Menselijk lichaam

Beoordeling 6
Foto van een scholier
  • Opstel door een scholier
  • groep 8 | 3207 woorden
  • 18 mei 2010
  • 15 keer beoordeeld
Cijfer 6
15 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak
ADVERTENTIE
Slim oefenen met Mijn Examenbundel

Wil jij onbeperkt online oefenen met examenopgaven, uitlegvideo's en examentips bekijken en je voortgang bijhouden? Maak snel een gratis account aan op mijnexamenbundel.nl. 

Ontdek Mijn Examenbundel
Inhoud

1 Inhoud blz. 1
2 Voorwoord blz. 2
3 De spieren blz. 3
4 Het skelet blz. 4
5 De zintuigen blz. 5
6 De bloedsomloop blz. 7
7 De spijsvertering blz. 8
8 De ademhaling blz. 9
9 De voortplanting blz. 10
10 De groei blz. 11
11 De hersenen en zenuwen blz. 12
12 De huid, nagels en het haar blz. 13
13 Nawoord blz. 14

Later wil ik graag huisarts worden. Daarom doe ik mijn project over het menselijk lichaam. Ik vind het heel interessant. Daarom ga ik er heel hard mijn best op doen. Ik noem alle onderdelen van het menselijk lichaam. Dat vind ik heel belangrijk. Er zal wel veel informatie zijn denk ik. Ik neem een heel fijn boek mee van thuis over het menselijk lichaam. Die kan ik dan ook heel goed gebruiken. Ik heb er veel zin in.

Veel leesplezier!

Alle bewegingen die de mens maakt, worden aangedreven door de spieren. Doe je arm eens omhoog, zonder spieren was dat niet gelukt. Je hele lichaam zit vol spieren, ze zitten bijna overal. Spieren bestaan uit allemaal kleine cellen. Als je iets beweegt trekken al die cellen samen. Er zijn drie soorten spieren in ons lichaam. De skeletspieren bewegen het skelet. Ze zitten met taaie banden, dat heten pezen, vast aan de botten. Gladde spieren zitten in organen, bijvoorbeeld in de darmen en de blaas. Deze spieren zitten ook in bloedvaten. Hartspieren vind je alleen in de binnenkant van het hart. Ze trekken soms heel even samen en dan pompt er bloed door het lichaam.
Met zijn tweetjes
Een spier kan een bot maar in een richting bewegen, dus moet er een spier zijn die hem de andere kant op beweegt. Spieren zitten daarom met zijn tweeën vast aan allebei de kanten van het bot. De ene spier zorgt dan bijvoorbeeld voor een buiging (flexie) van de arm en de andere voor een strekking (extensie).
Spiervezels
Spieren bestaan uit allemaal kleine cellen, die ook wel vezels genoemd worden.
De vorm en de maat van de vezels zijn per spier verschillend. De spiervezels in het hart trekken per dag soms wel 100.000 keer samen om bloed door het lijf te pompen.

Mensen kunnen rechtop staan, mede doordat ze zulke sterke botten hebben. Al die botten bij elkaar, worden het skelet genoemd. Het skelet bestaat uit 206 botten in allerlei maten en vormen. Elk bot is gemaakt voor iets anders. Lange botten in de armen werken als hefbomen. Dan kunnen we iets tillen en neerzetten. De ribben, de ruggengraat en het borstbeen vormen een mooie kooi voor de longen.
Botstructuur
De meeste botten hebben een harde buitenlaag en zijn van binnen zacht. Binnen zit het geleiachtige beenmerg, waar nieuwe bloedcellen gemaakt worden.

Bottenweetjes

De helft van alle botten
zit in de polsen, handen,
voeten, tenen en vingers.

Het breedste bot is het bekken.

Het kleinste bot zit in je oor,
het is ongeveer zo groot als
deze U.

Het langste bot is het dijbeen,
die is een kwart van de
lichaamshoogte.

Het oog.

Het oog bestaat uit drie lagen:
*de buitenste laag (harde oogrok)
*de middellaag (vaatvlies)
* de binnenlaag (netvlies)
In de harde oogrok zitten spieren die het oog bewegen. Het is ook doorzichtig.
In het vaatvlies zitten veel bloedvaten die het bloed vervoeren en daardoor heb je genoeg zuurstof in je oog. In de voorkant van je vaatvlies zitten de iris en de pupil. In je iris en pupil zitten kleurstoffen zodat je de bloedvaten niet kan zien. Daardoor heb je ook een oogkleur.
In je derde laag zitten allemaal heel kleine staafjes en kegeltjes. Met de kegeltjes kan je alle kleuren zien, en met de staafjes zwart wit dingen. Als een van de kegeltjes niet goed werkt, kan je een bepaalde kleur slecht of niet zien, dan ben je kleurenzwak of kleurenblind.
Hoe werkt het oog?
Als je ergens heen kijkt dan kaatst het beeld terug. Eerst gaat het naar de pupil, die kan zich groter maken om meer licht te krijgen en kleiner om minder licht te krijgen. Achter je pupil zit de iris en daar achter de lens. De lens werkt als een soort projector. De lens projecteert het en zo komt het bij de hersenen.
De neus
Je neus is voor twee dingen, hij is voor ruiken en ademen. Je neus is een zintuig want je kan reuk opnemen.
Waar bestaat je neus uit?
Het bestaat uit het kraakbeen en het neusbeen. Dat zijn 2 soorten botten. Een neus heeft ook twee gaten, maar die noemen ze meestal neusholtes. Je neusholtes lopen van je neus tot je keel. In de lucht zitten bepaalde stofdeeltjes met een geur. Als je inademt snuif je die stofjes op, dan komen die stofjes boven in je neus. Boven in je neus zitten cellen en zenuwen. Die nemen die geur op en sturen het door naar de hersenen.
Het oor
Hoe een oor werkt hoor je nu: er komen geluidsgolven in je oor. Dan gaan de trommelvliezen trillen en de geluidsgolven worden versterkt. De golven komen in het slakkenhuis terecht. De golven komen daarna in beweging in het slakkenhuis, die trillingen worden opgevangen door de zenuwen en doorgestuurd naar de hersenen.
De huid- voelen
Eerst even wat info. Als kind heb je ongeveer 1 vierkante meter huid. Als je volwassen bent heb je al snel 2 vierkante meter huid. Dat komt omdat je groeit en je huid groeit natuurlijk mee. Op de ene plek van je huid zitten meer zenuwen om te voelen dan op andere plaatsen.

Huidlagen

Boven in je huid is de opperhuid. Die bestaat het meest uit dode cellen. Als je over je huid krabt is het daaronder een beetje rood, dat zijn goede cellen. Je hebt dan de dode cellen eraf gekrabd. Onder de opperhuid zit een kiemlaag. Die zorgt voor nieuwe cellen. Als dat niet gebeurd houd je geen huid meer over. In de lederhuid zit de zweetklier, die zorgt ervoor dat je gaat zweten, dan kan je afkoelen.
De mond
Je mond is de ingang voor eten en drinken, naar het spijsverteringsysteem. De tong heeft een sterke smaakzin en komt in actie. Op je tong zitten allemaal smaakpapillen die smaak kunnen waarnemen. Maar je tong moet wel nat zijn door speeksel of drinken zodat de smaakstoffen in de smaakpapillen komen. Elke van de honderd verschillende smaken die we meemaken is gebaseerd op 4 basissmaken. Een rare smerige of bittere smaak waarschuwt de mens dat het misschien vergiftigt kan zijn. Je smaken zijn zout, zuur, zoet en bitter. Zout proef je het best op de zijkanten, zoet het beste op het puntje van je tong, bitter proef je achterin en in het midden proef je zuur het beste.
Je kan niet goed proeven zonder je neus, want daarmee kan je ook ruiken en dat is ook een soort van proeven. Als je je tong helemaal droog maakt en je neus dicht knijpt dan kan je alles eten wat je wilt, je proeft er niks van.

Het hart, je bloed en je bloedvaten zijn met elkaar de bloedsomloop. Elke dag werkt je hart heel hard. Je hart pompt de hele dag bloed door je lichaam. Je kan je hart voelen slaan, als je aan je pols voelt, of als je je hand op je borst legt. Er is een netwerk van allemaal bloedvaten waar bloed doorheen wordt gepompt. Het hart bestaat uit 2 pompen. Die pompen naast elkaar. De linkerpomp pompt vers bloed door het hele lichaam en voorziet het zo van zuurstof. Dit bloed dat door het hele lichaam is gepompt, komt bij de rechterkant van het hart en die pompt het bloed naar de longen. Daar komt er weer zuurstof bij en dan stroomt het weer naar de linkerkant van het hart waarna het weer vers gemaakte bloed opnieuw door het lichaam gepompt wordt.
Bloedvaten
Het bloed stroomt door je bloedvaten door je lichaam. Er zijn verschillende vaten. Elk is ontworpen voor een eigen functie. Slagaderen kunnen veel druk aan. Haarvaten zijn het dunst. Ze zijn zo dun als één cel.
Bloedcellen
Als je bloed onder een heel goede microscoop legt, kan je drie soorten bloedcellen zien. De rode cellen vervoeren zuurstof.
Daar zijn de meeste van in je bloed. Witte bloedcellen vallen bacillen aan en houden het bloed schoon. Bloedplaatjes helpen het bloed te laten stollen. Ze maken het bloed dik om een wond dicht te maken en te helpen genezen.
Wist je dat:……..
In je gemiddelde leven slaat
je hart drie biljoen
(3.000.000.000) keer.

Een gemiddeld lijf bevat 4 tot 5 liter bloed.

Dit is een echt hart.

Als we aan energie willen komen moeten we eten. Dit eten wordt door het lichaam omgezet in een soort van bouwstenen voor groei en reparatie van het lichaam. Zo gauw voedsel is gekauwd, doorgeslikt en in het spijsverteringskanaal zit gebeurt er steeds hetzelfde mee. Als het met de slokdarm steeds verder naar beneden naar de maag zakt, breekt het af tot steeds kleinere stukjes. Als het eenmaal in de dunne darm is, is het klein genoeg om door het bloed opgenomen te worden zodat het door je lichaam opgenomen kan worden. Al het afval gaat door naar de dikke darm.
In de mond
Vertering begint al in de mond. Je tong beweegt het eten en je kiezen kauwen het. Doordat er ook speeksel bij komt wordt het dan zacht en glad. Speeksel wordt gemaakt door je speeksel klieren. Die bevinden zich bij je oren en onder je tong. Via de slokdarm, de maag en de twaalfvingerige darm komt het voedsel dan terecht in de dunne darm.
Dunne darm
De dunne darm is je langste orgaan. Hij is wel 6 meter. In je dunne darm breken spijsverteringssappen uit je maag , je galblaas en je alvleesklier je eten tot kleinere stukjes. Deze worden dan uit je dunne darm gehaald en in je bloed opgenomen. Sommige stukjes worden naar de lever gebracht, en de rest naar waar dat ook weer gebruikt kan worden.
Dikke darm
In de dikke darm wordt al je eten wat het lichaam niet nodig heeft, tot ontlasting gemaakt. De dikke darm is 2 keer zo breed, maar is veel minder lang. Hij moet zout , mineralen en water uit onverteerd eten halen, zo veel als het lichaam nodig heeft. De overblijfselen gaan naar het allerlaatste deel van de dikke darm, de endeldarm.
Urine
Het lichaam doet al het vloeibare afval weg. De nieren maken urine door het bloed dat door hun heen gaat te filteren. Hierbij worden mineralen, zout, water en afvalstoffen verwijderd. Elke nier heeft ongeveer een miljoen kleine filtertjes. De urine die de nieren maken stroomt door de urineleider naar een rekbare zak, die ze de blaas noemen. De urine stroomt dan door de plasbuis naar buiten.

Elke minuut en seconde gebruik je glucose, dat is suiker die in je cellen zit. Die suiker geeft je energie. De sleutel tot het vrijmaken van die energie is zuurstof. We hebben aan één stuk door zuurstof nodig om in leven te blijven. De lucht die om je heen zweeft bestaat voor een vijfde uit zuurstof. Die zuurstof ademen wij dan in. De delen van het lichaam die betrokken zijn bij het lucht happen en het brengen van zuurstof naar het bloed, waar het in de cellen komt voor nieuwe energie, heet het ademhalingsstelsel. Dit stelsel geeft het afvalproduct kooldioxide af. Dit zou giftig kunnen worden als het in het lichaam blijft en het zich op kan stapelen.
Longen en hart
De longen liggen op een bepaalde manier dat ze het hart goed van dienst kunnen zijn. Het hart ligt namelijk tussen de longen in. De linker long heeft ruimte gemaakt voor het hart. Elke long is verpakt met een glibberige zak, dat heet het borstvlies en je longen zitten ook nog in een laagje vettige borstvliesvloeistof.
Stil of stem
Het strottenhoofd zit bovenaan de luchtpijp. Er gaat lucht door als wij ademen en er steken stevige stembanden aan de zijkant uit. Spieren houden je stembanden open als je ademt zodat er lucht doorheen kan, als je praat gaan je stembanden naar elkaar.

Baby’s die pasgeboren zijn horen bij de natuur, net als dat een koe net geboren is. Je menselijke voortplantingssysteem maakt het mogelijk dat er steeds weer nieuwe baby’s komen. Het is het enige systeem dat verschillend is bij mannen en vrouwen. Het systeem is ook uniek omdat het in je eerste 12 jaar niet werkt. Je krachtige hormonen zorgen dat je in je pubertijd seksuele volwassenheid krijgt. Die seksuele volwassenheid begint bij meisjes van 10 tot 12 jaar en bij jongens van 12 tot 14 jaar. Als je in de puberteit bent, ontwikkelt je lichaam zich snel. Dat is in een tijd van 3 jaar. Bij meisjes gaan de borsten groeien en jongens krijgen de baart in de keel. Beide geslachten van jongens en meisjes krijgen haar en je krijgt ook haar onder je oksels. Vanaf dit moment kunnen mensen kinderen krijgen. Als je ouder word, (ik bedoel geen 18 maar ongeveer 40jaar), heb je steeds minder kans om een baby te krijgen die gezond is.

Mannelijke geslachtsorganen

Sperma wordt in de testes gemaakt, de testes zitten onder je penis. Je testes hangen in een huidzak. Sperma gaat van de testes door de urinelijder naar de penis en dan de vrouw binnen om naar het eitje te zwemmen.

De vrouwelijke geslachtsorganen

Iedere maand komt er uit de eierstok een eitje vrij. Dat eitje gaat door de eileider naar de baarmoeder. Als het geen zaadcel vindt sterft het af en dat noemen ze menstruatie of ongesteld zijn.

Bevruchting en de groei

Er komt een nieuw mensje, als er een zaadcel bij het eitje komt en zich nestelt in de baarmoeder. De cel die in het eitje komt, heet een zygoot. Vanaf de bevruchting groeit de baby steeds meer tot het na ongeveer 40 weken geboren wordt.
Na ongeveer vijf maanden kan de moeder de baby voelen bewegen. En na 28 weken is het kind heel actief. Zijn ogen zijn nu gevormd, hij begint mollig te worden en hij kan stemmen herkennen. Terwijl hij groeit neemt hij steeds meer ruimte in.

Van baby tot bejaard kom je best veel verandering tegen. Een gezonde baby, die pasgeboren is, is ongeveer 2500 tot 4500 gram. Het is ongeveer 48 cm lang en na heel veel jaren is hij volgroeit. Het menselijk lichaam word in de groei niet alleen groter maar de verhoudingen worden ook anders. Je benen groeien veel sneller dan je hoofd. Als een baby wordt geboren heeft het nog een vrij groot hoofd. Maar later wordt het steeds kleiner ten opzichte van de rest omdat het minder snel groeit. Bij je twintigste ben je ongeveer uitgegroeid. Rond je veertigste begin je alweer ouderdom te zien, je hebt een bril nodig (meestal) zodat je je rimpels beter kan zien. Rimpels krijg je ook rond je veertigste. Je reacties worden ook veel minder snel en je krijgt grijze haren. Sommige mensen krimpen ook nog als ze ouder worden, geniet maar van de tijd dat je nog jong bent en dat je alles nog goed kan. Later kan je ook nog wel genieten maar wel op een andere manier.
Botten die ouder worden
Kleine kinderen hebben kleinere botten dan volwassenen. Dat is heel logisch. De botjes van kleine kinderen bestaan nog uit weefsel wat ook wel kraakbeen wordt genoemd. Als je ouder wordt kunnen je botten vervormen.

Je hersenen en zenuwen regelen alles in je lichaam. Je zintuigen werken niet zonder je zenuwen. En je hersenen hebben natuurlijk ook een heel grote rol. We praten nu alleen nog maar over het bewegen en het kijken, horen, voelen en ruiken. Maar als je nu leest moet je ook je hersenen gebruiken om te lezen, je moet dingen onthouden anders begrijp je niks van het boek en je denkt dan ook na. En met rekenen en andere lessen denk je ook na. Je hersenen geven ook je emoties. Bijvoorbeeld huilen, lachen maar ook boos zijn en verdrietig zijn.
Je hebt 100.000 miljoen hersencellen in je hersenen die je ook wel neuronen noemt. Deze neuronen zijn verbonden met een paar duizend andere neuronen. Ze geven elektrische seintjes door naar elkaar. Je verbinding tussen al die cellen is wonderbaarlijk groot. En die verbindingen wisselen de hele tijd.
Reflexen
Als je een tikje onder je knie geeft gaat je been omhoog. Het is een reflex. Maar ook als je je handen tegen iets heets aanlegt. Dan haal je de handen supersnel weer weg. Dat is ook een reflex. De pijn gaat heel snel langs je zenuwen naar je hersenen, die voelen de pijn, of je het wilt of niet, je trekt je handen weg.
Er loopt veel bloed naar je hersenen. Een zesde deel van je hele bevoorrading bloed. Dat hebben de hersenen nodig voor energie. Zodat ze goed kunnen werken. En ook denken.
Gespecialiseerde cellen
Je bovenste hersencellen zijn verdeeld in een linker en een rechterhelft. Ze zijn allebei gespecialiseerd in andere dingen. Sommige stukjes van je hersenen die helpen je met kijken en andere weer met ruiken of voelen of weer iets anders.

De huid

De huid is het grootste orgaan van het lichaam. Bij een volwassene is de huid 1.5 tot 2 vierkante meter. Hij weegt 15 tot ongeveer 20 kilo met alle dingen erbij. De onderhuid maar ook het weefsel allemaal bij elkaar. Je huid beschermt je lichaam voor dingen van buitenaf. Je huid bestaat uit drie delen: het bovenste wordt gevormd door de opperhuid, ook wel de epidermis genoemd. Onder de opperhuid ligt de lederhuid. Die vormt de huid. De lederhuid wordt ook wel de corium genoemd. Het onderste gedeelte is de onderhuid. Daar zit bindweefsel in. Het bindweefsel houd je huid een beetje bij elkaar. Onder je onderhuid ligt je vetlaag.
Nagels
Nagels groeien aan de top van je vinger. Dat weet iedereen. Ze groeien ook aan de top van je tenen. Maar hoe ze groeien weet bijna niemand. Lees maar goed. Elke nagel komt uit een nagelwortel. Dat is het velletje onder aan je nagels. Dat is de enige plek van de nagel die leeft. De rest zijn alleen maar cellen die dood zijn. Die dode cellen vormen de nagelplaat. Die nagelplaat groeit langzaam naar boven. Daarom moet je ze knippen.
Haar
Als je haar zegt dan denken de meeste mensen aan het haar dat op je hoofd zit. Maar er groeit ook haar op je armen en benen, op plekken waar je het zelf bijna niet kan bedenken. Je haar groeit best wel snel. Daarom moet je zo snel weer naar de kapper. Haar komt uit haarzakjes. Die zitten in de huid. Er zit ook een spiertje bij die spant zich aan als je het koud hebt. Dan heb je kippenvel.

Ik vond het tot nu toe mijn leukste project. En ik ben er ook heel trots op. Ik weet nu heel erg veel over het menselijk lichaam. Dat vind ik heel fijn. De onderwerpen waren leuk omdat het leerzaam is en het is ook heel variërend. Je hebt heel veel onderwerpen die heel anders zijn. Als je het over een bepaalt dier doet doe je het de hele tijd over dat dier, met dit gaat het de ene keer over spieren en de andere keer over je ogen. Dat is heel verschillend. Ik had ook minder hoofdstukken kunnen doen maar dan had ik niet alle onderwerpen over het menselijk lichaam gehad. Dat zou ik zonde vinden. Dat maakt het project niet helemaal af en ik leer dan minder. Ik heb ook nog geleerd over projecten maken. Over het mooi maken en informatie zoeken. Ik kan nu ook al veel beter in eigen woorden typen. Dat is heel fijn.

Bedankt voor het lezen

REACTIES

P.

P.

thnx man veel info (L)(L)(L)

13 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.