Zwemmen met droog haar door Kees van Kooten.
Uitgegeven door Uitgeverij de Bezige Bij.
Eerste druk in november 1991
Samenvatting:
Dit boekje gaat over het bezoek van een Roemeense vriendin van de vrouw van Kees van Kooten: Ralu Balescu. Het is een soort auto-biografisch boekje, waarin van Kooten beschrijft hoe de vriendschap van Barbara, zijn vrouw, en deze Roemeense vrouw tot stand is gekomen en zich heeft ontwikkeld. Op een grappige manier beschrijft van Kooten hoe zij op de "juiste manier" reageren op beschrijvingen van Ralu over de situatie in haar land en over het gebrek aan voedsel en andere artikelen in haar land.
Als zij het bijvoorbeeld over koffieroom hebben, zegt Ralu:'Koffieroom, room in Roemenië! Ach als wij toch eens wisten, nothingk hadden ze daar, nothingk! Geen melk, geen koffie, niets."
"En wij knikten, met smalle gezichten vol meegevoel. Daar heb ik een speciaal mondje voor."
De vrouw van van Kooten heeft haar tien jaar eerder ontmoet op wintersport. Daaruit is een briefwisseling ontstaan en ook is Barbara nog een keer met allerlei spullen naar Ralu teruggegaan. Na een aantal jaren heen en weer sturen van pakjes besluiten ze Ralu voor een vakantie naar Nederland te halen.
Ralu heeft altijd geprobeerd om de hulp die zij van het gezin van Kooten heeft ontvangen terug te geven, door zelf kleren voor Barbara en haar dochter te maken, (die uiteraard niet in de smaak vallen) en allerlei prullaria op te sturen.
Barbara en Kees proberen het Ralu zo veel mogelijk naar de zin te maken en overladen haar met cadeaus en spullen die zij op een verlanglijstje heeft geschreven.
Echter ze hebben er veel moeite mee om haar aandacht te geven. Ze vinden het zeer vermoeiend en proberen haar zoveel mogelijk te ontlopen, door allerlei uitstapjes voor haar te organiseren waarbij zij niet mee hoeven. Ze weten dit ook goed te praten voor zichzelf en zien niet waar ze mee bezig zijn. Dit alles beschrijft van Kooten op een meesterlijke manier, met een grappige schrijftrant, waaronder je wel een diepere betekenis kunt vinden. Ze denken dat ze Ralu een groot plezier doen, maar eigenlijk geven ze niet veel van zichzelf, ze "kopen"het als het ware af.
Het boek eindigt als Ralu weer naar huis is gegaan en aan Barbara een brief schrijft, waarin zij Kees en Barbara hartelijk bedankt voor hun gastvrijheid, maar dat het haar beter lijkt om een punt te zetten achter de vriendschap omdat het materiële aspect van hun vriendschap de gevoelsmatige vriendschap heeft verdrongen. Ralu geeft in deze brief blijk van een groot inzicht van de situatie.
Terwijl van Kooten haar heeft beschreven als een nogal naïeve, wat domme vrouw, komt zij hier toch uit de verf als een vrouw met inzicht en fijngevoeligheid. Zij had in de gaten dat al voor haar bezoek zij eigenlijk niet gewenst was en als een last werd beschouwd. Zij geeft aan van Barbara te houden als persoon en niet om de materiële zaken die zij van haar kreeg. En zij vraagt zich af hoe hun verhouding zou zijn gelopen als er geen verschil was geweest tussen de welvaart en cultuur tussen de beide landen.
De titel van het boekje heeft ook nog een betekenis; het is een Roemeens gezegde, het betekent zoveel als, doen alsof je bij de goeden, de moedigen hoort, maar anderen de kastanjes uit het vuur laten halen, net alsof je koppie onder gaat in het water, maar terwijl iedereen onderduikt dat je snel met je hand je haar nat maakt Eigenlijk laf gedrag dus.
Mijn verwachting van het boek:
Ik heb voor dit boek gekozen omdat iemand mij vertelde dat het wel een grappig geschreven boek was. Ik verwachtte dat het over vrouwen versieren ging in een zwembad. Ik heb namelijk al eerder een boek van van Kooten gelezen, namelijk "Veertig", dat was een heel verwarrend boek met allerlei flarden over vrouwen. Mijn verwachtingen over dit boek waren niet echt hooggespannen. Bij het vorige boek werd bijvoorbeeld heel veel verwezen naar onderdelen uit een televisieprogramma "van Kooten en de Bie", een programma dat ik niet kende en zodoende werd het boek vrij onbegrijpelijk voor mij. Maar in dit boek was daar geen sprake van. Het is een boek met een logische volgorde, dus heel goed te begrijpen. Ook de indeling van het boek was logisch.
Het is op een leuke vlotte manier geschreven. Mijn verwachtingen zijn in zoverre niet uitgekomen, dat het boek mij erg is meegevallen. Ook de inhoud van het boek was heel anders dan ik had verwacht. In plaats van een verhaal over vrouwen ging het verhaal over een vrouw uit een arm land die zij probeerden te helpen met geld en andere materiële zaken.
Mijn mening:
Het boek heeft zeker een humoristische inslag, maar onder deze grappige toon ligt ook een toon van ernst. Van Kooten realiseert zich eigenlijk dat het heel gemakkelijk is om iemand te helpen door het geven van allerlei spullen, maar dat het veel moeilijke is om een stuk van jezelf, van je tijd te geven. Het boek gaat eigenlijk over vriendschap, wat dat is, wat je ervan kunt verwachten en wat je er zelf voor moet doen. Wat mij erg raakte was de brief die Ralu op het einde van het boek aan Barbara schreef. Zij zei dat het haar speet dat materialistische zaken eigenlijk in de weg ven hun vriendschap waren gekomen. Dat het fout van haar was geweest om zoveel aan te nemen. Het gevoelsmatige van de vriendschap was daardoor vertroebeld en het was niet meer duidelijk of het nu om cadeaus ging, of dat hoe je over iemand dacht of voelde belangrijk was. Het was Ralu duidelijk dat Barbara al genoeg van haar bezoek had, voordat haar bezoek in Nederland begonnen was. Zij had zich niet welkom gevoeld. Tijdens de lessen van levensbeschouwing hebben wij het gehad over de waarde van materieel bezit en daardoor begrijp ik dit wel.
Ik denk dat Ralu gelijk heeft, door de ongelijkheid tussen Nederland en Roemenië in welvaart en cultuur is het moeilijk om op een gelijk niveau een vriendschap te onderhoueden. Het is voor ons heel makkelijk om even wat te kopen. En gebrek kennen wij niet. Wij drukken onze waardering voor mensen ook te vaak uit in materiële zaken. Dat is lekker makkelijk, maar eigenlijk niet goed. Het is beter om iets van jezelf te geven, je tijd bijvoorbeeld, tijd om iets leuks samen te gaan doen, of een goed gesprek samen te hebben.
Kees van Kooten realiseert zich dit ook en het is leuk om te lezen hoe hij op een leuke, grappige manier zichzelf beschrijft als een persoon die dit allemaal niet door heeft. Hij komt over als een stuntel. Iemand die niet weet hoe hij met emoties moet om gaan. Bijvoorbeeld het stukje waarin hij beschrijft hoe hij na een lezing een nachtje overblijft in een pensionnetje waarvan de eigenaar verdriet heeft omdat zijn moeder ernstig ziek in het ziekenhuis opgenomen ligt. Hij weet niet hoe hij daar mee om moet gaan en zegt en doet de verkeerde dingen op een zeer stuntelige manier.
Dat vind ik erg komisch aan dit boek. Van Kooten beschrijft op een zeer komische manier zijn doen en laten en dat van zijn familie. Deze manier van schrijven maakt het lezen van dit boekje erg gemakkelijk en leuk.
Mijn eindoordeel:
Ik vond dit een grappig boek, de manier van schrijven maakte het leuk om te lezen. De onhandigheid en klunzerigheid van van Kooten zijn zowel grappig als ontroerend. Het stukje waarin hij beschrijft hoe de eigenaresse van het pension met zijn rode onderbroek achter hem aan komt en hij in alle toonaarden ontkent dat die broek van hem is, dat is zeer humoristisch.
Ook zie je de persoon Ralu een hele ontwikkeling doormaken in het boek. Ze veranderde van een grappig naïef vrouwtje naar een vrouw die weet wat er in de wereld omgaat. Ook wist zij dat haar vriendschap met Barbara haar verder had geholpen en van grote waarde was geweest, maar dat het nu op was, er zat niets meer in.
De humor van van Kooten is een speciaal soort droge humor, waar je wel van moet houden en toevallig vind ik dat erg leuk.
REACTIES
1 seconde geleden