Hiërogliefen

Hiërogliefen werden vroeger gebruikt in het oude Egypte. Het schrift werd ook "Medu Netjer" genoemd, wat Goddelijke Woorden betekent. Hiërogliefen zijn gebruikt tot het eind van de Egyptische beschaving en later werden het Griekse en het Arabische schrift meer gebruikt. 

Waar en wanneer zijn de hiërogliefen ontstaan?

Het hiërogliefenschrift werd uitgevonden eind 4000 v.C in Mesopotamië in Oud-Egypte. Pas een paar jaar later werd het schrift ook in de rest van Egypte gebruikt. Om er bijvoorbeeld mee te handelen. Niet alle hiërogliefen waren in dezelfde tijd ontstaan. De oudste paar tekens zijn ontstaan in 3100 v.C. Na een paar jaar werden de hiërogliefen oom voor andere dingen gebruikt, bijvoorbeeld voor zegels van ambtenaren en namen vaan mensen en plaatsen.

   Wanneer en hoe is het hiërogliefenschrift ontcijferd?         

Het hiërogliefenschrift is zo'n 200 jaar geleden ontcijferd. Daarbij gebruikten ze de Steen van Rosette. Daarop stond steeds dezelfde tekst in andere talen. De steen werd in 1799 gevonden bij Rosette. Op de steen stond het hiërogliefenschrift, het latere Egyptisch schrift en het Oud-Griekse schrift. Een man uit Frankrijk, genaamd Jean-Francois Champollion kon het schrift ontcijferen omdat hij Grieks kon lezen.

     Wie konden het hiërogliefenschrift schrijven en lezen?

Alleen belangrijke mensen konden het schrift ontcijferen en lezen. Kinderen uit hoge standen leerden het hiërogliefenschrift lezen en schrijven op school. Sommigen moesten dat ook leren, want dan konden ze een belangrijke baan krijgen. Bijvoorbeeld in de politiek of in het leger. Ook mensen die met godsdienst te maken hadden, leerden het schrift ook schrijven en lezen. Bijvoorbeeld om dingen op te schrijven en te bewaren voor in de bijbel.

Welke schrijfmiddelen gebruikten de schrijvers?

De schrijvers gebruikten verschillende middelen om mee te schrijven en om op te schrijven.
Ze gebruikten bijvoorbeeld penselen, inkt met rode en blauwe kleuren, linialen en soms ook beitels. Die beitels gebruikten ze om tekeningen in klei uit te beitelen. Ze konden ook op kleitegels schrijven, en die werden na een tijdje hard. Soms tekenden ze ook op papyrus. Dat is papier gemaakt van rietstengels. 

 Hebben hiërogliefen ook andere vormen?

Er was het hiëratisch schrift, een cursieve vorm van hiërogliefen. Die werd meestal gebruikt op monumenten en papyrus. Hiëratisch was een meer makkelijke vorm van hiërogliefen die inplaats van een hele tekening bij een letter gewoon een paar penseelstreken heeft gemaakt. Daarna kwam het demotische schrift, dat ook gebruikt werd op papyrus en monumenten.

Waarom gebruiken we geen hiërogliefen meer?

Soms gebruiken we het schrift nog, maar niet echt om dingen mee op te schrijven. De hiërogliefen zijn afgeleid van een beeldschrift en sommige tekens zijn ook altijd beeldschrift gebleven. Ze konden daar niet zo goed mee werken. Ook wisten de meeste mensen op aarde niet van het schrift af dus mensen maakten hun eigen schrift en die werden het meest gebruikt.
 

Dus het hiërogliefenschrift ontstond in 4000 v.C in Mesopotamië in Oud-Egypte en werd daarna door de rest van Egypte gebruikt.  Het hiërogliefenschrift is zo'n 200 jaar geleden ontcijferd en daarbij gebruikten ze de Steen van Rosette. Alleen belangrijke mensen konden het schrift lezen, kinderen uit hoge standen leerden het schrift op school en soms moesten mensen het schrift leren voor hun baan. Om het hiërogliefenschrift te schrijven gebruikte men bijvoorbeeld penselen, inkt, linialen en beitels. Er waren 2 vormen van hiërogliefen: het demotisch en het hiëratisch.We gebruiken geen hiërogliefen meer omdat niet iedereen op de wereld er van wist en andere schriften werden meer gebruikt.