Kanker
Om te begrijpen hoe leukemie iemand ziek maakt, moet je eerst iets over je eigen lichaam weten; hoe het opgebouwd is en hoe het werkt. Daarna kun je beter begrijpen wat er in je lichaam niet in orde is als je leukemie hebt. In je lichaam heb je een hart longen, een maag enz.; elk met een eigen taak. Als deze organen allemaal doen wet ze moeten doen dan gaat alles ”goed”. lets heel belangrijks in je lichaam is je bloed. En leukemie is kanker in je bloed.
1. Het bloed; Jullie weten natuurlijk allemaal wat er gebeurt als je in je vinger snijdt. Het doet zeer en er komt rood bloed uit. Na een poosje stopt het bloeden. Dan komt er een hard korstje op je vinger. Hoe komt het dat het bloeden stopt? En waarom is bloed rood? Als je een buisje vult met wat bloed en het een tijdje laat staan dan zie je iets heel vreemds gebeuren: eerst was de hele inhoud rood maar nu zit er onder in een donkerrode vloeistof, en erboven een gele vloeistof. Je bloed is net water waar iets in zit waardoor het een rode kleur krijgt. De rode kleur is dan onder in het buisje gezakt. Het gele water noemen de doktoren serum. Het serum vervoert alle afval behalve koolzuur (CO2) naar de nieren.
ER ZIJN DRIE SOORTEN BLOEDCELLEN: Een groot deel van de bloedcellen is helder rood en deze bloedcellen zien er uit als donuts. Ze heten rode bloedcellen (erytrocyten). Van de rode bloedcellen heb je er het meest in je bloed, daarom is je bloed rood. Een ander deel, iets grotere bloedcellen, is wit. Dat zijn de witte bloedcellen (leukocyten). Van de witte bloedcellen zijn er een aantal soorten. Een derde groep bloedcellen lijken op korreltjes. Dit zijn de bloedplaatjes (trombocyten). Waarom heb je nu al die verschillende cellen in je bloed nodig?
WAT ZIJN NU DE TAKEN VAN DE DIVERSE BLOEDCELLEN? a. de rode bloedcellen(erytrocyten) Je gebruikt overal in je lichaam zuurstof. De rode bloedcellen halen de zuurstof op in je longen. Daar wordt het ingeademd. Daarna brengen ze de zuurstof overal waar het nodig is. zonder zuurstof kunnen je spieren en botten niet goed werken.
b. de witte bloedcellen (Ieukocyten) Je hebt 2 soorten witte bloedcellen de granulocyten en de lymfocyten.
EERST DE GRANULOCYTEN: Dit zijn witte bloedcellen die, als je ze onder de microscoop ziet, sproeten hebben. Als je een ontsteking hebt aan je vinger doet dat zeer en is je vinger een beetje rood. Dat komt door die ontsteking. De granulocyten eten de bacteriën op en zorgen ervoor dat je vinger weer beter wordt.
ALS TWEEDE DE LYMFOCYTEN: Lymfocyten maken antilichamen dat zijn chemische stoffen die ze aan bacteriën vast maken zodat de granulocyten weten dat het bacteriën zijn.
c. bloedplaatjes (trombocyten) Je weet wat er gebeurd als je in je vinger snijdt, dan komt er bloed uit, dat wordt snel donkerder van kleur, het bloeden stopt en er komt een korstje op. Dit noem je stollen. Wanneer er te weinig bloedplaatjes zijn, duurt het bloeden langer. Door verschillende Ziekten kun je te weinig bloedplaatjes hebben, waardoor je gemakkelijk bloedt. Ook bij leukemie kan dit zo zijn.
d. Hoe komen nu de bloedcellen in je bloed? Alle bloedcellen worden in de loop van de tijd oud of raken versleten. Daarom moeten op tijd nieuwe bloedcellen gemaakt worden. Dat gebeurt in het binnenste van je botten; in je beenmerg. In het beenmerg lijken je bloedcellen eerst allemaal op elkaar; net zoals de baby’s die er in het begin ook allemaal hetzelfde uitzien. Dan groeien de bloedcellen op en krijgen allemaal een taak. Als ze groot zijn, kun je al deze bloedcellen goed uit elkaar houden. En zie je nu dat je skelet zo belangrijk is. Als je beenmerg niet goed werkt, duurt het niet lang voordat je bloed ook niet in orde is, omdat in je beenmerg je bloedcellen leren wat ze in je bloed moeten doen.
2. De cellen; Niet alleen je bloed bestaat uit cellen, maar je hele lichaam. Cellen kunnen er heel verschillend uitzien; iedere cel ziet eruit zoals zijn taak is. Cellen die hetzelfde moeten doen, blijven bij elkaar in een groep. Er zijn spiercellen, hersencellen, huidcellen enzovoort. Delen in het lichaam die uit gelijke cellen bestaan noemt men organen. Het bloed zorgt ervoor dat alle organen zuurstof en voedingsstoffen krijgen omdat ze anders niet goed kunnen werken. Als jij niet eet, kan je ook niet goed leren. Hoe verschillend de cellen er ook uitzien, één ding doen ze allemaal hetzelfde; ze vermeerderen zich door zich telkens in tweeën te delen.
3. De botten; Je weet al dat midden in je botten, het beenmerg, de bloedcellen gemaakt worden. Daarom moeten botten van buiten heel hard zijn. Maar binnenin, het beenmerg, zijn ze zacht en zitten ze vol met gaatjes. In die gaatjes is plaats voor de bloedcellen die zich door delen om nog meer bloedcellen te maken.
Wat is leukemie?
Weet je nog dat de bloedcellen zich in het beenmerg delen en langzaam groeien en hun taak leren voordat ze in het bloed komen? Deze cellen die nog moeten leren en nog niet klaar zijn voor hun taak noemen de dokters onrijpe cellen. Als deze onrijpe cellen zich niet langzaam en netjes delen maar heel erg snel en raar, dan zijn er erg snel heel veel cellen. Spoedig zijn die rare cellen met zoveel dat ze de andere, de goede bloedcellen, gaan verdringen. Ze verspreiden zich in het hele beenmerg en als er zoveel zijn dat er niet meer bij kunnen, dringen ze zich in je bloed zonder dat ze iets geleerd hebben. Met het bloed komen ze in je hele lichaam. Daar staan ze dan een beetje te niksen en storen de goede cellen in hun werk. Deze rare cellen, die niets doen en andere van hun werk houden, zijn leukemiecellen. Wanneer je van de onrijpe cellen veel te veel hebt, dan heb je leukemie.
De spreekbeurt gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
1 seconde geleden
T.
T.
Supertof artikel
13 jaar geleden
AntwoordenW.
W.
hallo door jou had ik een 3.4 voor mijn werkstuk dankjewel maar maak nooit meer zoiets dat kan je gewoon niet
11 jaar geleden
AntwoordenL.
L.
ik had er een 8 voor :)
8 jaar geleden
E.
E.
heel fijn !
ik doe mijn spreekbeurt er over
Bedankt
10 jaar geleden
Antwoorden