De antroposofie van Rudolf Steiner.
A. Een belangrijk uitgangspunt van Rudolf Steiner is dat elk kind uniek is en de gelegenheid moet krijgen om zich volledig te ontplooien. In de vrije peuterklassen en op de vrije scholen komt ook de gedachte van Steiner waarbij de nadruk ligt op de natuur en natuurlijke materialen tot uiting. Materialen zoals wol, steen, hout of bijenwas worden er veel gebruikt. Ook het meubilair is van natuurlijk materiaal (hout) gemaakt. Op die manier leren ze hoe de natuur in elkaar zit en tegelijkertijd wordt de zintuiglijke ontwikkeling gestimuleerd. Ook expressie en fantasie spelen een belangrijke rol. Het kind leert zich uiten en ontwikkelt zich tot een creatief mens. Alles wat het kind doet is vrije expressie. Ritme is het sleutelwoord in de omgang met de kinderen. Het leven zit vol ritme. Ritme en beweging versterken het geheugen. Dat geeft houvast, veiligheid en herkenning. Ritme zie je terug in de dagindeling, de weekindeling en de jaarindeling. Typisch voor de dagindeling is dat alles steeds volgens een vast patroon en volgens vaste rituelen verloopt, bijvoorbeeld altijd op dezelfde manier samen eten en drinken. De weekindeling heeft steeds terugkerende activiteiten: de school heeft op maandag een weekbegin en op vrijdag een afsluiting, in het kinderdagverblijf is bijvoorbeeld maandag de vaste knutseldag, dinsdag de muziekdag, woensdag de schilderdag. De jaarindeling volgt de seizoenen en de jaarfeesten, zoals Sint-Nicolaas, Sint-Maarten, kerstmis, Pasen, driekoningen en Pinksteren, worden gevierd.
B. Doel: zintuiglijke ontwikkeling, expressie en fantasie zijn heel belangrijk. Het kind moet zich ontwikkelen tot een creatief mens. Ze moeten de natuur leren kennen.
Doelgroep: Peuters -> vrije peuterscholen (1,5 – 4 jaar). Kleuters -> vrije basisscholen gr. 1 & 2 (4 – 6 jaar). Schoolkinderen -> vrije basisscholen (6 – 12 jaar).
C. Veiligheid: gewoon hetzelfde als op alle andere scholen: EHBO dozen, brandblussers, schadelijke stoffen veilig opbergen, goed opletten bij het gebruik van scharen en lijm, bij het buitenspelen ook goed opletten en er iets van zeggen als het te wild gaat.
D. Meubels: alles moet gemaakt zijn van natuurlijk hout. Verlichting: zijn geen regels voor. Speeltoestellen: gemaakt van natuurlijke hout. Kleurgebruik: kleuren uit de natuur. (bruin, zandgeel, bladgroen) Beplanting: er moeten veel groene planten zijn, maar het maakt verder niet echt uit wat voor planten het zijn.
REACTIES
1 seconde geleden