3.2 Geboren om te heersen

3.2 Geboren om te heersen

Rome is gesticht op 21 april 753 v. Christus, genoemd naar de Romulus, tweelingbroer van Remus. De tweeling zijn zonen van Rhea Silvia. Haar oom had haar vader van de troon gestoten om zelf koning te worden. Rhea is vermoord en de zonen werden in een mand in de Tiber gegooid. Ze werden grootgebracht door een wolf en daarna een herder. Zij vermoordden later hun oom, zodat hun opa opnieuw de koning kon worden.

Rome is een grote stad geworden door: 1) De Etrusken (Tussen 753 en 509 v Chr. waren er een aantal voorname Etruskische koningen) legden de bodem droog en bouwden een grote Tempel en Forum, dat zorgde voor een centrale plek voor politiek en handel 2) De gunstige ligging (Tiber oversteken en knooppunt wegen) zorgde ervoor dat het een handelscentrum werd 3) Rome had het zeldzame en dure zout als handelswaar.

Rome breidt zich steeds verder uit. 1) Ze zijn de baas in Latium en worden machtiger dan de Etrusken. 2) Veroveren Zuid-Italië van de Grieken (deze worden geholpen door Pyrrhus). 3) Oorlogen met de Carthagers (ook Puniërs genoemd) en veroveren daarmee bijna heel Spanje en een groot gebied van Noord-Afrika. Dit is het Imperium Romanum.

Arme vrijwilligers werden soldaat in de hoop daar rijk van te worden. Hierdoor was er minder personeel op de boerderijen. De boeren trokken naar Rome. De boerderijen werden opgekocht door rijken (uit oorlog of handel) en zetten slaven aan het werk uit de oorlogsgebieden.

Onder aanvoering van Julius Caeser wordt Galië (Frankrijk en België) veroverd (58-5- v. Chr). Julius en zijn soldaten worden daar steeds rijker van (de Galiërs, ook wel Kelten waren rijk). Ze veroveren daarna Brittanië en bouwen uiteindelijk de grensmuur in Noord-Engeland. De opvolgers van Julius veroveren Noordwest Europa tot aan de Rijn.