Functies inleiding:
-Belangstelling wekken
-Aanleiding geven
-Opbouw aangeven
-Welwillend stemmen
-Onderwerp introduceren
Slot
-Samenvattend: informatieve tekst , uiteenzetting , beschouwing
-Concluderend: Activerende tekst , betoog
Verbanden
-Tegenstellend verband doch,echter,integendeel
-Opsommend verband ook,niet alleen, maar ook , nog
*-Oorzakelijk en redegevend verband daarom,doordat,zodat
-Uitleggend verband met andere woorden,bijvoorbeeld
-Voorwaardelijk verband mits,als , indien
-Vergelijkend verband zoals,hetzelfde,eenzelfde geval
*Reden is wat je zelf kiest, oorzaak kan men niets aan doen
Betrouwbare informatie
-Wat is het tekstdoel
-Wie is de schrijver
-Wat is de bron
-Hoe is de presentatie
-Hoe is de argumentatie
Eisen samenvatting
-Alleen de hoofdzaken uit de tekst
-Samenvatting is representatief voor de tekst
-Strekking van de tekst juist weergeven
-Prettig leesbaar
-20% van de originele tekst
Weglaten in een samenvatting
-Details
- (teveel) voorbeelden
- Anekdotes
-Uitweiding
-Herhalingen
Voornaamwoordelijke aanduidingen
Het = zijn
-Alle verkleinwoorden zijn het woorden
-Abstracte de woorden zijn ze/haar ( regering)
-Hun kan nooit onderwerp zijn
Opbouw logische redenering
-Algemene redenering
-Concreet voorbeeld
-Conclusie
Tekststructuren
*Voordelen-en-nadelen structuur
Hoofdvraag: Wat zijn de voor- en nadelen?
*Geen conclusie: Beschouwing / uiteenzetting
*Wel conclusie : betoog
*Vroeger-nu-structuur
Hoofdvraag: Wat is er veranderd?
*Alleen over de verandering: uiteenzetting
*Over verschillende manieren: beschouwing
*Duidelijke mening: betoog
*Probleem-en-oplossing structuur
Hoofdvraag: Op welke manier kan het probleem worden opgelost?
* Beste oplossing: Betoog
*Verschijnsel-en-verklaring structuur
Hoofdvraag: Welke verklaringen zijn er voor dit verschijnsel te geven?
*Alleen verklaring: beschouwing/ uiteenzetting
* Beste verklaring: betoog
Bewering-en-argumenten structuur
Hoofdvraag: Waarom….is waar?
*Altijd betoog
Veschijnsel-en-besprekings structuur
*Altijd uiteenzetting of beschouwing
Soorten argumenten ( bij beoordelen van tekst)
-Structurele argumenten ( over de opbouw)
-Vernieuwingsargumenten ( originaliteit)
-Realistische argumenten ( werkelijkheidsgehalte)
-Intentionele argumenten ( over de intentie van de schrijver)
-Emotionele argumenten ( gevoelens van de lezer,bv het is een spannend boek)
-Stilistische argumenten ( stijl)
Soorten argumenten ( bij zelf schrijven van een tekst)
- Voorbeeld
- Feit
- Empirisch ( ervaringsfeit)
- Beroep op autoriteit
- Vergelijking
- Moreel
- Emotioneel
Recensie
- zakelijke gegevens
- gegevens over de inhoud
- oordeel en argumenten
Foutieve argumenten
-Persoonlijke kritiek
-beroep op algemeen verschijnsel
-generalisering
-dreigement
-bluffen
-cirkelredenering
Redeneerfouten (drogredenen)
- Ontduiken bewijslast
- Persoonlijke aanval
- Vertekenen van het standpunt
- Overhaaste generalisering
-Zoveel mogelijk aaneen schrijven: * Zelfstandig naamwoorden
( sciencefiction)
*Drieledige samenstellingen
( langetermijnplanning)
*Bijvoeglijke naamwoorden
( kogelvrij)
*Werkwoorden
( achteruitgaan)
*Telwoorden
( achttienduizend)
Uitzondering: tot stand komen , in werking treden , zich zorgen maken , ervandoor gaan , trompet spelen, los schrijven, van te voren , linker speelhelft.
Het liggend streepje
- Bij twee gelijke klinkers ( na-apen)
- Bij verkeerd lezen ( mede-inzittende)
- Tussen twee gelijkwaardige delen ( minister-president)
- Eerste deel 2 woorden met hoofdletter (Rode-Kruispost)
- Samengestelde aardrijkskundige namen ( Rotterdam-Zuid )
- Samenstellingen met eigen naam ( Miele-wasdroger)
- Samenstellingen met privé ,pro,ex,non,quasi,loco,semi,vice en oud.( oud-leerling)
Anti alleen als het tweede deel met een hoofdletter begint. ( anti-Russisch, antiastmamiddel)
- Sommige twee liggende streepjes: doe-het-zelfzaak , glas-in-loodraam , peper-en-zoutstel
Het trema
- Geeft aan waar de nieuwe lettergreep begint ( opgeëist)
- ( meervoud) klemtoon valt niet op de laatste lettergreep. ( orchideeën)
- Bij iee en ii geen trema ( commercieel)
- Samengestelde telwoorden ( drieënzestig)
Hoofdletters
- A’k namen en afgeleide daarvan
- Namen van instellingen, diensten, bladen enz.( Europese Unie)
- Merknamen en samenstellingen met eigen naam ( een Ferrari )
• Niet bij namen zoals spa rood , een kilo edammer, airbus , rontgenstraling en daltonsysteem
- Bepaalde afkortingen ( AOW,IQ,BTW,WAO’er,CAO-loon)
- Namen van boeken,films, rapporten,programma’s enz.( het rapport’Grenzen aan de groei)
Kleine letters
- Woorden die zijn afgeleid van feestdagen ( kerstavond)
- Namen voor geloven en aanhangers ( christendom)
- Afgekorte wetenschappelijke titels ( ir, drs)
De apostrof
- Meervoud van woorden die op a,i,y,u,o eindigen.alleen bij de e dus niet.( baby’s)
- Afkortingen en letters (pc’s) ( niet als er geen leesproblemen ontstaan: shampoos)
- Na een achtervoegsel staat een apostrof ( PvdA’er , hbo’er )
- Bezitsrelaties wanneer het woord eindigt op a,i,o,u,y .( Theo’s vader ) tenzij verkeerd lezen uitgesloten is ( Jeffreys kamer)
- Altijd bij bezitsrelaties die op een sisklank eindigen ( Frits’ eigenwijsheid)
Lettergrepen
- Het afgebroken deel mag niet uit slechts 1 letter bestaan
- Bij verkleinwoorden schrijven we de vorm van het niet-verkleinde woord
( dineetje , diner-tje , opaatje , opa-tje)
Woorden Blok 3
- Geflatteerd ten gunste voorgesteld
- Globaal in grote lijnen
- Hiërarchie rangvolging
- humanitaire menslievende
- hypocriet schijnheilig
- ideologie stelsel van gedachten en ideeën
- impuls prikkel , stimulans
- infrastructuur geheel van autowegen,vaarwegen,spoorwegen,vliegvelden enz.
- innoveren vernieuwen
- integratie eenwording
- interactie wisselwerking
- internaliseren zich eigen maken
- intimideren bang maken
- interpreteren uitleggen
- latent verborgen
- legitiem rechtmatig
- lobbyen druk uitoefenen op degene die een beslissing moet maken
- marginaal straatarm
- metamorfose gedaanteverwisseling
- modaal het meest voorkomend
- moraliseren beleren
- narcistische zeer met zichzelf ingenomen zijnde
- nihil niets
- opinie ( naar de ) mening
- orthodoxe streng van leer
- paradox tegenstelling die aanvankelijk niet lijkt te kloppen
- pedagogisch opvoedkundig verantwoord
- periodieke regelmatig terugkerend
- perspectief vooruitzicht
- postuum na de dood
- potentiële mogelijke
- pragmatische uitgegaan van de gegeven feiten, mogelijkheden
- pretenderen beweren
- preventieve bedoeld ter voorkoming
- prioriteit voorrang
- privatiseren laten uitvoeren van overheidstaken door particulieren’
- prognose voorspelling
- geprolongeerd langer vertoond dan aangekondigd
- protectionisme maatregelen ter bescherming van de economie van een land- - -
- provoceren uitdagen
- stereotiepe vaste, onveranderlijke
- stigmatiseren onaangenaam etiket opgeplakt krijgen
- universeel in alle gevallen passend
REACTIES
1 seconde geleden