Hippies

Inleiding

In de jaren ‘ 60 bevochten de hippies de individuele vrijheid die we nu zo belangrijk vinden. De beweging ontstond in 1966 in San Francisco. Over het ontstaan kun je meer lezen in het volgende hoofdstuk.

Het motto van de hippies was:

Make love, not war!

Het belangrijkste ideaal van de hippies was vrijheid. Hippies leefden vaak met een groep in een huis (communeverband) en experimenteerden met allerlei drugs. Veel hippies hadden lang haar, gekleurd met henna en droegen exotische, meestal zelfgemaakte of tweedehands kleren. Hippies worden vaak beschreven als langharige, slome sukkels. Soms waren ze ook wel naïef. Ze dachten bijvoorbeeld dat drug geestverruimend werkte en dat drugs de wereld zou kunnen verbeteren. Maar de hippies hebben ook veel goede dingen gedaan. Ze hebben zich bijvoorbeeld erg ingezet voor het milieu en het eerste eten dat zonder chemische bestrijdingsmiddelen of industriële processen was gemaakt kwam vaak van de hippies. De hippies waren dus eigenlijk toch niet van die langharige, slome sukkels… Het ontstaan van de hippies:

De naam Hippies is overgenomen uit Amerika. Daar ontstonden de hippies in 1965 in Californië en New York. Deze hippies waren eigenlijk nog een beetje gelijk aan de Provo, maar ze waren meer in zichzelf gekeerd en ze hadden niet zo de drang om de wereld te verbeteren. Deze beweging ontstond toen door de Viëtnam oorlog. De jongeren vonden het natuurlijk maar niks en ze begonnen met protesteren tegen de oorlog. In 1967 hief de Provo zich op en iedereen die bij de provo hoorde stapte over naar de Hippies. Rond 1970/1975 werd de Hippiecultuur mainstream. Een paar kenmerkende dingen over het uiterlijk van de
hippies:

De hippies hadden lang haar, het liefst geverfd in (oranje)rood met henna. De mannen hadden vaak ook een snor of een baard, omdat ze niet verwijfd wilden lijken. Ze hadden een scheiding in het midden of een pony. Ook waren kroezende krullen in een bolvorm met een zo groot mogelijke diameter erg in. Dit waren de zogenaamde afrokapsels, die voor antiracisme stonden. Het lange haar symboliseerde de vrijheid. De hippies droegen weinig of geen make-up. Bodypaint en oosterse make-up was wel in.

Onder de hippies zijn vier kledingstijlen te herkennen
1. Felle kleuren: Fel gekleurde kleding, effen of met geometrische patronen. Vaak waren er ook oosterse figuren of bloemen prints opgedrukt. Veel mensen hadden broeken met wijde pijpen, of ultrakorte rokjes en jurkjes met grote zonnebrillen. De mannen droegen jasjes, overhemden en dassen. Later kwamen er ook nog plateauzolen bij. 2. Sobere stijl: Bij deze stijl zag je veel versleten spijkerbroeken en overhemden. Alles was tweedehands. 3. Exotische stijl: Bij deze stijl zag je veel indiakleding. Alles was lang, en enkel-, armbanden en kettingen waren in. Je zag veel mooie stoffen, en de kleding had een specifieke geur. De jongens zagen eruit als een prins uit een sprookjesboek. 4. Opa- en omakleding: de meisjes droegen omajurken. De kleding was duur en van mooie stof gemaakt. De mensen droegen echte bontjassen, wat toen nog gewoon kon. De jongens droegen opabroeken en oude overhemden. Ze hadden ook ouderwetse sieraden om zoals bijvoorbeeld een zakhorloge. De idealen van de hippies

De hippies hadden veel verschillende idealen. Zo wilden zij zich inzetten voor wereldvrede en milieubescherming. Het belangrijkste in deze tijd was dus het stoppen van de Vietnam-oorlog. Zij waren tegen deze oorlog, omdat elke dag weer de verschrikkingen van de oorlog duidelijk werden door de media. Zij toonden soldaten die in Vietnam probeerden te overleven, zwaar gewond of verlamd. Omdat mensen zo geconfronteerd werden met de oorlog, kwamen er protesten op. Zo ontstond één van de grootste idealen van de hippies: vrede. “Make love, not war.” De hippies waren één van de vele groepen die geloofden in deze vrede en die hoop hadden. Hoop op een nieuwe en betere wereld. Zij geloofden in respect voor anderen en rekening houden met anderen. Hippies verwierpen ook de massaproductie, vandaar dat zij veel van hun kleding zelf maakten. Bovendien waren hippies vegetarisch, in verband met hun liefde voor alle levende wezens. Ze gebruikten geen kant-en-klare producten, maar maakten alles zelf. Hippies gebruikten ook nauwelijks alcohol en dronken alleen af en toe tequila. Daarentegen blowden ze veel, maar dit was om hun spiritualiteit te verhogen. Het eigen bewustzijn was erg belangrijk, deze moest je leren kennen en verruimen. Dit deed je door middel van innerlijke zoektochten, deze zoektochten werden echter ook vaak als wereldreizen gemaakt, waarin mensen op zoek gingen naar zichzelf. Vaak kwamen ze dan uit in India. Belangrijk was ook het in praktijk brengen van “love and peace”. Zo bereikte je een goede communicatie met anderen. Onderlinge concurrentie moest uitgebannen worden, er mocht nergens sprake zijn van geweld. Er moest gedeeld worden. Hippies voelden zich bovendien één met de natuur, vandaar dat ze vaak in open velden zaten om daar te blowen of thee te drinken. Het belangrijkste ideaal van de hippies was echter: vrijheid. Zowel individuele vrijheid als seksuele vrijheid was erg belangrijk. Dit zorgde ervoor dat hippies zich tegen het gedrag van hun ouders keerden. Wat de hippies probeerden te bereiken, was het overbrengen van deze idealen. Love and peace in de wereld en vrijheid voor iedereen.