Slapen

Wat is slapen?

Mensen slapen 1/3 deel van hun leven. Als je 16 jaar bent heb je dus al ongeveer 5 jaar slapen achter de rug.
Maar waarom is het slapen dan ontstaan?? De overleving van de mensen en dieren is afhankelijk van het succes om aan voedsel te komen, zich voort te planten, hun jongen te beschermen en te verzorgen tot dat ze op hun eigen benen kunnen staan. Het lijkt erop dat de slaap je van deze dingen afhoudt. Maar slapen zorgt voor energie besparing, je bouwt de energie op in je slaap die je daarna nodig hebt. Maar slapen is ook kwetsbaar omdat het bewustzijn en vele andere vormen van gedrag erbij uitschakeld. Maar aan de andere kant is het ook weer beschermend, want dieren bouwen en beschermen hun zelf gemaakte nesten.
Hun jongen die daar liggen te slapen liggen beschermd in het nest. Bovendien kan slapen ook nuttig zijn bij het wakkergedrag, het gedrag na het slapen, bv bij de paarvorming, dat heel belangrijk is voor het nageslacht.

De hersenen spelen een belangrijke rol bij het slapen. Dat wordt duidelijk door de achteruit gang van de functies van de hersenen als je een tekort heb aan slaap.
Dat merk je denk ik zelf ik wel goed als je bv slecht hen geslapen en niet genoeg rust heb gehad, dat je cocentratie vermogen minder is en het moeilijk ik je aandacht ergens bij te houden. Na 5 tot 10 dagen echt zonder slaap te hebben gezeten, verliezen de hersenen hun regelvermogen en kan er krankzinnigheid optreden. Dat kan wel weer verdwijnen zodra je weer normaal slaapt. Maar je kan er zelfs door overlijden. Slapen is dus van levensbelang.

Als baby slaap je zo’n 16 a 17 uur per dag, op leeftijd van 4 maanden slaapt de 14 tot 15 uur en op een leeftijd van 8 maanden 13 tot 14 uur, in die 8 maanden tijd slaapt de baby dus al 3 uur korter. Je slaap wordt dus steeds een beetje korter na mate je ouder wordt.
Wanneer je op de bassischool school zit, valt je nachtelijke rust terug van 10 uur naar ongeveer 8 en een half uur, terwijl het middag slaapje ook verdwijnt. Belangrijk is de puberteit en de veranderingen van het lichaam, de vorm en de grootte. Deze komen tot stand door de geslachts en groei hormonen die tijdens de slaap vrijkomen. Aan de slaap zelf veranderd niet veel meer. Wel wordt je dan bewust van je eigen slaapbehoefte, en vaak ook het negeren ervan. Jonge volwassenen raken op een gegeven moment ongemerkt in de langzame ontwikkeling naar afnemende slaapduur, ze bouwen de slaap af.
Als je dan de leeftijd van 30 tot 45 heb gehaald ervaren de meeste mensen dat hun slaap lichter en korter is, samen met een gevoel van vermoeidheid daarbij. En rond je 65 ste jaar is je slaapduur afgenomen tot 7 uur per nacht, de slaap van oudere mensen wordt beinvloed door de gevolgen van veranderingen in hun sociale leven. Ze gaan met pensioen en verhuizen naar een bejaarden tehuis, ze hebben minder lichamelijke activiteiten maar toch gaat de slaap langzaam van hun weg. Maar de dagen blijven 24 uur duren en zo heb je dan meer tijd om minder te doen.

Het slapen kan in verschillende fases worden ingedeeld.

- De slow wave sleep (sws)
- De diepe slaap
- REM slaap
Dat zijn de drie belangrijkste.

De nachtrust begint met de SWS, ookwel delta-slaap genoemd. De indrukken van de voorafgaande dag worden opnieuw naar boven gehaald. In deze fase kun je een drijvend of zwevend gevoel hebben. Je kunt nog wel vrij makkelijk wakker worden gemaakt. Na 10 minuten kom je in de diepe slaap.

In de diepe slaap wordt alle informatie opgeslagen en in categoriën verdeeld. Je spieren zijn helemaal ontspannen en je krijgt een regelmatige en diepe ademhaling. In deze fase kun je de slaper moeilijk wakker maken. Ook komt hier vaak slaapwandelen voor. Daarna ga je over naar de REM slaap.

REM is een afkorting voor Rapid Eye Movement, Snelle oog bewegingen. Dit heet zo omdat je je ogen in deze fase heel snel heen en weer beweegt achter je gesloten oogleden. Ze worden ookwel droomslapen genoemd. De meeste mensen maken dit 3 tot 5 keer mee per nacht. Oplopend van de eerste die een aantal minuten duurt, naar de laatste die veel langer en intensiever is.
In je REM-slaap worden de herinneringen versterkt, die je voorafgaande dag hebt opgeslagen. Die informatie wordt opgeslagen in je lange termijn geheugen. Hierdoor ga je dromen. Je krijgt een onregelmatige ademhaling en hartslag, je bloedtoevoer neemt toe en je bloeddruk schommelt. De REM-fase neemt ongeveer 25% van de tijd van het slapen in beslag.

Dan heb je ook nog langslapers en kortslapers. Het kan dus zijn dat iemand die evenoud is toch meer of minder slaap nodig heeft. Daar kun je niets aan veranderen want je wordt als kort- of langslaper geboren. Er was ooit een vrouw die elke nacht maar ong. 40 minuten sliep. De rest van de nacht was ze klaarwakker. Een man in Canada had juist zo’n 17 uur slaap per dag nodig. Zo kun je dus zien dat bij mensen die evenoud zijn toch een heel groot verschil kan zijn.

In je slaap doe je soms dingen die je je later niet meer kunt herinneren. Dat is bijv. snurken. Maar ook slaapwandelen. Maar dat gebeurt vrijwel alleen bij kinderen tussen de 8 en 16 jaar.
Als de meeste mensen slaapwandelen doen ze dingen die ze normaal ook doen bijv. douchen, zich aankleden of wat eten. Sommige mensen slaapwandelen in hun nachtmerries. Dan kunnen ze uit ramen klimmen of ze rennen door het huis of de tuin. Ze dromen meestal dat iemand ze achterna zit.
Je kunt slaapwandelaars beter niet wakker maken want dan kan hij schrikken en zichzelf wat aandoen. Of hij kan diegene die hem wakker maakt aanvallen.
Slaapwandelen duurt meestal rond de 8 minuten. Het record bekend is, was een jongetje van 9, hij heeft wel 2 uur slaapgewandeld.

Dromen doe je altijd in je REM slaap. Je hebt verschillende soorten dromen: Voorspellende, lucide, verwerkingsdromen en nachtmerries.

In de Voorspellende dromen dromen maak je meestal dingen mee die nog gaan gebeuren. Je droomt bijv. over hoe je examen gaat of hoe je er later uitziet.

Bij lucide dromen weet je dat je aan het dromen bent. Je bent je er van bewust. Je kunt zelfs je droom verder laten gaan hoe jij het zou willen. Op die manier geeft de droom enorm veel inzicht in je zelf.

Soms droom je een verhaal wat je in het dagelijks leven meemaakt of een tijd geleden hebt meegemaakt. Hierdoor kun je geholpen worden de gebeurtenis te verwerken. In een verwerkingsdroom kunnen alle gevoelens naar voren komen. Vaak zijn het ook situaties waar je je aan ergert.

Nachtmerries zijn de vervelende versies van dromen en meestal onthoud je deze het best. Ze gaan over dingen waar je bang van bent en liever niet hebt dat ze in het echt gebeuren. Kinderen tussen de 4 t/m 7 jaar hebben de meeste nachtmerries. Maar ook volwassenen kunnen ze krijgen als ze bijv. als ze onder druk staan of als er grote veranderingen zijn geweest. De meest voorkomende nachtmerrie is dat je door een monster of iets engs achterna gezeten wordt. Of dromen echt iets te betekenen hebben daar denkt iedereen anders over. Ze worden wel vaak gebruikt door psychologen en door waarzeggers.

Ook dieren dromen. Het is interessant om een de dromen van een dier te observeren. Honden en katten lenen zich daar erg goed voor omdat je goed de rollende oogbewegingen, spiertrekkingen en vreemde geluiden ziet en hoort. Na onderzoek is zelf gebleken dat insekten ook dromen, waar die dromen overgaan zul we alleen nooit te weten komen.

Dus als als je gaat slapen begin je je nacht eerst met

- slow wave sleep, je bent dan in een lichte slaap , daarna ga je over naar
- de diepe slaap, hierin ben je moeilijk wakker te maken en komt slaapwandelen in voor, daarna krijg je
- de REM slaap, hier ga je in dromen en deze houd 25% uit van het hele slapen.

Het soort dromen die er bestaan zijn,

- voorspellende dromen, je maakt dingen mee die nog moeten gebeuren.
- Lucide dromen, je weet wat je aan het domen bent, en kan de droom ook zelf bepalen.
- Verwerkingsdromen, de naam zegt het eigenlijk al, in deze droom verwerk je een verhaal wat je in het dagelijks leven al een keer heb meegemaakt, de dromen helpen je daarbij.
En - de nachtmerries, die gaan over dingen waar je bang voor bent of liever niet heb die er gebeuren.