Module 14 transport

Beoordeling 6.8
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 2e klas vwo | 373 woorden
  • 2 december 2010
  • 6 keer beoordeeld
Cijfer 6.8
6 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak
ADVERTENTIE
Ontdek de veelzijdigheid van Scheikunde!

In de bachelor Scheikunde in Amsterdam bestudeer je alle richtingen van de chemie om bestaande processen, producten en materialen te verbeteren en nieuwe te ontwerpen. Van moleculen tot duurzaamheid, jij maakt het verschil! Ervaar zelf hoe het is om in Amsterdam Scheikunde te studeren en kom op 10 april Proefstuderen!

Lees meer en kom Proefstuderen!

Door goed te eten wordt het zetmeel omgezet in glucose. Het bloed vervoert de glucose naar de spieren die het daar verbrandt. Hier komt energie bij vrij die je gebruikt om je spieren te bewegen. Hiermee kun je je fiets voortbewegen. Het vervoeren van voorwerpen, vloeistoffen, gassen en orgasmen het ook wel transporteren.

Er bestaan veel soorten transportmiddelen. Transportmiddelen om rioolwater, gas en elektriciteit te vervoeren. Als je iets door water of lucht vervoert dan is er weerstand. Je wordt geremd door de wrijving. Als je sneller wilt zijn moet je de wrijving verminderen en de weerstand verkleinen.

Bij het vervoeren van stoffen is er ook weerstand. Je hart moet hard pompen om de weerstand in de bloedvaten te weerstaan. Dit geld ook voor olie door een pijpleiding. Hoe meer weerstand, hoe meer energie het kost om het te transporteren.

Bij verbranding van kolen, aardgas, glucose en andere brandstoffen komt energie vrij. Hiermee kun je voertuigen, machines of je lichaam laten bewegen. Ook komen er afvalstoffen vrij, onder andere koolstofdioxide. Het vervuilt de wereld en het kost geld. Het is dus belangrijk dat je er efficiënt mee omgaat. Olietankers vervoeren veel olie, dus moeten ze veilig zijn, anders wordt het milieu erg vervuilt. Efficiënt is dus ook veilig.

als je een lucifer aansteekt, kan je dat al snel verder weg ruiken. De gassen die vrijkomen, verspreiden zich snel. Stoffen bestaan uit moleculen. In vloeistoffen en gassen bewegen moleculen alle kanten op. Als je 2 gassen of vloeistoffen bij elkaar brengt kunnen ze gelijkmatig mengen. Dit heet diffusie. Sommigen stoffen mengen niet, ze stoten elkaar af. Olie en water kun je niet mengen.

Een wand met gaatjes die moleculen door laat heet doorlatend. Een wand die alleen water door laat en geen grote moleculen heet halfdoorlatend membraan. Celmembranen lijken op halfdoorlatende membranen, ze laten ook gemakkelijk water door en minder makkelijk zout en glucose. Het transport van water door halfdoorlatende membranen speelt een grote rol bij planten en dieren.

Moleculen trekken elkaar aan. De aantrekkingskracht verschild per stof. Als moleculen van verschillende stoffen elkaar aantrekken noem je dat adhesie. Als moleculen van één stof elkaar aantrekken noem je dat cohesie. Als een vloeistof in een smalle buis omhoog kruipt heet dat capillaire werking.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.