Regeling

Beoordeling 7.6
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 3e klas vmbo | 362 woorden
  • 23 juli 2008
  • 55 keer beoordeeld
Cijfer 7.6
55 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak
Methode
ADVERTENTIE
Slim oefenen met Mijn Examenbundel

Wil jij onbeperkt online oefenen met examenopgaven, uitlegvideo's en examentips bekijken en je voortgang bijhouden? Maak snel een gratis account aan op mijnexamenbundel.nl. 

Ontdek Mijn Examenbundel
Hoofdstuk regeling ;

Centrale zenuwstelsel = grote hersenen, kleine, hersenstam en ruggenmerg.
Zenuwstelsel = centrale zenuwstelsel en zenuwen
- gevoelszenuwcellen = geleiden impulsen van zintuigen naar centrale zenuwstelsel (ligt vlakbij CZS*)
- bewegingszenuwcellen = geleiden impulsen van centrale zenuwstelsel naar spieren of klieren (ligt in CZS)
- schakelcellen = verbinden uitlopers van gevoelszenuwcellen met uitlopers van
Bewegingszenuwcellen (ligt in hun geheel in het CZS)
Prikkel = invloed uit het milieu op een organisme
Impuls = soort elektrisch signaal dat door de zenuwen gaat
Functies ruggenmerg = geleiden van impulsen van zenuwen/ reflexbogen in romp en ledematen naar de hersenen en omgekeerd
Uitloper = zorgt voor voortgeleiding impulsen
Zenuw = een bundel uitlopers van zenuwcellen omgeven door een laag bindweefsel
Bindweefsel = stevige laag die zorgt voor bescherming
Merg = grijze stof in de vorm van een vlinder, hier in liggen de cellichamen van schakelcellen en bewegingszenuwcellen.
Schors = witte stof , hierin liggen veel uitlopers van schakelcellen.
De drie typen zenuwen ;
- gevoelszenuwen = bevat uitloper gevoelszenuwcel
- bewegingszenuw = bevat uitloper bewegingszenuwcel
- gemengde zenuw = bevat beide zenuwcellen
Kleine hersenen = zorgen voor de coördinatie van alle bewegingen van je lichaam
Grote hersenen = verwerken impulsen afkomstig van zintuigen en regelen van gewilde/bewuste bewegingen
Hersenstam = geleiden van impulsen van het ruggenmerg naar het grote en kleine hersenen en omgekeerd (soort van poort)
Reflexboog = de weg die impulsen afleggen bij een reflex (terugtrekreflex)
Reflex = vaste snelle onbewuste reactie
Hormoonklieren = produceren hormonen , hebben geen afvoerbuizen , dus het gaat via het bloed. Ze beinvloeden groei en ontwikkeling , voortplanting en stofwisseling.
Hypofyse = regelt groei van de beenderen van het skelet (groei hormoon)
Schildklier = beinvloed stofwisseling en groei en ontwikkeling. ( struma )
Eilandjes van langerhans = produceren insuline en glucagon , deze regelen glucose gehalte van het bloed. Glucosegehalte = bloedsuikerspiegel
Suikerziekte = produceren de eilandjes van langerhans te weinig insuline
Bijnieren = produceren adrenaline
Adrenaline = Snelle kortdurende werking , stelt het lichaam in staat in situaties van grote spanning snel te handelen.
Hard drugs = maken je geestelijk als lichamelijk afhankelijk
Soft drugs = werken in het algemeen niet verslavend
Alcohol = wordt in de lever afgebroken , daarbij komt een giftige stof vrij waardoor je een kater kunt krijgen. 10 ml( ong, 1 glas) alcohol per anderhalfuur afgebroken.
Promillage = ml gram alcohol per ml bloed , in het verkeer mag je niet hoger dan 0.5ml
Ontwenningsverschijnselen = als het gebruik van alcohol of drugs wordt gestopt (kan koorts, pijn, misselijkheid en slapeloosheid veroorzaken)

* Centrale zenuwstelsel

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.