Geschiedenis Republiek, dynamiek en stagnatie
Intro
Verschillende beelden over gouden eeuw;
• Klein landje dat met handel over zee zijn geld verdient;
• Slavenhandel (NL=5%) en onderdrukking door blanken
Zeevaart was verbonden met andere sectoren (nijverheid/landbouw) en stimuleerde hele economie.
Enorme groei juist in tijd van 80jarige oorlog (1568-1648) met Spanje. (tegelijk negatieve factor)
Na Vrede van Munster (1648) kwam al snel Fr+Eng langzij. NL economie groeide nog wel maar minder dan Frankrijk en Engeland=STAGNATIE
Hoofdstuk 1 Het eind van de 15e en 16e eeuw
In de Nederlanden, 15e eeuw+later=decentraal bestuur;
• Afzonderlijke gewesten zelfstandig bestuurt door Staten (afgevaardigden stad burgerij/adel;
• Filips v. Bourgondië richtte Staten-Generaal op om meer grip te krijgen op gewesten (Staten-Generaal=afgevaardigden van gewesten/Staten)
17e eeuw in de Nederlanden;
• 7 gewesten; zelfstandige staat
• Staten-Generaal voor beslissingen over buitenlandse politiek/oorlogsvoering
• Afgevaardigden alleen stemmen wat gewest opdraagtanders terug om te overleggen (ruggespraak)
1433Filips v. Bourgondië (Brabant, Limburg, Vlaanderen) kwam in NL en wilde meer bestuurlijke/ politieke eenheid (verschil noord (arm)-zuid (machtig/rijk) was groot)oplossing=centralisatie:
• 1464: oprichting Staten-Generaal
• Macht ligt vooral in zuidenal vanaf 1250 steden, Gent, Brugge zijn grote handelssteden
• 1550 werd Antwerpen belangrijkste handelsstad (textiel)
Veel succesvolle kooplieden kwamen naar Antwerpen, Filips bleef liefst in het zuiden:
• Edelen kwamen ook uit zuiden (macht) en beslisten over het belijdt in het noorden Holland+Zeeland niet blij=afpakken van macht+autonomie
Begin 16e eeuwNL onderdeel van Habsburgse Rijk olv Karel V:
• Karel V; ook besturen uit 1 centraal punt (voor extra macht+extra belasting inkomsten) gewesten weer niet blij; minder macht
• Karel V wilde alle gewesten onder zijn gezag (Gr+Fries+Gelre nog onafhankelijk):
o 1548: alle NL+Bourgondische provincies maken deel uit van Habsburgse Rijk
1520burgers van noord NL keerde zich tegen katholieke kerkcelibaat niet+aflatingen niet ok:
• Radicale tegenbeweging treedt in: calvinismebasis voor protestantisme in reformatie.
1555Karel V wordt opgevolgd door zijn zoon Filips II, hij ook problemen met opstandige delen NL:
• Filips voerde oorlog tegen Fr+Enggeld nodig dus NL moest hoge belasting betalen=niet eens, wij voeren geen oorlog, waarom betalen?
• Filips bleef geldgebrek houden1542 invoering van accijnzen op bier/wijn. Dit leverde geld op, ook versterking positie gewesten (accijnzen zelfstandig innen+deel uitgeven)
Holland, Zeeland, Utrecht=veel steden+handel – andere gewesten=landbouweconomieën sterk gescheiden1694=hele Rep. Generaliteitsgulden
Filips snel terug naar Spanje+centralisatie van Karel V voortzetten:
• Steden+vooral hoge edelen minder machtonrust, nog erger door;
• Hardhandige maatregelen van Filips tegen de protestantenveroorzaakt onder alle lagen bevolking haat tegen de koning.
1559Willem v. Oranje (stadhouder van Holland+Zeeland) benoemd, zorgde voor reactie:
• Edelen verzamelen om Filips onder druk te zetten eisen: edelen behouden macht+ketter-vervolgingen ophoudenFilips niet gevoelig
• Tegelijkertijd overal opstanden+openbaarheid van calvinismewerd toegestaan
1566: preken gaan over in Beeldenstorm (Zuid-West Vlaanderen)
• Kerken zuiveren van pracht en praal was het idee
Opstandige edelen+calvinistische razernij=Filips stuurt leger olv Alva, maar onrust bleef bestaan:
• Hernieuwde jacht op ketters+vooral Alva’s nieuwe belastingen maakten meer onrust
• Watergeuzen (calvinisten+vluchtelingen tegen Alva) veroveren Den Briel (1572)
Opstand/80jarige oorlog is begonnen!!
1579: Unie van Utrecht (Holland, Zeeland, Utrecht, Gelre, Groningen, Friesland) allen tegen Spanje
Brabant+Limburg bleven Spanje trouw
1581: Plakkaat van Verlatinghe: Noordelijke Nederlanden beschouwen Filips II niet meer als koning
1588: Republiek der 7 verenigde Nederlanden uitgeroepen
Spaanse Filips woedend: pas in 1648 bij Vrede van Munster wordt Republiek erkent
Na 11e eeuw Nederlanders bezig met landbouwgrond maken:
• Water uit veengronden halen;
• Langs deze ontgonnen weilanden werden dijken+kaders gemaakt=bescherming tegen water
In 14e/15e eeuw probleem met ontgonnen gebiedengrond verzakt+veel overstromingen:
• Moeilijk gewassen verbouwen buiten de stad
• Veel boeren naar stad (grond alleen voor vee geschikt=weinig arbeid nodig)te weinig voedsel +steden groeien
Door groei van steden nam ook behoefte aan voedsel toe:
• Import van graan uit graanschuren uit N-Fr en Z-NL (tot 1470)
• Door conflicten met Franse koning+hertogen stortte markt in (te veel risico voor handel) landen in Oostzee hadden ook graan
1470steeds meer tochten naar Oostzee+handelsnetwerk van Holland breidt zich uit, Holland wordt steeds sterker. Midden 16e eeuw is Amsterdam de machtigste graanmarkt in NL:
• Schepen haalden genoeg graan voor grootste steden, andere helft werd verhandeld
In EU: was er stagnatie+achteruitgangmensen leden hoger (lonen te laag om voedsel te kopen)+al het geld ging naar voedsel dus geen geld voor andere productennijverheidsector in problemen
In NL: genoeg geld om voedsel te kopen+geen voedseltekort, dus nijverheid kon zich specialiseren (Holland, Zeeland) in hoogwaardige producteneconomie groeide+bevolking groeide
Robert Thomas Mathus (demograaf):
• Direct verband tussen groei bevolking en hoeveelheid voedsel
• Mens plant zich sneller voort dan de hoeveelheid voedsel groeit om alle mensen te voeden=spanning
• Hongersnood waardoor mensen sterven totdat er weer evenwicht is
Dit alles is malthusiaanse spanningenkwamen niet voor in Rep doordat er genoeg voedsel was door importeren.
Loop 15e eeuw gaat het steeds beter met Holland (vrachtvaart/visserij):
• Steeds meer concurreren met steden aan IJselsinds 1250 grote handelsstedengingen voor het eerst naar Oostzee en sloten daar een verbond met de Hanze=Hanzesteden
• Hanzesteden leveren luxe producten aan Ant, Brug, Gent enzHandelsoorlog nu Holland ook kwamHanzesteden verbond met IJselsteden dus probeerden Hollanders te weren, maar Ijselsteden steeds meer verlies handel aan Hollanders door verzanding van de Ijselgrote schepen konden niet meer naar de haven
Graanhandel werd moedernegotie (moeder van de handel):
• Door het halen van voedsel (graan) konden boeren zich specialiseren, dus konden andere sectoren groeien
• Hollandse lakens, haring, zout, linnen werd verhandeld voor graan, er kwam ook steeds meer wijn/zout uit Frankrijk en textiel werd verhandeld in Spanje en Portugal
Zout werd een belangrijk product (1560):
• Conserveren van vlees en vis (pekelen)
• Haringkaken (belangrijk exportproduct)
Steeds grotere vraag naar grotere vrachtruimteenorme impuls voor scheepsbouw
In Holland normaal om risico’s te deleninvesteren in schepen was dus veilig, geen grote kosten dus schepen waren niet duur:
• Hierdoor was het importeren van graan ook goedkoop waardoor er voordelen waren:
o Hollandse boeren specialiseerde zich (ossen vetmesten)
o Verbouwen van handelsgewassen (vlas, hennep, meekrap, hop)handel met steden
o Gecommercialiseerde landbouwminder mankracht-veel productieoverschot verhandelen in EU/regionaal/lokaal (kaas/boter). Gezamenlijke investeringen maakte het nog beter resultaat
o Geen dwarsboming van adelboeren die in functie zijn van adel, net genoeg productie voor henzelf+adel niet investeren, liever land kopen=veiliger=Oost NL
West NL: boeren hadden zelf lang ontgonnengeen adel/lasten+handel=groeien steden+toename macht steden
Heel EU in depressie 16e eeuw, West NL niet:
• Ontplooiing nijverheid door: hoge efficiëntie in productie, transportkosten beperkt, grote afzetmarkt=relatief hoge lonen
• Boeren zonder werk zo aan de slag in textielnijverheid. Ook was de macht van gilden in Am beperkt, dus daar ging productiegroei
Steden specialiseerden zich+trafieken (nijverheid waarin grondstoffen behandeld werden+doorvoer)
Naast trafieken ook manufacturen (voorloper van fabriek)arbeiders deden deel van productie
• Grote steden hebben genoeg ruimte en kapitaal voor verschillende nijverheden, er was dus geen duidelijke specialisatie meermeerderheid mensen werkzaam buiten landbouw (uniek
• 1600; groei van bevolking door ontwikkeling in landbouw, handel, nijverheid, urbanisatie
Tot 1600 zwaartepunt handel /economie in zuid NLGent, Brugge, Ant gouden tijden:
• Antwerpen; producten uit alle windstreken (Hanzesteden)
• Ook centra voor producten die vakkennis vereisten (juwelier)
• Macht centraal in Brussel (Habsburgse rijk) trok kunstenaars+ambachtslieden
Groei Holland hieraan te danken, expansie gelijk moet bloei van deze steden, veel handelverkeer tussen Am-Ant
Ligging Hollandse+Zeeuwse steden gunstig+Holland heeft in 16e eeuw al grotere handelsvloot dan Eng/Fr, maar Oorlog van Spanje tegen Z-NL en Ant was de voornaamste oorzaak van de explosieve groei van Amsterdam+Holland
1572: watergeuzen vallen Den Briel aanNoord –NL in opstand tegen vorst Filips=succesvol; meeste steden sloten zich aan bij opstandelingen+geen katholieken meer.
Ook in Z-NL waren er opstanden maar dat ging minder:
• 1584; Spanjaarden olv Parma veroverden Brugge/Gentiedereen weer katholiek
• 1585; Ook Antwerpen aan de beurtmensen uithongeren door Schelde blokkeren=overgave
Mensen mochten wel stad verlaten:
o Protestantse kooplieden intellectuelen, kunstenaars vluchtten naar noordenbang voor katholieke koning+handel/nijverheid stortte in
Reactie blokkade AntwerpenHollandse+Zeeuwse opstandelingen sloten Schelde af voor Spanjaardenhelemaal geen handel meer mogelijk, iedereen vertrok naar Amsterdam:
• Kennis+kapitaal van Ant handelaren groeide Holland uit tot centrum van handelskapitalisme met Amsterdam (gunstig gelegen) als belangrijkste stapelmarkt
Bloei Amsterdam valt samen met Opstand+vorming van nieuwe staat:
• Nauwelijks sprake van bestuurlijke eenheid in Rep
• Markt+gemeenschappelijke economische belangen van kooplieden-regenten zorgen voor eenheid (netwerk van persoonlijke/familierelatie tussen steden/gewesten)
Westen was een uitzondering in Europa:
• Rest Eu vooral landbouw en recessie
• Westen (holland) meeste mensen handel en het ging goed met economie
Hoofdstuk 2 De Gouden eeuw. De Republiek 1585-1672
Bestuur:
• Noord (republiek 1588) steeds meer vervreemd van zuid (Spanje)
• Val van Antwerpen: steeds meer calvinisten naar noorden +katholieken naar zuiden
• Stadhouder 1 van belangrijkste politieke functies onder Maurits+opvolger Frederik Hendrik (Holland+Zeeland)ook legeraanvoerder, stond in dienst van gewest, ook benoemd in andere gewesten, alleen Friesland niet
Tegenover stadhouder staat raadspensionarishoogste ambtenaar van Holland in Staten-Generaal (Holland was belangrijk dus raadspensionaris werd andere belangrijke functie)
Elk gewest had Provinciale Statenvergadering (nam meeste beslissingen):
• Afgevaardigden daarvan gingen naar Staten-Generaal (buitenlandse politiek+oorlog+ generaliteitslandenprovincies die onder Spanje vielen bv. Brabant)
• Republiek was Statenbond=gewesten met veel eigen macht, pas dan geheel
Oorlog:
• 1609-1621twaalfjarig bestand=wapenstilstand tussen Republiek en Spanje, maar Spanje ging door met economische boycot+kaapvaartveel problemen voor Republiek
• Tegelijk ook 30jarige oorlog in Duits gebied (kat-prot en hertogen-graven) en economische crisisalles niet ten goede van Republiektoch uitbreiding want Spanje werd teruggedrongen tot rivieren
• 164830 en 80jarige oorlogen ten einde. Vrede tussen Spanje (stop boycot+kaapvaart) en Republiek door Vrede van Munster
Stadhouder Willem II, die bij Vrede van Munster betrokken was stierf in 1650geen stadhouder meer nodig (alleen in Friesland) tot 1672. Raadspensionaris (Johan de Witt) was genoegmeeste oorlogen op zee uitgevochten.
• Spanje financieel uitgeput, Frankrijk kreeg absoluut regime (Lodewijk 14) maar groeide wel in ec. Engeland kreeg calvinistisch koningschaprichten zich op expansie
• Frankrijk en Engeland vonden Republiek op hun wegmeteen na Vrede van Munster was er de Engelse zeeoorlog (1652-1654), later nog 2
1672rampjaar: nieuwe engelse zeeoorlog+landoorlog (Duitse bisdommen+Frankrijk vielen Republiek aan)stadhouder was nu wel nodig; Willem III benoemd en versloeg aanvallers
Toch werd Republiek in 17e eeuw een van machtigste en rijkste landen ter wereld
• Cultureel gebiedtoonbeeld in europa, stadhouder Hendrik liet kunstenaars paleizen versieren+burgers kochten kunstwerken en gaven opdrachten aan Van Rijn, Jan Steen. Ook was er veel architecten meesterwerken
• Begin van de Gouden eeuw
De agrarische markt
Koopmannen uit Am ontwierpen en bouwden boerderijenvoorhuis voor hem als zomer=platteland boeren leven in achterhuis bij stallen enz.
Kooplui investeerden in 17e eeuw in droogmakerijen/boerenbedrijvenwinstgevend door:
• Commerciële landbouw
• Bevolkingsgroei
• Ontwikkelingen in nijverheid
Veel steden=veel voedsel nodigHollandse boeren waren commercieel en produceerden voor de markt ipv zelfvoorzienend zoals in het oosten/zuiden van Republiek:
• Daar adel aan de machtgeen investeringen+zandgrond niet zo goed voor landbouw+ gewassen geen onderdeel van markt (geen handelsgewassen) alleen tabak was een handelsgewas en werd dus verhandeld
Bevolking groeideconsumptie van landbouwproducten nam toe:
• Grond in westen niet geschikt voor graanbouwimport van goedkoop graan uit Oostzeegebiedvia stapelmarkt Am bij Hollandse steden
• Binnenlandse handel vergemakkelijken17e eeuw netwerk van trekvaarten gegraven en steden werden onderling verbonden:
o Diensten zorgden voor mobiliteit tussen steden
o Ook als het niet goed ging en de prijzen van belangrijke landbouwproducten daalden gaven boeren het niet opextensiveren van bedrijfsvoering, verhoging van efficiëntie en toeleggen op producten die hun prijs wel behielden= gecommercialiseerde landbouw
• Ontstaan van behoefte aan turfgewonnen in veenlandschappen en naar de steden verscheept
Veel investeerders in landbouw maar landbouwgrond werd bedreigd door overstromingen van Zuiderzee en Noordzee+grotere zoetwatermerendroogmakers (Leeghwater) grepen hun kans molens legden land droog en werden later gebruik voor nijverheidmalen van mosterdzaad of hennep verwerken tot touw:
• Droogmakerijen stimuleerden ook weer de modernisering en schaalvergroting van nijverheid
In steden gingen meer mensen dood dan er geboren werden (sterfteoverschot), toch bleven steden groeien door immigratie (westen):
• tekort aan arbeidskrachten=hoog loontrekt mensen
• vluchtelingencalvinisten, lutheranen, joden om religeuze/politieke redenen uit zuiden naar bevrijde gebieden.
Helft immigranten kwamen uit eigen land 17e eeuw, Zuidelijke Nederlanden in 16e eeuw (val van Antwerpen), ook immigranten uit Portugal, Spanje (Joden)allemaal rijke ondernemers en kregen eigen wijk en spraken Portugees
Anders in het zuiden en oosten van republiek:
• economie bleef achter+steden kwamen niet tot bloei
• weinig immigratie, bevolking groeide nauwelijks en urbanisatiegraad bleef laag
gevolgen immigratie:
• toename vraag naar voedsel, kleding, drinken profiteerden landbouw en nijverheid
• Amsterdam nam functie van Antwerpen over (stapelmarkt)export steeg evenredig met import van grondstoffen uit de rest van de wereld
• Nijverheid niet uitbreiden zonder kapitaalgeld lenen tegen zeer lage rente+Antwerpse kooplieden namen kapitaal mee en investeerden dat, nieuwe kennis+immigranten waren geschoold
• Zo kwamen verschillende steden tot bloei (Leiden met wol)investeringsklimaat goed, toename van productie
• Ondanks immigratie langdurig tekort aan arbeiderslonen bleven stijgen
• Niet alle immigranten in Republiekveel ook zeeman op VOC en WIC
Arbeidsproductiviteit en verplaatsing nijverheid:
• Hoge lonen=werkgevers productiviteit van arbeiders verhogen om kosten zo te verlagen
• 1. Invoering van arbeidsbesparende technieken, energiebronnen, machines
• 2. Verplaatsing van de nijverheid naar platteland, waar lonen lager waren (na 1635)Leidse lakenfabrikantenwolweverij in omgeving van Tilburg
• Soms ook specifieke nijverheid zoals papierfabricage in Veluwe, maar voor de rest bleef het achter op Holland en Zeeland
Nijverheid werd gestimuleerd door groei van bevolking immigranten en kapitaal en handel uit Amsterdam en andere steden:
• Bv. Suikerraffinage in Amsterdamsuikerriet uit buitenland en geraffineerd in Amsterdam
Wanneer het rustig werd tussen Spanje en Republiekook rustiger op zee:
• Haringvissers begonnen aan opmarszout nodig voor conserveren van de vissen:
o Vraag naar zout steegvis belangrijk voor voedselpakket en was duur
o Zout werd uit Portugal en later meteen uit Caribische gebiedalle bedrijfstakken waren sterk verbonden
Scheepsbouw:
• Ook moeilijkheden met hoge lonen en zochten oplossingen om alles goedkoop te houden:
o 1. Minder arbeidskrachten+sneller varen+meer lading
o 2. Efficiëntere productiemethode
o 3. Oplossing dat je ook tegen de wind in kon zeilen, wat nu nog niet kon
o 4. Schepen waren vaak de diep en konden niet aanmeren in de Republiek
Oplossing: fluitschipveel langer, maar smaller (voor minder sonttol), meer laadruimte, makkelijker tegen de wind in. Ook waren er minder matrozen nodig en minder arbeiders nodig om het schip te bouwen door standaardisering (standaard maten voor schepen)
• Republiek leverde de goedkoopste en snelste handelsschepen van EU
• OV hielp met lage invoerrechten op scheepsmaterialenandere sectoren bloeiden op (touwslagerijen, zeilmakerijen, wapennijverheid door scheepsvaart+oorlogen)
• Handelsschepen werden uitgerust met kanonnenverdedigen tegen kaapvaart/piraterij
Na val van Antwerpen ging het heel goed met Amsterdam:
• Handelsgebied werd uitgebreid van Noord/Oost EU naar Middellandse Zee, Klein Azië, Afrika, Amerika en Verre Oosten+hoeveelheden namen sterk toe
• Amsterdam werd een grote stapelmarkt (producten opslaan en doorverkopen als de prijs hoger is)+koopmansbeurs (waar kooplui handel konden bedrijven)+wisselbank (waar je geld kunt lenen om handel te drijven) waren knooppunten van informatie
Scheepvaart en handel op Oostzeegebied bleef belangrijkste tak van handel (goedkoop graan):
• Zweden en Polen werden graanschuren van Europa
• Ook werd er hout geïmporteerd (scheepsbouw, huizen, molens enz) uit het noorden
• Zout voor visserij, conserveren van vlees voor scheepsbemanning uit Frankrijk/Portugal doorvoeren naar Oostzee met haringkaken
• Frankrijk kreeg graan, hout, zout in ruil voor Franse wijn
• Hoogtepunt Oostzeehandel in 12jarig bestandonverstoord varen zonder tegenhouden van Spanje konden schepen naar Middellandse Zee, Italië enz.
Door Amsterdamse informatiestapelmarkt kregen Hollandse kooplui zicht op verdere handel:
• Door kaapvaart van Spanje en Portugal was het onmogelijk om winsten te behalen en investeren in deze verre reizen
• Kooplui richtten Compagnies van Verre op om te verkennen1595 eerste NL in Indonesië
• 1602: Alle Compagnies samen in VOC (door Oldenbarneveltraadspensionaris)
VOC kreeg verschillende rechten:
• monopolie op de vaart op alle gebieden ten oosten van Kaap de Goede Hoop
• kreeg soevereine rechten, die anders alleen aan een staat gegeven wordenzoals zelfstandig oorlog voeren
• VOC schepen kregen soldaten mee en werden bewapend met kanonnen
• Langzaam verschoof de aandacht naar het Verre Oosten met porselein, specerijen, luxe stoffen
1621 was het laatste jaar van het Bestand:
• WIC werd opgericht voor kaapvaart op Portugezen en Spanje (Piet Hein met goud)
• Nadat Vrede werd gesloten met Spanje legde de WIC zich toe op slavenhandelAfrika naar Amerikaanse plantages en schepen brachten de producten van de plantages naar EU (cacao, koffie, tabak, suiker)ontstaan van Driehoekshandel:
o NL met textiel, sieraden, goudAfrika met slavenAmerika met koffieNL
Nog steeds was de haring een belangrijk exportproduct, maar nu ook, door Noren en Russen, walvissen en robbenjachttechnieken werden geleerd aan de Hollanders en er werd de Noordse Compagnie (1614) opgericht, maar monopolie afdwingen werd moeilijk
Robben leverde huiden en walvissen walvissenolie, botten
Overheid
• Nog steeds Provinciale Statenvergaderingen, waarbij de afgevaardigde een last meekreeg naar Staten-Generaaldiscussie anders, weer terug om te overleggen (ruggespraak)
• Staten-Generaal alleen over buitenlandse politiek, oorlog en generaliteitslanden
• Vaak waren de gewesten het oneens over buitenlandse politiekbv 12jarig bestand: Holland, Zeeland voor wapenstilstand=goed voor handel, maar stadhouder Oranje en landgewesten wilden liever oorlogparticularisme (beslissen in eigen belang) kenmerkend voor Republiek
Steden bestuurden zichzelf en waren onafhankelijk:
• Vroedschap (wijsheid)+burgermeester vormden bestuur van stad
• Schout was officier van justitie+hoofd van politiezorgde met schepenen (rechters) voor orde en veiligheid
• Deze werden regenten genoemd, de sociale bovenlaag waartoe zij behoren=patriciaat
• Regent=rijk geworden door handel en nijverheidpolitiek dus altijd met handel gerichte beslissingen, voor bescherming van de handel werden er belastingen geheven (Konvooi en Licentiegelden) door stad of gewest
• Ook stimuleren van handel door monopolies te geven (VOC, WIC), na 1621 werd handelspolitiek agressiever doordat er meer vijandelijke koopvaardij was (Spanje)
• Economisch zwakken regio’s bleven zwak door invoertarieven
• Grootste opdrachtgever voor handel en nijverheid was dus de overheid zelf.
Spanje vocht niet alleen tegen Republiek maar ook tegen Frankrijk (Turken) en Engeland (protestant)
Koste ook zeer veel geld voor Spanje waardoor dat kapitaal niet beschikbaar was tegen de RepubliekDit was dus gunstig voor de Hollanders (eerste deel 80jarige oorlog)
Vaak moesten landen ook goede schepen van Holland kopen om oorlog mee te voeren en landen waren druk met eigen burgeroorlogen dus kon Republiek opbloeien
Voordelen van de oorlog:
• Verhuren van schepen aan oorlogvoerende landen profiteer je van andermans zorgen
• Landen in oorlogoogsten mislukken, vee werd afgeslacht=gebrek aan alles, dus Hollandse kooplieden konden daar handelen
• Overnemen van handelsroutesRepubliek had belang bij dat zee rustig en neutraal was (verzekeringspremies dan niet zo hoog; dus prijzen blijven laag)
• Na 12jarig bestand hervatte Spanje boycot en kaapvaart weerRep was doorvoerfunctie dus ook Oostzee handel stokte
• Dan 30jarige oorlog in Duitslandboeren konden zo lang geen land bewerken, textiel stokteHollandse textielsteden leefden op, opheffen van problemen door aflopen Bestand
• Door oorlogsgeweld steeg de Duitse immigratie (goed voor lage lonen)arme mensen+ nieuwe Oost-Europese jodenstichten naast Portugese Joden een eigen synagoge
Vrede van Munster=einde aan 80jarige en 30jarige oorlog (1648):
• Spaanse handelsembargo werd opgeheven+roversnest Duinkerken werd opgeruimd door Frankrijk (1662)fluitschepen konden weer volop naar Zuid-Europese havens
• Kooplieden specialiseerden zich in hoogwaardige goederen die veel opbrachten+sterke positie gavenspecialisatie
• Door einde van 30jarige oorlog kon Duits weer zelf produceren en nam de vrachtvaart op Oostzee weer terug
Engelsen hadden het niet op groei en bloei van Republiekelke Engelse haven stikt van Hollanders
Engelsen wilde handel van Republiek halt toe roepen:
• Aannemen van Akte van Navigatie (1651)alleen Engelse schepen mochten in en uitvoer van Engeland op zich nemenklap voor Nederlanders; zij waren tussenpersoon en verwachten steun van Engeland tegen katholieke Lodewijk 14 maar economische belangen wogen zwaarder
• Engelsen vonden dat regering van een land moest zorgen voor welvaart, dus regering mocht wetten aannemen om inkomen van land te vergrotenpopulair in Frankrijk
Dit is een vorm van mercantilismebeschermen van eigen handel en nijverheid door buitenlandse producten te weren/invoerbelastingen=ongunstig voor Republiek en leed behoorlijke schade
Na Vrede van Munsterconflict tussen stadhouder Willem II en Staten, Willem II wilde oorlog blijven voeren tegen Spanje maar Staten wilden dat nietWillem II ondernam staatsgreep, maar overleed dus stadhouder beter niet.
Er was vrede dus er was ook geen legeraanvoerder nodig, maar door de Akte van Navigatie volgde er een eerste Engelse Zeeoorlog en Tweede Engelse Zeeoorlogalle hoop op marine maar beide oorlogen verloren
1672land en zeeoorlog kwam tegelijk=rampjaar:
• Aanval van Du, Fr, Engleger was verwaarloosd en raadspensionaris Johan de Witt kreeg de schuld en werd gelyncht
• Staten gaven toe en Willem III werd nieuwe stadhouderlandoorlog gewonnen+ onderhandelingen
Door alle gevechten kwam de handel en nijverheid in het nauw, pas in de jaren 80 weer hersteld
Meeste macht in het westen kwam in handen van steden (geestelijkheid was er niet meer voor macht)ook platteland van Holland en Zeeland richtten zich op handel en nijverheid met steden
Toch bleef het begrip adel, maar zij investeerden wel in het platteland, maar in het oosten waren de adel nog wel aan de machtnog feodale verhoudingen en er was een standenverschil
Stad en platteland
Economische banden tussen stad en platteland waren sterkstedelingen investeren in landbouwgrond+wonen in zomer+nijverheid als lonen in stad te hoog werden.
Omgekeerd ookplatteland edelen die familiekapitaal in handel en nijverheid investeerden/ voor rente uitleenden aan steden, als gilden wat tegenhielden werd de hele zaak moeiteloos verplaatst naar het platteland
VOCeerste organisatie met aandelen:
• Werden gekocht door arm en rijk en er werd veel winst gemaakt, je kon opklimmen naar hoge functies en tot rijkdom maar natuurlijk was de gegoede burgerij nog steeds de top grote kooplui, bankiers, ondernemerszij verdeelden de bestuursfuncties/overheidsbanen
• Dan kwam middenklasse van grote winkeliers, bazen in de nijverheiid, managers op scheepsvaart
• Kleine burgerij
• Grote volksmassavolksklasse; grauwe kleding, geen geld om gekleurde kleding te kopen
• Bedeeldenonderste laag van de samenleving, leefden van giften van mensen/organisaties zoals de kerk
Iedereen had werk en iedereen kon aan eten komen. Er was constant gebrek aan arbeiders dus iedereen kon aan het werk, ook gevangenen, wezen, werklozen, bedeelden.
Gilden wilden vaak niet dat er gemoderniseerd werd omdat dat ten koste ging van de arbeiders ondernemers verplaatsten hun nijverheid naar het plattelandboeren werken als huisnijverheid
Ook in de stad kwamen er grote bedrijvenscheepswerven/suikerraffinaderijen. In deze grote bedrijven werden arbeiders gespecialiseerd gebruikt. Arbeiders konden snel vervangen worden en stonden niet sterk tegenover loononderhandelingen/arbeidersvoorwaarden. Wel waren er werknemersorganisaties die geld ophaalden als een arbeider ziek werd.
Kinderarbeid was makkelijk leerlingstelsel werd overgenomen van gilden door grote bedrijven
Familiebedrijven waren er veel: Nederlandse gezinnen waren toen relatief klein omdat je op hoge leeftijd trouwde (relatief)leeftijd steeg nog door economische specialisatie en ontwikkeling
Er waren veel ongehuwde omdat mannen vaak lang weg waren+sterftecijfer was hoog dus veel weduwenaren. In steden was je vrij om je partner te kiezen maar op het platteland waren er nog strikte regels.
Vrouwen gingen vroeg werken, gingen wel naar school, maar stopten daarmee vroeg om te werken. Door laat te trouwen hadden man en vrouw al een carrière. Sommige historici verklaren de bloei van de republiek en de ondernemingszin ook uit het feit dat de Nederlandse vrouw redelijk zelfstandig was. Vrouwen hadden zelf een winkeltje of handel. Als vrouw weduwe werd kreeg ze haar bevoegdheden weer terug. Overal waren vrouwen aan het werk, ook lezen en schrijven, kregen wel minder loon dan man, ook actief in kunst.
REACTIES
1 seconde geleden