Voorwoord: De geschiedenis van Europa in de twintigste eeuw heeft mij altijd al het meeste aangesproken. De dingen die in deze tijd hebben plaatsgevonden hebben vaak nog grote, zichtbare, gevolgen voor de mensen die nú leven. Dat maakt deze tijdsperiode voor mij extra interessant. De NAVO is zo’n voorbeeld van iets dat in de twintigste eeuw is opgericht, maar waar we nu nog steeds veel mee te maken hebben. Het is een grote, invloedrijke organisatie. Ik vraag me af hoe dat zat toen de organisatie net werd opgericht. Het Warschaupact is de tegenhanger van de NAVO. Door het veelgebruikte woord ‘tegenhanger’ wordt gesuggereerd dat ze wel dezelfde basis hebben, maar tegenovergestelde ideeën vertegenwoordigen. Het leek me interessant om te onderzoeken of de NAVO en het Warschaupact nu wél of níet met elkaar te vergelijken zijn; of ze dezelfde doelen hadden. In de vorige periode op school is hier niet diep op ingegaan, waardoor ik nog niet veel over het onderwerp weet. Allebei zijn het samenwerkingsverdragen tussen een aantal landen. De westerse, democratische landen sloten zich aan bij de NAVO, de oosterse, communistische landen bij het Warschaupact. In eerste instantie zou je kunnen zeggen dat beide verdragen op elkaar lijken, maar is dat wel echt zo? Toen ik aan dit onderzoek begon was dat de vraag die ik mezelf stelde. Aan de hand van de volgende hoofdvraag en deelvragen onderzoek ik dit.
Hoofdvraag: “Zijn de NAVO en het Warschaupact vergelijkbaar?”
Deelvragen: 1a) “Wat waren de belangrijkste factoren die ten grondslag lagen aan de oprichting van de NAVO?”
1b) “Wat waren de belangrijkste factoren die ten grondslag lagen aan de oprichting van het Warschaupact?”
2a) “Wat zijn de belangrijkste acties die de NAVO heeft uitgevoerd en wat zijn de oorzaken en gevolgen daarvan?”
2b) “Wat zijn de belangrijkste acties die het Warschaupact heeft uitgevoerd en wat zijn de oorzaken en gevolgen daarvan?”
Op dit moment verwacht ik dat de NAVO en het Warschaupact vergelijkbaar zijn, omdat ze er allebei voor hebben gezorgd dat het veilig bleef in de lidstaten. Of dit ook echt zo is onderzoek ik met de volgende hypothese:
“De NAVO en het Warschaupact zijn vergelijkbaar; ze hebben allebei de veiligheid van de aangesloten landen weten te waarborgen.”
In de komende hoofdstukken doe ik onderzoek aan de hand van de deelvragen. In de conclusie geef ik antwoord op de hoofdvraag en toets ik mijn hypothese.
Hoofdstuk 1: “Oprichting van NAVO en Warschaupact”
§1.1: Voorgeschiedenis
Kapitalisme en communisme
In 1946, een jaar na het einde van de Tweede Wereldoorlog, begint de Koude Oorlog. Tenminste…dat zou gezegd kunnen worden. Het is namelijk een discutabel punt wanneer de Koude Oorlog nou precies begon. Je zou de oorlog in 1946 kunnen laten beginnen, omdat vanaf dat jaar de tegenstellingen tussen de Verenigde Staten en de Sovjet Unie steeds duidelijker werden. Deze “oorlog” ging voornamelijk tussen deze twee landen.
Naast 1946, zou de oorlog ook in 1949 kunnen zijn begonnen. In dat jaar kwam er namelijk een duidelijke scheiding tussen oost en west, namelijk door de oprichting van de BRD en DDR.
De oorlog was het gevolg van de verschillende ideologieën die de landen hadden. Het kapitalistische westen – de VS, Canada en de West-Europese landen - was een tegenstelling van de communistische Sovjet Unie. Het begin van dit verschil ontstond al in de 19e eeuw, door de gedachten van Karl Marx. Hij zei dat het kapitalisme ooit moest overgaan in het socialisme, een systeem waarin iedereen gelijk is. In 1917 begon het socialisme duidelijke vormen aan te nemen binnen de Sovjet Unie, waarna het uitgroeide tot het communisme. Door deze extremere vorm van het socialisme werden de verschillen tussen het oosten en het westen nog veel groter. De groepen hadden heel andere denkbeelden over bijvoorbeeld de inrichting van de staat en de bestuursvorm ervan.
Het IJzeren gordijn
In mei 1945 kwam de Tweede Wereldoorlog ten einde. In datzelfde jaar nog kwamen vertegenwoordigers van Duitsland, de Verenigde Staten en de Sovjet Unie bijeen in de Duitse stad Potsdam. Tijdens een latere bijeenkomst in Jalta werd er besloten dat Duitsland zou worden opgedeeld in vier stukken. De Britten, Amerikanen, Fransen en Sovjets kregen allemaal hun eigen deel, de zogenaamde bezettingszones. Tijdens een derde conferentie in datzelfde jaar werd er gepraat over de toekomst van Duitsland. Met de bezettingszones wilden de landen Duitsland weer herstellen. Het land zou op sociaal- en economisch gebied weer goed moeten gaan draaien. De samenwerking verliep echter moeilijk, waardoor de gestelde doelen niet konden worden bereikt. Een logische verklaring daarvoor is dat Frankrijk ook een bezettingszone had. Dit land had namelijk als doel dat Duitsland zwak en verdeeld zou blijven. Duitland zou namelijk een grotere bedreiging kunnen gaan vormen voor Frankrijk, dan voor de andere drie landen.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog waren de relaties tussen de VS en de Sovjet Unie sterk verbeterd. Ze hadden samen als doel het stoppen van de oorlog en Europa te verlossen van de bezetting door de Duitsers. Duitsland was de gezamenlijke vijand.
Na de oorlog kwamen er weer spanningen tussen de twee landen. Het verschil tussen het kapitalisme en het communisme bleek te groot. De Sovjets wilden dat Duitsland een autoritaire bestuursvorm zou krijgen; de regering regelde alles centraal en had alle macht. Dit is ook een kenmerk van het communisme. Het democratische westen wilde dit juist niet. Volgens hen moest er juist een parlementaire bestuursvorm komen, waarin de regering het volk vertegenwoordigde. Daarnaast nam de Sovjet Unie heel veel industrie in Oost-Duitsland in beslag, om zo de opgelopen schade te kunnen betalen. Dit ging ten koste van de economische wederopbouw in Duitsland. De VS en Engeland waren hierop tegen, omdat de bezetting zo langer zou moeten duren. Dat mocht niet gebeuren, vanwege de hoge kosten. Om de economische wederopbouw toch in stand te kunnen houden, besloten de VS en Engeland om samen een economische zone te gaan zorgen. Deze ‘Bizone’ ontstond in 1947. In 1948 sloot Frankrijk zich ook hierbij aan.
Ook hield de Sovjet Unie zich niet aan de gemaakte afspraken, waarin stond dat de Sovjets zich terug zouden trekken uit de gebieden die ze in de Tweede Wereldoorlog hadden bezet. In plaats daarvan plaatsten ze communistische regeringen in deze landen, waardoor het communisme zich snel kon uitbreiden. De VS wilden dit niet accepteren en maakten een plan om het communisme tegen te werken. Dit resulteerde in het Marshallplan. Dit plan hield in dat de democratische landen financiële hulp zouden krijgen om op economisch gebied sneller te kunnen herstellen. Achteraf gezien was dit een zeer slimme zet van de Amerikanen; ten eerste was het erg goed voor hun imago en bovendien werd het communisme tegengewerkt. Als het in de landen namelijk goed ging met de economie was de bevolking tevreden, waardoor er minder verlangen zou zijn naar het vernietigen van de klassen. Er was dus minder verlangen naar communisme. Dit voorkwam dat het communisme een nog groter blok tegen de VS zou gaan vormen.
Het Marshallplan was een onderdeel van de ‘containment-politiek’. De containment-politiek was een onderdeel van het Amerikaanse buitenlandse beleid en wordt ook wel indammingspolitiek genoemd. Dit beleid werd ontwikkeld door de toenmalige president van de VS, Truman. Hiermee wilde hij ervoor zorgen dat het communisme niet verder op kon rukken in Europa. Hij wilde dit bereiken door de democratische landen in te dammen. Hierdoor zou het communisme niet verder kunnen oprukken.
Door alle politieke ontwikkelingen in Europa kwam er een duidelijke scheiding tussen oost en west. De toenmalige Engelse premier Winston Churchill noemde dit het ‘IJzeren gordijn”. Deze liep langs de scheiding tussen Oost- en West-Duitsland tot en met de grens tussen Italië en Joegoslavië.
NAVO en Warschaupact
De conflicten tussen het oosten en het westen namen steeds grotere vormen aan. De Amerikanen organiseerden acties tegen iedereen die communistische trekjes had.
Alleen als je er al van werd verdacht om iets met het communisme te maken te hebben kreeg je zware straffen. Ook de Sovjet Unie organiseerde zulke acties, maar dan tegen de aanhangers van democratie of andere anticommunistische zaken. Een voorbeeld van de getroffen maatregelen zijn de ‘Goelags’, de werkkampen die Stalin had laten maken voor mensen die een bedreigen voor het communisme vormden.
NAVO
In 1948 ontstond er in Europa het idee om een defensiepolitiek te gaan voeren. Dit houdt in dat de verschillende landen elkaar steunen als een van de landen aangevallen wordt. Daarom werd er nog in datzelfde jaar het ‘Verdrag van Brussel’ gesloten. Hierin stond vast dat de landen die dit verdrag hadden ondertekend elkaar zouden steunen in zware tijden.
De Verenigde Staten hadden flinke kritiek op dit verdrag, omdat hun rol te beperkt zou zijn. Daarom wilden de Amerikanen dat er een nieuw verdrag zou komen waarin de VS ook een rol speelden.
Op 4 april 1949 werd de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie, de NAVO, opgericht. Ook in dit verdrag was het belangrijkste onderdeel dat de aangesloten landen elkaar zouden steunen tijdens oorlogen. De NAVO moest het westen beschermen tegen de vijand in die tijd, de Sovjet Unie. Een belangrijke reden hiervoor kan zijn geweest dat de Sovjets bezig waren met het ontwikkelen van een atoombom. Echte bewijzen waren hier nog niet voor, het waren vermoedens. De eerste atoombom van de SU werd namelijk pas in september 1949 getest. Veel mensen geloofden het niet toen het nieuws naar buiten kwam; het land zou daar té onderontwikkeld voor zijn.
Warschaupact
In 1955 reageerde het Oostblok op de oprichting van de NAVO. Ook de Sovjets wilden een middel hebben om hun positie in Europa vast te houden. Daarom werd op 14 mei 1955 het Warschaupact opgericht. De doelen van dit verdrag kwamen overeen met die van de NAVO, wat ook blijkt uit een uitspraak van Breznjev, de Sovjetleider in die tijd:
“Het uitgangspunt van het Warschaupact is dat alle landen die zich vijandig gedragen tegen het communisme moeten worden bestraft door alle bondgenoten.”
§1.2: De Noord-Atlantische verdragsorganisatie
Inleiding NAVO
De NAVO is een organisatie die dient ter ondersteuning van het Noord-Atlantische Verdrag. Dit verdrag werd op 4 april 1949 ondertekend, de dag waarop ook de NAVO werd opgericht. In eerste instantie werd dit verdrag door twaalf landen ondertekend, namelijk: België, Canada, Denemarken, Frankrijk, IJsland, Italië, Luxemburg, Nederland, Noorwegen, Portugal, Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten. Vanaf 1952 trad nog een aantal landen toe, waardoor de NAVO nu 26 lidstaten heeft.
De oprichting
Na het einde van de Tweede Wereldoorlog raakten de westerse landen steeds bezorgder over de rol van de Sovjet Unie binnen Europa. Vooral de opmars van het communisme en het militaire overwicht van de Sovjets zorgden voor deze bezorgdheid. Het westen werd duidelijk bedreigd door de communisten. De opmars van het communisme ging zo snel dat het noodzakelijk was om op zeer korte termijn een oplossing te vinden. Het mocht absoluut niet gebeuren dat het communisme de democratie zou laten verdwijnen. Het Noord-Atlantische Verdrag leek daar een perfecte oplossing voor. Dit zou de makkelijkste en misschien wel enige manier zijn om het opkomende communisme de kop in te drukken, om zo de positie van het westen te kunnen behouden.
De NAVO had als doel het behouden van vrede en stabiliteit, vooral binnen Europa. De vrijheid van de westerse landen mocht in geen geval worden bedreigd door het communisme. Om dit voor elkaar te kunnen krijgen was een goede samenwerking tussen de aangesloten landen op politiek en militair gebied noodzakelijk. Dit zou allemaal wel moeten gebeuren volgens de regels die in 1945 al zijn vastgelegd in het ‘Handvest van de Verenigde Naties’. Dit houdt bijvoorbeeld in dat er alles aan zal worden gedaan om de vrede te bewaren en dat militair ingrijpen pas als laatste optie wordt ingezet. Eerst moet er op politiek niveau worden geprobeerd om tot een overeenkomst met de vijand te komen, voordat er een militaire aanval als reactie plaatsvindt. Om aanvallen van een derde partij te voorkomen is het belangrijk dat de NAVO probeert om contacten te onderhouden met politieke leiders van de tegenpartij. Hierdoor konden eventuele spanningen sneller worden ontdekt en worden opgelost.
Mocht het toch een keer gebeuren dat een land een lid van de NAVO aanvalt, dan zijn alle andere leden verplicht om het aangevallen land te steunen. Desnoods op militair niveau. Dit is het belangrijkste onderdeel van het Noord-Atlantisch Verdrag en staat beschreven in artikel vijf. De leden moeten er alles aan doen om de vijand zo snel mogelijk te verdrijven. In de tijd van de Koude Oorlog was dit van zeer groot belang; het communisme mocht niet worden verspreid. Het is echter nog maar één keer voorgekomen dat artikel vijf in werking is getreden, namelijk na de aanslagen van 11 september 2001. Het is dus niet nodig geweest dat de NAVO in actie kwam tijdens de Koude oorlog. Dit houdt niet in dat de organisatie in die tijd overbodig was. De NAVO heeft een belangrijke rol gespeeld, door aan het Oostblok te laten merken dat het westen goed georganiseerd en krachtig is. Dit zal er hoogstwaarschijnlijk ook toe hebben geleid dat het oosten nooit een aanval op het westen heeft gedaan tijdens de Koude Oorlog. De Sovjets wisten dat er hevige tegenstand zou zijn.
De organisatie
Politieke structuur
In tegenstelling tot de meeste organisaties is de NAVO een ‘intergouvernementele organisatie van soevereine staten’. Dit betekent dat alle besluiten moeten worden goedgekeurd door alle leden. Als één land het ergens niet mee eens is kan het een voorstel tegenhouden. Dit is zo bepaald met als doel ervoor te zorgen dat er binnen de organisatie minder snel onenigheid ontstaat.
De Noord-Atlantische Raad - de NAR - is het belangrijkste orgaan van de NAVO op het gebied van besluitvorming. Alle lidstaten van de NAVO mogen één ambassadeur van het land plaats laten nemen in de raad. Deze ‘permanente vertegenwoordigers’ komen minimaal één keer per week bijeen op het hoofdkwartier in Brussel, waar zij de gang van zaken bespreken. Samen hebben de vertegenwoordigers de politieke leiding over de organisatie.
De voorzitter van de NAR is de secretaris-generaal en heeft de leiding over de bijeenkomsten. Ook bepaalt hij de agenda en is hij woordvoerder. De eerst secretaris-generaal was de Engelse Lord Ismay en werd opgevolgd door de Belg Paul-Henri Spaak. Op dit moment is Jaap de Hoop – Scheffer de secretaris-generaal.
Militaire structuur
De NAVO heeft geen eigen leger. In plaats daarvan sturen de lidstaten als het nodig is militairen van hun eigen land. Zij vormen dan het leger en vechten namens de NAVO. Om alles goed te laten verlopen is er de ‘geïntegreerde militaire structuur’. Hierdoor is het mogelijk om verschillende landen onder één vlag te laten vechten. Deze militaire structuur houdt ook in dat het materieel van de deelnemende landen aan dezelfde eisen moet voldoen, de procedures voor oorlogsvoering gelijk zijn en er soms ook gezamenlijk oefeningen moeten worden gehouden.
Net zoals alle andere beslissingen binnen de NAVO moeten ook de militaire beslissingen unaniem worden genomen. Deze beslissingen moeten door de NAR worden genomen. De verantwoordelijkheid voor de militaire uitvoering van de genomen besluiten ligt bij het Militair Comité (MC). In dit comité zitten de hoogste militairen van de deelnemende lidstaten. Op dit moment zijn dat alle NAVO-lidstaten, behalve Frankrijk. Dit land neemt namelijk sinds 3 maart 1966 geen deel meer aan de militaire structuur. President De Gaulle had geëist dat de geallieerde strijdmachten in Frankrijk ook allemaal onder Frans bevel moesten staan. Direct daarna kwam president Johnson van de Verenigde Staten met een reactie, waarin hij zei dat de Franse regering een besluit heeft genomen dat “het bondgenootschap in het hart raakt”. De VS wilde niet op de eis van Frankrijk ingaan, waarna alle Amerikaanse en Canadese troepen het land verlieten. Dit laat maar weer eens zien wat een macht de Verenigde Staten hebben. Het lijkt er wel op dat hun wil wet is. Er wordt niet eens gezocht naar een oplossing; het antwoord is direct ‘nee’. Frankrijk had maar genoegen te nemen met het Amerikaanse besluit. Voor Frankrijk bleef er geen keuze over dan uit de militaire structuur te stappen. Het land bleef wel gewoon lid van de NAVO.
Na een bijeenkomst van het Militair Comité in 2002 in Praag, is er een nieuwe commandostructuur ontstaan. Vanaf toen werden alle militaire acties geleid door het ‘Allied Command Operations (ACO)’, vertaald het ‘Geallieerd Commando Operaties’, gevestigd in België. Traditioneel is de opperbevelhebber de Amerikaanse generaal, de ‘Supreme Allied Commander Europe’. Hij is dus de opperbevelhebber van alle NAVO-troepen. Naast het ACO is er ook het ACT, het Allied Command Transformation. Dit bestuursorgaan houdt zich bezig met de veranderingen binnen de NAVO, vooral op militair gebied. Ook zorgt het ervoor dat de leden in staat zijn om beter samen te werken.
Zoals net al te lezen was hebben de Verenigde Staten een groot aandeel binnen de NAVO. Zo is de opperbevelhebber van alle NAVO troepen een Amerikaan, maar zijn ook de leiders van het ACT en het ACO Amerikaans. Dit draagt alleen maar weer bij aan de positie die de Verenigde Staten in de wereld hebben opgebouwd. Het land wordt gezien als wereldleider en alle Amerikaanse meningen en uitspraken worden dan ook goed in de gaten gehouden. Aan de ene kant is het een goede zet om de belangrijkste posten aan de Amerikanen te geven. Door hun huidige positie zullen ze veel meer druk kunnen uitoefenen op de gang van zaken op regionaal, continentaal maar ook mondiaal niveau. Aan de andere kant zou het goed zijn geweest om de belangrijkste posten eens uit handen van de VS te houden. Waarschijnlijk zou het bijdragen aan een (nog) betere samenwerking tussen de landen. Vaak komt het voor dat er veel kritiek is op de machtspositie van Amerikanen. Een voorbeeld hiervan is de al eerder genoemde uittreding van Frankrijk uit de militaire structuur. In 1995 was er even sprake van dat Frankrijk weer deel zou nemen aan deze structuur, maar dit ging uiteindelijk niet door; de VS wilden hun macht niet uit handen geven. Zie hiervoor bijlage 1: “Frankrijk nog niet terug in militaire structuur NAVO”.
§1.3: Het Warschaupact
De oprichting
Op 14 mei 1955 werd in Warschau het Warschaupact opgericht. Deze tegenhanger van de NAVO was een militair bondgenootschap van communistische landen in oost-Europa. Na een voorstel van de Sovjetpartijleider Nikita Chroesjtjov om een verdrag op te richten vond er een vier dagen durende conferentie plaats in Warschau. Uiteindelijk tekenden acht communistische landen het Warschaupact. Dit waren de Sovjet-Unie, Bulgarije, Roemenië, Oost-Duitsland (de DDR), Hongarije, Polen, Tsjecho-Slowakije en Albanië. Dit laatste land trok zich later terug uit het pact, vanwege de afwijkende ideologieën. De toenmalige leider van het land, Hoxha, baseerde zich op de Stalinistische denkbeelden. Toen Chroesjtjov begon met de destalinisatie binnen de Sovjet-Unie wilde Hoxha niets meer met het land te maken hebben. Daarom trok het zich terug uit het Warschaupact.
Oók de lidstaten van het Warschaupact beloofden om elkaar te verdedigen indien een staat werd aangevallen. De afspraak heette het ‘Verenigd Militair Commando’. Verder beweerden de lidstaten dat het verdrag was gebaseerd op onderlinge onafhankelijkheid en respect voor nationale zelfstandigheid. Later bleek dat de landen zich niet aan deze afspraken konden houden. Voorbeelden hiervan zijn de interventies in Hongarije en Tsjecho-Slowakije. Hierover staat meer in paragraaf twee van het volgende hoofdstuk.
De oprichting van het Warschaupact was een reactie op de oprichting van de NAVO. Het communistische oosten wist dat de positie van het democratische, kapitalistische westen door de oprichting van de NAVO sterk was verbeterd, doordat de krachten van de landen waren gebundeld. Om de positie van het oosten ook te kunnen waarborgen moest er een oplossing komen. Een samenwerkingscontract leek een perfecte oplossing. Hierdoor waren ook de communistische krachten gebundeld, waardoor er meer tegenstand tegen het westen kon worden geboden.
De toetreding van de BRD tot de NAVO op twee oktober 1954 was ook slecht nieuws voor het oosten. Vanaf dat moment vond er herbewapening van de BRD plaats, zodat het land ook militaire steun kon geven aan andere NAVO-lidstaten. Dit was weer een extra bedreiging.
Natuurlijk zat er nog wel iets anders achter de oprichting van het pact. Eerder al had de Sovjet-Unie een overeenkomst met het westen gesloten dat het land de troepen uit de bezette gebieden zou terugtrekken. Dit gebeurde niet; het was een perfecte kans om het communisme te verspreiden. Hierdoor werd er veel kritiek geleverd op de Sovjets. Het Warschaupact was hiervoor een goede oplossing.
Door een overeenkomst te sluiten met de bezette gebieden, waar het communisme ondertussen al heerste, werd de aanwezigheid van Sovjettroepen in deze oost-Europese gebieden gelegaliseerd. Hierdoor konden alle kritieken van het westen
worden verworpen.
Organisatie
Het Warschaupact bestond uit twee belangrijke onderdelen, namelijk het Raadgevende Politieke Comité en het Gemeenschappelijke Opperbevel. Het gemeenschappelijke opperbevel is het onderdeel van het Warschaupact dat gaat over de beslissingen op militair gebied.
Politieke structuur
Het Raadgevende Politieke Comité was het belangrijkste orgaan van het Warschaupact. Dit orgaan nam alle beslissingen op niet-militair gebied en was gevestigd in Moskou. Alle aangesloten landen hadden zitting in het comité, waar ze officieel allemaal evenveel macht hadden. Dit bleek niet altijd zo te zijn. De Sovjet-Unie nam namelijk vanaf het begin al een dominante positie in, waardoor het land in werkelijkheid veel meer macht had dan de overige lidstaten. De Sovjets vonden dat ze ook wel recht hadden op deze leidende positie, omdat hun land het grootste deel van de militairen leverde. Dit zorgde voor veel onrust tussen de aangesloten landen. De Sovjet-Unie werd ervan beschuldigd om de positie als groot land te misbruiken, waardoor de inbreng van andere landen in het pact werd verkleind. Toch boden de andere landen niet veel tegenstand tegen de Sovjet-Unie. Dit is logisch; om een sterke positie binnen Europa te kunnen behouden hadden ze de Sovjets wel nodig. Zonder hen zouden ze niet zijn opgewassen tegen het westen.
Op dit moment is er bijna geen informatie te vinden over de politieke- en militaire structuur van het Warschaupact. De meest voor de hand liggende reden is dat deze informatie altijd geheim moest blijven. Informatie naar buiten brengen was natuurlijk catastrofaal voor de communistische landen. De westerse landen konden dan gemakkelijk inspelen op alle gemaakte plannen. Het is dus bijna onmogelijk om de organisatie van het Warschaupact te kunnen onderzoeken.
Opheffing van het Warschaupact
Vanaf de jaren ’70 van de twintigste eeuw ging het steeds slechter in de communistische landen. De economische situatie was slecht; de hoge uitgaven aan de wapenwedloop eisten zijn tol. Het volk werd onderdrukt. Van vrije meningsuiting had men waarschijnlijk nog nooit gehoord. De welvaart in de landen was zo laag dat het voor veel mensen onmogelijk was om er op een ‘normale’ manier te kunnen leven.
Op 11 maart 1985 werd Michail Gorbatsjov secretaris-generaal van de Communistische Partij van de Sovjet-Unie. Gorbatsjov zag in dat het erg slecht ging met het land. Hij wist dat er snel dingen moesten veranderen om het land er weer bovenop te kunnen helpen. Toen hij in 1988 president werd van de Sovjet-Unie begon hij zijn hervormingen in het land. In de ideologie die Gorbatsjov had stonden twee woorden centraal, namelijk ‘Glasnost’ en ‘Perestrojka’, wat respectievelijk ‘vrijheid’ en ‘economische vernieuwing’ betekent. Hij was van mening dat de oude vorm van het communisme niet meer functioneerde. Met zijn hervormingen wilde hij de communistische landen redden van de ondergang. Door de hervormingen veranderde de Sovjet-Unie enorm. Het volk kreeg meer vrijheden en er ontstond een marktwerking waardoor de economie uit zichzelf kon groeien. Dit gaat natuurlijk helemaal in tegen de principes van het communisme. Een marktwerking is het tegenovergestelde van wat de communisten willen.
Omdat de Sovjet-Unie zoveel invloed had op de omliggende landen werd het communisme in alle omliggende landen ook in hoog tempo omver geworpen. Ze zagen allemaal de noodzaak van de hervormingen in en namen deze daarom over. In 1989 waren bijna alle communistische landen in het Oostblok hervormd. Het is dus te zeggen dat het communisme zich van binnenuit heeft vernield. Door alle negatieve ontwikkelingen onder invloed van het communisme kwamen de hervormingen. Het communisme functioneerde dus slecht, waardoor het zichzelf uiteindelijk omver heeft gelegd.
Veel mensen uit het Oostblok namen het Gorbatsjov niet in dank af. Ze wisten dat het communisme niet erg goed voor ze was, maar dat namen ze voor lief. Velen vonden het veel erger dat de positie van de Sovjet-Unie als wereldmacht hierdoor omver werd geworpen. Althans, dat dachten ze. In de rest van de wereld werd er juist zeer positief gereageerd op de hervormingen. Eindelijk zag iemand in dat het communisme niet goed was, zo zeiden de mensen.
Door het verdwijnen van het communisme in Oost-Europa was het Warschaupact overbodig. Dit pact was namelijk opgericht op grond van communistische beginselen. Aangezien bijna alle aangesloten landen al democratisch waren had het Warschaupact geen waarde meer. Na de overgang van communisme naar democratie was er automatisch geen Koude Oorlog meer. Deze oorlog ging namelijk tussen het communisme en de democratische landen.
Nadat er in de nieuwe democratische landen nieuwe regeringen waren gekomen, ontstond er veel tegenstand tegen het Warschaupact. In januari 1991 kondigden Tsjecho-Slowakije, Polen en Hongarije aan dat ze uit het pact zouden stappen. Een maand later deed Bulgarije hetzelfde. Hierdoor was wel duidelijk dat het Warschaupact geen macht meer zou hebben; alle steun was weggevallen. Daarom werd er besloten om het verdrag te ontbinden. Dit gebeurde officieel op 1 juli 1991 in Praag.
§1.4: NAVO v.s Warschaupact In deze paragraaf zal ik een vergelijking maken tussen de NAVO en het Warschaupact, aan de hand van onderwerpen die relevant zijn voor dit hoofdstuk. Hierbij is het belangrijk om te weten dat er over het Warschaupact relatief weinig informatief beschikbaar is. De vergelijking die ik maak zal in eerste instantie gebaseerd zijn op onderwerpen waarover voor beide partijen informatie beschikbaar is.
Doelen
De NAVO en het Warschaupact hadden allebei hetzelfde doel: het weerbaar maken van de aangesloten landen tegen de tegenpartij. De NAVO-landen wilden voorkomen dat het communisme zou oprukken richting de democratische landen. Als dat zou gebeuren zou heel Europa worden omgevormd aan de hand van communistische denkwijzen. Om dit tegen te houden zou er veel macht nodig zijn. De enige manier waarop dit kon worden bereikt was door samen te werken met andere democratische landen. Hierdoor ontstond de NAVO.
Ook het Warschaupact wilde zich weerbaar maken tegen de tegenpartij: de NAVO-landen. De NAVO was al eerder opgericht dan het Warschaupact. De landen in Oost-Europa wisten dat de NAVO een sterke positie had door de gebundelde krachten van alle landen. Dit vormde een bedreiging voor het oosten, waarna werd besloten om ook een verdrag op richten. Ook de communistische landen wilden namelijk hun positie behouden.
Daarnaast heb ik de al eerder genoemde mening dat het Warschaupact ook een middel was om de aanwezigheid van troepen van de Sovjet-Unie in andere landen te legaliseren. Volgens afspraken met de Verenigde Staten moesten de troepen daar weg. Na oprichting van het Warschaupact konden ze hier echter “ongestoord” en legaal verblijven.
Gevolgen voor aangesloten landen
Voor de NAVO-landen had het lidmaatschap geen grote gevolgen. Het enige wat er moest gebeuren was het onderhouden van relaties, zorgen voor goede afspraken en alle legers op elkaar afstemmen. Op politiek en economisch gebied waren de veranderingen relatief klein. De landen konden hun regeringen behouden. Wel moesten de legers ter beschikking van de NAVO staan als dat nodig zou zijn.
Op sociaal gebied was de invloed ook niet erg groot. Sommige mensen vonden dat lidmaatschap van de NAVO geen goede zet was, omdat er te veel macht uit handen zou worden gegeven. Het grootste deel vond het echter wél goed. De mensen voelden zich veiliger doordat er meer tegenstand tegen het communisme kon worden geboden. Ook al was er niet echt een directe bedreiging, het idee dat er veel tegenstand was, zorgde voor een fijn gevoel.
Voor de landen van het Warschaupact waren de veranderingen veel groter. Al snel bleek namelijk dat de macht van de Sovjet-Unie erg groot was. Alle landen hadden zich te schikken naar de wil van de Sovjets. Dit probleem was al kleiner geworden doordat de Sovjets er al eerder voor hadden gezorgd dat er communistische regeringen kwamen in deze landen. Door de macht van de Sovjet-Unie moesten de landen zich nog meer gaan schikken naar de wil van dit land. Officieel stond er in het verdrag dat alle landen evenveel hadden in te brengen, maar dat was niet het geval. Alles wat de Sovjet-Unie wilde werd uitgevoerd. Het land rechtvaardigde dit door te zeggen dat ze het grootste deel van de legers leverden.
De politieke gevolgen die dit had voor de andere landen van het Warschaupact waren groot. De regeringen van die landen hadden geen andere keus dan te luisteren naar de Sovjets. Dit was enige manier om weerbaar te zijn tegen het westen. Je kunt dus zeggen dat de Sovjet-Unie de andere regeringen indirect kon besturen. Daardoor hadden deze regeringen zelf nog weinig te zeggen.
Ook op economisch gebied waren de gevolgen groot. Onder druk van de SU moesten alle landen veel geld investeren in wapens en andere legermaterialen. Hierdoor ging er zoveel geld naar de bewapening, dat de nationale economieën helemaal instortten. Dit is ook weer een van de redenen van de val van het communisme, en dus ook van het ontbinden van het Warschaupact.
Naast de politieke en economische gevolgen, waren er ook grote gevolgen voor de bevolking. Dit was bijna altijd negatief. Deze negatieve invloeden kwamen voort uit de economische- en politieke gevolgen. Het volk merkte dat het steeds slechter ging met de landen. De welvaart nam sterk af, waardoor de leefsituatie verslechterde.
Bestuur
Zoals al beschreven in paragraaf 1.2, is de NAVO verdeeld in een politieke- en militaire structuur. Ook bij het Warschaupact is dit het geval. Vanwege de geringe informatie over het Warschaupact kan ik hierover geen vergelijking maken. Wél kan ik ingaan op een ander aspect, namelijk de macht van de Verenigde Staten enerzijds, tegenover de macht van de Sovjet-Unie anderzijds.
In eerste instantie zou je kunnen zeggen dat de rol van de VS binnen de NAVO te vergelijken is met de macht van de SU binnen het Warschaupact. Beide landen waren op dat moment namelijk wereldmachten en hadden het meeste geld ter beschikking. Omdat de landen zo groot waren namen ze de leiding. De Verenigde Staten deden dit, maar in veel kleinere mate dan de Sovjet-Unie. De VS namen wel de leiding, maar respecteerden daarbij ook de macht van de andere landen. De afspraken die waren gemaakt werden behoorlijk goed nageleefd. Alle landen hadden officieel evenveel in te brengen, wat ook gebeurde. Binnen het Warschaupact was dit totaal anders. Ook hier hadden de landen officieel evenveel macht, maar dit werd niet nageleefd. De Sovjet-Unie vond dat het land alle recht had om de leiding te namen ,wat dus ook gebeurde. Er werd zo’n grote invloed uitgeoefend op de andere landen, dat de macht van deze landen totaal werd verwaarloosd. Je kunt dus zeggen dat de landen aan de ene kant een overeenkomst hebben. Ze nemen allebei een leidinggevende rol in binnen het verdrag. Aan de andere kant verschillen ze ook weer heel erg van elkaar. De VS neemt een leidinggevende rol in, maar houdt rekening met de macht van de andere landen. Bij de Sovjet-Unie is dit niet het geval, waardoor het verdrag niet werd gehandhaafd.
Hoofdstuk 2: “Acties van NAVO en Warschaupact”
§2.1: “Inleiding” In dit hoofdstuk ga ik in op de belangrijkste acties die de NAVO en het Warschaupact hebben gedaan. Aangezien de NAVO op dit moment nog steeds bestaat zijn er over dit verdrag ook acties ná de opheffing van het Warschaupact te vinden. Hier ga ik echter niet op in, omdat dit niet relevant is om een vergelijking te maken tussen de NAVO en het Warschaupact. Daarnaast zijn er, zoals al eerder te lezen was in het vorige hoofdstuk, nooit confrontaties geweest tussen de NAVO en het Warschaupact. Ik kan dus niet onderzoeken of gewapende acties tegen de tegenpartij invloed hebben gehad op de veiligheid. Dit betekent niet dat de acties die ik behandel niet belangrijk zijn voor dit onderzoek. Ik verwacht namelijk dat bepaalde acties, zoals de Praagse lente, wél invloed hebben gehad op het veiligheidsdoel. De dingen die ik onderzoek hoeven niet altijd te maken te hebben met álle landen van een bepaald verdrag. Ik kijk ook naar acties van individuele landen, met een link naar de NAVO of het Warschaupact. De meeste acties zullen namelijk worden ondernomen door de grootste landen, namelijk de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie. Vaak hebben deze acties te maken met ideologieën van alle aangesloten landen, of heeft het invloed op deze landen. Acties die specifiek werden ondernomen door de NAVO of het Warschaupact zijn moeilijk te vinden. Ik bekijk acties die negatieve- én positieve gevolgen hebben gehad.
§2.2: “Acties van de NAVO of een NAVO-land en het Warschaupact of een Warschaupact-land” Een directe gewapende confrontatie tussen de NAVO en het Warschaupact is er nooit geweest. Wel zijn er verschillende acties geweest die een NAVO-land of Warschaupact-land heeft gedaan. Het grootste deel hiervan is gedaan door de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie. Welke belangrijke acties er zijn geweest en welke invloed deze hebben gehad is te lezen in deze paragraaf.
Warschaupactlanden grijpen in in Hongarije
Op 24 oktober 1956 brak er een massale opstand tegen het Stalinistische bewind uit in Hongarije. Een directe reactie van het Warschaupact volgde. De opstand begon in Boedapest. De opstandelingen daar wilden hun solidariteit met de slachtoffers van de opstanden in Polen die al eerder plaatsvonden. De opstanden werden daar namelijk op een bloedige manier beëindigd. Tijdens de demonstraties in Boedapest pleitten de mensen ervoor dat machtspositie van de Sovjet-Unie zou afnemen. In Boedapest werd alles wat maar met de Sovjet-Unie te maken had neergehaald. Het Hongaarse leger speelde hierbij een grote rol. Ook het leger was de invloed van de Sovjets namelijk meer dan zat. Er werden massaal wapens aan de burgers uitgedeeld.
Rond Boedapest waren Sovjettroepen gelegerd. De Hongaarse regering riep de hulp van deze legers in, omdat het eigen leger niet meer achter de regering stond. Vanwege de afspraken van het Warschaupact schoten de legers van de Sovjet-Unie te hulp. Na een aantal dagen leek het erop dat de Hongaarse regering de situatie weer onder controle kon krijgen en de Sovjettroepen verlieten de stad weer. Het was echter een verkeerd vermoeden. Al snel na het vertrek werden de opstanden weer heviger dan ze al waren. Premier Nagy wist niet wat hij moest doen en riep de Hongaarse neutraliteit uit. Het land zou niets meer te maken hebben met de Sovjet-Unie of welk ander land dan ook. Ook stapte het land uit het Warschaupact. De Sovjet-Unie reageerde hier direct op. Op 4 november 1956, dertien dagen na het ontstaan van de opstanden in Boekarest, hebben de Sovjettroepen besloten om de opstanden met geweld te beëindigen. Er kwam een bloedig einde aan de revolutie die aan ongeveer tienduizend mensen het leven kostte.
Nadat alle opstanden voorbij waren vonden er besprekingen plaats tussen de Sovjets en de Hongaren. De Hongaren zijn echter nooit teruggekeerd; ze werden gearresteerd vanwege verraad. Het uitroepen van de neutraliteit was een domme zet. Een aantal uur later vielen Sovjettroepen Boedapest nog een keer binnen. Het doel was om de hele stad kapot te maken.
Deze actie van het Warschaupact benadrukt de solidariteit van de aangesloten landen. Tenminste…het is natuurlijk maar de vraag of alle landen er wel echt achter stonden dat Boedapest werd aangevallen door de Sovjettroepen. Het kan ook zo zijn dat ze de Sovjet-Unie niet wilden afvallen, vanwege de enorme macht van dat land. Toch laat dit wel aan de tegenpartij zien dat het Warschaupact een krachtig verdrag is. Of de landen nou wél of niet achter de beslissingen stonden maakt niet uit, het gaat om het beeld dat de tegenpartij van het Warschaupact krijgt. Natuurlijk was het voor de Hongaren niet goed wat er gebeurde, toch zou je ook kunnen zeggen dat de actie, indirect, iets positiefs in zich had. Op deze manier werd er aan de buitenwereld namelijk getoond dat tegenstand niet werd geduld, van welke partij dan ook. Ik denk dat dit er mede voor heeft gezorgd dat het nooit tot een gewapende confrontatie tussen de NAVO en het Warschaupact is gekomen. Zolang beide partijen laten zien dat ze nergens voor terugdeinzen is de kans op een directe confrontatie kleiner.
Spanning tussen de Sovjet-Unie en de Verenigde Staten rond Turkije
Op tien oktober 1957 was het groot nieuws in de hele wereld: er zou een nieuwe oorlog in het Midden-Oosten komen. De oorlog zou ontstaan doordat de Verenigde Staten Turkije hadden aangemoedigd om een gewapende aanval op Syrië te doen. Op dat moment was Chroesjtsjov de secretaris-generaal van de communistische partij in de Sovjet-Unie. Hij zei dat de het grote onzin was wat de Verenigde Staten wilden. Turkije zou namelijk veel te zwak zijn om een aanval te doen op Syrië en zou direct omver worden gelegd door de tegenpartij. Hierop kwam direct een reactie van de minister van buitenlandse zaken van de Verenigde Staten, John Foster Dulles. Volgens hem zou het voor Turkije geen enkel probleem zijn om een aanval op Syrië te doen.
Op het moment dat er namelijk een tegenaanval richting Syrië plaats zou vinden, zouden de Verenigde Staten direct militaire hulp bieden aan Turkije. Hij refereerde hierbij aan de NAVO, waar Turkije in 1952 al tot was toegetreden.
“Hoewel de VS ver weg liggen van Turkije, zullen wij onze verdragsverplichtingen in het kader van de NAVO niet licht opvatten”, aldus Dulles.
Chroesjtsjov beschuldigde de Amerikanen ervan dat ze een aanval op Syrië stimuleerden, omdat ze zouden denken dat de Arabieren communistisch waren. Volgens Chroesjtsjov was dit niet het geval en waren de Arabieren gewoon nationalistisch.
Dit is een goed voorbeeld van de spanningen tussen de NAVO en het Warschaupact. De Amerikanen beweren dat het stimuleren van een aanval op Syrië niets te maken heeft met een verdenking van communisme in het land. Hier geloof ik echter niet in. In die tijd leverde de Sovjet-Unie namelijk heel veel wapens aan Syrië. Hierdoor nam ook de invloed van de Sovjet-Unie, en dus ook het communisme, toe in het land. De buurlanden van Syrië waren erg verontrust over de ontwikkelingen in het land. De hoeveelheid wapens die aanwezig zou zijn was veel groter dan de benodigde hoeveelheid om het land te verdedigen. Er werd dan ook verwacht dat het plan was om vanuit Syrië het communisme verder te verspreiden naar omliggende landen. Het lijkt mij daarom meer dan logisch dat de Verenigde Staten ook bang waren voor een verspreiding van het communisme. Een aanval vanuit Turkije op Syrië leek daarom een goede oplossing. Hieruit blijkt dat de NAVO en het Warschaupact het tegenovergestelde van elkaar waren. De Sovjet-Unie handelt namelijk namens het Warschaupact, terwijl de Amerikanen zich verschuilen achter de ‘verdragsverplichtingen van de NAVO’. Dit leidde ertoe dat de spanning tussen de twee organisaties groeide.
Kernstop van de Sovjet-Unie
De kernontwikkelingen in de Sovjet-Unie vormden een grote bedreiging voor het westen. Niemand wist hoe ver de Sovjets nu écht waren met hun kernproeven. Daarom werd het land ook als ‘zeer gevaarlijk’ beschouwd. Dit leidde ertoe dat er grotere spanningen waren tussen het oosten en het westen. Wel hadden de westerse landen in hun achterhoofd dat ze zich niet veel konden permitteren tegenover het Warschaupact. In het geval dat er een atoombom aanwezig zou zijn, zou er in geval van nood niet worden geaarzeld om deze in te zetten. De Sovjets wisten dit. Maar ze wisten ook dat de Amerikanen plannen hadden om kernproeven te gaan doen. Als dit goed zou gaan, zou het westen een veel grotere bedreiging kunnen gaan vormen voor het oosten. Om dit te voorkomen deed het Warschaupact een slimme zet.
De Sovjet-Unie verklaarde, namens het hele Warschaupact, de kernproeven stil te leggen. De reden die hiervoor werd gegeven was ‘de mensheid te bevrijden van de dreiging van een atoomoorlog’. Dit was mooie propagandapraat, want de echte redenen werden natuurlijk niet genoemd. Bij het afkondigen van de zogenaamde ‘kernstop’ werd er wel geëist dat ook andere regeringen stopten met kernproeven. Op het moment dat ze niet in zouden gaan op het initiatief van de SU, zouden er maatregelen moeten worden genomen. Het was een slimme zet van het Warschaupact; het westen had nog geen atoomwapens, waardoor er een grote voorsprong was. Ook konden de Warschaupactlanden zich nu voordoen als ‘stichters van vrede’. Er werd positief gereageerd op het besluit.
De kernstop had positieve gevolgen voor de relatie tussen de NAVO en het Warschaupact. Het leek zo te zijn dat er een zekere bereidheid vanuit het oosten kwam om de relatie met het westen te verbeteren. Ook hierdoor kwam er weer een stuk ontspanning. Dit zorgde weer voor minder aanleidingen tot gewapende confrontaties, waardoor de veiligheid wederom werd gewaarborgd.
Nixon bezoekt Sovjet-Unie
Ondanks de strijd tussen het oosten en het westen, werd er vaak geprobeerd om de relaties tussen de gebieden te verbeteren. Door de oprichting van de NAVO en het Warschaupact werd het een stuk eenvoudiger om deze relaties te verbeteren; de landen konden vertegenwoordigers met elkaar laten praten.
Aangezien de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie de grootste landen waren van beide organisaties benoemden zij zichzelf (indirect) tot leider. Zelf namen ze dan ook de positie in als vertegenwoordiger van de organisatie.
Op 23 juli 1959 kwamen vice-president Nixon van de Verenigde Staten en premier Chroesjtsjov van de SU bij elkaar in het Kremlin. De discussie die ze samen voerden ging vooral over de spanningen tussen de landen. Deze discussie tussen de twee politieke leiders werd uitgezonden op de televisie. De westerse pers vond dat Nixon prima standhield tegen Chroesjtsjov. Waarschijnlijk vonden de Sovjetmedia dit ook; ze lieten delen van de uitspraken van Nixon gewoon weg.
In eerste instantie leek de bijeenkomst succesvol. Ook al werden er geen concrete afspraken gemaakt, er was toch even een ‘ontspanning’. Dit is belangrijk om ervoor te zorgen dat de relaties niet verder verslechteren. Toch zaten er ook negatieve kanten aan de bijeenkomst. De Sovjets beschuldigden de Verenigde Staten er namelijk van om zich té veel te bemoeien met de binnenlandse aangelegenheden van de Sovjet-Unie. Dit zorgde ervoor dat de eerste ontmoeting tussen Nixon en Chroesjtsjov spannend was.
Over het algemeen heeft deze bijeenkomst een positieve werking gehad voor de NAVO en het Warschaupact. De besprekingen hebben geen directe positieve resultaten opgeleverd, maar benadrukten wel dat besprekingen mogelijk zijn. Hierdoor namen de spanningen tussen oost en west heel even af.
Chroesjtsjov bezoekt de Verenigde Staten
Nog geen twee maanden na het bezoek van Nixon aan de Sovjet-Unie nodigde de president van de VS Eisenhower Chroesjtsjov uit om langs te komen in Washington. Veel Amerikanen vinden dat Eisenhower dit niet had mogen doen. Er waren dan ook veel demonstraties, waardoor er veel veiligheidsmaatregelen nodig waren. Ook de Amerikaanse pers reageerde vel op de uitnodiging van Eisenhower. Zo schreef de New York Daily News: “Kom binnen, moordenaar!” Ook wordt hij “de slachter van Hongarije en Oekraïne” genoemd. Uiteindelijk verliep het bezoek rustig.
Natuurlijk kwam Chroesjtsjov niet voor de gezelligheid; er moesten weer dingen besproken worden. Eisenhower wilde het onder andere hebben over Berlijn, atoomproeven en ontwapening. De besprekingen verliepen veel soepeler dan twee maanden eerder. Chroesjtsjov gaat in op de punten die Eisenhower wilde bespreken en wil zelfs de handel tussen de twee landen vergroten. Hij wijst iedereen er echter wel op dat het onmogelijk is om de relaties na jaren van ‘Koude Oorlog’ opeens te veranderen. Wel wordt de president van de Verenigde Staten uitgenodigd om weer langs te komen in de Sovjet-Unie.
Ook bij deze bespreking is er niet direct sprake van handelen namens de hele NAVO en het Warschaupact. Wel heeft dit gevolgen voor de relatie tussen de twee organisaties. Door een verbetering van de relatie tussen de twee grootmachten zullen de relaties tussen de andere landen ook gemakkelijker verbeteren. Ook nu weer hebben de besprekingen voor een stuk ontspanning gezorgd. Hierdoor is er minder aanleiding voor een gewapende confrontatie, waardoor de veiligheid van de landen beter wordt behouden. Dit geldt voor alle aangesloten landen. Als de leiders van de twee organisaties geen directe aanleiding hebben om een aanval te doen, zullen de andere landen dit ook niet doen. Alle landen van de NAVO en het Warschaupact hebben dus profijt van de besprekingen. Daarom zie ik het ook als een belangrijke actie van de Amerikanen om Chroesjtsjov uit te nodigen.
Sovjets schieten Amerikaans vliegtuig neer
Op vijf mei 1960 schoten Sovjets een Amerikaans spionagetoestel neer. Dit gebeurde in het Oeralgebied. De regering van de Verenigde Staten was woedend. Zij verklaarde dat het ging om een onbemand vliegtuig voor het waarnemen van weersomstandigheden. De premier van de Sovjet-Unie, Chroesjtsjov, beweerde daarentegen dat het vliegtuig was volgeladen met meetinstrumenten en camera’s. Deze zouden als doel hebben het verkrijgen van informatie over militaire installaties en het vastleggen van radarsignalen. Hoogstwaarschijnlijk had hij gelijk; de piloot werd namelijk opgepakt, waardoor de verklaring van de Amerikanen dat het om een onbemand vliegtuig zou gaan al kon worden verworpen. Ook konden foto’s, afkomstig van de camera’s aan boord van het vliegtuig, worden getoond.
Door het voorval ging een bijeenkomst in Parijs met onder andere de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie niet door. Het vertrouwen van de Sovjets was volledig verdwenen. Er was geen goede sfeer om te praten.
Het neerhalen van het vliegtuig heeft voor grote onrust gezorgd. Het Warschaupact was meer dan ooit op zijn hoede voor het westen; het spionagevliegtuig beloofde niet veel goed. De relaties werden hierdoor in één klap instabiel. De veiligheid kwam even in gevaar; de Sovjet-Unie – en daardoor het hele Warschaupact – was in staat om een aanval te doen. Het kwam echter niet zo ver.
Bouw van de Berlijnse muur
In de nacht van twaalf op dertien augustus 1961 werd er begonnen met de bouw van de Berlijnse muur. De Sovjet-Unie zag Berlijn als een doorn in het oog. Er was té veel invloed vanuit het westen. Daarom werd er besloten om de stad helemaal in twee stukken te delen. De reden die de Sovjet-Unie noemde voor de bouw van de Berlijnse muur was dat het oosten moest worden beschermd tegen de invloeden vanuit het westen. Deze zou namelijk erg negatief zijn. De werkelijke reden zal waarschijnlijk zijn geweest dat de Sovjets de leegloop van het oosten wilden beperken. Steeds meer mensen vluchtten namelijk naar de westelijke kant van de stad, waar het beter voor ze was.
De bouw van De Muur is een negatief hoogtepunt in de relatie tussen het oosten en het westen. Het was een teken dat er geen enkele verdraagzaamheid meer was tussen de NAVO- en Warschaupactlanden. Veel mensen dachten dat de Muur een teken was voor het begin van een gewapende strijd. De NAVO-landen kwamen hierdoor extra vaak bijeen om betere afspraken te maken. Er werd vanaf dat moment veel meer geld geïnvesteerd in defensie. Een gewapende strijd leek namelijk dichtbij. Ook het oosten nam maatregelen. Zo werden de kernproeven weer gestart. De spanningen tussen oost en west was enorm.
De Cubacrisis
Op 22 oktober 1962 vertelde president Kennedy van de Verenigde Staten aan het volk dat er een gedeeltelijke blokkade van Cuba zou komen. De Amerikaanse regering vond dit van zeer groot belang, op Cuba waren namelijk militaire bases van de Sovjets aanwezig. Hier stonden grote aantallen lanceerinrichtingen van raketten die waren gericht op Amerikaans grondgebied. Dit vormde een grote bedreiging voor de Verenigde Staten. De reactie van de Amerikanen was dan ook heftig. Op bron 2.5 is een satellietfoto te zien waarop de raketinstallaties zichtbaar zijn.
Alle raketten die vanaf dat moment zouden worden afgevuurd vanaf Cuba, zouden worden beschouwd als een aanval van de Sovjets richting de Verenigde Staten. Hierop zou dan een ‘gepast antwoord’ van de NAVO komen. Dit hield natuurlijk in dat de Sovjet-Unie zou worden aangevallen. Ook internationaal is er veel kritiek op de raketinstallaties van de Sovjet-Unie. Veel landen uit Latijns-Amerika voelden zich ook bedreigd door de aanwezige wapens. Daarom werd het als zeer noodzakelijks gezien dat de wapenstroom vanuit de Sovjet-Unie richting Cuba zo snel mogelijk tot een stop zou worden gebracht.
De Sovjet-Unie reageerde daarnaast ook nog eens erg fel op de reacties van de Verenigde Staten. De Amerikanen worden ervan beschuldigd om alle landen op te roepen vijandig te zijn tegenover de Sovjets. De Verenigde Staten worden gewaarschuwd dat ze met vuur spelen en dat ze beter kunnen stoppen met het blokkeren van Cuba. Als de Verenigde Staten vragen om opheldering over de raketten die in de richting van het land staan, is het antwoord dat de wapens slechts defensief zijn.
Op aandringen van 45 neutrale landen besluiten de Amerikanen en de Sovjets om de zaak te kalmeren. Chroesjtsjov besluit de wapenzendingen stil te leggen, op voorwaarde dat de Amerikanen Cuba niet meer zullen blokkeren. Vervolgens stemt Chroesjtsjov ook in met de ontmanteling van de raketbases op Cuba. Deze zouden nu overbodig zijn geworden, omdat de VS tegenover de Verenigde Naties hadden verklaard dat ze Cuba niet zouden binnenvallen. De SU was hier namelijk bang voor, omdat Cuba ook een communistisch land is. Er werd verwacht dat de Verenigde Staten Cuba wilden straffen voor het bieden van hulp aan de Sovjet-Unie. Dit gebeurde echter niet. Toen president Kennedy aan Chroesjtsjov vroeg waarom de raketbases opeens zo snel konden worden ontmanteld zei hij dat ze dienden als verdediging voor Cuba, maar dat ze nu niet meer nodig waren, nadat de VS hadden verklaard Cuba niet binnen te vallen.
De Cubacrisis zorgde voor grote onrust in de hele wereld. De twee grootmachten van de NAVO en het Warschaupact lieten zo zien dat ze tot alles in staat waren. De spanningen liepen hoog op. Iedereen vreesde voor een nucleair conflict. De Cubacrisis wordt gezien als de gevaarlijkste confrontatie tussen de twee grootmachten na 1945. Ook al is de Cubacrisis nu voorbij, het beeld dat er zomaar een nucleaire oorlog zou kunnen ontstaan is nog steeds aanwezig
Warschaupact verstoort de Praagse Lente
Met de Praagse Lente wordt de periode van januari 1968 tot en met 20 augustus 1968 bedoeld. In deze periode was Dubcek aan de macht in Tsjecho-Slowakije. Hij had als doel het communisme in het land een andere vorm te geven. Hij wilde dat het communisme een ‘menselijker gezicht’ zou krijgen. Hij pleitte voor de afschaffing van censuur; mensen moesten dingen te weten komen over landen die niet communistisch waren. Het enkel lezen van propaganda in de kranten zou niet goed zijn voor de burgers. Ook wilde hij dat er meer vrijheid in wetenschap kwam, waardoor het land zich beter zou gaan ontwikkelen. Ook moest er meer vrijheid van meningsuiting komen. Niet alleen communistische partijen moesten worden toegestaan; ook andere denkwijzen zouden een plek moeten krijgen in de politiek. Verder moest het land democratischer en liberaler worden.
De andere landen van het Warschaupact zagen alle ontwikkelingen in Tsjecho-Slowakije als zeer negatief. Het was een schande voor alle communistische landen dat het land zulke hervormingen durfde door te voeren. Daarom riep de Sovjet-Unie, de leider van het Warschaupact, Dubcek ter verantwoording in het Kremlin. Hier kreeg hij de kans om álle leden van het Warschaupact ervan te overtuigen dat Tsjecho-Slowakije geen bedreiging vormde voor de andere landen. Het lukte hem niet om ze ervan te overtuigen. Een aantal dagen later waren er al militaire troepen in het land gesignaleerd. Dit interesseerde Dubcek niets; hij bleef zijn progressieve ideeën uitvoeren.
Op 20 augustus 1968 was de maat vol voor de meeste landen van het Warschaupact. De Sovjet-Unie was bang dat de hervormingen ook zouden worden doorgevoerd in andere Warschaupactlanden. Daarom stookte Brezjnev, de toenmalige leider van de Sovjet-Unie, de andere landen op om Tsjecho-Slowakije binnen te vallen. Dit gebeurde. Naast de Sovjet-Unie, leverden ook Hongarije, Polen, Bulgarije en de DDR militairen. Onder de naam ‘operatie Donau’ moest er worden geprobeerd om de hervormingen in het land tegen te houden.
Het eerste doel van de militairen was het vernietigen van alle communicatie in het land. Daarom werd er geprobeerd om eerst Radio Praag kapot te maken. Het hoofdgebouw werd vernietigd, maar door een extra ondergronds radiostation kon de zender toch nog even blijven bestaan. Via de radio werden alle burgers opgeroepen om zich te verzetten tegen de bezetters. Na enkele dagen werd een deel van de regering van Tsjecho-Slowakije opgepakt. De achtergebleven politici eisten vrijlating van hun collega’s. De Sovjet-Unie wilde best gehoor geven aan deze eis, op voorwaarde dat een groot deel van de hervormingen ongedaan moest worden gemaakt. Zo moest bijvoorbeeld de censuur weer worden ingevoerd. Hierna zou ook een deel van de gevestigde legers worden teruggetrokken uit het land.
Door het terugdraaien van de hervormingen groeide de onrust in het land weer. Het volk werd weer meer ontevreden en er ontstonden weer opstanden. Daarom trokken niet alle legers weg uit het land. Ongeveer 50.000 militairen bleven achter.
Het verstoren van de Praagse Lente heeft er naar mijn mening eveneens aan bijgedragen dat het nooit tot een gewapende confrontatie tussen de NAVO en het Warschaupact is gekomen. Ook met deze actie van het Warschaupact kon de rest van de wereld namelijk zien dat het verdrag erg sterk is. Elk land dat probeert om een land waar het communisme al is gevestigd te hervormen, zal hard worden aangepakt. Dit was ook het geval bij Tsjecho-Slowakije. Doordat iedereen weet dat er hard zal worden opgetreden tegen verzet tegen het communisme, zal een opstand hiertegen minder snel voorkomen.
Salt II
Na jaren van spanningen tussen de landen van de NAVO en het Warschaupact kwam er steeds weer meer angst voor een nucleaire oorlog. Het was voor beide partijen niet duidelijk of hun tegenstander al ver was in de ontwikkeling van kernwapens. Ook al was wel duidelijk dat alleen de grootmachten van beide verdragen zich nadrukkelijk bezighielden met de ontwikkeling van kernwapens, de spanningen tussen álle landen nam toe. Ze beschuldigden elkaar er van kernwapens in bezit te hebben. Niemand wist óf en wanneer er en aanval met een nucleaire bom plaats zou vinden.
Naast de angst voor nucleaire bommen wisten de landen ook van elkaar dat ze andere zeer zware wapens ter beschikking hadden. Vanuit de NAVO kwam het voorstel om een afspraak te maken met voornamelijk de Sovjet-Unie over de hoeveelheid zware wapens die de landen mogen hebben. Na enkele gesprekken tussen de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie leidde dit op 18 juni 1979 tot het verdrag ‘Salt-2’. Dit verdrag werd ondertekend door president Carter (VS) en president Breznjev (SU). De landen verklaren in dit verdrag dat ze niet meer dan 2250 strategische wapens mogen hebben. Dit zijn bijvoorbeeld intercontinentale raketten, zware bommenwerpers en natuurlijk kernwapens.
Het ondertekenen van Salt II zorgde ervoor dat er weer een tijd van ontspanning kwam tussen de VS en de SU. Het vertrouwen van de landen in elkaar groeide. Ze wisten dat de kans op een zware aanval door dit verdrag weer was verkleind. Aangezien beide landen die het verdrag hebben ondertekend de leiders zijn van beide verdragen zorgde de overeenkomst er ook voor dat alle andere aangesloten landen ook in een veiligere situatie terecht kwamen. Dit gold met name voor de NAVO-landen. Zolang de Sovjet-Unie namelijk geen zware wapens zou hebben en gebruiken, zouden de andere Warschaupactland dit ook niet doen. Je kunt dus zeggen dat Salt II in grote mate heeft bijgedragen aan een veiliger gevoel voor de landen. Ook al is het verdrag geen officiële overeenkomst tussen NAVO en Warschaupact, het verdrag werkt wel door naar deze landen.
Dubbelbesluit van de NAVO
Nadat in juni 1979 het verdrag Salt II al was getekend, bleef er toch een angst van westerse kant voor een aanval vanuit het oosten. Alle NAVO-landen waren het er over eens dat er vanuit het oosten een té grote dreiging kwam, doordat de Verenigde Staten hun voorsprong op het gebied van kernonderzoeken hadden verloren. Hierdoor was de Sovjet-Unie nu veel verder ontwikkeld met kernwapens. Om ervoor te zorgen dat de dreiging uit het oosten zou afnemen nam de NAVO een strategisch besluit: het Dubbelbesluit. De NAVO-landen besloten unaniem om 572 raketten in West-Duitsland te plaatsen, gericht op de Sovjet-Unie. De verklaring die hiervoor werd gegeven was dat de landen zich wilden wapenen tegen een eventuele aanval vanuit het oosten. De werkelijke reden was echter anders. De NAVO gaf aan de Sovjet-Unie te kennen dat er de bereidheid was om alle raketten te verwijderen, onder de voorwaarde dat de SU de eigen wapenvoorraad sterk terug zou brengen. Het land was hiertoe bereid. Op 30 november 1981 begonnen de zogenaamde INF-onderhandelingen tussen de NAVO en de Sovjet-Unie over het verder terugdringen van de hoeveelheid kernwapens.
In het begin van de onderhandelingen leek alles goed te gaan, tot 8 december 1984. Op die datum liepen alle onderhandelingen vast. De Sovjet-Unie was niet bereid om nog verder te onderhandelen, totdat alle geplaatste raketten in West-Duitsland verwijderd zouden worden.
Overleg tussen Reagan en Gorbatsjov
Op 21 november 1985 vond er een bespreking plaats tussen Reagan en Gorbatsjov. Waarschijnlijk was dit een van de meest succesvolle besprekingen tussen de twee leiders tot 1985. In het overleg kwam het onderwerp ‘ontwapening’ vaak ter sprake. Beide politieke leiders gaven toe dat een kernoorlog niet kan worden gevonden en ook niet mag worden gevoerd. Verder zeggen beide landen niet te streven naar militaire superioriteit. Ook moeten de ontwapeningsbesprekingen veel intensiever worden gevoerd. Directe resultaten na de gesprekken waren er niet, maar toch is de relatie tussen oost en west weer sterk verbeterd.
Net zoals al vaker te lezen was in dit hoofdstuk, zorgde de ontspanning tussen de VS en de SU ook voor ontspanning tussen alle andere landen van de NAVO en het Warschaupact.
Ontwapening van het Warschaupact
Zoals al te lezen was aan het einde van het vorige hoofdstuk zorgde Gorbatsjov als leider van de Sovjet-Unie voor grote veranderingen. Op 7 december 1988 deed hij iets wat slechts weinig mensen hadden verwacht van iemand uit het oosten. Tijdens een toespraak aan de Verenigde Naties in New-York vertelde hij dat hij van plan was om het aantal militaire eenheden sterk terug te brengen. Het doel was om het aantal Sovjetmilitairen met 500.000 terug te brengen. Dit zou in 1991 moeten zijn bereikt. Ongeveer een maand later werd besloten om ook nog eens alle kernwapens terug te trekken.
Totaal onverwacht bleek dat dit ook nog eens onvoorwaardelijk was. Dit werd door de hele wereld als zeer positief gezien. De Sovjet-Unie, en daarmee het hele Warschaupact, zou zich voor een deel gaan ontwapenen. Hier werd helemaal niets voor terug gevraagd. Daarom zagen de veranderingen die Gorbatsjov doorvoerde ook als begin van een eventuele vrede. President Reagan van de VS was zo enthousiast over de ontwapening, dat hij zei dat er hierdoor geschiedenis werd geschreven.
Door de ontwapening van een deel van het Warschaupact verbeterden de relaties met de NAVO-landen. Het was het sterkste teken van oosterse kant dat er werd geprobeerd om de relaties te verbeteren. Dit was het eerste moment dat het bijna helemaal zeker was dat er geen gewapende confrontatie tussen de NAVO en het Warschaupact plaats zou vinden. Naar mijn mening kan deze ontwapening dan ook gezien worden als een onderdeel van het begin van het einde van de Koude Oorlog. De spanningen tussen oost en west namen hierdoor namelijk sterk af. Al blijft de echte reden voor het einde van de Koude Oorlog natuurlijk de val van het klassieke communisme.
§2.3: “Conclusie van het hoofdstuk” Zoals al te merken was in paragraaf 2.2 zijn er slechts weinig acties specifiek door de NAVO of het Warschaupact uitgevoerd. Echter, veel landen die lid zijn van de NAVO of het Warschaupact hebben individueel wel acties ondernomen. In bijna alle gevallen waren dit de Verenigde Staten of de Sovjet-Unie. Deze landen hebben namelijk de rol als leider van respectievelijk de NAVO en het Warschaupact op zich genomen. Hierdoor zagen ze zich genoodzaakt om deze verdragen te vertegenwoordigen. Dit deden ze dan ook.
De acties die ik in de vorige paragraaf heb besproken bestaan voor een groot deel ook uit bijeenkomsten en onderlinge verdragen. Het doel hiervan was in alle gevallen het wegnemen van de spanningen tussen de landen die het verdrag tekenden of de overeenkomst bijwoonden. In de meeste gevallen had dit in eerste instantie effect op de relatie tussen de VS en de SU. Indirect werkte dit natuurlijk ook door naar de hele NAVO en het hele Warschaupact. Op het moment dat de Sovjet-Unie een betere relatie heeft met de Verenigde Staten, volgen alle andere Warschaupactlanden. Zij hadden namelijk geen andere keuze dan de Sovjet-Unie te volgen. Dit land was zo machtig dat alle landen dit land nodig hadden.
De verdragen en bijeenkomsten leidden in de meeste gevallen tot een ontspanning in de slechte relatie tussen de landen, waardoor de veiligheid voor een moment werd verbeterd. Door een meer ontspannen sfeer is er namelijk minder drang om tot een gewapende confrontatie te komen. Toch was er niet altijd alleen maar sprake van verbetering van de relaties. Vaak waren er ook acties die bijvoorbeeld de positie van het Warschaupact versterkten. Hierbij valt bijvoorbeeld te denken aan de inval van de Warschaupactlanden tijdens de Praagse Lente in Tsjecho-Slowakije. Aan de ene kant zorgde deze inval voor meer spanningen. Ten eerste binnen het Warschaupact zelf. Alle Warschaupactlanden toonden zich bereid om hard op te treden tegen verzet tegen het communisme. Door opstandigheid van één land binnen het verdrag ontstond er onrust. Hier werd hard tegen opgetreden. De inval tijdens de Praagse Lente had ook gevolgen voor extra spanningen met de NAVO. Doordat het Warschaupact liet zien tot alles in staat te zijn om de aangesloten landen te beschermen, wisten de leden van de NAVO dat er niet met ze te spotten viel. Dit was een extra bedreiging voor het westen vanuit het oosten. Toch had dit naar mijn mening ook een positieve kant. Zolang beide partijen van elkaar weten dat ze hard zullen optreden is de kans op een gewapende confrontatie kleiner dan normaal. Deze kans werd nóg kleiner doordat de landen ook niet precies van elkaar wisten welke wapens er aanwezig waren. Niemand wilde het risico lopen om slachtoffer te worden van een atoombom.
De situatie die hierboven is beschreven, is natuurlijk maar aan de hand van één voorbeeld. Toch denk ik dat je het principe kunt toepassen op bijna alle acties. Elke actie zal doorwerken op de hele NAVO of het hele Warschaupact. De gevolgen kunnen op verschillende manieren bekeken worden. Aan de ene kant negatief, doordat de spanningen toenemen. Aan de andere kant ook positief; de landen zijn te “bang” voor een krachtige reactie van de tegenpartij, waardoor het niet tot een gewapende confrontatie is gekomen.
Zoals te lezen was hebben beide partijen verschillende acties ondernomen. Van de NAVO-landen is te zeggen dat het vooral gaat over pogingen tot relatieverbetering met het oosten. Dit wordt in de meeste gevallen geprobeerd aan de hand van bijeenkomsten. In sommige gevallen wordt echter gekozen het op een meer strategische manier aan te pakken. Een voorbeeld hiervan is het Dubbelbesluit. Door eerst agressie te tonen wilde men tot een ontwapening komen. Dit zou dan weer leiden tot een kleinere kans op geweld, waarna uiteindelijk werd gehoopt op een verbetering van de relaties.
De acties van het Warschaupact waren in de meeste gevallen manieren om de positie van de lidstaten te verbeteren. Er werd geprobeerd om de tegenpartij af te schrikken door te laten zien nergens voor terug te deinzen. Dit leidde níet tot relatieverbetering, maar zorgde er logischerwijs wel voor dat het niet tot een gewapende confrontatie is gekomen. Vredesbesprekingen door een Warschaupactland kwamen wél voor, maar waren meestal op initiatief van een westers land.
De acties van zowel NAVO als Warschaupact hebben dus positieve én negatieve gevolgen gehad. Het belangrijkste gevolg is naar mijn mening toch dat het nooit tot een gewapend conflict kwam.
Conclusie: “Zijn de NAVO en het Warschaupact vergelijkbaar?” Dat is wat ik mezelf afvroeg toen ik aan dit onderzoek begon. Deze vraag vormde dan ook de basis van het hele onderzoek.
Alleen als je al kijkt daar het doel van oprichting van beide verdragen zou je kunnen zeggen dat ze in zeer grote mate vergelijkbaar zijn met elkaar. Beide verdragen hadden namelijk als doel een sterkere positie te creëren voor de landen die zich bij het verdrag aansloten. Toen na de Tweede Wereldoorlog de Sovjet-Unie een steeds dominantere positie begon in te nemen binnen Europa, voelden de westerse landen zich bedreigd. Door de grote macht van de Sovjet-Unie verspreidde het communisme zich in een razend tempo. De democratische landen wilden de opmars van het communisme stoppen. De enige manier waarop dit zou kunnen was door samen te werken. Dit resulteerde in de NAVO. Hierdoor kregen de democratische landen een sterkere positie ten opzichte van de communistische landen. Ook de communistische landen wilden een sterkere positie verwerven binnen Europa. Door de oprichting van de NAVO was deze positie aangetast. De oosterse landen wisten dat de westerse landen hun krachten hadden gebundeld. In een oorlog zou één van de communistische landen geen schijn van kans hebben tegen de NAVO-lidstaten. Daarom besloot ook een aantal communistische landen om een samenwerkingsverdrag te tekenen. Dit leidde ertoe dat in 1955 het Warschaupact werd opgericht. Hierdoor kregen de communistische landen hun positie binnen Europa weer terug. De belangrijkste reden voor de oprichting van beide verdragen was dus het behouden of versterken van de positie binnen Europa ten opzichte van de tegenpartij. Daarmee zou ook de veiligheid van de aangesloten landen worden gewaarborgd. Op dit punt komen de NAVO en het Warschaupact al overeen en zijn tot dusver vergelijkbaar met elkaar.
Mijn veronderstelling aan het begin van mijn onderzoek was dat de NAVO en het Warschaupact vergelijkbaar met elkaar waren, omdat ze allebei de veiligheid van de aangesloten landen hebben gewaarborgd. In hoofdstuk twee heb ik onderzoek gedaan naar de belangrijkste “acties” van beide partijen. Vaak ging het hierbij om een bijeenkomst of verdrag. Zoals ook al te lezen was in datzelfde hoofdstuk ben ik van mening dat de NAVO en het Warschaupact de veiligheid van hun lidstaten inderdaad hebben weten te waarborgen. Ten eerste is er een aantal besprekingen geweest tussen NAVO-landen en Warschaupactlanden. Een aantal keren zijn de politieke leiders van de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie bij elkaar op bezoek geweest. Op deze bijeenkomsten werd er altijd gesproken over de relaties tussen de landen en dus ook tussen de NAVO en het Warschaupact. Beide landen hadden namelijk een leidende rol in het geheel. Ook al verliepen de besprekingen niet altijd op een even soepele manier, er werd wel altijd getoond dat er de bereidheid was om te werken aan een vrede. Er werd gesproken over de punten waarop beide partijen van mening verschilden. In de meeste gevallen werd hiervoor geen directe oplossing gevonden. Toch zorgden de bespreking wel voor een wat meer ‘ontspannen’ sfeer. Ook al bleven de relaties niet al te best, door de gecreëerde ontspannen sfeer kwam het niet tot een gewapend conflict. Beide partijen hadden namelijk het vertrouwen dat er tot een oplossing zou kunnen worden gekomen. Naast de besprekingen is er nog een tweede factor die er naar mijn mening voor heeft gezorgd dat het nooit tot een gewapend conflict tussen de NAVO en het Warschaupact is gekomen. Deze factor houdt in dat beide verdragen hun macht en kracht uitstralen naar de tegenpartij. Doordat de tegenpartij ziet dat er niet te spotten valt met de tegenstander wordt er een gespannen situatie opgewekt. Toch zal dit voorkomen dat de twee partijen tot een gewapend conflict komen. Ze weten namelijk van elkaar dat ze tot alles in staat zijn. Waarschijnlijk was het risico té groot om een gewapende aanval te doen. Een goed voorbeeld van zo’n situatie vind ik de verstoring van de Praagse Lente door de Warschaupactlanden. Dit illustreert de bereidheid van de lidstaten van het Warschaupact om op te treden tegen het verzet tegen het communisme. Aangezien er zelfs een aanval werd gedaan op een Warschaupactlidstaat kwam dit extra indrukwekkend over op de buitenwereld. Alle landen wisten nu dat een mogelijke aanval op een Warschaupactlidstaat voor een heftige reactie zou kunnen zorgen. Ik ben van mening dat hierdoor het besluit is genomen om geen aanval te doen. Ook hierdoor bleef de veiligheid gewaarborgd. Ditzelfde geldt natuurlijk ook voor de andere kant. Een voorbeeld hiervan is te geven aan de hand van de Cubacrisis. De Verenigde Staten voelden zich bedreigd door de raketten die de Sovjet-Unie had geplaatst op het, ook communistische, Cuba. Hierna dreigden de VS dat er een reactie van de NAVO zou plaatsvinden in het geval dat er ook maar één raket wordt afgevuurd.
Na dit onderzoek durf ik wel te zeggen dat mijn hypothese klopt. Zowel NAVO als Warschaupact hebben de veiligheid van de aangesloten landen weten te waarborgen. Door het maken van verdragen, het organiseren van bijeenkomsten, maar ook vooral door het tonen van de kracht die de aangesloten landen samen hebben, kwam het niet tot een gewapend conflict. De bijeenkomsten zorgden voor een meer ontspannen relatie. Door het tonen van de kracht en de macht van de organisaties namen de spanningen wel toe. Maar vanwege de angst van de tegenpartij is het waarschijnlijk nooit tot een gewapend conflict gekomen.
Mijn slotconclusie is dan dus ook dat de NAVO en het Warschaupact met elkaar, op de hoofdlijnen, te vergelijken zijn. Ze hebben allebei als doel het behouden of versterken van hun positie ten opzichte van de tegenpartij enerzijds en het waarborgen van de veiligheid van de aangesloten landen anderzijds. Zowel de NAVO als het Warschaupact hebben hun doel bereikt. Ook al verschillen de organisaties sterk qua ideologieën, de belangrijkste doelen komen overeen. Door hun krachten te bundelen en te tonen aan de tegenstander zijn onveilige situaties voorkomen.
Nawoord: Het zoeken van een onderwerp was even een probleem. De thema’s waarmee het onderwerp te maken moest hebben waren al gegeven, waardoor ik gericht moest gaan zoeken naar een passend onderwerp. Het leek mij niets om een onderzoek te doen over bijvoorbeeld Indonesië. Mijn interesse gaat namelijk vooral uit naar de Europese geschiedenis van de twintigste eeuw. Na het bladeren door de ‘Kroniek van de twintigste eeuw’ kwam ik erop uit dat ik iets met de NAVO wilde gaan doen. Omdat het de opdracht was om er niet alleen een beschrijvend werkstuk van te maken leek het me handig om een vergelijkend onderzoek te doen. Aangezien we de vorige periode het hoofdstuk over Duitsland hebben behandeld, wist ik dat het Warschaupact de tegenhanger was van de NAVO. Dat was mijn reden om te onderzoeken of de NAVO te vergelijken is met het Warschaupact.
Over mijn hoofd en deelvragen ben ik behoorlijk tevreden. De hoofdvraag is zeer geschikt om een vergelijkend onderzoek te doen. Je kunt er in principe alle deelvragen onder laten vallen. Als je weet wat de hoofdvraag is weet je gelijk in grote lijnen waar het onderzoek over gaat. Ook kun je er door deze hoofdvraag niet onderuit om een vergelijking te maken. Je denkt hierdoor vanaf het begin al na over de conclusie, waardoor je kritischer kijkt naar relevante informatie. De eerste deelvraag vind ik ook prima. Met deze deelvraag heb ik onderzocht waarom de NAVO en het Warschaupact zijn opgericht. Om dit te kunnen vertellen was het belangrijk om een stukje voorgeschiedenis te geven. Dit zorgt ervoor dat je een veel breder beeld krijgt van het onderwerp. Het antwoord op de eerste deelvraag was gemakkelijk te vinden. Ook een vergelijking was makkelijk te maken. Over de tweede deelvraag ben ik achteraf gezien iets minder tevreden. In de deelvraag staat namelijk dat ik ga onderzoeken wat specifieke acties van de NAVO en het Warschaupact zijn geweest. Tijdens het onderzoek kwam ik erachter dat dit niet te doen was; er bleken maar slechts weinig acties door de hele organisatie te zijn uitgevoerd. Wél waren er veel acties (bijeenkomsten, verdragen, et cetera) die door één land van een de NAVO of het Warschaupact werden uitgevoerd. Deze acties beschouw ik toch als zeer belangrijk. Daarom heb ik besloten om mijn tweede hoofdstuk voornamelijk hierop te richten, wel steeds met de link naar beide verdragen. Achteraf gezien was het dus beter geweest dat ik in plaats van ‘NAVO’ ‘NAVO-landen’ had gezet, en in plaats van ‘Warschaupact’ ‘Warschaupactlanden’. Hierdoor zou mijn deelvraag beter overeenkomen met de inhoud van het tweede hoofdstuk. De hypothese vind ik goed. Het waarborgen van de veiligheid van de aangesloten landen van beide organisaties was een zeer belangrijk doel. Door te onderzoeken of dit bij beide partijen ook echt is gelukt maak je een vergelijking, maar onderzoek je ook hoe ze dit doel wilden verwezenlijken. Hierdoor krijg je een bredere kennis over het onderwerp.
Het zoeken naar informatie ging soms heel gemakkelijk, maar verliep in veel gevallen ook moeizaam. Vaak was er over het Warschaupact weinig informatie te vinden. Daarom heb ik ook besloten om in hoofdstuk twee voornamelijk te kijken naar acties van individuele landen met een link naar het Warschaupact. Hetzelfde geldt ook voor de NAVO, al is dat in een mindere mate.
Het doen van dit onderzoek heeft ervoor gezorgd dat ik een breder en duidelijker beeld heb van de verhoudingen tussen de westerse, democratische landen en de oosterse, communistische landen ten tijde van de Koude Oorlog. In de vorige periode hadden wel al wat geleerd over de NAVO en het Warschaupact, maar door dit werkstuk is mijn kennis over dit onderwerp aanzienlijk vergroot. Vooral over de communistische kant van het onderwerp wist ik relatief weinig. Nu weet ik meer over de ideeën achter het Warschaupact en de NAVO en dat zij een zeer belangrijke rol speelden in het behouden van de veiligheid voor de aangesloten landen. Zonder deze twee organisaties zou het waarschijnlijk sneller tot een gewapende confrontatie tussen oost en west zijn gekomen.
Mijn planning voor het maken van dit werkstuk was naar mijn mening goed. Ik heb tussendoor veel met de docent gesproken over het onderwerp en het werkstuk. Al snel had ik het grootste deel van het onderzoek afgerond. Toch was ook voor mij uitstel noodzakelijk, vanwege de drukte met andere praktische opdrachten. Het aantal uren dat we aan deze praktische opdracht moesten besteden leek me in eerste instantie erg veel. Nu blijkt dat je al snel zit op die 32 uur, vooral als je er een vergelijkend onderzoek van maakt. Het maken van de vergelijking en het trekken van conclusies heeft dan ook veel tijd gekost. Op sommige punten was het maken van een vergelijking onmogelijk, in de meeste gevallen door het ontbreken van noodzakelijke informatie. Door het trekken van eigen conclusies aan de hand van de gevonden informatie denk je beter na over het onderwerp. Hierdoor kom je op nieuwe ideeën, waardoor je weer opzoek gaat naar nieuwe informatie. Hierdoor kun je meer diepgang in het onderzoek brengen.
Het maken van dit werkstuk heb ik in de meeste gevallen wel met plezier gedaan. De belangrijkste reden hiervoor is dat het onderwerp me aanspreekt. De Europese geschiedenis van de twintigste eeuw trekt me altijd het meest, omdat ik heel veel dingen die toen zijn gebeurd nog steeds terugvind in wat we nu zien. Denk bijvoorbeeld aan de NAVO. Toch zijn er ook momenten geweest waarop ik het even zat was. Zeker toen de toetsweek dichterbij kwam kreeg ik toch behoorlijk veel stress. Gelukkig konden we het werkstuk later inleveren.
Het belangrijkste wat ik de volgende keer anders zou doen is het maken van de deelvragen. Ik zou eerst wat meer algemene informatie over het onderwerp moeten vinden, zodat ik in één keer een deelvraag kan formuleren die goed aansluit bij het hoofdstuk dat ik ga maken. Als tijdens het onderzoek blijkt dat dit niet het geval is, is de deelvraag dus niet helemaal goed gelukt.
Over het algemeen ben ik dik tevreden over het eindresultaat. Ik ben tot een duidelijke conclusie gekomen en heb mijn hypothese getoetst en met zekerheid kunnen bevestigen. Daarom is mijn onderzoek naar mijn mening geslaagd.
Bijlage 1
“Frankrijk nog niet terug in militaire structuur NAVO”
Door onze correspondent BIRGIT DONKER
MAASTRICHT, 2 OKT. Frankrijk keert voorlopig niet terug in de militaire structuur van de NAVO. Dat heeft de Franse minister Richard (Defensie) gisteren gezegd tijdens een NAVO-bijeenkomst in Maastricht.
Eind 1995 had Parijs aangekondigd voor het eerst sinds 1966 weer deel uit te willen maken van de militaire structuur. Frankrijk stelde als voorwaarde dat de commandostructuur voldoende Europees werd. Met name het zuidelijk commando in Napels zou in Europese handen moeten komen. Maar de Verenigde Staten willen dat bevel niet overdragen omdat de zesde vloot, uitgerust met strategische kernwapens, er onder valt. ,,We verwachten niet vóór eind december de positie te kunnen veranderen die we al dertig jaar innemen\'\', aldus Richard. Hij kondigde wel aan te willen meewerken met militaire plannen, zoals de herziening van het strategisch concept van de NAVO en het versterken van de relatie tussen het bondgenootschap en de West-Europese Unie. ,,Frankrijk is niet bereid te integreren, maar het keert niet terug naar zijn geïsoleerde positie\'\', aldus een NAVO-functionaris.
De overige lidstaten zeiden de Franse beslissing te betreuren. ,,We hopen dat de Franse regering op den duur besluit terug te keren\'\', aldus de Amerikaanse ambassadeur bij de NAVO, Hunter. Hij kondigde aan dat de herstructurering van de commandostructuur, ondanks het Franse besluit, doorgaat. ,,We hebben het dertig jaar zonder Frankrijk gedaan.\'\' De Britse minister Robertson zei dat Frankrijk een sleutelpositie inneemt. ,,We hadden gehoopt dat Frankrijk zou meedoen.\'\'
De Belgische minister Poncelet koos openlijk de Franse kant en haalde uit naar lidstaten die Parijs onnodig onder druk zouden hebben gezet concessies te doen. Hij riep op tot bemiddeling tussen Washington en Parijs. Richard zei dat dit voorstel in de lijn ligt van de Franse houding. Hij sloot niet uit dat Frankrijk later wel toetreedt tot de militaire structuur, waar zijn land onder president De Gaulle uitstapte. ,,Er zijn in dit bondgenootschap meer dingen gebeurd die onmogelijk leken\'\', aldus Richard, die doelde op het bezoek gisteren van de Russische minister van Defensie aan de NAVO-bijeenkomst.
Bron: NRC Handselsblad, 2 oktober 1997
Bronvermelding:
Boeken:
- Kroniek van de twintigste eeuw, Uitgeverij Agon BV, Amsterdam, 1993
Gebruikte bladzijden: 692, 693, 702, 707, 715, 723, 725, 727, 732, 745, 746, 761, 769, 829, 962, 969, 996, 1014, 1058, 1105, 1107, 1141.
De Kroniek van de twintigste eeuw vormt de basis van mijn onderzoek. Er staat geen grote hoeveelheid informatie in het boek, maar geeft wel duidelijk aan wanneer iets gebeurde. Vooral voor hoofdstuk twee speelde dit boek een belangrijke rol. Er staat veel primaire informatie in het boek over veel onderwerpen, waardoor je weer op nieuwe ideeën wordt gebracht om verder te zoeken naar nieuwe informatie.
- Noord-Atlantische Verdrags organisatie, NAVO voorlichting, 1991. - Twintig eeuwen geschiedenis van A tot Z, Het Spectrum, Utrecht, 1991.
Uit de andere twee boeken heb ik niet erg veel informatie gehaald, omdat er ook veel informatie die niet relevant was instaat. Wel heb ik deze boeken kunnen gebruiken over de deelonderwerpen ‘NAVO’ en ‘Praagse Lente’.
Websites: Websites over de informatie:
http://www.afvn.nl/2006_4/afpag18_20.htm
http://kb.pictura-dp.nl/component/option,com_bbkb/vak,geschiedenis/hoofdthema,4/subthema,48/
http://nl.wikipedia.org/wiki/Containment-politiek
http://www.nato.int/docu/review/2005/issue2/dutch/history.html
http://www.atlcom.nl/Europeseveiligheid/navomiddelen.htm
http://z.nu.nl/wikipedia/tabid/54/lookup/Warschaupact/default.aspx
http://www.duitslandweb.nl/naslagwerk/naslagwerk/Geschiedenis/1945-1949.html
http://www.xs4all.nl/~atlcom/fsupdateNAVO.htm
http://www.ondernemen.in/INFO_Koude_Oorlog
http://www.blikopdewereld.nl/Geschiedenis/Historische%20Onderwerpen/deel_3_van_dictatuur_naar_democr.htm
http://iclweb01.fsw.leidenuniv.nl/walhain/eindexamen/Level_4/cse/Duitsland/slagveld/illustratieve%20tekst/illustra.htm
http://nl.wikipedia.org/wiki/Praagse_lente
http://nl.wikipedia.org/wiki/Gorbatsjov
http://www.vcp.nu/manifest/gorbatsjov.htm
http://www.rusnet.nl/nl/encyclo/g/gorbatsjov.shtml
http://www.onsverleden.net/
http://www.digischool.nl/kleioscoop/tekst/20ste%20eeuw_com_wer2.htm
http://mediatheek.thinkquest.nl/~llb034/pages/koud/cccuc.html
http://tijdlijn.jongbloed.nl/tijdlijn.php?feitID=330
Er is niet één website waar ik specifiek veel informatie vandaan heb gehaald. Voor alle onderwerpen had ik vaak enkele websites nodig om aan de benodigde hoeveelheid informatie te kunnen komen. Zelfs over de NAVO kon ik niet genoeg vinden op de officiële website van deze organisatie. Ik acht de betrouwbaarheid van de gebruikte websites als ‘zeer groot’. Voordat ik informatie ging verwerken in de hoofdstukken keek ik of dezelfde informatie ook te vinden was op andere websites. Waar mogelijk zocht ik het op in een boek. Vaak kwam ik erachter dat de informatie klopte. In het geval dat de informatie onbetrouwbaar was of leek heb ik die bron niet gebruikt voor mijn onderzoek.
Websites voor de afbeeldingen: Bron 1.1: nl.wikipedia.org/wiki/ijzeren_gordijn
Bron 1.2: www.atlcom.nl/site/websheets/navo/ontstaan.html
Bron 1.3: www.duitslandweb.nl
Bron 1.4: www.atlcom.nl
Bron 1.5: www.home.hccnet.nl/mvd.graaf/ddr_structuur_warschaupact.htm
Bron 2.1: Content.answers.com/main/content/wp/en/thumb/5/59/180px_JohnFosterDulles.jpeg
Bron 2.2: www.commietravel.nl/ussr/ussrstaatslieden/chroesjtsjov001_small.jpg
Bron 2.3:
www.nndb.com/people/110/000024038/richard-m-nixons-sized.jpg
Bron 2.4:
www.gmu.edu/library/specialcollections/acsike600-14f.jpg
Bron 2.5: Dictionary.labortalk.com/prev-wiki/images/thumb/8/83/300px-Cuban_missiles.jpg
Bron 2.6: Languages.londonnet.ac.uk/pwr/dubcek.jpg
Bron 2.7: Hu.wikipedia.org/wiki/carter-Brezhnev-sign-SALT-II.jpg
Bron 2.8: www.nndb.com/people/359/000022293/reagan.jpg
Nieuwe bron: http://www.blikopdewereld.nl/Geschiedenis/Historische%20Onderwerpen/deel_3_van_dictatuur_naar_democr.htm
Overige bronnen Krantenbericht NRC Handelsblad, 2 oktober 1997, Birgit Donker “Frankrijk nog niet terug in militaire structuur NAVO”
REACTIES
1 seconde geleden