Het Carillon
Ida Gerhardt
Domweg gelukkig in de Dapperstraat, Uitgeverij Bert Bakker, Amsterdam 2000-20
Korte samenvatting van de inhoud Het carillon is een heel klokkenspel in een toren, wordt bespeeld door een beiaardier. Staat symbool voor de vrijheidsdrang in een bezet Nederland. Daar gaat dit gedicht ook over.
Het is een strofisch gedicht. Gekruiste rijm a-b-a-b, c-d-c-d, e-f-e-f, g-h-g-h, i-j-i-j. Het zijn kwatrijnen, strofen van vier versregels.
Alliteratie: ‘hun armoe en hun grauw gezicht’ ‘een luisteren, een vleug van licht’ ‘dit sprakeloze samenkomen’ ‘nooit heb ik wat ons werd ontnomen’
Assonantie: ‘want boven in de klokkentoren’ ‘na ’t donker-bronzen urenslaan’ ‘Valerius: - een statig zingen’ ‘waarin de zware klok bewoog, doorstrooid van lichter sprankelingen’ ‘wij slaan het oog tot U omhoog’ ‘en een tussen de naamloos velen’ ‘dat zong van mijn geschonden land’ ‘dit sprakeloze samenkomen’ ‘nooit heb ik wat ons werd ontnomen’
Synesthesie: ‘toen streek er over de gelaten een luisteren, een vleug van licht’ ‘donker-bronzen urenslaan’
Personificatie: ‘dit spelen dat zong van mijn geschonden land’ Stijlfiguur: ‘zo bitter, bitter liefgehad’ (herhaling; effect versterking)
Ik | zag | de | men|sen | in | de | stra|ten v / v / v / v / v +1 maat (metrum) 4x
Hun | ar|moe | en | hun | grauw | ge|zicht
v / v / v / v / maat (metrum) 4x
Onderzoek De titel loopt als een rode draad door het hele verhaal heen, het gaat over het klokkenspel van het carillon. Ik denk niet dat er 1 kernregel is in dit gedicht. Het carillon staat is dit gedicht symbool van vrijheidsdrang in een bezet Nederland.
Eigen mening Ik vind het wel een apart gedicht en ook wel mooi als je het met aandacht leest hoor je bijna de klokken van het carillon spelen en daardoor lijkt het net alsof je er zelf heel even bent. Ik vind dat de sfeer goed is beschreven, dit maakt het boeiend om te lezen.
nog een gedicht:
Zomermiddag aan de Amstel
Bert Voeten
Beeldspraak Personificatie: ‘de harde blauwe hand van de lucht drukt op het water’ Synesthesie: ‘de harde blauwe hand’ Personificatie: ‘hun spieren wandelen langzaam’ Personificatie: ‘een luie skiff klapwiekt’ Metafoor: ‘in de oksels van de rivier’ Personificatie: ‘liggen de boten te rusten met lome zeilen’ Metafoor: ‘meisjes kopen’ Personificatie: ‘de zon’ Metafoor: ‘languit met hun warme lichamen betalend’ Personificatie: ‘spelende vinger’ Metafoor: ‘loopt het water spaak’ Personificatie: ‘blijven de buitens leven’ Vergelijking: ‘achter de schermen van de bomen’ Personificatie: ‘scooters op het jaagpad knippen’ Vergelijking: ‘knippen de stiltes open met een lange schaar van geluid’
REACTIES
1 seconde geleden
V.
V.
Waar is de rest van de uitleg over het gedicht van een zomermiddag aan de amstel. Is dit wat je hebt of heb je nog meer informatie erover, en ben je vergeten het erop te zetten. Alvast bedankt voor de nuttige beeldspraak.
11 jaar geleden
Antwoorden