Romaanse kunst
Ongeveer 900 na Christus tot 1150 na Christus
Schilderkunst
De Romaanse schilderkunst heeft veel weg van de Byzantijnse schilderkunst. Het hoofdthema is Majestas Domini, waarbij de Christusfiguur wordt afgebeeld op een troon.
In de grote kerkwanden worden fresco’s gemaakt maar ook op zuilen, kapitelen en bogen worden versieringen gemaakt met patronen. De compositie van de majestas is symmetrisch, heeft een strenge lineaire vormgeving en er wordt niet naturalistisch geschilderd. Het gaat niet om realisme maar om het weergeven van de Bijbelse geschiedenis en symboliek.
Beeldhouwkunst
De kapitelen boven de zuilen zijn versierd met reliëfs van Bijbelse taferelen, verder zijn er niet veel dingen van beeldhouwkunst terug gevonden.
De beelden maken een stijve en onpersoonlijke indruk. Ze tonen geen emotie en dragen bij aan de architectuur.
Architectuur
De Romaanse basiliek is afgeleid van de Romeinse Basilica. Een Romaanse Basiliek wordt voor onder andere markthallen, bankgebouwen, beurzen en rechtszalen gebruikt. Letterlijk betekend het Koningszaal. Het was een soort stad hal. En was gebouwd als een hoge middenruimte, met ramen in het bovenste gedeelte, en twee zijbeuken gescheiden door zuilen, met meestal een absis voor de rechtszitting. De ingang zit tegenover de absis. Er werd gebruik gemaakt tongewelven, die gemetseld waren. Om het gewicht te kunnen dragen zijn de muren dik en stevig en werd er gebruik gemaakt van gordelbogen. De ramen zijn klein om de muren niet te verzwakken. Door de grootte van het gebouw geeft het de gelovigen een gevoel van klein en nietigheid ten opzichte van het goddelijke.
Veelvoorkomende dingen
- Zware bouw
- Ronde bogen
- Beeldhouwkunst maakt deel uit van de architectuur
- Anatomie is onbelangrijk
- Reliekverering komt op
Ontwikkelingen
Er worden pogingen gedaan om het christelijke nieuw leven in te blazen nadat er veel wanorde, corruptie en geweld is ontstaan na vermenging van de wereldlijke en geestelijke macht. De hervormingen worden gestimuleerd door de paus die toezichthoud op het klooster in Cluny. In de kloosters van de orde van de Benedictijnen in Cluny ontplooien monniken en lekenwetenschappers allerlei activiteiten en verrichten studies om de culturele ontwikkelingen in West Europa te stimuleren. Er worden vooral nieuwe scholen, kloosters en kerken gebouwd. Deze ontwikkelingen leiden tot het begin van de Romaanse kunst.
Door pelgrims verspreidde de Romaanse kunst zich verder.
De romaanse stijl liep verder door tot Gotiek
De Romaanse architectuur is terug te vinden in de neoromaanse architectuur van de negentiende eeuw.
REACTIES
1 seconde geleden