Hoe goed is jouw kennis over wachtwoorden? 🔐
Test jezelf met deze quiz!

Doe de quiz!

ADHD

Beoordeling 6
Foto van een scholier
  • Sectorwerkstuk door een scholier
  • 4e klas vmbo | 4271 woorden
  • 21 mei 2005
  • 61 keer beoordeeld
Cijfer 6
61 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak
ADVERTENTIE
Welke studie past bij jou? Doe de studiekeuzetest!

Twijfel je over je studiekeuze? Ontdek in drie minuten welke bacheloropleiding aan de Universiteit Twente het beste bij jouw persoonlijkheid past met de gratis studiekeuzetest.

Start de test
Inleiding

Ik ga mijn sectorwerkstuk doen over ADHD dat heb je misschien al begrepen. Ik heb dit onderwerp gekozen, omdat ik dacht dat niet iedereen zo’n onderwerp zou kiezen. Ik heb zelf ook een neefje met ADHD en die is heel druk maar ook hij is mijn inspiratie bron geweest. Maar ik wilde meer weten over ADHD, hoe ik met hem het beste om kan gaan.
Tegenwoordig komt ADHD bij veel kinderen voor, Je hoort het overal zoals bij een sportvereniging, op tv in je familie en kennissenkring en op school. Aan het uiterlijk van een kind merk je niet dat het ADHD heeft maar wel als hij met je omgaat.

Hoofdstuk 1

ADHD staat voor Attention Deficit Hyperactivity Disorder. Dit wel zeggen dat ADHD een aandachtstekort stoornis is met hyperactiviteit. In Nederland zeggen we ook wel alle dagen heel druk maar dat is niet zo want je hebt verschillende vormen van ADHD.
ADHD kan voorkomen op alle leeftijden van jong tot oud. Vroeger werd gedacht dat je over deze stoornis heen kon groeien maar dit blijkt niet waar te zijn. Volwassenen hebben vaak wel minder last van ADHD omdat ze er mee leren leven en omdat de klachten kunnen verminderen bij de ouder worden. ADHD is het meeste gestelde diagnose door kinderartsen. 5 procent van de kinderen in Nederland heeft er last van. Bij ongeveer één procent is dit in mindere maten, maar bij het overige 4 procent komt ADHD in de ernstige vorm voor.
Bij veel kinderen wordt pas laat vastgesteld dat ze ADHD hebben, toch heeft deze stoornis zich al voor het zevende levensjaar ontwikkeld, maar de weg naar de diagnose is lang. Dit komt omdat er zo veel ziektes zijn met dezelfde verschijnselen als ADHD.

Hoofdstuk 2

ADHD is de officiële naam uit een lijst van stoornissen en ziekten. De lijst is op gesteld door Amerikaanse vereniging van Psychiaters. De lijst waar deze stoornissen in staan heet Diagnostical Statistical Manual afgekort: DSM. Regelmatig wordt deze opnieuw bekeken en verbeterd. Ook al is deze lijst door Amerikanen gemaakt, veel andere landen zijn hem ook gaan gebruiken. Nederland is de lijst ook gaan gebruiken, het ligt in de bureaula van elke arts, bij wijze van spreken. In de afgelopen vijftig jaar hebben kinderen die druk en impulsief zijn en die moeilijk hun aandacht bij iets kunnen houden de stoornis kreeg veel verschillende moeilijke namen, zoals ADHD.

Hoofdstuk 3

De Veel voorkomende kenmerken bij ADHD kinderen zijn:

Bewegenlijkstoornissen:
•Overbewegelijkheid en bewegingsstoornissen:
De meeste kinderen met ADHD zijn over bewegelijk. Ze zitten nooit stil, ze draven maar door, ze zijn bijna nooit langere tijd rustig met hetzelfde bezig. Als ze echt heel erg hun best doen om op hun stoel te blijven zitten, dan beweegt er nog van alles: vingers, voeten, gezicht, enz. Bij kinderen met ADHD is er vaak iets mis met de manier waarop zij hun spieren gebruiken. Ze bewegen onhandig. Om op een goede en zorgvuldige manier iets te kunnen doen. Bij ons moeten al onze spieren goed samenwerken. Ze moeten goed samenwerken om ons te laten fietsen, schrijven, veters strikken, enz. Bij kinderen met ADHD zijn de spieren zelf meestal helemaal goed in orde, maar er mankeert vaak iets aan de samenwerking tussen de spieren onderling. Daardoor bewegen kinderen met ADHD vaak erg onhandig.
Uitdrukkingsstoornissen:
Nog een vorm van ADHD is uitdrukkingsstoornissen en dat heeft iets te maken, met
onze hersenen. Onze hersenen nemen niet alleen informatie op, ze bepalen ook wat we er mee doen: zoals hoe we die informatie gebruiken. We doen dit vooral op twee manieren: De mensen met ADHD kunnen niet goed alles onder woorden brengen, of uitdrukken wat ze denken en dat aan andere mensen te laten merken.
Impulsiviteit:
Sommige kinderen met ADHD kunnen moeilijk vooraf plannen of de gevolgen van hun daden overzien. Ze doen iets zodra het in hun hoofd opkomt: Plotseling de straat oversteken, Van de hoogste trede van de trap afspringen; hardop antwoorden in de klas zonder hun beurt af te wachten, enz. Deze impulsiviteit kan het gevolg zijn van het feit dat veel kinderen niet goed in stappen vooruit kunnen denken of het belangrijkste niet van het onbelangrijke kunnen onderscheiden. Volgens sommige onderzoekers komt deze impulsiviteit door een kleine afwijking in de hersenen. Deze afwijking is misschien maar een kleinigheidje, maar net genoeg om er voor te zorgen dat de remmen van een kind met ADHD vaak niet op tijd werken: hij is letterlijk een ongeremd kind.
Hyperactiviteit stoornis:
Bij hyperactiviteit ben je heel druk en je hebt last van veel dingen zoals, altijd een gevoel van onrust in het lijf, niet stil kunnen zitten, steeds moeten opstaan en rondwandelen, steeds friemelen met de handen of met een voorwerp, tikken met de voeten, doorpraten alsof er geen rem is. Ellen lange verhalen afsteken waarbij de luisteraar de draad al lang kwijt is. Gespannen zijn en blijven, moeilijk tot rust komen. Vaak beweeglijk zijn in de slaap
Aandachtsprobleem
Bij aandachtstekort stoornis is er veel sprake vergeetachtigheid je hebt ook moeite met details te onthouden. Ook een vorm van aandachtsprobleem is dat je spullen kwijtraakt dat is een heel groot probleem. Afgeleid raken als je met iets bezig bent en dan opeens met iets anders gaat doen je wil van alles tegelijk doen. Je kunt ook niet blijven luisteren, het gaat in het ene oor er in, en het andere oor er uit. Hierdoor komt een uitspraak want iemand heeft gezegd.
Iemand zei eens: een ADHD kind wordt zijn hele leven gestraft als hij twee keer iets goed doet. Bedoeld wordt hiermee dat als het kind zich heel sterk ergens op richt, hyperfocust, een taak dan kan worden afgerond, en vaak nog goed ook. Dit zet de verwachting voor de volgende keren en dan kan het misschien wel niet lukken om te 'hyperfocussen'. Dan zegt de omgeving al snel: "Je kunt wel, maar je wilt niet, je bent lui!" Hyperfocussen horen ook bij aandachtsproblemen hieronder wordt hyperfocussen uitgelegd.
Hyperfocussen
Je doet je dan richten op een bepaald ding
Dat betekent dat het lijkt alsof je lui bent maar dat niet waar is. Bijvoorbeeld je gaat een werkstuk maken en je richt je zo goed op dat werkstuk zodat je uiteindelijk een heel goed cijfer haalt maar wanneer je nog een keer een dergelijk soort werkstuk moet maken richt je, je niet zo goed op je werkstuk doordat er weer wat om je heen gebeurd waardoor je weer bent afgeleid en hier krijg je dan weer een heel slecht cijfer voor. Dan zegt iedereen:" Ja hallo je kunt het echt wel kijk maar naar je vorige werkstuk, je hebt er gewoon geen zin in!" Terwijl je er eigenlijk net zo lang aan hebt gezeten als het vorige werkstuk.
Voorbeelden van ADHD:
Voorbeelden van impulsiviteit
# Doen zonder nadenken
# Opdringerig overkomen
# Moeite heeft op de beurt te wachten
#Zonder na te denken geld uitgeven of gokken
# veel relaties en banen aangaan of verbreken
# Vreetbuien hebben
# veel spanning en sensatie zoeken (te hard rijden, gevaarlijke sporten)
# Snel ruzie maken
# Gooit het antwoord er vaak al uit voor de vraag helemaal is gesteld;
# Kan dikwijls niet op zijn beurt wachten, in een winkel, bij sport of spel of in groepssituaties;
# Verstoort vaak bezigheden van anderen of dring zich op
Voorbeeld hyperactiviteit:
# Niet stil kunnen zitten
# Steeds hun handen en voeten bewegen
# Wiebelen of friemelen met hun handen en voeten
# Een constant gevoel van innerlijke rusteloosheid
# Niet te stuiten zijn, doordraven
# Moeite heeft met ontspannen
# Niet te kunnen stoppen met praten
# Altijd bezig te willen zijn
Voorbeeld van aandachtstekort:
# Snel afgeleid zijn
# Moeilijk kunnen luisteren
# Alles tegelijk doen
# Dingen niet afmaken
# veel fouten maken
# Moeite hebben met details
# Vergeetachtig zijn
# Vaak dingen kwijt zijn, niet meer weten waar je iets hebt neer gelegd
Hoofdstuk 4

ADHD is een stoornis die niet overgaat, al kun je ermee leren leven of er in de loop van de tijd minder last van krijgen. ADHD kan dus voorkomen op alle leeftijden, van pasgeboren kinderen tot en met ouderen / bejaarden.
Uit verschillende onderzoeken is gebleken dat ADHD voorkomt bij zeker 3 % van alle kinderen. Dat betekent dus dat er in bijna elke schoolklas wel één zit! Het is de meest door kinderpsychiaters gestelde diagnose, een kinderpsychiater is er 25-30% van haar of zijn tijd mee bezig. Je 'groeit er niet overheen' zoals vroeger wel gedacht werd. Dit betekent dat veel volwassenen er ook nog last van hebben. In meer of mindere mate natuurlijk, je kunt er mee leren leven. Je werk en leefomgeving zo kiezen dat je er minder last (of juist voordeel!) van hebt. Toch heeft zeker 1 % van alle volwassenen er nog erge last van. Zoveel last dat ze vastlopen in werk, studie, relaties en hulp gaan zoeken in de geestelijke gezondheidszorg. In ernstige gevallen kan er sprake zijn van verslaving en/of crimineel gedrag.
Hoewel dit cijfer nog niet is bevestigd door onderzoek in Nederland, kunnen we er van uitgaan dat er 100.000 volwassenen zijn die ADHD hebben en het niet weten.
Dus er zijn nog heel wat mensen die ADHD hebben die het niet weten.
Ook ADHD is een erfelijke ziekte. Bij een onderzoek dat ze gedaan hebben. Een onderzoek onder tweelingen, geadopteerde kinderen en hun gezinnen heeft duidelijk gemaakt dat erfelijkheid een belangrijke rol speelt bij het ontstaan van ADHD.
-Verschillen tussen kinderen in hyperactiviteit, impulsiviteit en concentratiezwakte berusten
vooral op erfelijke factoren. Als de moeder of vader hyperactief zijn dan kunnen de
Kinderen dat ook krijgen daar wordt mee bedoeld met de erfelijke factor
- Van de kinderen van ouders met ADHD krijgt de helft ook ADHD meestal in de zelfde
vorm als wat de ouders ook hebben
- Broertjes en zusjes van een kind met ADHD hebben 3 tot 5 maal zoveel kans om zelf de
stoornis te krijgen als andere kinderen.
- Bij kinderen met neven en nichten met ADHD is die kans 2 maal zo groot.
Dus hier kun je zien hoeveel kans je hebt op ADHD.

Hoofdstuk 5

Hieronder vind je dingen waar ADHD’er mee te maken krijgen,

1. Een gevoel van onderprestatie omdat je, je doelen niet bereikt (ongeacht hoe veel je al tot stand hebt gebracht)
"Ik krijg het niet voor elkaar," is de meest gehoorde uitspraak. Een ADHD’er met ADHD kan de feiten niet goed onder ogen brengen, maar je kunt al heel wat bereikt hebben, of doet hem of haar leven al hulpeloze pogingen iets te bereiken. Hoe dan ook, in beide gevallen kampen de personen met het gevoel gevangen te zitten, niet in staat te zijn hun aangeboren capaciteiten ten volle te benutten.
2. Problemen met het organiseren van je leven .
Een belangrijk probleem voor de meeste ADHD- volwassenen. Zonder de structuur die school biedt, zonder ouders die dingen organiseren, wankelen ze door de organisatie-eisen die het dagelijkse leven stelt. De zogenaamde 'kleine dingen' stapelen zich op en worden hoge obstakels. Een gemiste afspraak, een verloren cheque en een vergeten deadline, en hun wereld stort in als ze het niet kunnen of vergeten zijn.
3. Chronisch uitstellen, problemen ergens mee te starten
Mensen met ADHD durven niet goed aan iets te beginnen, gevoeld door hun angst dat ze het toch niet goed zouden doen. Hierdoor stellen zij zaken uit en proberen dingen te negeren. Dit gedrag vergroot weer de angst aan de (alsmaar groeiende hoeveelheid) taken te beginnen.
4. Veel projecten lopen gelijktijdig, problemen met voortzetten en afronden
Men stopt met iets en begint aan iets anders. Ze maken niets af en gaat weer iets anders doen. Aan het eind van de dag of de week of het jaar hebben ontelbaar onafgemaakte projecten zich opgestapeld, terwijl er maar een paar zijn afgerond.
5. Geneigd zijn te zeggen wat in het hoofd omgaat, zonder de noodzakelijke timing of gevolgen ervan in acht te nemen
Zoals een kind met ADHD in de klas, wordt gedreven door enthousiasme en ongeremdheid. Een gedachte komt op en moet worden uitgesproken. Tact en bedrog moeten wijken voor een kinderlijke uitbundig en uitgelatenheid.
5. Een voortdurende hang naar sterke prikkels (kicks)
Kinderen met ADHD is altijd op zoek naar nieuwe spanning en sensatie: iets in de omgeving dat de concurrentie kan aangaan met de wervelwind die in hun woedt.
6. Een aanleg om snel verveeld te zijn
Verveling omringt de volwassen ADHD'er als een gootsteen, altijd klaar alle energie op te zuigen. De ADHD'er blijft achter met de honger naar meer stimulans. Dit kan gemakkelijk verkeerd worden uitgelegd als een gebrek aan interesse. In feite is het een relatief onvermogen interesse voor een langere tijd vast te houden. Zoveel als ze ergens om geeft, zo snel loopt hun batterij leeg.
8. Snel afgeleid, concentratieproblemen, neiging af te haken of weg te dromen tijdens aan gekoppeld aan een vermogen zich van tijd tot tijd te hyperfocussen.
Dit zijn de voornaamste kenmerken van ADHD. Het moment van 'uitgeschakeld worden' is vrij willekeurig en onvrijwillig. Het gebeurt bij wijze van spreken wanneer de ADHD'er even niet kijkt. Het volgende wat je merkt, is dat hun gedachten er niet bij is. De ongelofelijke gave tot hyperfocussen komt ook veelvuldig voor. De ADHD'er gaat dan zo op in een activiteit dat ze voor niets en niemand anders bereikbaar zijn. Hallowell en Ratey (de samenstellers van deze lijst) pleiten dan ook voor een andere benaming van het syndroom: AIHD, Attention Inconsistency Hyperactivity Disorder. Er is namelijk geen sprake van een tekort aan aandacht, maar richten op dingen, wat ze moet doen.
9. Problemen met geijkte routes en het volgen van vastgestelde procedures.
In tegenstelling tot wat men vaak denkt, maar hun problemen is dat ze weinig te zeggen hebben. Het is eerder een uiting van verveling en frustratie: routine betekent het herhalen van handelingen. ADHD'ers ervaren dit als saai en zoeken naar uitdagender manieren. Zij raken gefrustreerd omdat zij niet in staat zijn dingen te doen op de wijze waarop zij verondersteld worden deze te doen.
10. Ongeduldig: lage frustratiedrempel.
Frustratie op allerlei gebieden herinnert de ADHD’er aan alle mislukkingen in het verleden. "O nee," denken hun "daar gaan we weer!" Woede of terugtrekken is het gevolg. Ongeduldigheid heeft te maken met de behoefte aan stimulans. Anderen zullen dit snel zien als onverzadelijk gedrag.
11. Impulsiviteit, zowel verbaal als in actie, bijvoorbeeld: impulsief dingen doen enz.
Dit is een van de meer gevaren van de symptomen bij ADHD’ers of, afhankelijk van de impuls, een van de meeste avond tuurlijk dingen.
12. Neiging zich eindeloos zorgen te maken, neiging de horizon af te zoeken naar iets waarover ze kunnen nadenken kan worden afgewisseld met onoplettendheid of geen acht slaan op mogelijke grote gevaren.
Wanneer de aandacht niet besteed wordt aan een specifieke taak, ontstaat een chaos aan gedachten in het hoofd van de ADHD'er. Gepieker is hier vaak een gevolg van, omdat de persoon onbewust toch behoefte heeft zich ergens op te concentreren. Het resultaat is dan een gedachten stroom waarin rampscenario’s worden uitgespit.
13. Stemmingswisselingen, depressie (in het bijzonder wanneer een relatie wordt verbroken of project wordt beëindigd)
Kinderen met ADHD voelen zich overgeleverd aan een onstabiel humeur. Dit wordt zowel veroorzaakt door hun ervaringen met frustratie en falen met de invloeden van het syndroom.
14. Rusteloosheid
De kinderen met ADHD tonen de vol groeide hyperactiviteit van het ADHD-kind meestal niet herkennen. In plaats daarvan ziet men 'nerveuze energie': Snel praten, trommelen met vingers, steeds gaan verzitten, vaak opstaan van tafel en het verlaten van de ruimte, gespannen aderen in de hals herkenbaar zijn. Zelfs in rust voelt de ADHD'er zich zenuwachtig, gespannen en overprikkeld.
15. Onnauwkeurige zelfwaarneming
ADHD'ers hebben vaak een beperkte kijk op zichzelf. Zij hebben nauwelijks een idee van de invloed en uitwerking die ze hebben op andere mensen. Dit leidt vaak tot grote misverstanden en diep gekwetste gevoelens.
Dit zijn de meest voorkomende dingen die je met ADHD kunt hebben.
Hoofdstuk 6

Om vast te stellen of iemand ADHD heeft kun je niet zelf beslissen maar dat moet u door een erkende arts of psychiaters laten doen want dan weet u het zeker of het goed is.

Denkt u dat uw kind of uzelf ADHD heeft, neem dan contact op met een arts. Deze is het best in staat om de diagnose te stellen en andere stoornissen uit te sluiten. Er zijn namelijk nogal wat ziektes of stoornissen die verschijnselen kunnen geven die lijken op het geen die je ziet bij ADHD. Daarnaast komen samen met ADHD nog andere stoornissen of problemen voor bij dezelfde persoon: soms als direct gevolg van ADHD, soms er van los staat. Soms kunnen die andere stoornissen of problemen met ADHD te maken hebben, maar het verband is nog niet wetenschappelijk aangetoond. Zo zien we bijv. Dyslexie en ADHD samen met andere symptomen. Vaststellen of er sprake is van ADHD is een moeilijke zaak. Die het 100 % duidelijk kunnen maken. Het is niet zeker vast te stellen met bijv. Met elektrische schokken kun je het niet altijd mee vaststellen. Ook moderne technieken om het menselijke lichaam te bekijken met ander technieken zijn nog niet voldoende ontwikkeld om de diagnose te kunnen stellen. Hiervoor is nog meer onderzoek nodig. Ze weten ook nog steeds niet precies wat er om gaat in de hersenen en hoe dat zichtbaar te maken is. Wel kunnen deze onderzoekingen en technieken eventueel aanwijzingen opleveren waar een deskundige verder mee kan; bijvoorbeeld omdat andere zaken kunnen worden gevonden of juist worden uitgesloten.
Let op: de diagnose ADHD moet gesteld worden door een deskundige en ervaren arts, bij voorkeur een kinderarts of kinder- en jeugdpsychiater, enkele volwassenen psychiater. Dit om andere lichamelijke of psychische oorzaken uit te sluiten.
Hoofdstuk 7

Een ADHD’er is niet dom, maar heeft moeite om zich te concentreren. In het algemeen zijn kleine(re) groepen daarom het meest geschikt, om logische redenen dat een kind daarin minder snel wordt afgeleid en meer aandacht kan krijgen. Een goede begeleiding door de leerkracht en eventueel remedial teaching zijn ook voorwaarden dat een kind beter kan functioneren, al valt het in de huidige onderwijssituatie natuurlijk niet mee om dat te realiseren.
Vaak hebben ADHD’ers problemen met de fijne motoriek of een houterige grove motoriek. Behalve remedial teaching kan ook fysiotherapie hier een goede ondersteuning bieden.
Een algemeen advies voor een schooltype is nauwelijks te geven. Dat hangt onder andere af van de mate waarin een kind er last van heeft. ADHD leerlingen verschillen immers net zoveel van elkaar als andere kinderen. Per kind zal dus gewoon moeten worden bekeken welk soort onderwijs het best bij hem of haar past. Pas als een kind in een ‘gewone’ nauwelijks te handhaven is * ook niet met behulp van medicatie * of heel veel moeite heeft om bij te blijven, wordt Speciaal Onderwijs een optie. Dan kan het hem weer helpen om verder te komen in de beslissing van wat voor school het beste voor ze zijn.

Hoofdstuk 8

De leerkracht die met ADHD kinderen werkt moet geduld hebben, humor en creativiteit.
De leerkrachten moeten kennis hebben over de invloed van ADHD op het leerproces en zicht dienen te hebben op zwakke en sterke kanten van de kinderen.
Een goede organisatie binnen de klas van groot belang. Basiskennis van gedragstherapeutische technieken en een goede relatie met ouders en hulpverleners zijn eveneens noodzakelijk. Uiteraard dient er ook voldoende ondersteuning binnen het schoolteam aanwezig te zijn wat zich kan uiten in een overleg tussen de leerkrachten over te nemen maatregelen en een vastbeleid op bijvoorbeeld het schoolplein. Je kunt ze ook nog op andere manieren begeleiden zoals remedial teaching, en persoonlijke begeleiding is ook noodzakelijk om ze de regels en dingen met ze te bespreken waar ze zich aan moeten houden.
Zo kunnen ze proberen bij de kinderen structuur op school in te brengen dat ze beter met hun gedrag om kunnen gaan.

Hoofdstuk 9

Bij ADHD moet je allereerst kijken naar de voeding van het kind. Vaak, al te vaak krijgen de kinderen te veel suiker in de vorm van snoepgoed, chocolade, limonade, ijsjes en taartjes toegediend. Ouders hebben meestal geen tijd meer om een volkoren boterham met gezond broodbeleg en een bekertje vruchtensap of kruidenthee klaar te maken zodat het kind dat kan eten tijdens de pauze op school. De kinderen worden liever zoet gehouden met geld om iets lekkers te kopen of het trommeltje wordt volgestopt met allemaal snoep goed dat niet goed is voor ze. Ze loop even in een supermarkt rond, de kinderen worden gewoonweg verziekt met voedsel dat eigenlijk heel gezond behoort te zijn. Kijk maar naar het brood; er bestaat nu brood met allerlei kleuren in het midden, voor kinderen die niet van brood houden!
Het brood -witmeel! Is gewoon bewerkt met kleurstoffen zodat de kleintjes het met plezier kunnen opeten. Er bestaat tegenwoordig een drankje dat helemaal stijf staat van de cafeïne dat je overal kunt kopen. De advertentie is gericht op het feit dat het goed is voor schoolgaande kinderen omdat het hun meer stimuleert. Maar dat is juist niet zo ze worden er alleen maar
Drukker van.Je moet ook zorgen dat je de kinderen niet hun zin door laten drammen en dat je moet zorgen dat je regelmaat in de opvoeding van de kinderen brengt.
Maar je kunt ook pillen geven waar ze rustig van worden maar die moet je voor laten schrijven door een dokter. Als je niet weet hoe je een kind met ADHD moet helpen kun je het beste contract opnemen met hulp verlener, psychiater, dokter en andere mensen die gespecialiseerd zijn in het behandelen of omgaan met kinderen met ADHD.

Conclusie

Ik heb veel geleerd van dit onderwerp omdat ik er nog niet veel van wist. Nu ga ik in het kort even samenvatten wat ADHD is en wat het inhoudt. ADHD staat voor Attention Deficit Hyperactivy Disorder. Dit wil zeggen dat ADHD een aandachtstekort stoornis is met hyperactiviteit, maar je hebt ook andere vormen van ADHD zoals bewegelijk stoornissen, uitdrukkingsstoornissen, impulsiviteit ik zal de vormen even kort uitleggen. Bij bewegelijke stoornis heb je vooral last van overbewegelijkheid ze bewegen daardoor heel onhandig. Uitdrukkingsstoornis dat betekent dat hun hersenen niet goed samenwerken met de spieren ze geven niet goede instructies naar onze spieren door. Bij impulsiviteit kunnen ze moeilijk vooraf plannen wat ze de volgende dag of week moeten doen, ze kunnen de gevolgen van hun daden moeilijk overzien. Ze doen meteen iets als het in hun hoofd opkomt. Het komt doordat ze niet in stappen kunnen denken en vooruit kunnen denken. Onderzoekers hebben onderzocht dat als je impulsiviteit hebt dat hersenen afwijkingen hebben. Bij hyperactiviteit ben je heel druk en je hebt last van veel dingen zoals, altijd een gevoel van onrust in het lijf, niet stil kunnen zitten en andere dingen waar je concentratie bij nodig hebt en dat kun je niet doordat je heel druk bent. Bij aandachtsproblemen is er veel sprake van vergeetachtigheid je hebt ook moeite met details te onthouden. Een groot probleem van aandachtsprobleem dat je spullen kwijtraakt, dat je met iets bezig bent en er komt opeens iets anders op je pad en dat ga je dan meteen aan werken en dat is ook niet goed. Als je denkt dat iemand ADHD hebt moet je naar een arts gaan of andere geleerde wie ervoor geleerd hebben want dat is heel belangrijk omdat het niet zomaar iets is. Kinderen met ADHD kunnen op verschillende manieren geholpen worden op school het ligt er ook aan wat voor vorm je hebt van ADHD of het ook heel ernstig is. Wat voor school een ADHD kind nodig heeft hangt ervan af. Als ze op een gewone school blijven dan kunnen ze remedial teaching krijgen en een goede begeleiding nodig maar dat moet de school ook kunnen bieden en dat moet het ADHD kind ook aan kunnen. Maar het beste voor ADHD kinderen is dat ze op een school komen waar kleinere groepen zijn want dan kunnen ze beter begeleid worden en beter concentreren. Meestal kun je kleinere groepen vinden, op het speciaal onderwijs omdat ze daar helemaal in gespecialiseerd zijn. Dus hoe kinderen functioneren in het onderwijs hangt dus helemaal af wat voor vorm ze hebben en op wat voor school je zit. Je hebt ADHD kan op alle leeftijden voorkomen. Je kunt niet over ADHD groeien maar wel verminderen door er mee te leren leven. ADHD is het is het meeste gestelde diagnose door kinderartsen. Van het 5 procent is 4 procent ernstig en dat vond ik vrij veel omdat ik het zo niet had verwacht dat zoveel kinderen ernstige vorm van ADHD hebben. Ik ben een heel stuk wijzer geworden over ADHD wat voor problemen het met je mee brengt en wat het met het kind doet. Ik heb ook heel veel begrip voor met mensen die ADHD kinderen moet begeleiden. Ik heb ook gezien dat ouders van een ADHD zwaar hebben voor een strakke opvoeding en de kinderen positief te benaderen om ze te stimuleren voor dat ze er toch iets van moeten maken en proberen er ook zelf iets van te maken. Nu weet ik ook hoe ik mijn neefje kan helpen en hoe ik er mee om moet gaan.
Ik vond het heel leuk om te maken omdat ik er nog niet veel van wist en wilde er ook meer van te weten komen met de tijd ben ik ook goed uit gekomen. Ben blij dat ik dit onderwerp heb gekozen omdat ik nu ook meer begrip heb voor kinderen met ADHD dat ze het ook zwaar hebben in hun leven met ADHD om zich te gedragen.

Bronvermelding

Hieronder vind je waar ik de informatie vandaan heb gehaald.

# Boeken van de bieb over ADHD!
# http://groups.msn.com/bordiesadhdenhetgezin/adhd.msnw
# www.psychiaterpagina.nl/adhd.htm
#http://huiswerk.scholieren.com/werkstukken/verslag.php?verslagid= 3737
# http://www.adhd.nl/tijdschriften/0010jmvragen.html#onder wijs
# http://www.adhdxtra.nl/via.html#onderwijs
# www.google.nl(adhd)

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.