithosferische natuurrampen
De mens heeft veel invloed op het veranderen van natuurgeweld in een natuurramp. De meest gebruikte omschrijving van een natuurramp (dus geen natuurgeweld) is als volgt:
“Een ramp ten gevolge van natuurgeweld, waarbij tenminste één miljoen schade is en/of honderd dodelijke slachtoffers vallen en/of honderd mensen gewond zijn.”
§2.1 Bouwtechnische kwaliteit
De kans dat natuurgeweld een natuurramp wordt, wordt mede bepaald door de bouwtechnische kwaliteit van woningen en andere gebouwen. In rijke landen zijn de gebouwen sterker, hun bouwplannen zijn soms zelfs dusdanig aangepast dat ze bestemd zijn tegen aardbevingen. Ze zijn dan “aardbevingsbestendig”. Er is hiervoor een speciaal, plan opgesteld, de zogenaamde Eurocodes. Europa hamert erop dat dit plan ook internationaal zal worden gebruikt, zodat er minder doden en gewonden zullen vallen tijdens een aardbeving. Ook wil men dat alle kennis en technologische ontwikkelingen internationaal worden afgesproken, met name met Japan. Door Japan lopen namelijk 3 breuklijnen van drie verschillende platen, waardoor de kans op een aardbeving erg vergroot wordt. Dat gebeurt dan ook vaak, met name in Kobe en Tokio. Tien jaar geleden, op 17 januari 1995 vond er in Kobe een zware aardbeving plaats, waarbij 500 doden vielen. Hiernaast is deze aardbeving te zien. Ook is Japan erg vatbaar voor vulkaanuitbarstingen, er zijn namelijk vele vulkanen op dit eiland. Veel hiervan zogenaamde “dode” vulkanen, maar er zijn er ook een heleboel die nog steeds actief zijn. Ook zijn er veel vulkanen rond Japan onderzee. Wanneer deze uitbarsten is er een grote kans op een tsunami (een grote, vernietigende zeegolf) die richting Japan gaat. Hiernaast komen de vulkanen ook nog een voor in redelijk dichtbevolkte gebieden.
§2.2 Derdewereldlanden
Andere gebieden in de wereld waar de kans van natuurgeweld tot natuurramp door slechte woningen wordt veroorzaakt, zijn de derdewereldlanden. Aardbevingen, stormen en modderstromen hebben in derdewereldlanden en veel groter en vernietigender effect dan in gebieden waar betere, sterkere huizen zijn. Een goed voorbeeld van een derdewereldland is Bangladesh.
Veel huizen in dit land zijn niet goed gemaakt, maar soms ook nog eens van hout. Wanneer een aardbeving een elektriciteitspaal kapot weet te maken ontstaat er vuur. Omdat er houten huizen zijn, kan er brand ontstaan wat weer kan leiden tot meer slachtoffers.
Tegenwoordig zijn er steeds meer steden in derdewereldlanden die sneller groeien. Hierdoor is de armere bevolking genoodzaakt om op risicovolle plekken te gaan wonen; in de dichtbevolkte, dure stad is namelijk geen werk, dus geld voor hen. De huurprijzen worden naarmate een stad groeit ook hoger. Deze risicovolle plekken zijn vaak “doelwitten” voor de zogenaamde “landslides”. Hierbij valt soms plotseling de aarde in elkaar. Deze gebieden zijn overigens ook extra gevoelig voor overstromingen en modderstromen. De reden dat dit natuurgeweld vaak uitmondt in een natuurramp komt niet alleen door slecht huizen, maar ook door een gebrek aan kennis en geld, waardoor er niet direct reddings- of evacuatiehulp kan worden geboden. Wanneer er dan in het getroffen gebied ook nog een slecht medische zorg is, is een natuurramp zo bereikt.
§2.3 Mensen zoeken het gevaar op
Een andere reden voor een uitmonding van natuurgeweld in een natuurramp is dat sommige steden dicht bij een vulkaan of breuklijn ligt. Een voorbeeld van een stad die dicht bij een breuklijn licht is Tokio (Japan). Hij ligt eigenlijk op het snijpunt van de Euraziatische plaat, de Filippijnse plaat en de Pacifische plaat. De kans dat er dus een (zware) aardbeving plaatsvindt in of rondom Tokio is zeer groot.
Een voorbeeld voor een plaats dichtbij een vulkaan is het plaatsje Los Banos in centraal Ecuador. Deze stad is een stad naast een vulkaan. De vulkaankrater naast hen is van hen afgericht, zodat wanneer er een vulkaanuitbarsting plaatsvindt, zij niet getroffen zullen worden. Tenminste, dat is wat de inwoners denken. Wanneer een uitbarsting plaatsvindt zullen zij alsnog onder de lava terechtkomen, omdat deze vulkaan een spleetvulkaan is, waarbij de lava ook in hun richting zal stromen. Ten tweede is er een mogelijkheid dat de huidige krater verstopt raakt en dat er door de toenemende druk er een nieuwe krater ontstaat die wel in de richting van Los Banos staat.
H3. Wat staat ons nog te wachten?
De aarde is nog lang niet af van aardbevingen en vulkaanuitbarstingen. Er zijn zelfs enkele zeer catastrofale rampen voorspeld. Uit de grote groep toekomstige rampen beschrijven wij er twee. Ten eerste de vulkaanuitbarsting op Las Palmas, en ten tweede de aardbeving in Californië.
§3.1 Las Palmas; de verwoesting van Oost-Amerika?
Er wordt veracht dat er een grote vulkaanuitbarsting in de vulkaan La Caldera de Taburiente ( Las Palmas) zal komen. De volgende theorie is ontwikkeld door Simon Day en Steven Ward.
Door de vulkaanuitbarsting zal een gedeelte van de zijkant van de vulkaan afbreken en in zee storten. Door de grote hoeveelheid stenen die in de zee komt zal een tsunami ontstaan. Deze tsunami zal op de oostkust van de Verenigde Staten afstormen, waardoor alle steden aan de oostkust (van Boston tot Miami) weggevaagd zullen worden. Hij zal ongeveer 20 kilometer landinwaarts gaan en daar grote schade aanrichten. Maar hoe kan bij een uitbarsting een heel stuk vulkaan uitbarsten?
Dit is niet omdat de vulkaanwand slap is, omdat bij eerdere uitbarstingen is de wand intact is gebleven. Er is een andere oorzaak. De vulkaan is van buiten naar binnen opgebouwd uit een laag van steen, maar daaronder ligt een laag water. Als de La Caldera de Taburiente uitbarst zal de zeer warme temperatuur het water doen koken. Als water kookt neemt het volume toe; 1 liter water wordt ongeveer 1700 liter water. Het zet dus uit; de druk op de stenen wand neemt gigantisch toe. De stenen wand zal naar voren komen en uiteindelijk van de vulkaan afglijden. Dit brok massief gesteente zal de tsunami veroorzaken. Hierdoor ontstaat dus de tsunami. Men verwacht dat deze ongeveer 100 meter hoog zal zijn en zal met een bloedvaart van maar liefst 800 km/h richting de oostkust van de VS gaan.
Omdat dit waarschijnlijk wel eens zou gebeuren houden de seis- en vulkanologen de vulkaan goed in de gaten. Indien er een uitbarsting volgt en de wand afbreekt, duurt het acht uur voordat de tsunami de oostkust van de Verenigde Staten bereikt, dus genoeg tijd om minimaal 20 kilometer uit de kust vandaan te komen.
§3.2 De dreiging voor West - Amerika
Maar de Verenigde Staten zullen het erger treffen. Zo is berekend dat er ooit een zeer zware aardbeving zal komen in de buurt van de scheur in de aarde bij Los Angeles. Deze grote breuk heet de San Andreasbreuk. Omdat hier twee platen liggen is men bang voor een aardbeving, die vele miljoenen mensen zal treffen. In de grondlagen in de Grand Canyon hebben seismologen kunnen aflezen dat deze aardbeving er komen zal. Wanneer is nog niet duidelijk,
maar men is wel voorbereid. Zo worden er aardbevingbestendige gebouwen gebouwd.
Conclusie
Onder de lithosferische natuurrampen vallen aardbevingen en vulkanen. Aardbevingen ontstaan doordat twee platen (schollen) langs elkaar in tegenovergestelde richting schuiven. Hierdoor ontstaat er een gigantische druk tussen de platen. Op een gegeven moment wordt de druk te groot waardoor stukken plaat afbrokkelen. Dit heeft de heftige trillingen tot gevolg. De kracht van aardbevingen wordt uitgedrukt in de zogenaamd schaal van Richter. Er is ook nog een andere schaal, namelijk de schaal van Mercalli.
Het denkbeeldige punt waar een aardbeving begint heet het hypocentrum. Het punt daar recht boven op de aardkorst heet het epicentrum. Hier zijn de zwaarste schokken te voelen. De wetenschap die zich bezig houdt met aardbevingen heet de seismologie.
De aarde bestaat uit verschillende lagen. Rond de randen van deze lagen wordt magma gevormd. Deze magma probeert zich via scheuren in de aardkorst een weg naar buiten te banen. Hier door ontstaat een vulkaanuitbarsting. Deze uitbarstingen kunnen, in bergachtige gebieden, overstromingen en aardbevingen tot gevolg hebben. Gelukkig spuiten niet alle vulkanen vuur. Zo zijn er dode vulkanen, die “op”zijn. Ook zijn er de zogenaamde slapende vulkanen, die na veel eeuwen opeens weer uitbarsten. En tot slot de actieve vulkaan, die elk moment kan uitbarsten. De leer der vulkaan is de vulkanologie.
Wanneer natuurgeweld een natuurramp wordt, speelt de mens hierin meestaal een grote rol. Een reden hiervoor zijn de bouwtechnische kwaliteiten (denk aan huizen etc.). Meestal zijn deze erg slecht, in die mate slecht dat ze niet aardbevingsbestendig zijn. Hierdoor komen er meestal meer dan 100 slachtoffers, waardoor het een natuurramp wordt. Een andere reden zijn de derdewereldlanden. Door een gebrek aan geld (dus medicijnen) en kennis loopt natuurgeweld hier meestal uit tot een natuurramp. De steden groeien hier ook snel, waardoor armere groepen genoodzaakt zijn te verhuizen naar plekken die gevoelig zijn voor landslides. Ook zoeken sommige mensen het gevaar op, zoals bij de Japanse stad Tokio, die veel last heeft van aardbevingen, en bij een stadje in Ecuador, Los Banos genaamd. Dit stadje heeft vooral last van vulkanische activiteiten pal naast hun dorp!
De aarde is nog lang niet af van de aardbevingen en vulkaanuitbarstingen. Zo zijn er twee reeds bekende dreigingen. Ten eerste de La Caldera de Taburiente op Las Palmas. Tijdens een uitbarsting van deze vulkaan zal er een groot blok in de zee komen, die een tsunami zal veroorzaken die veel grote steden aan de oostkust van Amerika zal verwoesten. Ten tweede is er de San Andreasbreuk bij Californië. Er is door seismologen voorspeld dat bij deze breuk ooit een grote, zeer catastrofale aardbeving zal plaatsvinden.
REACTIES
1 seconde geleden