Hoofdstuk 1-3

Beoordeling 6.5
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 4e klas havo | 917 woorden
  • 9 februari 2009
  • 6 keer beoordeeld
Cijfer 6.5
6 keer beoordeeld

Scheikunde Hoofdstuk 1 voor Toetsweek 2
Mengsel: bestaat uit verschillende stoffen, bestaat uit 2 of meer soorten moleculen
Zuivere Stof: is een stof, dus geen mengsel. Bestaat uit 1 soort moleculen
Scheidingsmethoden

Indampen Als je een mengsel van een vaste stof en een vloeistof verhit verdampt de vloeistof en hou je de vaste stof(het residu) over
Destilleren(destillatie opstelling) Je verhit een mengsel van 2 vloeistoffen. De stof met het laagste kookpunt verdampt het eerste en vang je op in.
Bezinken(berust op verschil in Dichtheid) Je laat een troebel mengsel van een vaste stof en een vloeistof rusten waardoor de vaste stof naar de bodem zinkt en je de vloeistof af kunt gieten
Filtreren (berust op verschil in Deeltjesgrootte) Je schenkt een mengsel van een vloeistof en een vaste stof door een filter. De vaste stof blijft in het filter achter en de vloeistof komt in het buisje onder het filter, Overblijfsel heet filtraat
Adsorptie Je schenkt een oplossing over een absorptiemiddel dan worden de opgeloste stoffen geabsorbeerd en hou je een vloeistof over
Extractie Mengsel van vaste stoffen wordt in contact gebracht met een bepaalde vloeistof, sommige lossen dan op en de andere houd je over

Rendement: verkregen hoeveelheid stof × 100 %
totale hoeveelheid van de stof in het mengsel
Scheikundige reactie: beginstof(fen)à reactieproduct(en)
Ontledingsreactie: een beginstof à twee of meer reactieproducten
Ontledingsmanieren
Thermolyse Ontleding door middel van warmte
elektrolyse Ontleding door middel van elektrische stroom
fotolyse Ontleding door middel van licht
Synthese: 2 of meer beginstoffenà reactieproduct(en)
Stikstof + waterstof à ammoniak
Kooldioxide + water à Glucose + zuurstof
Koolstof + zuurstof à koolstofdioxide
Waterstof + zuurstof àwater
Reagens: een stof waarmee je een andere stof aantoont. Kalkwater is een reagens op koolstofdioxide en wit kopersulfaat op water
De moleculen van een niet-ontleedbare stof bestaan uit één soort atomen.
De moleculen van een ontleedbare stof bestaan uit verschillende soorten atomen
(s) = solid = vast
(l) = liquid = Vloeibaar
(g) = gaseous = gasvormig
Hoe maak je een reactievergelijking:
- vervang de namen van de stoffen door moleculen
- geef de aantallen moleculen aan. Het aantal atomen moet voor elke atoomsoort voor en na de reactievergelijking gelijk zijn.
Wet van behoud van massa: de totale massa van de stoffen voor het proces is gelijk aan de totale massa van de stoffen na het proces.
Wet van elementbehoud: de totale massa van een element voor het proces is gelijk aan de totale massa van het element na het proces
Wet van behoud van energie: de totale energie voor een proces is gelijk aan de totale energie na het proces.
Exotherme reactie: reactie waarbij er energie uit de stoffen vrijkomt
Endotherme reactie: reactie waarbij er energie in de stoffen wordt opgeslagen.
Dissimilatie: voedingsstof + zuurstof à koolstofdioxide + water
Assimilatie/fotosynthese: koolstofdioxide + water = glucose + zuurstof
Significante cijfers: cijfers die betekenis hebben.
Bij vermenigvuldigen en delen van meetwaarden is het aantal significante cijfers gelijk aan het kleinste aantal significante cijfers waarmee de berekening is uitgevoerd. Nullen aan het einde van een getal zijn significante cijfers, nullen aan het begin van een getal niet.
Bij optellen en aftrekken is het aantal cijfers achter de komma van de uitkomst gelijk aan het kleinste aantal cijfers achter de komma waarmee de berekening is uitgevoerd.
Dichtheid (ρ): Massa(m) : volume (V)
Massapercentage: Massa Deel × 100 %
Massa geheel
Volume percentage: Volume Deel ×100%
Volume geheel
Toxiciteit: mate waarin een stof giftig is
Acute vergiftiging: treedt acuut op
Chronische vergiftiging: langzaam en verloopt sluipend.

Scheikunde Hoofdstuk 2. Toetsweek 2
Structuurformule: geeft aan hoe de atomen in een molecuul door atoombindingen zijn verbonden.
Molecuulformule: geeft aan uit welke atomen een molecuul is opgebouwd, en uit hoeveel atomen per atoomsoort
Koolwaterstof: verbinding van twee elementen: koolstof en waterstof
Alkanen: een van de groepen koolwaterstoffen
Alkanen: CnH2n+2
Alkenen: CnH2n :
Alkanolen: CnH2n+1OH: Verbinding die je krijgt door in het molecuul van een alkaan één H atoom te vervangen door een OH groep
Alkaanamine: CnH2n+1NH2: verbinding die je krijgt door in het molecuul van een alkaan één H atoom te vervangen door een NH2 groep
Alkylgroep: CnH2n+1- groep
Alkaanzuren: CnH2n+1COOH: Verbinding met een COOH groep
Halogeenalkaan: verbinding die je krijgt door in de formule van een alkaan één of meer H atomen te vervangen door één of meer atomen van een halogeen: F, Cl, Br, I
Isomeren: stoffen die dezelfde molecuulformule hebben maar verschillende structuurformules
Onvertakte alkanen: alkanen met een koolstofketen zonder zijtakken
Homologe reeks: een verzameling van stoffen waarbij de moleculen van de volgende stof steeds één CH2 groep meer bevatten.

Scheikunde hoofdstuk 3 Toetsweek 2
Elektronen: negatieve deeltjes om de kern van een atoom heen
Neutronen: ongeladen deeltjes in de kern
Protonen: Geladen deeltjes in de kern
Atoomnummer: Aantal protonen in de kern.
Massagetal: aantal protonen+ aantal neutronen in de kern
Positief ion: een atoom dat stroom heeft afgestaan
Negatief ion: Atoom dat geen stroom heeft afgestaan
Massa van een proton: 1,0 u
Massa van een neutron: 1,0 u
Massa van een elektron: 0,00055 u(meestal te verwaarlozen)
Molecuulmassa: som van de atoommassa’s van alle atomen
Massa van een ion is gelijk aan de massa van de overeenkomstige atoom
Groep 1: alkalimetalen: lithium, Natrium,Kalium
Groep 17: halogenen: fluor, jood, broom en chloor
Groep 18: edelgassen: Helium, neon en argon
Mendelejev: maker van periodiek systeem
Perioden: horizontale rijen in het periodiek systeem
Groepen: verticale kolommen in het periodiek systeem
In het periodiek systeem zijn alle elementen gerangschikt in volgorde van opklimmend atoomnummer en gerangschikt in perioden en groepen. De elementen in een groep hebben overeenkomstige kenmerken.
Alliages/legeringen: mengsels van metalen
Metalen kun je als volgt indelen:
- edele metalen (bijv, goud,zilver)
- halfedele metalen (bijv. koper en kwik)
- onedele metalen (bijv. ijzer, lood)
- zeer onedele metalen (bijv. natrium,kalium)
edele metalen worden niet of nauwelijks aangetast door zuurstof en of water,Vandaar hun toepassing in duurzame voorwerpen en sieraden.
Ertsen: verbindingen waaruit metalen op grote schaal gewonnen worden
Metaalbinding: binding tussen positieve metaalionen door de daartussen bewegende elektronen

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.