In de Nederlandse samenleving maken we onderscheid tussen vier terreinen, waarmee je dagelijks te maken hebt. De vier terreinen zijn:
- Nederland als rechtstaat.
Hoe ver mag de overheid gaan om de rechtsorde te handhaven en de veiligheid te garanderen? Hoe ver mag de overheid gaan in het handhaven van de rechtsorde, als het recht op privacy dreigt te worden aangetast?
- De Nederlandse parlementaire democratie.
Op welke manier kan Nederland volgens jou het beste geregeerd worden?
- De pluriforme samenleving.
Veelvormig. Dat betekent dat er mensen wonen met heel verschillende levenswijzen en verschillende normen en waarden, en soms van verschillende etnische herkomst. In dit thema kijken we hoe we in Nederland omgaan met al die cultuurverschillen
- De Nederlandse verzorgingsstaat.
In een verzorgingsstaat zijn er uitkeringen voor mensen die door een ziekte, ouderdom of werkeloosheid geen eigen inkomen hebben. Het samenspel tussen de overheid, werkgevers en werknemers vormt de rode draad, waarbij gekeken wordt wie welke verantwoordelijkheid heeft. Wanneer moeten mensen volgens jou hun problemen zelf oplossen en wanneer moet de overheid helpen?
Je spreekt van een maatschappelijk probleem als:
1. Het probleem gevolgen heeft voor grote groepen in de samenleving. Bijvoorbeeld de drugsproblematiek, het fileprobleem of de toenemende agressie zijn zaken waar grote groepen mensen bij betrokken zijn.
2. Het probleem alleen gemeenschappelijk kan worden opgelost, waardoor de overheid zich moet bezighouden met de oplossing van het probleem. Om zo’n probleem op te lossen zijn er vaak nieuwe regels en wetten nodig of aanpassing van bestaande regels.
3. Het probleem te maken heeft met tegenstellingen.
Bij het zoeken naar oplossingen voor een maatschappelijk probleem moeten er altijd tegengestelde belangen en tegengestelde normen en waarden tegen elkaar worden afgewogen.
Duidelijke tegenstellingen bestaan tussen mensen met verschillende:
- Politieke visies. Bijvoorbeeld; om het fileprobleem op te lossen willen automobilisten graag meer en bredere wegen, maar milieuactivisten willen juist goedkoper openbaar vervoer
- Geloofs- of levensovertuigingen. Gelovigen willen dat abortus verboden wordt, minder of niet gelovigen hebben er minder moeite mee.
- Sociaaleconomische posities. Een werkgever wil liever zo min mogelijk premies betalen, terwijl iemand zonder werk belang heeft bij een goede uitkering.
Tussenoplossing = compromis.
Een waarde is een uitgangspunt of principe dat mensen belangrijk en nastrevenswaardig vinden. Een norm is een gevolg van een waarde. Als je veel waarde hecht aan eerlijkheid (waarde) volgt daaruit dat je niet steelt en dat je van anderen verwacht dat ze niet stelen(norm). Normen zijn dus opvattingen over hoe je op grond van een bepaalde waarde behoort te gedragen.
Een norm is dus een sociale verplichting. Waarden die op een concreet niveau liggen en die je heel graag wilt verwezenlijken, noemen we ook wel idealen.
Macht kun je omschrijven als; het vermogen om het gedrag van anderen te beïnvloeden.
Gezag is een vorm van macht die officieel is vastgelegd, ook wel formele macht genoemd.
Invloed is informele macht. Mensen kunnen alleen macht uitoefenen als ze machtsbronnen hebben zoals geld, een bepaalde functie of beroep, kennis, overtuigingskracht, aanzien, geweld en aantal.
De samenleving veranderd voortdurend. Daarom zijn normen, waarden, belangen en macht geen statische begrippen. Ze kunnen verschillen per:
- Plaats, zo is gastvrijheid in oosterse culturen als waarde belangrijker dan in NL.
- Tijd, Mensen in NL hebben tegenwoordig geen belang meer bij het krijgen van veel kinderen. Vroeger was dat wel zo; toen kreeg je kinderen zodat ze later voor jou konden zorgen.
- Groep, Rechts-radicale jongeren zetten zich af tegen de Multi-etnische samenleving en komen in hun ogen op voor het eigen volk. Meer internationaal georiënteerde jongeren beschouwen culturele uitwisseling juist als een verrijking voor NL.
Als veel mensen rekening houden met wat anderen vinden en de manier waarop ze leven, ontstaat er meer sociale cohesie. Met dit begrip bedoelen we dat mensen het gevoel hebben bij elkaar te horen (pluriforme samenleving).
Rechtsnormen zijn gedragsregels die door de overheid wettelijk zijn vastgelegd. Maatschappelijke normen komen voort uit het geloof, tradities en gewoonten.
Publiekrecht:
Het publiekrecht regelt de inrichting van de staat en de relatie tussen burgers en de overheid. Dit wordt onderverdeeld in:
- Het staatsrecht; hierin staan de regels voor de inrichting van de Nederlandse staat.
- Het bestuursrecht; hierin staat de verhouding tussen burger en overheid centraal. Tot het bestuursrecht behoren verder de ruimtelijke ordening en het belastingsrecht. Maar het bevat ook allerlei bepalingen die je beschermen tegen de overheid.
- Het strafrecht; dit is het meest bekend en bestaat uit alle wettelijke strafbepalingen.
Privaatrecht:
Het privaatrecht of burgerlijk recht regelt de betrekking tussen burgers onderling. Tot het privaatrecht behoren:
- Het personen- en familierecht, dat zaken regelt als het sluiten van een huwelijk, echtscheiding, geboorte, overlijden en adopteren van kinderen.
- Het ondernemingsrecht, dat bijvoorbeeld de voorwaarden regelt waaronder je een stichting, vereniging of bv kan oprichten. Stichting en vereniging als doel geen winst maken, bv wel.
- Het vermogensrecht, dat alle zaken regelt die te maken hebben met iemands vermogen en in geld zijn uit te drukken. Hiermee krijg je dus te maken als je een overeenkomst sluit.
1983 -> sociale grondrechten werden in de grondwet opgenomen zoals de plicht van de overheid actief te streven naar goede gezondheidszorg en een inkomen voor iedereen. Vanaf dat moment kun je Nederland een sociale rechtstaat noemen.
Bescherming tegen de macht van de overheid plus de wens van de burgers om gelijk te worden behandeld en in vrijheid te kunnen leven zijn de uitgangspunten van de rechtsstaat.
Deze zijn uitgewerkt in de volgende grondbeginselen:
- Er is sprake van een machtenscheiding (trias politica)
- De rechters zijn neutraal en onafhankelijk
- Grondrechten zijn wettelijk vastgelegd
- De wet bepaalt wanneer je strafbaar bent
In Nederland geldt de volgende machtsverdeling:
- De wetgevende macht stelt wetten vast waar de burgers (en de overheid) zich aan moeten houden, zoals bijvoorbeeld de leerplicht. In Nederland is dit een taak van de regering en het parlement samen, waarbij meestal de ministers met de wetsvoorstellen koen en het parlement het eindoordeel geeft.
- De uitvoerende macht zorgt ervoor dat eenmaal goedgekeurde wetten ook precies worden uitgevoerd. Hiervoor is in ons land de regering verantwoordelijk.
- De rechtelijke macht beoordeelt of mensen, maar ook rechtspersonen of de overheid wetten hebben overtreden en doet uitspraak in conflicten. Deze macht is exclusief in handen van onafhankelijke rechters die voor het leven benoemd zijn en de bevoegdheid hebben om iemand te bestraffen.
Het belangrijkste van de trias politica is dat de machten elkaar controleren.
Bij sociale grondrechten geldt er een zorgplicht voor de overheid. De overheid moet bijvoorbeeld haar best doen om zo veel mogelijk banen te creëren, maar je kunt niet naar de rechter stappen en een baan eisen.
Blz 34 even lezen; onafhankelijke rechters en grondrechten.
Ne bis in idem-regel. Na de uitspraak van een rechter kun je niet voor een tweede keer veroordeeld worden vervolgd. Als je bent vrijgesproken van een moord en jaren later is er nieuw DNA- bewijs, dan hoef je toch niet opnieuw voor de rechter te komen.
De rechtsstaat staat al jaren in discussie vanwege een aantal redenen;
- Er is regelmatig een roep om zwaardere straffen.
- De georganiseerde misdaad vraagt om een betere aanpak.
- We hebben te maken met een wereldwijde terreurdreiging.
- Grondrechten kunnen botsen en staan soms ter discussie.
Wet BOB
De wet bijzondere opsporingsbevoegdheden. Deze wet geeft de politie onder voorwaarden de bevoegdheid tot inkijkoperaties, waarbij de politie inbreek om te kijken of er ergens mogelijk bewijsmateriaal aanwezig is. Ook is de politie bevoegd om te infiltreren. In misdaadorganisaties, waarbij de opsporingsagenten - om geloofwaardig te lijken - soms iets mogen doen dat normaal gesproken strafbaar is. Gevaar is dat er misbruik van gemaakt kan worden.
Misdrijven = meer ernstige strafbare feiten
Overtredingen= minder ernstige strafbare feiten
Een rechtszaak in 7 stappen :
Voor het begin van elke terechtzitting krijgt de verdachte een oproep of dagvaarding. Hierin staat dat je ervan verdacht wordt dat je op een bepaald moment, op een bepaalde plaats een bepaald delict hebt begaan. Er staat ook in waar en op welk tijdstip de zitting plaatsvind.
1. Opening. Rechter controleert de persoonsgegevens van verdachte.
2. Tenlastelegging of aanklacht. De officier leest de aanklacht voor, die een toelichting is op hetgeen er in de dagvaarding staat.
3. Onderzoek. De rechter begint nu aan het eigenlijke onderzoek. Begint met ondervraging van de verdachte door de rechter, officier en zijn eigen advocaat. Verdachte niet onder ede dus hoeft niet de waarheid te spreken. Deskundigen of getuigen kunnen worden ondervraagd, staan wel onder ede dus moeten de waarheid spreken. De rechter kijkt naar persoonlijke omstandigheden en of hij strafblad heeft.
4. Requisitoir. Door officier. hij probeert in dit verhaal aan te tonen dat de verdachte schuldig is en vraagt om een bepaalde straf aan de rechter, de eis.
5. Pleidooi. Door advocaat. Hij verdedigt verdachte.
6. Laatste woord. Verdachte heeft altijd laatste woord. Kan spijt betuigen, onschuld benadrukken of aangeven hoeveel schade hij zal ondervinden van een eventuele straf.
7. Vonnis. Nadat de rechter onderzoek heeft afgesloten doet hij uitspraak. kantonrechter en politierechter doet dit meteen bij de meervoudige kamer na 2 weken.
Als de officier en de politie klaar zijn met het opsporingsonderzoek, heeft de officier drie mogelijkheden: seponeren, schikken of vervolgen.
Seponeren = afzien van verdere rechtsvervolging.
Schikken = voortijdige afdoening taakstraf in plaats van geldboete of voor de rechter verschijnen.
Vervolgen = het sturen van het dossier naar de rechtbank.
4 soorten straffen in ons land:
1. vrijheidsstraf van 1 jaar bij lichte tot levenslang bij zware misdrijven.
2. taakstraf vanwege opvoedende karakter. ter vervanging van 6 maanden gevangenis.
3. geldboete maximum 220 voor lichte overtredingen en baldadigheid tot 440.000 voor zware misdrijven als oplichting of fraude. Als je de boete niet betaald moet je voor elke 50 euro een dag vervangende hechtenis (= gevangenisstraf) uitzitten.
4. bijkomende straffen in combinatie met andere straffen. Rijbevoegdheid ontzegt enz.
voorwaardelijke straf = dat de dader die straf niet krijgt, onder voorwaarde dat hij binnen een bepaalde proeftijd niet een soortgelijke strafbaar feit begaat. Doet hij dit wel, dan moet hij voorwaardelijke straf uitzitten plus een nieuwe straf.
Behalve straf ook een strafrechtelijke maatregel:
- terbeschikkingstelling (tbs). vooral gebruikt wanneer iemand ten tijde van het misdrijf niet of verminderd toerekeningsvatbaar is. (psychisch niet in orde)
- onttrekking van verkeer. van in beslag genomen goederen zoals wapens en drugs.
- ontneming van wederrechterlijk (= in strijd met de wet) voordeel. Bedoeld om de veroordeelde zijn winst af te nemen die hij met misdrijven heeft gemaakt.
- schadevergoeding aan het slachtoffer. Bijvoorbeeld vergoeding vooreen kapotte ruit, doktersrekening, smarten geld enz.
Na het vonnis van de rechtbank kunnen zowel de veroordeelde als de officier in hoger beroep. alle misdrijven gaan in hoger beroep naar het gerechtshof. In eerste instantie door kantonrechter en in hoger beroep bij meervoudige kamer. -> Strafzaak wordt nog eens helemaal overgedaan. Daarna mogelijkheid om in cassatie te gaan bij de Hoge Raad, die uitsluitend nagaat of het recht juist is toegepast.
Kinderen onder twaalf jaar strafrechtelijk niet aansprakelijk voor daden maar kunnen wel te maken krijgen met Kinderbescherming. Tussen twaalf en achttien jaar is het jeugdstrafrecht.
Lichte misdrijven zoals diefstal en vernieling naar haltbureau.
Zwaardere misdrijven naar kinderrechter en misschien naar jeugdgevangenis.
bij ernstige persoonlijke stoornissen naar behandelcentrum.
Gevoelens voor onveiligheid hebben vooral te maken met de angst voor geweld. Dit komt door de enorm veel aandacht door media. En door de cijfers van politie en CBS.
Statistieken hebben niet altijd gelijk omdat:
we ervan uitgaan de dader toch niet gepakt wordt. (bij zakkenrollerij of vernieling)
mensen durven geen aangifte te doen. (bij huiselijk geweld of incest)
Sommige delicten worden niet ontdekt. ( vaak geen slachtoffer voor aangifte te doen)
Maatschappelijke oorzaken voor geweld:
Alcohol- en drugsgebruik. Veel misdrijven wordt gepleegd onder invloed van alcohol.
Pakkans. De gemiddelde pakkans is vrij laag.
Minder sociale controle. Vooral in steden leven mensen langs elkaar en letten niet op elkaar.
Maatschappelijke achterstand. Mensen zonder afgemaakte schoolopleiding enz.
Betere beveiliging. De strengere beveiliging van banken geldauto’s enz. heeft geleid tot meer overvallen op gewone winkels en mensen op straat.
Over persoonlijke factoren zijn een aantal theorieën:
Biologische theorie -> Lombroso.
Bindingstheorie -> Hirschi
Aangeleerd-gedragtheorie -> Sutherland
Persoonlijkheidstheorie -> Sigmund Freud
Anomietheorie -> Merton
Twee soorten maatregelen tegen criminaliteit = tweesporenbeleid:
Preventieve maatregelen: bedoeld om crimineel gedrag te voorkomen.
Repressieve maatregelen: straffen dien a het criminele gedrag worden opgelegd.
Mensen plegen minder snel strafbare feiten als ze in de gaten worden gehouden. Versterking van de sociale controle is een goed voorbeeld van een preventieve maatregel, de pakkans wordt vergroot.
Rechtstaat
6.8- Samenvatting door een scholier
- 4e klas havo | 2048 woorden
- 3 februari 2009
- 11 keer beoordeeld
6.8
11
keer beoordeeld
Bewaar of download dit verslag!
Om dit verslag toe te voegen aan je persoonlijke leeslijsten of te downloaden moet je geregisteerd zijn bij Scholieren.com.
27.714 scholieren gingen je al voor!
Ook lezen of kijken
Nuno en Arwa over de nieuwe bachelor ST&I: 'De perfecte combinatie'
Jongeren over fake news: 'Ik heb hem nog gewaarschuwd'
Hoe is het om een zusje met het Downsyndroom te hebben?
REACTIES
1 seconde geleden