Slingerproef

Hoe verandert de slingertijd van een slinger als je de lengtes, massa en uitwijking verandert?

1. Inleiding:

Bij deze proef meten we de slingertijd van een slinger bij verschillende lengtes, massa’s en uitwijkingen. Kortom waardoor wordt de slingertijd van een slinger beïnvloed.

2. Onderzoeksvragen:

Onderzoeksvraag Proef A:

> Hoe verandert de slingertijd als je de uitwijking groter maakt?

Onderzoeksvraag Proef B:
> Hoe verandert de slingertijd als je de massa verandert?

Onderzoeksvraag Proef C:
> Hoe verandert de slingertijd als je de lengte van de slinger verandert?

3. Hypothese:

Als de hypothese bij Proef A waar is, dan zal de uitslag van het experiment zijn dat de slingertijd groter wordt als de uitwijking ook groter wordt.
Als de hypothese bij Proef B waar is, dan zal de uitslag van het experiment zijn dat als de massa groter wordt dat de slingertijd lager wordt.
Als de hypothese bij Proef C waar is, dan zal de uitslag van het experiment zijn dat als de lengte van de slinger langer wordt dat de slingertijd even lang blijft.

4. Materialen:

Standaard slinger aan een metalen standaard:

Lengte: 50 cm
Massa: 70 gram
Uitwijking: 5 cm
Zwaartepunt: halverwege het gewicht

Gebruikte aanpassingen op de standaard slinger:
Uitwijking van 5, 10 en 15 cm.
Lengte van 20, 40, 50, 60, 80 en 100 cm.
Massa van 70, 140 en 210 g

Meetapparatuur:
Stopwatch: bereik 10 minuten op honderdste s nauwkeurig
Liniaal: bereik één meter op mm nauwkeurig

Alle metingen kunnen worden gezet in drie tabellen.

5. Methode:

De slinger werd aan de standaard vast gemaakt en vervolgens werd het gewichtje aan de slinger vast gemaakt. De slinger werd door de leraar op de verschillende uitwijkingen los gelaten en wij (de leerlingen) moesten met een stopwatch de slingertijd van 10 slingers meten. De tijd moesten wij noteren bij de verschillende uitwijkingen. De zelfde methode werd ook gebruikt bij de verschillende massa’s en lengtes van de slinger. De exacte slingertijd wordt uitgerekend door de gemeten tijd door tien te delen.

Bij de eerste proef blijven de grootheden M en L constant, en de grootheid U varieert.

Bij de tweede proef blijven de grootheden L en U constant, en de grootheid M varieert. Bij de derde proef blijven de grootheden M en U constant, en de grootheid L varieert.

6. Resultaten:
(die doe ik ff niet)

Grafiek tabel 3
(die doe ik ff niet)

7. Conclusie:

Als de uitwijking groter wordt dan blijft de slingertijd het zelfde. Mijn hypothese was bij deze proef onjuist.
Als de massa groter wordt dan blijft de slingertijd hetzelfde. Mijn hypothese was bij deze proef onjuist.
Als de slingerlengte langer wordt dan de slingertijd ook langer wordt. Mijn hypothese was bij deze proef onjuist.

8. Foutendiscussie:

Al mijn hypotheses waren fout, daarom heb ik van deze proeven veel geleerd. Ik had heel andere ideeën over slingertijden dan wat uit de proeven blijken, want aan de uitvoering licht het niet, die is goed gegaan. Ik heb op internet gekeken en ik heb wat informatie kunnen vinden op www.scholieren.com/werkstukken.


9. Literatuur:

www.scholieren.com/werkstukken. Ik heb verder geen boeken behalve het natuur en scheikunde overal boek gebruikt en het verslagvorm onderbouw.