Hekserij en heksenvervolging

Beoordeling 6
Foto van een scholier
  • Profielwerkstuk door een scholier
  • 5e klas havo | 4503 woorden
  • 12 mei 2005
  • 56 keer beoordeeld
Cijfer 6
56 keer beoordeeld

Inleiding:

Met een akelig lachje vulde ze zijn glas met wijn; de man lette niet op de wijn, maar keek haar gretig aan. In een teug was zijn glas leeg; zij wist dat het nu slechts enkele seconden zou duren voor hij zou bezwijken aan het vergif…De verhalen over heksen zijn bij iedereen bekend; hoe zij hun slachtoffers vergiftigden of betoverden. Maar bijna niemand weet precies wat hiervan waar is. Ik was echt nieuwsgierig hiernaar. Ik idee van een heks klinkt negatief, maar nadat ik er meer over had gelezen kreeg ik meer een positief idee; hekserij kan ook als iets vrouwelijks gezien worden; als vrouwen die meer macht bezaten. Dat leek voor mij reden waarom het als iets negatiefs afgeschilderd werd in vroegere tijden. Zodoende besloot ik mij meer te gaan verdiepen in de heksen; in wat hun motieven waren en wat zij zelf eigenlijk deden. Vooral de moderne hekserij trekt mij erg, omdat dit gebaseerd is op natuur en de vrouw als godin wordt aangesproken. Ook nu nog zijn er waarzeggers(sters), mediums en andere mensen die bovennatuurlijke krachten schijnen te hebben; toch worden zij niet gezien als heksen. De ideeën en definitie over en van heksen is nogal verschillend geweest in de loop van de geschiedenis. Daarom is mijn hoofdvraag; Hoe ontwikkelde de ideeën over heksen zich? Heksen roepen bij de meeste mensen een negatief beeld op; een gemeen, oud vrouwtje. Maar hoe is dit idee ontstaan? Is dit altijd zo geweest of is dit beeld gecreëerd door de ervaring? Deze vragen worden beantwoord in het eerste hoofdstuk van mijn werkstuk. In het tweede hoofdstuk ben ik gaan uitzoeken waardoor mensen de hekserij als een misdaad gingen zien en waarom steeds meer mensen beschuldigd werden van hekserij; het derde hoofdstuk leg ik uit wat er gebeurde na een dergelijk beschuldiging. Na de massa’s heksenprocessen nam dat aantal weer sterk af; de reden daarvan geef ik weer in hoofdstuk vier. In hoofdstuk vijf vertel ik wat voor impact de hekserij van vroeger op ons leven nu heeft. Tegenwoordig is hekserij niet meer verboden en zijn er mensen die hekserij als hun godsdienst zien; hierover ga ik verder ik hoofdstuk zes.

Deelvraag 1
Welke verschillende ideeën over hekserij waren er?

De ideeën over heksen ontstonden vanuit de ideeën over magie. Vanaf de steentijd waren mensen al bezig met magie; op de rotstekeningen uit die tijd is te zien hoe mensen verschillende magische rituelen beoefenden. Men dacht dat deze rituelen invloed hadden op het dagelijkse leven; ze beoefenden witte en zwarte magie. Witte magie voor positieve invloeden zoals; succes bij de jacht, vruchtbaarheid, liefde, gezondheid of een goede oogst. En zwarte magie om slechte dingen te laten gebeuren zoals; iemand doden, pijn doen door een pop te maken en daar in te prikken (voodoo), een kind ziek maken door spreuken of toverdranken maken om de oogst te laten mislukken, brand te stichten of een om iemand kwaad toe te wensen. Heksen werd altijd als ‘normaal’ gezien; ze hoorden bij de volkscultuur en werden getolereerd. Zelfs de kerk dacht hier zo over; volgens geestelijken hadden de heksen weinig macht en vervulden zij een maatschappelijke positie.
In de 15e eeuw veranderde deze visie op heksen; door verschillende slechte omstandigheden wilde het volk iemand de schuld geven; dat werden de mensen die gezondigd hadden, de ‘Ketters’; zij werden benaderd door de duivel in slechte tijden; hij boodt hen geld en deed beloftes en zij sloten een pact met hem. De andere verdachten waren tovenaars, zigeuners, sjamanen, paranormaal begaafden, magische genezers, waarzeggers, kluizenaars, ijlende dwazen, hallucinerende, kruidkundigen en mensen die voor hen opkwamen. In 1486 verklaarde de kerk officieel dat hekserij een misdaad was en men hiervoor beoordeeld kon worden.

In de 16e en 17e eeuw begonnen steeds meer schrijvers verhalen te schrijven over heksen. Ze beschreven hoe heksen veranderden in dieren en Heksen konden zich daardoor razendsnel verplaatsen. De huisdieren van heksen symboliseerden een huisgeest. Dus het houden van een huisdier werd gezien als een bewijs van het pact met de duivel. De heksen schenen s’nachts een geluid te horen wat alleen zij konden horen; op dat teken kwamen ze allemaal bij elkaar in een bos waar ze zich uitkleedden en magische toverzalf opdeden.



De duivel was daar ook aanwezig; ze dronken alcohol, bedreven seks en maakten de Christelijken belachelijk. Sommige schrijvers beschreven ook de slachting van een Christelijk kind. Dit idee werd vooral overgenomen door de Elite, omdat zij de enige waren die konden lezen. In 1486 brachten twee Duitse monniken, Heinrich Kramer en Jacob Sprenger, een boek over en tegen heksen uit. Het heette: ‘Malleus Maleficarum’ ofwel ‘Heksenhamer’. (Malleus betekent hamer of moker. Maleficarum betekend kwaadsprekend, misdadig of tovermiddel) Het was het eerste grote, gedrukte boek over ‘demonologie’. Het werd een heel berucht boek. In de ‘Heksenhamer’ stond precies beschreven wat heksen waren, wat ze deden en waaraan je ze kon herkennen. Dit boek bereikte behalve de elite ook een groot deel van de bevolking.

De schrijvers hadden een minderwaardig idee over vrouwen; ze waren dom, zwakker, goedgelovig en onverzadigbaar in seks. In de bijbel was immers beschreven hoe de vrouw werd gemaakt van een rib van de man. De vrouw werd verleidt door de duivel die hen valse beloftes deed. Sommige vrouwen werden zelfs zwanger van hem en bevielen van ‘duivelsgebroed’. De schrijvers beschreven aan de hand van verklaringen van vrouwen, die beweerden er geweest te zijn, over bijeenkomsten van heksen met de duivel. Vooral vrouwen die het moeilijker hadden -, ziek waren of gewoon oud, - lieten zich snel verleiden.. Daarom waren zij vaak oud, mank, bleek, mager, misvormd en hadden waterige ogen en rimpels. Ook nonnen waren een goede prooi van de duivel; die had hij het liefst. Door deze ideeën werden steeds meer vrouwen beschuldigd; ook omdat veel vrouwen in de verzorging werkten en bijvoorbeeld de schuld kregen van baby’s die stierven. In die tijd stierf een op de vijf baby’s bij de geboorte.

Het volk begon iedereen te beschuldigen van tovenarij; dit was de beste manier om je van je vijanden te ontdoen. Ook de Elite dacht op deze manier en begon met het beschuldigen van hen politieke vijanden en concurrentie.

Een aantal sceptische schrijvers vonden het idee van de zielige oude vrouwtjes die door buren beschuldigd werden door buren belachelijk. Zij beschreven het op een sarcastische manier als ‘een-door-de-duivel-georganiseerde-verzetsbeweging met als belangrijkste taak het doden van een paar koeien en het verhinderen van bier brouwen en boter maken’. Deze theorie zette veel mensen uit de elite, die wel konden lezen en schrijven, wel aan het denken. Jammer genoeg was het grootste deel van het volk analfabeet en bereken deze boeken hen niet.

De kunstenaars verbonden de hekserij niet aan een klasse; zij beeldden huwbare meisjes, mannen en kinderen uit. In werkelijkheid werd er nooit iemand van de elite beschuldigd.

Deelvraag 2
Waardoor namen de heksenprocessen toe?

Vanaf 1450 werden de heksenprocessen steeds meer. Tussen 1450 en 1750 werden er ruim honderdduizend heksenprocessen gevoerd. Daar waren verschillenden redenen voor. Allereerst barstte in de tweede helft van de veertiende eeuw de pest uit; niemand wist wat de pest was; er was weinig hygiëne en de pest was besmettelijk en dodelijk. In een korte tijd was een derde van Europa uitgeroeid. De pest werd ‘de zwarte dood’ genoemd en men dacht dat dit een straf was van god. De economie werd steeds slechter; er waren veel misoogsten en roversbendes plunderden dorpen en maakte de buurten onveilig. Rond 1500 werd een nieuwe weg naar Azië ontdekt en kwamen er grote hoeveelheden goud en vooral zilver uit Amerika beschikbaar voor muntgeld. Hierdoor nam het aantal geldstukken toe; maar de productie niet. Er ontstond inflatie. De armen werden armer en de rijker werden rijker. Dit zorgde voor sociale onrust.

Het volk kwam in opstand tegen elkaar en tegen de elite. De kerk en de bestuurders zagen het gevaar van de opstanden en probeerde ze te onderdrukken. Ze bestraften de afvallers, de mensen die hun geloof lieten vallen, omdat ze hun vertrouwen erin verloren hadden. Deze afvallers werden Ketters genoemd. De kerk kreeg het idee dat die mensen een pact hadden met de duivel; zo kreeg het volk een zondebok. De kerk vertelde iedereen dat God trots zou zijn als ze meehielpen het kwaad uit te roeien. Men ging geloven dat heksen het weer, de oogst, zieke kinderen en onvruchtbaarheid controleerden. De kerk veranderde de rechtspraak; de nieuwe aanpak maakte veroordelingen gemakkelijker.
Dankzij één enkel gerucht kon het heksenproces al beginnen.

De piek van de processen was tussen 1610 en 1630 en vooral in Duitsland. Dit had vooral te maken met de 30- jarige oorlog die toen gaande was in Duitsland. Deze oorlog had te maken met godsdienst; de katholieken en protestanten stonden als rivalen tegenover elkaar. De Godsdienstvrede van Augsburg in 1555 had de verhouding tussen rooms-katholieken en protestanten duidelijk geregeld, zodat er steeds conflicten bleven. De Rooms- katholieken hadden sinds de 16e eeuw heel wat populariteit gewonnen in Oostenrijk en Beijeren. Daardoor bleven de protestestanten, ondanks het verbod, hun ideeën verspreiden. In 1618 kwam het ten slotte tot een uitbarsting in Bohemen en Praag waarmee de oorlog officieel begon. In een poging van de kerk om het Katholicisme voort te zetten begonnen zij met het beschuldigen van Ketterij. Iedereen die zich tegen de ideeën van de kerk verzette, de protestanten (protest) dus, werd gezien als ketter, duivelaanbidder of een heks. Door deze ontwikkeling zijn er in Duitsland verschrikkelijk veel mensen vals beschuldigd.

Volgens schrijvers zijn er in die toen in totaal negen miljoen mensen omgekomen, maar dit aantal is sterk aangedikt door schrijvers en inquisiteurs. Uit onderzoeken in afzonderlijke gebieden kunnen we afleiden hoeveel mensen in ieder land in werkelijkheid voor de rechtbank kwamen wegens hekserij;
Duitsland: 50.000 Oost-Europese landen: 4000
Frankrijk: 10.000 Schotland: 4000
Spanje en Italië: 10.000 Engeland: 1000
Polen: 15.000
Zwitserland: 9000
Scandinavische landen: 5000

In totaal zijn dat 108000 personen. Veel verdachten werden echter vrijgesproken of kregen lichtere straffen. Uit onderzoeken blijkt dat van de aangeklaagden gemiddeld 48% werd terechtgesteld; als dit klopt zou dit neerkomen op 51.840 terechtgestelden.

Deelvraag 3
Hoe werden heksen vervolgd?

Er waren een aantal regels omtrent de beschuldiging van heksen:
- men mag beschuldigen zonder bewijs
- heksen mogen niet weten wie hen beschuldigd had en waarom
- heksen hebben geen recht op verdediging
- heksen mogen gemarteld worden als dit een bekentenis zou kunnen opleveren.

Als iemand beschuldigd werd van hekserij dan werd de aanklacht in behandeling genomen door de plaatselijke lagere rechtbank die vertegenwoordigd werd door de plaatselijke elite. Zij hadden verschillende proeven waarmee ze, volgens hen, konden aantonen of iemand wel of niet een heks was. Zo zagen ze de moedervlek als een heksenteken. De Heksenwaag hield in dat een expert het gewicht van de ‘heks’ schatte. Men dacht dat heksen gewichtloos waren, omdat heksen, volgens de verhalen, konden vliegen. Als het echte gewicht overeen kwam met het geschatte gewicht kreeg hij/zij een certificaat dat ze geen heks was. Ook hadden ze de waterproef; de linkerteen en linkerduim werden dan vastgebonden aan de rechterteen; zo werd de verdachte dan het water ingegooid. Als hij/zij bleef drijven was het een heks; als hij/zij niet bleef drijven niet. Helaas was het slachtoffer dan al wel overleden.
Voorbeeld;
Een vrouw in 1546 werd beschuldigd van hekserij en werd 24 uur naakt vastgebonden wachtend op de duivel die haar zou vergezellen. Getuigen beweerden dat de duivel in de vorm van twee muizen is gekomen die aan haar lichaam zogen; het schijnt dat zij de muizen gebruikte om de lammeren van haar buurman te doden. De vrouw is opgehangen.

Vervolgens volgde de foltering; die hield in dat de verdachte gemarteld werd om zo een bekentenis los te krijgen. Daar had men verschillende manieren voor zoals;
- De verdachte ophijsen aan armen die op de rug vastgebonden zaten
- Duimschroeven
- De verdachte volgieten met water tot hij/zij barst
- Samenknijpen van voeten in ‘Spaanse laarzen’
- Dagenlang beroven van slaap
Enkele vragen die gesteld werden tijdens de foltering;
- Waarom zijt gij ene heks geworden?
- Welke duivel hebt gij tot uwe minnaar verkozen?
- Welke eed moest gij hem afleggen?
- Welken duivelen en anderen namen aan den sabbat deel?
- Waaruit bestond het sabbatsmaal?
- Welke duivelskenmerk bracht de vijand op uw lichaam aan?
- Over welke kinderen hebt u enigen toverspreuken uitgesproken?

Sommige verdachten bekenden al voordat ze de foltering hadden ondergaan om het te voorkomen of omdat ze hoopten op een milder vonnis als ze meewerkten. Als er aan de schuld van een verdachte werd getwijfeld volgde er een lichter vonnis zoals; verbanning of een korte gevangenisstraf. Een deel van de verdachten werd ter dood veroordeeld en eindigde op de brandstapel.

Deelvraag 4
Waardoor werden de heksenprocessen minder?

Vanaf de 15e eeuw begonnen steeds meer schrijvers kritischer te denken en kregen bezwaren tegen de beschuldiging van heksen. Ze gingen meer onderzoeken en begonnen daarover te schrijven; dit had toen nog niet veel effect. Vanaf de 2e helft van de 16e eeuw kwamen er steeds meer protesten tegen hekserij. In 1563 kwam het boek ‘Praestigiliis daemonum’van Johannes Weyer uit; dit ging over de illusie door de demonen en toonden aan dat heksenvervolging onjuist was en met de vraag of de processen afgeschaft konden worden. De Engelse geestelijke Hendrik de 8e schreef een tegengesteld boek waarin hij alle argumenten van Weyer probeerde te verwerpen. Uiteindelijk moest Johannes Weyer vluchten.
In 1584 werkte Reginald Scot de ideeën van Weyer verder uit in het boek; ‘The discovery of witchcraft’. De koning van Engeland Jacobus de 1e probeerde ook dit met een tegengesteld boek onder uit te halen.

In de 17e eeuw gingen steeds meer mensen hun verstand gebruiken; men ging meer lezen en minder geloven in alle bovennatuurlijke dingen; het rationalisme. De Nederlander Balthasar Bekker kwam in 1691 met het boek ‘De betoverende wereld’. De inhoud van dit boek gaf aan dat rampen niet ontstonden door hekserij, maar door natuurlijke verschijnselen. Het vertelde ook dat Satan opgesloten zat in de hel en geen invloed had op de aarde en de gebeurtenissen. Het boek werd vertaald in 3 talen; het Engels, Duits en Frans.

Na Bekker zijn boek wilde rechters meer rationalistisch gaan denken. Ze begonnen met de afschaffing van de moedervlek als heksenteken. Ook kwamen er strengere regels bij de foltering; enkele landen verboden zelfs de pijniging tijdens de foltering al. Veel geleerden begonnen hun geloof in hekserij te verliezen. Het volk bleef nog steeds geloven; het grootste deel was analfabeet en had dus kon de boeken tegen heksenprocessen dus niet lezen.

In de 18e eeuw ging het steeds beter met de economie en waren de godsdienstige oorlogen voorbij, hierdoor stond het volk ook meer open voor andere ideeën en nam het geloof in hekserij langzaam af... Ook veranderde de mening van de rechters over de heksenvervolgingen; doordat zij steeds minder in de hekserij gingen geloven stemde de meeste in met een ander systeem. Een systeem waar er uitgebreid onderzoek werd gedaan en de ondervraging zonder geweld gebeurde. De foltering werd toen langzaam overal afgeschaft; in 1748 was Sicilië het eerste land wat officieel de foltering afschafte, daarna volgende de rest van Europa ook snel. In 1793 vond de laatste vervolging en veroordeling van een heks plaats in Polen. Het Criminele Wetboek deed veel wrede straffen in1809 verdwijnen; de doodstraf mocht nog maar op twee manieren plaatsvinden; door middel van een strop of door onthoofding. Later schreef de Code Penál, die toen de zeggenschap hierover had, de guillotine voor. Nadat nog later de galg weer was teruggekeerd werd de doodstraf in 1870 helemaal werd afgeschaft.

Toch zijn er nog heksenvervolgingen geweest met een fatale afloop maar alleen door particulieren die het recht in eigen handen namen. In 1977 werd een vermeende tovenaar in Frankrijk vermoord en in 1981 werd een vrouw vermoord vanwege vermoedens van hekserij waarmee zij de paus wilde vermoorde.

Deelvraag 5
Wat zijn de invloeden van hekserij op ons dagelijks leven?

Tegenwoordig zijn er nog veel invloeden van hekserij te vinden; in Amerika vieren ze elk jaar op 31 oktober het Halloweenfeest. Er wordt gezegd dat Halloween ontstaan is uit het aanbidden van de duivel. Halloween is de vervorming van het woord ‘All hallow Even’ (de nacht van de geesten). Halloween was de nacht waarin de donkerste tijd van het jaar begon; geesten, heksen en duivels keerden vlogen rond. Ze maakte grote vuren en voerden daar rituelen uit met mensen- en/of dierenoffers.

Ook worden de talismannen en amuletten nog op grote schaal gebruikt in de moderne maatschappij; talismannen brengen geluk en een amulet beschermd. Al sinds de oertijd geeft men deze eigenschappen hieraan. Dit is de kracht van de verbeelding. Ook de homeopathie werkt op deze manier; homeopathie draait om de verbeelding van genezing.

In China speelt de magie nog steeds een grote rol. Daarbij is het Yin-Yang het belangrijkste: Yin staat voor donker, vrouwelijk, koud, vast en nat. Yang staat voor licht, mannelijk, trots, lucht en droog. Deze twee zijn de tegenovergestelde van elkaar, maar ook onscheidbaar en van elkaar afhankelijk. Inmiddels wordt het Yin-Yang teken overal over de wereld gedragen, bijvoorbeeld als sieraad, als ‘bescherming’. Het taoïstische gedeelte van de Chinese religie is vooral gericht op de natuur; men geloofd in de natuurlijke gang van zaken waarin de mens niet moet ingrijpen. Men heeft daardoor ook veel bijgeloof; zoals het verbranden van geld voor tempels om geesten te verjagen.

In de Afrikaanse wereld draait alles om het spirituele; zij zien het leven als een voortdurend proces waarin de dode voorouders zijn opgenomen in het dagelijkse leven. De levenden behoren tot de ’buitenwereld’ en de doden aan het ‘innerlijk’ van de aarde; als de doden verwaarloosd worden; worden de nakomelingen van de levenden gestraft met ziekte en ongeluk. Er moeten dus offers worden gebracht aan hen. Veel Afrikanen geloven ook in positieve en negatieve magie (eigenlijk werkt dit net als witte en zwarte magie). Positieve krachten zijn productief, kunnen ziekten genezen en beschermen, terwijl negatieve krachten de gezondheid en ziel wegvreten en onheil brengen.

In de Westerse wereld lijken de invloeden van de hekserij op het eerste gezicht een stuk minder, maar in de 2e wereldoorlog, toen de heksenvervolgingen helemaal waren afgeschaft, was de situatie wel vergelijkbaar met die van toen. Hitler behandelde de Joden zoals de heksen eerder werden behandeld; onmenselijks en slecht. Hij verzon verhalen dat Joden kinderen opaten en mensen vergiftigden om het volk te overtuigen dat deze mensen verbannen of vermoord moesten worden. Het volk zocht net als toen ook een zondebok en ging mee in Hitler’s plannen. Ook de Russische dictator Stalin nam een voorbeeld aan de heksenvervolgingen, dwong zijn politieke vijanden met marteling tot een bekentenis en ontdeed zich op die manier van hen. Joseph MacCarthy ging in vanaf 1950 het communisme te lijf door ‘heksenjachten’ te houden en het volk te zuiveren van communisten.

De ideeën over vrouwen zijn inmiddels wel veranderd; de reden dat de meeste heksen vrouwen waren was omdat zij als minder en dommer werden gezien. Later zijn er veel vrouwen voor zichzelf opgekomen en Aletta Jacobs was de eerste vrouw die een universitaire opleiding volgde; het feminisme is toen ontstaan. Nu bestaat er in het grootste deel van de wereld gelijkheid tussen man en vrouw.

Deelvraag 6
Wat is moderne hekserij?

In de 20e eeuw kwam de interesse in het bovennatuurlijke weer langzaam opborrelen; mensen beweerden kennis te hebben over geesten, helderziendheid en spraken over geheime plechtigheden. De meeste mensen zeiden deze dingen alleen voor de sensatie, maar Aleister Crowley had serieuzere bedoelingen. Hij kondigde het einde van het christendom aan en vereerde de duivel. Hij creëerde een kring mensen om zich heen maar behalve veel grote woorden heeft hij nooit veel bereikt. Er was vooral sprake van overmatig seks- en drugsgebruik. Hij stierf in 1947 aan een overdosis in een pension.

Later zijn er nog wel vormen van hekserij geconstateerd. Vooral in de Verenigde Staten en in Engeland; mensen kwamen ‘s nachts bij elkaar in een bos om de duivel te vereren. Na onderzoek bleek dat de ‘heksen’ hem niet als duivel zagen, maar als vruchtbaarheidsgod; dit naar aanleiding van een boek van Margeret Murray die een hele godsdienst gebaseerd had op deze goden. Andere redenen voor duivelaanbidding waren voor sensatie, om mensen te choqueren of als maatschappelijk protest.

De “oprichter” van de moderne hekserij is de Brit Gerald Gardner. Omstreeks 1939 zou hij met de eerste coven gestart zijn. In Groot-Brittannië was het voor 1951 ten strengste verboden om aan enige vorm van hekserij te doen. Men was dus genoodzaakt om alles geheim te houden. Daarom is er ook zo weinig te vinden over die tijd. De term Wicca, wat het geloof in de God en de Godin betekent, hebben we aan Gardner te danken. Evenals de omschrijving hekserij. Want de erfheksen gebruikten de term ‘heks’ meestal niet, maar hebben het over de craft, de kunde of gebruiken allerlei oudere woorden om aan te geven dat mensen over bepaalde gaven beschikken. In 1951 werden de wetten op de hekserij, die tot op dat moment in Engeland nog steeds officieel van kracht waren, vervangen door de wet op frauduleuze mediums. Moderne hekserij heeft zich in deze periode verspreid over de hele wereld. Alex Sanders trede als eerste naar buiten en bracht zo de Moderne Hekserij in de maatschappij. Hij maakte het bekend, er lag niet meer zo’n groot taboe op hekserij. Voor deze tijd was het nog steeds verboden om hekserij te beoefenen.

-> Gerald Gardner; oprichter van de moderne hekserij

De wicca is niet langer meer uitsluitend een traditie waar je van kind af aan in moet opgroeien om alle details te leren. Het is nu een religie geworden waarbij iedereen die zich er toe aangetrokken voelt en die zich er voor in wil zetten, zich er bij aan kan sluiten. Wicca is een religie, de Wiccans eren over het algemeen twee goden. De Godin (moeder aarde) en de (gehoornde) God. Het uitvoeren van rituelen vindt vaak plaats bij volle maan (esbats) of tijdens de jaarfeesten (sabbats), maar natuurlijk kunnen rituelen ook op andere momenten worden uitgevoerd. Er is een verschil tussen wicca en hekserij. Wicca is afgeleid van hekserij. Hekserij is al veel ouder en bestaat dus ook al langer. Wicca wordt ook wel moderne hekserij genoemd.

Ze gebruiken drie universele waarnemingen waarmee, volgens hen, alles uitgelegd kan worden.
1) Reïncarnatie: deze verlicht de heks; hierdoor leren ze over periodes en over het leven en zo ervaren ze alles, zijn ze alles geweest en begrijpen ze alles.
2) Oorzaak en gevolg- magie: Dit aspect staat de heks toe te zien hoe de wereld werkt en hoe men zo efficiënt mogelijk kan leven.
3) Vergelding: Dit laat zien dat men elke gedachte of actie hetzelfde kan terug verwachten.

De heksen gebruiken alleen witte magie voor positieve doeleinden zoals spirituele groei, genezing, veiligheid, milieubescherming, wereldvrede en begeleiding.
Er zijn solitaire heksen, zij beoefenen de kunst alleen of met hun familie en er zijn heksenclans, ook wel coven genoemd. Heksenclans zijn groepen van 3 tot 13 mensen die geleid worden door een priester(es). Soms bestaat er gelijkheid tussen de heksen onderling, soms is het aanzien van de priesteressen hoger.

Binnen de hekserij bestaan er verschillende stromingen;
- Pantheïstische heksen: Deze heksen geloven dat alles om hen heen het goddelijke is. Ze geloven dat de natuur een spiegel is, waarin je al je aardigheden kunt vinden. Hoe meer je in deze spiegel (de natuur) kijkt, hoe beter je jezelf leert kennen.
- Polytheïstisch heksen: Deze heksen geloven dat er meerdere godinnen zijn, allen met verschillende eigenschappen.
- Monotheistische heksen: Deze heksen geloven niet in een God of een Godin.

Conclusie:

Veel herinneringen aan de hekserij zijn nog overal te vinden; in de 19e eeuw werd er heel veel over hekserij geschreven; zoals de sprookjesboeken als Hans en Grietje. De Sprookjes van Grimm (1812) en het wereldberoemde verfilmde boek Harry Potter. Toch geloven de meeste mensen in Nederland niet meer in hekserij zoals vroeger. Als men nu iemand zou beschuldigen van het doden van een persoon met magie zou dat zeer waarschijnlijk niet erg geloofwaardig overkomen. Door de hekserij hebben onze voorouders veel geleerd; doordat een groot deel van de normale bevolking niet kon lezen was er een grote kloof tussen de ideeën over hekserij; in het begin door de boeken die mensen moesten overtuigen van het bestaan van heksen en later juist andersom door de boeken tegen de heksenvervolgingen. Meer kennis over hekserij heeft geleidt tot meer tolerantie. Door de jaren heen heeft men geleerd dat veel verschijnselen gewoonweg te verklaren zijn door natuurlijke verschijnselen en dat je mensen niet zomaar kan veroordelen op basis van bewijzen als een moedervlek of een niet overeenkomend gewicht.

Toen ik aan mijn werkstuk begon had ik nog heel weinig idee wat zich allemaal had afgespeeld in de geschiedenis van de hekserij zoals waarschijnlijk de meeste mensen niet weten. Toen ik wat onderwerpen voor profielwerkstukken doornam en hekserij zag staan leek me dat meteen al leuk; ik vond het een duister onderwerp waar ik eigenlijk niks van wist. Ik ben wat informatie gaan lezen en begon het steeds interessanter te vinden. Vooral de hekserij van nu vond ik interessant en wat er is overgebleven van de hekserij van vroeger, maar dit viel jammer genoeg niet onder de geschiedenis. Zodoende werden mijn eerste deel- en hoofdvragen afgekeurd. Ik heb me toen met behulp van Memo verdiept in de geschiedenis en mijn tweede poging vragen werd gelukkig wel goedgekeurd. Naarmate ik meer las bleek steeds meer dat het heksentijdperk veel sporen heeft achtergelaten. Daarom besloot ik naast mijn bestaande deelvragen nog een hoofdstuk te wijden aan de invloed van hekserij op onze levens nu.

Het verwerken van de informatie ging goed; nadat ik bij elk hoofdstuk de juiste informatie in klad had genoteerd vanuit verschillende boeken en sites ben ik begonnen met het ‘vertalen’ hiervan naar een verslag. Nadat ik klaar was met het beknopte verslag ben ik op zoek gegaan naar bijpassende plaatjes die ik heb ingevoegd.

Ik denk dat ik veel van dit werkstuk heb geleerd, vooral het lezen vond ik erg leuk; het sprak me erg aan en wilde er daardoor nog meer over lezen. Het uitzoeken van de juiste informatie was best moeilijk en vergde veel concentratie; ik vond het moeilijk om de belangrijke punten uit de tekst te halen en in te voegen in het juiste hoofdstuk. Ik ben wel blij dat ik voor dit onderwerp heb gekozen; het sprak me altijd al aan en ik weet er nu een stuk meer over.

Logboek:

November: keuze onderwerp Hekserij
December; inleveren hoofd- en deelvragen; na nieuwe informatie opnieuw de hoofd- en deelvragen ingeleverd
Januari; verzamelen van informatie en vervolgens het sorteren van informatie die ik wilde gebruiken.
Januari- februari; klad gemaakt; de informatie per hoofdstuk in telegramstijl genoteerd
Maart; de aantekeningen van het klad eerst in normale woorden overgenomen; vervolgens plaatjes erbij gezocht.

Bronvermelding:

- Memo geschiedenis voor de 2e fase; Module 1 De brandstapel op
- Heksenwaan en heksenwaag – Johan Schouten
- Magie & Hekserij – Susan Greenwood
- Heksenvervolging – J. Toussaint Raven

Gebruikte sites:
- http://witches.coolbegin.com/
- http://heksenkring.cjb.net/
- http://www.heksenschool.nl/mainpage.html
- http://geschiedenis.beginthier.nl/
- http://annitascauldron.tripod.com/Nederlands/InhoudsOpgave.htm

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.