Hoofdstuk 2

1e fase(mei’40-begin’41):wederzijdse welwillendheid
Duitse bezetters in NL hadden bij hun bestuur 2 doeleinden:
1. NL inschakelen bij de Duitse oorlogsvoering
• Duitse leger
• Duitse oorlogsindustrie
• Landbouw en industrieproducten leveren aan Duitsland.
2. Nazificate: Nederlandse bevolking winnen voor het nationaal-socialisme.
Politieke vernieuwing (1940-1941)
- enthousiasme: ontevredenheid want:
- Politieke leiders niet in staat economische crisis te overwinnen.
- Twijfel aan waarde van parlementaire democratie.
- Er moest worden samengewerkt met de bezetter.
- Kleine groep pro-nazi (bood weinig verzet)
2e fase(begin ’41-voorjaar’43):groeiende anti-Duitse stemming en
1941: toenemende dwang
• Nationaalsocialistische propaganda sloeg niet aan bij NL bevolking.
• NL moest een grotere bijdrage leveren aan oorlogsvoering.
Juni 1941: Duitsland viel de SU binnen.
Dec 1941: Duitsland oorlog met VS.
3e fase(voorjaar’43-zomer/herfst’44): Groeiend aantal conflicten tussen bevolking en bezetter.
1944: Duitse vraag naar NL arbeiders > aantal vrijwilligers.
Vrijgelaten krijgsgevangenen weer opgeroepen.
April-mei stakingen
Soldaten moed om te verzetten
Executieanti-Duitse stemming nam toeGroeiend aantal illegale organisaties (onderduikers, illegale pers, spionage, sabotage- knokploegen) harde maatregelenirritaties bij volk.
Oorlogsvoering op 1ste plaats.
4e fase(zomer/herfst’44-mei’45):totale ontregeling van de samenleving
1944: overwinning Geallieerden stond vastG bereikten zuiden van NLNL regering in Londen riep spoorwegstaking uitMarket-Garden mislukteopmars G kwam niet verder dan de rivierenZuid-NL hele winter frontgeviedveel vernielingen.
In het nog bezette deel waren razzia’s voor arbeidskrachten. Voorzieningen verdwenen door te weinig mankracht/goederen/verbindingenGeen openbaar vervoer, onderwijs, gas, elektriciteit, brandstof. Hongerwinter(15000 doden door honger&kou)
5 mei 1945: Duitse troepen gaven zich over; einde nat-soc bewind in Duitsland.
Gevolgen van de bezetting
1: Doden: Joden, militairen, burgers, terechtgestelde verzetsmensen, 5000 NL die in Duitse dienst sneuvelden in Rusland.
2: Lichamelijke klachten & psychische problemen.
3: Economische schade
4: Berechtiging mensen die met Duitsers hadden samengewerkt moeilijk (collaboratie)
5: De neutraliteitspolitiek van vóór de oorlog keerde niet meer terug.
6: NL slaagde er niet in zijn macht in NL-Indië te herstellen.
7: Door de oorlog wilden de mensen de samenleving vernieuwen:
• NL zou een meer autoritaire(strenge) regering moeten krijgen
• NL zou een meer socialistische samenleving moeten worden
• Er zou een einde gemaakt moeten worden aan de verzuiling van NL.