Waar heb jij je schoolspullen gekocht?

Doe mee aan het Back To School onderzoek over schoolspullen en maak kans op een Bol.com bon van 25 euro.

Oude Literatuur Liefde

Beoordeling 5.5
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 4e klas vwo | 740 woorden
  • 10 maart 2004
  • 12 keer beoordeeld
Cijfer 5.5
12 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
5 belangrijke vragen die je jezelf moet stellen als studiezoeker

Met keuze uit ruim 1.600 hbo- en wo-bachelors in Nederland is het best lastig om een studie te kiezen. Hoe begin je met zoeken, en hoe kom je dichterbij de studie die bij je past? Om je daarbij te helpen, hebben we vijf belangrijke vragen op een rijtje gezet die je jezelf moet stellen tijdens je studiezoektocht.

Naar de pagina
Ridderromans → Voorhoofse (Frankische): - ± 1150 - feodale samenleving - avonturen Karel De Grote of vazallen → Hoofse: - ridders - vechten - niet opofferen maar eigen roem - Koning Arthur - individualistischer denkend tijdperk - Hoofse liefde (dame wordt aanbeden als vorstin, overspel, houding minnaar is bescheiden en nederig) Ontstaan toneel in West-Europa: Kerk → toneel om verhalen uit de Bijbel te ‘vertellen’ → liep uit de hand → zinloze taferelen toegevoegd → kerk verbood toneelstukjes → men speelde voortaan op het kerkplein/marktplein → schouwburgen sinds de 17e eeuw

Hulthemse Handschrift → 4 abele (kunstige) spelen: - Esmoreit - Gloriant - Lanseloet van Denemerken - Van den winter einde van den somer
Kluchten → - Lippijn, De Buskenblaser - grappen over liefde
Abele spelen → - ontstaan ± 1350 - oudste wereldlijke toneel in West-Europa
Jacob Cats → - 17e eeuwse dichter - leefde van 1577 tot 1660 - middeleeuwse ideeënwereld - Houwelick (1625) → populair boek - Trouringh (1637) - populariteit vanwege onderwerpen (seks, liefde) - eenvoudige schrijfstijl → breder publiek
De Rederijkerskamers → - soort gilde - blazoen (wapen) - devies (lijfspreuk, motto) - prins → soort beschermheer, loofde prijzen uit - factor (maker) → schrijven + regisseren van toneelstukken - nar → grappenmaker - landjuwelen → bijeenkomst van kamers waar toneel gespeeld werd, gefeest werd en men prijzen kon winnen - accent op vorm gedicht → laten zien welke poëtische vaardigheden men kende Dichtvormen: - Refrein → strofe minstens 8 regels, elke strofe eindigt met dezelfde regel (de stock) die de grondgedachte van het gedicht uitdrukt - Rondeel → gedicht van meestal 8 regels, 2 rijmklanken: 1e 4e en 7e regel, 2e en 8e regel - Acrostichon → naamdicht, de beginletters v/d opeenvolgende strofen vormen samen de naam van de persoon aan wie het gedicht opgedragen is - Retrograde → kreeftdicht, de woorden kunnen van achteren naar voren en andersom gelezen worden en het levert telkens een begrijpbare zin op - Schaakbord → vers van 64 regels, welke route je ook neemt, het moet telkens een goed gedicht vormen
Generatie schrijvers aan het begin v/d 20e eeuw met een sterk persoonlijke en realistische benadering van de wereld om hen heen waaronder Willem Elsschot (1882 - 1960) Middeleeuwen (± 500-1500) 5e eeuw na Christus → volksverhuizingen → West-Europa bewoond door Germaanse volken
In de loop v/d Middeleeuwen kreeg de staat meer gestalte

Familie had rol v/d staat → familielid gedood, wraak door familielid dader te doden → eind Middeleeuwen → staat neemt taak familie over
Steden + handel → individuele transacties konden niet vermeden worden → belang gezin nam toe
Clan → - grote Aristocratische familie waar ook dienaren en aanhangers bij hoorden - leefden samen op een kasteel of landhuis - iedere clan had een eigen wapenschild en legertje - sterk gevoel van onderlinge trouw - bondgenootschappen met bevriende clans - drijfveren achter staatsgrepen en opstanden in steden
Gezin → man was de machthebber → - hij heerste over het huishouden - nam belangrijke beslissingen - beheerde de bezittingen - strafte vrouw en kinderen als dat nodig was - had zelf veel vrijheid (man mocht wel ontrouw zijn, vrouw niet) Vrouw → - man mocht haar mishandelen, niet doden - ze mocht bezit hebben: bruidsschat + ‘Morgengabe’ na huwelijksnacht - ze mocht niets kopen/verkopen
Men trouwde niet uit liefde; men trouwde omdat het goed uitkwam → uithuwelijken, verbintenis met een andere familie 1. Deocentrisch → op God gericht
2. Standenmaatschappij → horigen adel geestelijkheid
3. Orale cultuur (vertellen, weinig boeken/geschriften) 4. Kleine leefomgeving, trouwen met iemand uit de omgeving
5. Kuisheid, eer en standsverschil belangrijk
De Vroegmoderne Tijd (1500-1800) Opkomst steden ↓ vrouwen alleen verandering ideeën → moeder/huisvrouw, → man brengt geld binnen, niet echt een baan vrouw zorgt voor kinderen en het huishouden
huwelijk nog steeds zakelijk → - rond 1500 erg benadrukt (huwelijkswetgeving) - veel geslachtsziektes - voorkomen armoede - veel propaganda (kerk, overheid) → omgekeerde wereld

18e + 19e Eeuw
Vrouw → moeder/huisvrouw (nieuwe positie) ↓ op voetstuk geplaatst → mannen zien vrouw als moeder kinderen, houdt (eerst in gegoede burgerij) huishouden draaiende ↓ trouwen uit liefde
Nadeel: - geen opleiding/niet naar school - vrouwen zaten thuis → mannen belangrijker
Emancipatie: 1e golf → 1900 Suffragettes → opstand voor kiesrecht
2e golf → 1970 Dolle Mina’s → opstand voor abortus, meisjes naar school, vrouwen baan ↓ begin seksuele revolutie → - bevrijding seks voor vrouwen - vroeger vrouwen geen plezier in seks, broedmachines
20e Eeuw
Huwelijk steeds meer gebaseerd op liefde
Mannen/vrouwen nog steeds niet gelijk
Emancipatie → relatie tussen mannen en vrouwen veel moeilijker → mannen verplicht ‘inleveren’ macht, extra taken doen, kinderen opvoeden, niet meer de ‘man des huizes’ → vrouwen eisen ook veel meer op emotioneel gebied (hartstocht, liefde, praten over problemen) Mannen hebben moeite met het meegroeien met de emancipatie
Hogere eisen aan huwelijk/liefde → vaker mislukken relaties/huwelijken

REACTIES

S.

S.

hee!

Ik had eventjes een vraagje...waarvan is dit een samenvatting?

Groet sytske

20 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.