Opdracht 1 Als eerste wordt er drie minuten lang warmgelopen. Dit gebeurt zonder bal, omdat er altijd ballen alle kanten opvliegen, waardoor de oefening wordt verstoord.
Opdracht 2 In deze oefening gaan we er van uit dat we twee baskets tot onze beschikking hebben. Een meervoud hiervan is echter geen probleem, want de oplossing wijst zich vanzelf. Op de eerste basket worden lay-ups gemaakt. Iedereen komt aanlopen van ongeveer 7 meter. Op dit punt staat een pion. Iedereen wordt dus ‘gedwongen’ eerst een stukje te dribbelen met de bal alvorens de lay-up te maken. Bij de tweede oefening staat er een pion op ongeveer zes meter (schuin) van de basket vandaan. Vanaf dit punt worden afstandsschoten gemaakt. Deze oefeningen duren 10 minuten.
Opdracht 3 In deze oefening worden er tweetallen gemaakt. Alle tweetallen stellen zich op op de middellijn. Een van de twee gaat aanvallen, de ander gaat verdedigen. Er kunnen dus per ‘ronde’ twee tweetallen deze oefening uitvoeren. De oefening is afgelopen wanneer er een doelpoging heeft plaatsgevonden of als de tegenstander de bal heeft onderschept. De oefening duurt totdat iedereen minimaal een keer heeft verdedigd en een keer heeft aangevallen.
Opdracht 4 In de overgebleven tijd van deze les worden partijtjes gespeeld. De klas wordt opgedeeld in 4 groepen. De teams spelen mono-basketball (naar het mono-korfbal) op één basket. Wanneer de bal door de verdedigende partij is onderschept of als er een punt is gemaakt, dan wordt de bal uitverdedigd tot aan de middellijn. De aanvallers worden verdedigers, de verdedigers worden aanvallers.
REACTIES
1 seconde geleden
W.
W.
ik heb geen commentaar want het is een goed werkstuk.
ik houd mijn werkstuk ook over basketbal en ik heet ook wessel.
22 jaar geleden
AntwoordenH.
H.
thanks ik moet ook een les geven en aan dat mono basketball heb ik wel wat aan
11 jaar geleden
Antwoorden