VLINDERS

Samenvatting

Het boek Vlinders van Simone van der Vlugt gaat over Zoë. Het is een meisje van dertien en ze zit nog maar net op haar nieuwe middelbare school. Haar ouders zijn een tijdje terug gescheiden en zij is met haar moeder en broer, Tijmen, verhuisd van Gouda naar Hoorn. Op een dat ziet Zoë op het schoolplein een jongen die haar aandacht trekt. Hij is aantrekkelijk en cool gekleed, hij lacht naar haar, maar niemand anders op het plein lijkt hem te zien. Na een paar dagen komt ze erachter waarom: Olaf is dood.
Olaf is door een stel jongens doodgetrapt op het schoolplein, ver voordat Zoë met haar moeder en broer in Hoorn kwam wonen. De daders zijn nooit gepakt. Toch ziet ze hem: Zoë is paranormaal begaafd en Olaf zoekt contact met haar. Zoë heeft op school niemand verteld van haar begaafdheid, want ze is bang dat ze er mee gepest zal worden. Toch wil ze wel met Olaf praten, want ze vindt het heel erg dat hij doodgeschopt is. Olaf komt dan bij haar thuis met haar praten. Hij vertelt dat hij de dag voordat hij werd aangevallen een drietal jongens heeft gezien toen ze een sigarenwinkel overvielen. De man van die winkel is daarbij gedood. De drie jongens zaten bij Olaf op school. Zij waren bang dat Olaf naar de politie zou gaan en hebben hem daarom aangevallen. Daarbij is hij doodgegaan. Olaf weet dat zijn vader het er erg moeilijk mee heeft dat de daders niet gepakt zijn. Olaf wil dat de daders alsnog achter de tralies verdwijnen. Hij vertelt ook dat een deel van de aanval op hem is gefilmd op een mobieltje door een meisje van school, Annenoor. Olaf vertelt de namen van de daders, en één van hen is een klasgenoot en vriend van Tijmen! Hij heeft niet meegedaan met schoppen, maar ook niet ingegrepen.
Zoë vindt het maar moeilijk: hoe overtuig de politie ervan dat je weet wie de daders zijn als je zelf niet bij de betreffende vechtpartij aanwezig was? Sterker nog – als je de overleden jongen vóór zijn dood nooit hebt gekend? Uiteindelijk merkt één van de klasgenoten van Zoë, Ivar, dat zij paranormaal is. Ze vertelt het ook aan Annenoor en de vader van Olaf. De vader van Olaf gaat naar de politie, maar ze hebben nog steeds geen bewijs. Annenoor, Ivar en Tijmen proberen de meeloper bang te maken, zodat hij de andere twee zal verraden, maar dat heeft het verkeerde effect: de andere daders worden erg boos op Zoë en vallen haar aan als ze alleen thuis is…
Maar gelukkig komt de politie op tijd en worden de daders gepakt. Dan bekent de meeloper en vindt de politie ook nog ander bewijs.

In het boek spelen door dit verhaal heen ook andere problemen. Zoë’s vader krijgt met zijn nieuwe vriendin een baby en daar heeft Zoë’s moeder het erg moeilijk mee. Ook voor Zoë en Tijmen is het vreemd. Verder gaat het boek natuurlijk om de paranormale gaven van Zoë en hoe ze daarmee in de klas en op school wil omgaan. Wat vertel je aan wie en hoe wordt er op gereageerd?

Titelverklaring

De titel verwijst naar de witte vlinders die Zoë af en toe in het boek ziet als er iets paranormaals gebeurt. Bijvoorbeeld aan het eind; als ze afscheid neemt van Olaf die, nu de daders gepakt zijn, niet meer zal verschijnen.