Een dreigende duisternis
Een wolk verduistert de tempels, de standbeelden, de tafels van de handelaars. Elders vult de zon de wegen en de straatjes van de stad met licht. Alle burgers houden doorheen de gehele stad slechts over één zaak gesprekken: ‘Waarom is het forum duister?’ Daarom ondervragen de mensen de waarzeggers: ‘Wat willen de goden? Welk voorteken zenden de onsterfelijke goden aan ons?’ Maar de wijze waarzeggers kunnen niet antwoorden.
Een geheimzinnige kloof
De volgende dag verlicht de zon de tempels en de standbeelden van het forum: in het midden van het forum zien de mensen een reusachtige en diepe kloof. De burgers vragen droevig aan elkaar: ‘Wat is dit? Hoe kunnen we deze kloof opvullen?’ Op dat moment raadplegen de waarzeggers de voortekens. Kort daarop onthullen ze de wil van de goden: ‘Romeinse burgers, jullie kunnen de kloof niet opvullen met aarde, zelfs al willen jullie. Gooi het hoogste Romeinse bezit in de kloof.’ Alle mannen brengen dadelijk veel gouden munten bijeen en werpen ze in de kloof: de kloof sluit zich niet. Daarna brengen de vrouwen prachtige juwelen aan: de kloof gaapt nog altijd.
Het hoogste bezit
Op dat moment wijst Marcus Curtius, een uitstekende en moedige jongeman, de burgers terecht: ‘Wapens en dapperheid zijn het hoogste Romeinse bezit. Wij blinken altijd uit door dapperheid en wapens.’ Terwijl allen zwijgen, bekijkt Marcus Curtius eerst de tempels van de onsterfelijke goden. Daarna strekt de sterfelijke jongenman zijn handen uit naar de hemel en naar de gapende kloof. Ten slotte klimt hij gewapend op zijn woeste paard, vuurt het snelle paard aan en stort zich in de kloof. De kloof sluit zich dadelijk en de aarde krijgt haar vorig uitzicht terug.
(naar Livius, Ab urbe condita en Valerius Maximus, Facta et dicta memorabilia Ulixes apud Circam veneficam)
REACTIES
1 seconde geleden