De 4 rijken en hun kenmerken

Rijken en hun kenmerken 

Er zijn ontzettend veel organismen op de wereld. Als organismen op elkaar lijken, dan wordt het een soort genoemd. Om te soorten uit elkaar te halen zijn ze opgedeeld in 4 rijken: planten, dieren, bacteriën en schimmels. Er zijn verschillende manieren om organismen in te delen in de 4 rijken. Ze kijken of de celwand, een celkern en bladgroenkorrels aanwezig zijn. Als organismen niet in een rijk geplaatst kunnen worden, dan worden ze ingedeeld in het vijfde rijk: het rijk van de Protisten.  

Het dierenrijk 

Een organisme wordt ingedeeld bij de dieren als de cellen voldoen aan de volgende kenmerken: Geen celwand, wel een celkern, geen bladgroenkorrels en eencellig of veelcellig. Dieren worden verdeeld in acht afdelingen: eencelligen, holtedieren, weekdieren, geleedpotigen, sponzen, wormen, stekelhuidigen en gewervelden. Bij die acht afdelingen hangt het vooral af van 2 kenmerken: 1, Symmetrie en 2, soort skelet.  

Het plantenrijk 

Het plantenrijk wordt ingedeeld in 3 rijken: Wieren, Zaadplanten en Sporenplanten. Er zijn 2 soorten wieren: Eencellige wieren en Veelcellige wieren. De kenmerken van wieren zijn: geen wortels, geen stengels, geen bladeren en geen bloemen. Zaadplanten verdelen we in: Naaktzadige planten en Bedektzadige planten. De kenmerken van Zaadplanten zijn: wortels, stengels, bladeren en bloemen. (Naaktzadige planten, zaden tussen de schubben van kegels en Bedektzadigen, zaden zitten in vruchten) en dan zijn er ook nog sporenplanten Onder de sporenplanten behoren: mossen, paardenstaarten en varens. Met als kenmerken: Kenmerken: wortels, stengels, bladeren en geen bloemen. 

Het schimmelrijk 

Om ingedeeld te worden in het schimmelrijk zijn er aan aantal voorwaarden waaraan de organisme moet voldoen. Schimmels lijken erg veel op planten. Cellen van schimmels hebben net zoals cellen van een plant een celwand. Daarom werden schimmels vroeger in het plantenrijk ingedeeld. Cellen van schimmels hebben ook een celkern. Uiteindelijk werden schimmels in een apart rijk ingedeeld omdat ze geen bladgroenkorrels in de cellen hebben. Er zijn eencellige schimmels en meercellige schimmels. Sommige schimmels zijn gevaarlijk. Een schimmelcel heeft de volgende onderdelen: Celwand, Cytoplasma, Celkern, Vacuole en Celmembraan 

Het bacterierijk 

Bacteriën bestaan uit maar 1 cel en kun je dus niet met het blote oog zien. Ze zijn echt superklein, maar 0,001 mm. De bacteriecel heeft maar 3 onderdelen. Bacteriën hebben geen celkern. Hun DNA ligt los in de cel. Het DNA regelt wel alles in de cel. Een bacteriecel heeft de volgende dingen: Celwand, Celmembraan, Cytoplasma en geen celkern.  Bacteriën kunnen nuttig voor ons zijn. In onze darmen zitten miljarden bacteriën die je helpen voedsel te verteren. Veel bacteriën zijn ook gevaarlijk voor ons.