H29

Beoordeling 8.5
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 6e klas vwo | 292 woorden
  • 17 oktober 2011
  • 8 keer beoordeeld
Cijfer 8.5
8 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak
Methode
ADVERTENTIE
Examenstress? Niet met Examenbundel!

Over minder dan drie weken zit je jouw examens te maken. Slaat de examenstress toe? Sla nog snel Examenbundel, Samengevat en Examenbuddy in voor je probleemvakken en own je examens! Jij. Kunt. Dit.

Ik wil slagen

H29 (zeer belangrijk om voorbeelden door te nemen!)

Berekening van de kostprijs en de verkoopprijs bij de primitieve opslagmethode (29.1)

- Massaproductie -> onderscheid constante en variabele kosten

- Stukproductie -> onderscheid directe en indirecte kosten

- Stukproductie = als ondernemer rekening houdt met individuele wensen van de opdrachtgever

- Directe kosten = rechtstreeks verband tussen kosten en het product (bv. Grondstof)

- Indirecte kosten = in kostprijs via een opslag(percentage) (bv. Transportkosten)

- Twee methoden voor berekening indirecte kosten: (tweede in volgende paragraaf)

o Primitieve opslagmethode (enkelvoudige opslagmethode) -> indirecte kosten d.m.v. één opslagpercentage toegerekend aan de directe kosten -> toegerekend d.m.v. opslag directe loonkosten, óf opslag grondstofkosten, óf opslag totale directe kosten

o Nadeel: er zijn drie manieren mogelijk

- Kanttekeningen primitieve opslagmethode: niet accuraat (voorbeelden; zie boek 2A blz. 67)

Berekening van de kostprijs en de verkoopprijs bij de verfijnde opslagmethode (29.2)

- Indirecte kosten niet d.m.v. één opslag, maar d.m.v. meerdere (en dus accurater)

- Indirecte kosten te verdelen in drie groepen: een deel m.b.t. de loonkosten, een deel mb.t. de grondstofkosten, een deel m.b.t. de totale kosten

- Wel verschillende opslagpercentage, maar één kostprijs!

- Voor schema van berekening, zie boek 2A blz. 72

Terugrekenvraagstukken bij heterogene productie (29.3)

- Puur voorbeelden, zie boek 2A blz. 73

Berekening, controle en analyse van het nacalculatorische bedrijfsresultaat (29.4)

- Nacalculatorische bedrijfsresultaat = gerealiseerde verkoopresultaat +- gerealiseerde budgetresultaat

- Nacalculatorische bedrijfsresultaat = gerealiseerde omzet – werkelijke directe en indirecte kosten

- Budgetresultaat (vergelijking toegestane kosten met werkelijke kosten) = resultaat op directe materiaalkosten + resultaat op directe loonkosten + resultaat op indirecte kosten

- Voor schema van berekening, zie boek 2A blz. 79

Beleidsbeslissingen (29.5)

- Uiteenzetting van een winst-en-verliesrekening -> wanneer welke beslissing nemen?

- Zie boek 2A blz. 80 -> een keertje doorlezen moet voldoende zijn

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.