Stofwisseling

Beoordeling 6
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 5e klas havo | 295 woorden
  • 18 februari 2008
  • 2 keer beoordeeld
Cijfer 6
2 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak
ADVERTENTIE
Slim oefenen met Mijn Examenbundel

Wil jij onbeperkt online oefenen met examenopgaven, uitlegvideo's en examentips bekijken en je voortgang bijhouden? Maak snel een gratis account aan op mijnexamenbundel.nl. 

Ontdek Mijn Examenbundel
Stofwisselingsprocessen

Alle veranderingen van stoffen in het lichaam.

Organische stoffen
Komen alleen voor in organismen of producten van organismen
Grote molecuulopbouw
Bevat altijd een of meerdere atomen van de elementen C(koolstof), H(waterstof), O(zuurstof)
Bijv. Glucose = C6H12O6
Eiwitten zijn organische stoffen
- Groter dan een glucosemolecuul
-Bevatten naast C(koolstof), H(waterstof) en O(zuurstof) ook nog N(stikstof) atomen. En vaak ook nog S(zwavel) en P(Fosfor)

Anorganische stoffen
Komen zowel in de levende als levenloze natuur voor
Kunnen alleen door autotrofe organismen worden omgezet in organische stoffen
Kunnen uit heel veel verschillende elementen bestaan
Bijvoorbeeld H2O(water) en NaCl (natriumchloride, keukenzout)

Stofwisselingsprocessen

Het totaal van alle chemische processen in het lichaam

Assimilatie
- Opbouw van grotere organische moleculen uit kleinere moleculen ( organische en anorganische)
- Assimilatie om de organische stoffen te maken waar een organisme uit bestaat. (groei, vervangen, herstel)
- Assimilatie kost energie!
-Energie wordt vastgelegd in moleculen van de gevormde organische stoffen(chemische energie)
Bijv. Fotosynthese

Dissimilatie
- Afbraak van organische stoffen tot kleinere moleculen.
- Energie komt vrij!
- Het doel is energie vrijmaken bij de verbranding.

Dissimilatie komt voor in verschillende energievormen
kinetische energie= voor beweging
warmte= op peil houden van temperatuur
chemische energie=nieuwe assimilatie
elektrische energie=impulsen geleiden
lichtenergie= bijv. bij een vuurvliegje

ATP en ADP
In de stof ATP ( Adenosinetrifosfaat)
Tri=3
P= Fosfor
De chemische energie die ontstaat bij dissimilatie wordt niet meteen benut. De chemische energie wordt tijdelijk vastgelegd in de stof ATP.
ATP heeft drie fosfaatgroepen (P in tekening).In de verbinding tussen de tweede en de derde fosfaatgroep zit veel energie opgeslagen. Als die verbinding wordt verbroken komt er veel chemische energie vrij en ontstaat de stof ADP en een losse fosfaatgroep.

ADP
Adenosinedifosfaat
Di=2

De chemische energie die vrijkomt bij ADP kan worden gebruikt voor andere levensprocessen. Er kan ook weer nieuwe ATP worden gevormd met de ADP en de fosfaatgroep.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.