Realisme * 1840 - 1875
Bekende mensen: - Jean Francois Millet - Courbet
Kenmerken: * Als onderwerpen de gewone mens en zijn omgeving * Aandacht voor sociale omstandigheden * De werkende mens
Beeldhouwkunst: - Qua afwerking niet gepolijst. Het lijkt geboetseerd, daardoor krijg je sterkere licht/schaduwwerking.
Bouwkunst:
1) Constructiebouw => laten zien hoe het wordt gemaakt, d.m.v. moeren, bouten en stalen binten
i.t.t. de neostijlen
2)Qua constructie staalconstructie, meestal in torens of bruggen
BV: Gustaf Eiffel => Eiffeltoren
3) Gebruik van stalen binten en glas
BV Kristal Pallos => expositieruimten
Art and crafts = kunst en ambacht beweging
realisme = verbeelding van de werkelijkheid
· Mens staat in het middelpunt van de belangstelling
· Veel aandacht voor het werken en wonen van arbeiders, wordt afgebeeld als iemand die trots moet zijn op zijn prestatie.
· Alles is zo realistisch mogelijk!!!!
Architectuur:
· Veel bouw met glas en ijzer
· Het ijzer werd gecamoufleerd achter neonstijlen en het glas moest hoog en groot zodat er veel licht naar binnen kon komen.
· Later werden er veel ijzer en staalconstructies toegepast.
Vormgeving:
· IJzer en staalconstructies werden verborgen achter massief aandoende bouwsels van baksteen. Het gemaal lijkt meer op een functioneel gebouw. Pas na enkele decennia zou ook in Nederland het realisme in de architectuur meer weerklank vinden.
Schilderkunst:
· Gewone mensen en omgeving. (dagelijks leven)
· Veel aandacht voor de sociale omstandigheden van de werkende mens.
· De kleuren werden helderder dan in de romantiek.
· Eenvoudige composities
· De schilders trok het ook om de natuur in de directe waarneming vast te leggen.
Impressionisme *1870-1910 Impressionisme (licht gevangen in een toets van kleur) Impressionisme = de omwenteling van oude naar moderne kunst
Wereld op twee manieren weergeven: objectief en subjectief
Kenmerken impressionisme:
- kwam voor in schilderkunst, minder in beeldhouwkunst niet in bouwkunst - reactie op academisme (heel precies schilderen) - snelle indruk in beeld brengen, invloed fotografie, toevallige composities, afsnijdingen - vormen en contouren vaag, vloeien in elkaar over - lichtval en zuivere kleuren (geen zwart) erg belangrijk, vorm minder belangrijk - plein-air schilderen (in de buitenlucht), grote penseel streken - aquarelverf, krijt als materiaal - natuur vaak als onderwerp - persoonlijke interpretatie aan werkelijkheid - bestuderen invloed van licht en kleur in momentopname - Manet, Monet, Dégas, Renoir, Pisarro bekende impressionistische schilders - Schetsmatige afwerking in beeldhouwkunst, levendig spel licht en schaduw - Rodin bekende impressionistische beeldhouwer
Schilderkunst - alledaagse dingen (directe omgeving) - kijken, waarnemen - momentweergave - snelle manier van schilderen (weinig details) - buiten schilderen (plein-air)
Beeldhouwkunst - vluchtige weergave - momentweergave
De stijl van het impressionisme wordt bepaald door de volgende aspecten: · Een voorwerp kaatst de lichtstralen terug · Door de reflecties moest je verf snel opbrengen · Er is geen aandacht voor details en lineair perspectief
De kenmerken van impressionisme zijn:
-veel figuren -veel olieverf op doek -vaak 1 ding op de voorgrond -ruw en onprecies -korte penseelstreken -veel tegenstelling donker en licht -kleurgebruik past zich aan, aan de stemming van het schilderij
Van Gogh schilderde aan het begin van zijn “impressionisme tijdperk” in Parijs vooral zijn eigen buurt. De kleurencombinaties die hij in zijn schilderijen verwerkte probeerde hij eerst uit met verschillende kleuren karton naast elkaar of bolletjes wol. De meeste impressionisten gebruikten kleuren naast elkaar en maakte hun schilderijen heel precies. Van Gogh was veel te ongedurig voor de stippen werden al gauw strepen. Zijn leermeester was de oude schilder Bizarro, van Gogh heeft Bizarro als het ware “nagedaan”. Van Gogh’s vrienden waren de schilders: Gaugain, Bizarro, Cezanne en de 18-jarige Bernard. Impressionisme is ontstaan omdat de “gewone” schilder het snelle schilderwerk een impressie noemden. De impressionisten schilderden eigenlijk de realiteit op een andere manier. Er werden geen kleuren gemengd maar naast elkaar zodat je iedere keer een ander effect kreeg. Je kan ook goed zien welke tijd van de dag het is, ondanks de schilderijen vaak ruw en “onaf” zijn vormgegeven.
* Fotografie => leidt tot afsnijding en een minder geposeerd beeld. * Uitvinding van de tubetjes verf => mengen kon nu op het doek en ook buiten het atelier.
Belangrijke mensen: - Eduard Manet - Claude Monet => impressionistisch gebleven - August Rodin (= beeldhouder) - Dégas - Renoir - Pisarro
1) Werking licht/ sfeer schilderen, met name buiten.
2) Snelle directe schildertechniek (losse toetsen)
3) Toevallige compositie en abrupte afsnijdingen => door de fotografie
4) Allerdaagse onderwerpen
5) Schaduw vult aanvullende, contrasterende KLEUR ( dus geen zwart)
Vanuit Nederland minder kleurrijk en vrolijk => vanwege het weer
2 Scholen: A) Haagse school:de 2e generatie hiervan is expressionistisch te noemen
B) Amsterdamse school Breitner (maakte gebruik van z’n eigen foto’s)
Baanbrekers => van impressionisme naar nieuwe: - Paul Cézanne => naar kubisme - Vincent van Gogh => naar expressionisme - Paul Gouguin => via symbolisme naar fauvisme - Henri de Toulouse => naar Jugendstil
Neo-Impressionisme
1880
Neo-impressionisme= toepassing van kleur op wetenschappelijke basis
· Als reactie op het impressionisme worden de kleuren veel fijner.
· Men ontdekt dat d.m.v. primaire kleuren op afstand de kleuren mengen in het oog.
· Pointillisme = stippeltechniek van primaire kleuren naast elkaar.
· Het weergeven van vluchtige momenten was geen sprake meer want pointillisme vergde heel veel tijd.
· Overgang tussen licht en schaduw is verdoezeld.
· Heldere kleuren
· Abrupte afsnijdingen
”
Schilderkunst
- pointillisme (= stippeltechniek)
- divisionisme (= ontleden van samengestelde kleuren in primaire kleuren)
- rustige en evenwichtige compositie
- grote aandacht voor vorm en diepere betekenis
- geen zwart
- invloed van Afrikaanse kunst
Post-impressionisme
1880-1900
· Is reactie op het impressionisme.
· Kunstenaar zocht voortdurend naar een gelijkmatige ordening van de vormen op het doek. Daarom maakte hij sommige vormen wat langer om zo een beter evenwicht te krijgen in de compositie.
· Kunstenaar zocht evenwicht tussen koele en warme tinten
· Helder en fel kleurgebruik, ongemengd en niet realistisch.
· Het is belangrijk hoe je de verf op het doek aanbrengt.
· Niet de werkelijkheid, maar innerlijke belevingen werden uitgedrukt
· Contouren werden flink aangezet, grove hanteringwijze
Aandacht voor het weergeven van gevoelens en gedachten d.m.v. onder andere primitieve weergaven
De samenvatting gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
1 seconde geleden
T.
T.
Wow! dit een handige samenvatting voor me examen kunstGS morgen! :) precies wat ik zocht!
hartstikke fijn!
fijn dat er mensen zijn die delen!:P
19 jaar geleden
AntwoordenN.
N.
Woow. Voor degene dit dit erop heeft gezet, dankuu. Ik moet zon k*twerkstuk maken voor Kunst en dit is precies wat ik zocht! Danjewel..
14 jaar geleden
AntwoordenC.
C.
supr handig
13 jaar geleden
AntwoordenM.
M.
Dit helpt wel bij het leren van mijn examen! Dankjewel!
13 jaar geleden
AntwoordenL.
L.
Super handig! thx
12 jaar geleden
AntwoordenL.
L.
heel handig voor t eindexamen!
12 jaar geleden
AntwoordenR.
R.
Super handig !
12 jaar geleden
AntwoordenS.
S.
Bedankt. Ook handig op het HBO. Maar dit zijn niet alle stijlen. Op de Havo kreeg ik namenlijk ook de Romantiek en Neo-Classisisme. Die staan hier niet tussen en kunnen wel op je examen komen. ;)
11 jaar geleden
AntwoordenL.
L.
echt super handig dankjewel erg goed hulpmiddel voor mijn verslag over de kunstgeschiedenis
9 jaar geleden
Antwoorden