1. Inleiding. Ik heb voor dit onderwerp gekozen, omdat ik een paar dove mensen ken, en ik wou er ook wel wat meer over weten. In Nederland zijn er ongeveer 1,3 miljoen mensen die niet alles kunnen horen. Dat is 1 op de 12 mensen. Hiervan zijn 475.000 mensen slechthorend, dat wil zeggen dat met of zonder gehoorapparaat het verstaan van iemand erg moeilijk is. Slechts 10 tot 13 duizend mensen zijn echt doof. Doof zijn betekend dat je echt helemaal niets hoort.
2. Hoe werkt het oor? De functie van het oor is het omzetten van geluidstrillingen in zenuwgolven die naar de hersens gaan. Voordat ze de hersens in gaan, gaan ze eerst door het oor. De trillingen komen het oor binnen via de gehoorgang, dat is de gang die van dit gat naar je trommelvlies loopt, en zet dat in beweging. Aan de andere kant van je trommelvlies zit een soort kamer die gevuld is met lucht. Er staat aan allebei de kanten evenveel druk op het trommelvlies. Het trommelvlies is verbonden met de 3 kleinste botjes van je lichaam: hamer, aambeeld en stijgbeugel. Zij versterken de trillingen die zij van het trommelvlies ontvangen, en geven die door aan het ovale venster. Het ovale venster is een soort rond plaatje in het achterste gedeelte van je oor, dat heet ook wel het binnenoor. De geluidstrillingen maken golfbewegingen in het binnenoor dat is gevuld met vloeistof. Bij deze beweging geven de haarcellen, die ook in het binnenoor liggen, stroomstootjes aan de gehoorzenuw, dat is een soort buis die naar je hersenen loopt. Dus de hersenen ontvangen de stroomstootjes, en dan hoor je pas. Bij dove mensen ontbreken de haarcellen in het binnenoor helemaal. Als ze gedeeltelijk ontbreken ben je slechthorend, en als ze helemaal ontbreken ben je doof. Er is geleidingsverlies en perceptieverlies. Bij geleidingsverlies versterken de hamer, aambeeld en stijgbeugel de geluidstrillingen niet meer, waardoor er ook geen geluid meer wordt doorgegeven, dus de gehoorzenuw ontvangt geen geluidstrillingen meer. Door een operatie kunnen de hamer, aambeeld en stijgbeugel weer in werking worden gezet. Van perceptieverlies is er sprake wanneer er problemen zijn bij de verwerking van de geluidstrillingen in het binnenoor, in de gehoorzenuw, of in de delen van je hersenen die de stroomstootjes horen te ontvangen van de gehoorzenuw.
3. Hoe kan je doof worden en soorten doofheid. Mensen kunnen op alle leeftijden doof of slechthorend worden. In ongeveer 50% van de gevallen komt de doofheid door verkeerd medicijn gebruik, rode hond tijdens de zwangerschap, een ongeluk, door een hersenvliesontsteking of door andere dingen. Maar meestal wordt een kind doof geboren doordat één van de ouders doof is, dus een erfelijke oorzaak. Meestal is de oorzaak moeilijk te achterhalen. Er zijn plotsdoven, laatdoven, prelinguaal doven, postlinguaal doven, interlinguaal doven, meervoudig gehandicapte doven, doof-blinden en allochtone doven. Plotsdoven zijn mensen die van het ene op het andere moment doof zijn geworden, en laatdoven worden langzaam doof. Laatdoven zijn postlinguaal doof, dat betekent dat zij doof zijn geworden nadat ze goed hebben leren spreken. Ze zijn opgegroeid in de horende wereld, dus kun je aan deze mensen qua spreekvaardigheid vaak niet horen dat ze doof zijn. Prelinguaal doven zijn vanaf hun geboorte al doof. Doordat deze mensen leren praten door te kijken en te voelen, klinkt hun stem vaak anders. Ze weten ook niet hoe je je stem moet gebruiken, en hoe het klinkt als je hard of zacht praat, dus daarom praten deze mensen vaak iets te hard. Bij interlinguaal doven is de doofheid ontstaan nadat ze hun taalontwikkeling hebben afgesloten. Deze mensen kunnen wel praten, maar kennen veel woorden niet. Er zijn ook nog meervoudig gehandicapte doven. Dit zijn mensen die naast hun doofheid nog een andere handicap hebben. Dat kan een zintuiglijke handicap zijn, zoals bij doof-blinden, maar het kan ook een lichamelijke handicap zijn zoals spasticiteit, dus spastisch zijn. Ook kan het een verstandelijke handicap zijn of leer- en gedragsproblemen. Het begrip doof-blind wordt voor verschillende groepen gebruikt, namelijk slechthorend-slechtzienden, slechthorend-blinden, doof-slechtzienden en totaal doof-blinden. Door deze verschillen zijn er ook verschillende vormen van communicatie nodig, zoals gebarentaal en braille. Allochtone doven komen uit een ander land dan waarin ze nu leven, hun horende familieleden spreken hun moedertaal, dus als een dove uit b.v. Marokko naar Nederland komt, moet hij ook nog eens Nederlands gaan leren, dat is een grote handicap.
4. Hoe kan je weer horend of slechthorend worden? Sommige mensen willen helemaal niet meer horend worden als ze doof zijn geworden, maar de meeste mensen willen zich laten opereren. Als je doof bent kun je naar een chirurg gaan die een heel dun draadje in het slakkenhuis schuift, en een ontvangertje onder de huid vlak achter het oor. Op het draadje zitten elektroden die elektrische stroompjes afgeven. De gehoorzenuw reageert op deze elektronische stroompjes alsof het gewoon geluid is. Het ontvangertje achter het oor, zorgt dat je oor de goede tonen en de goede sterkte van het geluid ontvangt. De patiënt krijgt ook een spraakprocessor, dat is een soort kleine walkman, waarmee je jezelf extra goed kunt horen, zodat je het heel goed hoort als je te of te hard of te zacht praat. Niet alle mensen komen in aanmerking voor een operatie, alleen mensen die echt doof zijn, slechthorenden meestal niet. Als een slechthorende toch wordt geopereerd, betaald de verzekering het niet, maar moeten de mensen het zelf betalen. Mensen die geopereerd zijn moeten elke dag de spraakprocessor aansluiten op het ontvangertje achter het oor, anders werkt de spraakprocessor niet.
5. Hulpmiddelen. Dingen zoals de wekker, de deurbel, en de telefoon kunnen doven niet horen, daarom hebben ze daar iets op gevonden. De wekker is een grote platte schijf die je onder je kussen legt, en als je op moet staan begint hij te trillen. Als de telefoon gaat rinkelt hij nog wel gewoon, want de familieleden van een dove moeten de telefoon nog wel kunnen horen. Voor de dove gaan er allemaal flitsen van een bepaalde kleur licht door de kamer. Dit is dan geen telefoon, maar een teksttelefoon, dat is een soort computer, je tikt iets in op het toetsenbord en je drukt op ‘enter’. Dan ontvangt diegene waarmee je praat het bericht en die tikt dan ook iets in. Het is een soort chatten. De bel van de deur blijft natuurlijk ook gewoon gaan, maar daarbij gaan er ook flitsen door de kamer van een andere kleur licht dan die van de telefoon. Zo kan een dove de telefoon en de deurbel goed onderscheiden. Veel Kanalen op TV zijn sinds kort ook gestart met een ondertiteling voor doven. Als je op teletekst drukt staat er welk nummer je moet intoetsen om de ondertiteling in beeld te krijgen. Het nieuws wordt op sommige kanalen vertaald door een doventolk, die staat dan gewoon naast de nieuwslezer. Doven worden soms bijgestaan door een doventolk. De tolk vertaald alles wat de horende zegt in gebarentaal of in schrifttaal, en alles wat de dove zegt in spreektaal. Als de tolk alles wat de horende zegt vertaalt in schrifttaal, gebruikt hij daarbij een ‘audio – tolk’. Dat is een soort computer, de dove persoon leest dan wat er gezegd wordt af van een monitor. De tolk mag niet in gesprek gaan met de horende, want dat is vervelend voor de dove. Doven hebben recht op 18 tolkenuren per jaar, die de meeste doven gebruiken voor de dokter, de tandarts enz… Speciaal voor in klassen is er apparatuur, die het geluid van degene die in een microfoon spreekt versterkt. De leerkracht draagt een microfoon en een zender. De leerling draagt een ontvanger en een klein kastje, dat je aan je broekriem moet hangen. De microfoon stuurt het geluid naar de ontvanger, en de ontvanger stuurt het geluid naar de oorhanger, een soort gehoorapparaat dat achter het oor zit. Het voordeel van deze apparatuur is dat het lawaai van de klas op de achtergrond komt, en de leerling beter naar de stem van de docent kan luisteren. Deze apparatuur heet solo-apparatuur.
De spreekbeurt gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
1 seconde geleden
P.
P.
hoi laura,
ik heb je spreekbeurt een beetje doorgelezen, ik ga zelf ook mijn spreekbeurt doen over doven enz.
maar om nou alles van jou over te gaan nemen dat vind ik ook zo goedkoop en ik er wel wat moeite voor wil doen wilde ik vragen waar jij zo al je informatie vandaan had??
ik hoop dat ik een emailtje van je mag ontvangen met de nodige dingen erin!
nou groetjes Priscilla
21 jaar geleden
AntwoordenL.
L.
hoi Laura!
ik heb een vraagje,
ik ben op dit moment een site aan het opzetten over voor en door slechthorenden en doven,
zou ik jouw spreekbeurt mogen overnemen, als informatie voor mensen die iets willen weten over slechthorendheid ?
groetjes Louis
Ps. je krijgt uiteraard een bronvermelding
20 jaar geleden
AntwoordenH.
H.
heej
ik heb je spreekbeurt opgevraagt en ik ga hem houden ik vin hem heel
goed maar ik zit er mee want ik zit in groep 8 en
weet eigelijk niets van doven
zou u mij willen helpen om het me duidelijk te maken wat het percies is ook wil ik u vragen
wat voor cijfer u had
misschien klinkt dit erg brutaal
maar ik hoopt dat u mijn vragen wilt beantwoorden
met vriendelijke groeten ,
heidi Lindhout
17 jaar geleden
AntwoordenM.
M.
ik heb de verslag gelezen en ik zie een critishe fout
dat is in begin van hoofdstuk 8:
8. Onderwijs
In 1970 kwam er de eerste dovenschool in Nederland.
dit is niet waar. de eerste school is gekomen in 1790 in groningen en daarna St. Michielsgestel (1840) , Rotterdam (1853), en in Leiden (1888) (leiden is verhuist naar voorburg)
hoe en waarom ik dit zeg;
nou gewoon ik zelf ben een zoon van een dove (en slecht horende) ouders. zij hebben allebij op de dovenschool gezeten in groningen. (ze zijn al bijna 49en51 jaar dus 1970 is wel erg laat)
het zou mooi wezen als je dat zou kunnen veranderen.
Groetjes Michaël van der veen
P.s voor de rest is het heel goed :P
16 jaar geleden
Antwoorden