Tweestrijd door Joost Heyink

Hoofdpersoon.

De hoofdpersoon is Fanny zij is een meisjes van ongeveer 16 jaar. En ze heeft rood haar een woont alleen met haar moeder die allen maar voor een marathon traint. Haar hobby is foto’s maken. Het begon met een wegwerpcameraatje en na heel lang sparen kon ze een heel kleine digitale camera kopen. Ze heeft een zomerbaantje bij McBill.

Bijfiguren.

- Martin, hij is de vrolijke kok die ook bij McBill werkt.
- Wanda, werkt ook bij McBill maar Fanny vindt haar niet zo aardig.
- Debby, zij werkt ook bij McBill en Fanny mag haar wel.
- Fanny’s moeder, ze heeft het heel druk met trainen voor de marathon.
- Dwarf, De “probleem oplosser” van de organisatie
- Henry, De loverboy van Toos.
- Tonko, De baas van de Loverboy Organisatie.

Plaats van het verhaal:

- Op het werk. Fanny werkt bij de Mcbill, een fast-food restaurant. Deze plaats is zo belangrijk in het verhaal omdat het grotendeels hier afspeelt, maar ook Martin, haar beste vriend hier leert kennen.
- Cafés. Een ander deel van het verhaal speelt zich in cafeetjes af, waar Fanny afspraakjes heeft met haar loverboy maar ook met haar goede vriend Martin.
- Bij het huis waar Toos werkt. Omdat Fanny nog steeds haar vriendin Toos wil bevrijden van de loverboys en daarom gaat ze haar daar opzoeken.

De tijd van het verhaal:

De tijd waar het verhaal zich afspeelt is deze tijd. Omdat het een onderwerp is wat erg in onze tijd speelt. En vooral nu steeds vaker openbaar komt. In totaal duurt het verhaal zo’n 2 maanden.

Hoe is het verhaal opgebouwd? (Chronologisch, Flashbacks, Tijdsprongen?)

Het verhaal is niet Chronologisch opgebouwd, omdat het begint met een terugblik naar het 1e deel van de serie en dan gaat het verhaal later terug naar het heden.

Samenvatting:

Terugblik op het eerste deel: Nadat Fanny zich in de wereld van loverboys had gestort. Om verslag te doen over Loverboys en hun organisatie. Het is gelukkig goed afgelopen en ze heeft haar verslagen opgestuurd naar de Krant en de Televisie om zo meisjes te waarschuwen voor Loverboys.

Fanny is met haar verslagen over loverboys in de krant en op de televisie is gekomen. Maar eigenlijk is Fanny nog niet tevreden. Ze heeft nog steeds haar vriendin Toos niet kunnen redden. Haar vriend Martin vind dat ze zo wel genoeg heeft gedaan voor haar vriendin en vind dat ze ermee moet ophouden of ze moet de politie waarschuwen, maar als ze toch er toch mee wilde doorgaan zou hij wel achter haar staan. Fanny die doet verder onderzoek waar haar vriendin “Werkt” en vind het huis waar ze werkt. Fanny wil Toos graag opzoeken en dat doet ze ook. Ze heeft haar niet gesproken maar ze heeft alleen maar gekeken. Ze zag Toos denken: Alsjeblieft Fanny, Help me ik ben bang, maar aan de andere kant ook: Doe dit niet! Je brengt jezelf en mij in gevaar! De Loverboy Organisatie kreeg er lucht van dat Fanny Toos probeerde te helpen en stuurt haar een kort maar krachtig briefje: Jij bent mooi, zorg dat je het blijft, Zij is mooi, zorg dat ze het blijft. Het was een waarschuwing, ze moest bij Toos uit de buurt blijven anders zou ze zichzelf en Toos in gevaar brengen. Maar koppig als Fanny is geeft ze het niet op. Ze ging naar degene die Toos ook erg lief had, haar vader. Toen Fanny bij Toos haar vader kwam rook het daar naar bederf van eten en een urine lucht. De man was erg verwaarloosd. Fanny kon zien dat hij Toos miste. Maar toen ze hem naar haar vroeg leek het dat het hem allemaal niks kon schelen. Fanny kon het haast niet geloven. Daarom vroeg ze ook door. Toen kwamen de ware gevoelens van de man naar voren. Hij had zijn dochter Toos ook gezocht en proberen uit de handen van die loverboys te redden, maar hem was hetzelfde overkomen, hij had ook een waarschuwing gekregen. Hij was machteloos. Dus heeft hij het daar maar bij laten zitten. Maar dat was Fanny niet van plan. Ze zou en moest haar vriendin helpen. Daarom ging ze ook door met haar plan. Op een dag wilde Fanny Toos weer opzoeken. Dat deed ze ook, maar samen met Martin, maar ze wist niet dat Dwarf ook op de loer lag. Fanny had de 1e keer al ontdekt dat je ook via een steeg achter het huis waar Toos werkt binnen kon komen via het balkon. Toen ging ze naar binnen, daar trof ze Toos aan, maar die reageerde heel anders dan ze had verwacht, de reageerde kil en zei dat ze moest opzouten! Dat ze hun alle twee in gevaar bracht! Fanny stond perplex… Waarom deed Toos dit? Ze bleef praten. Toos was bang en keek door de gordijnen en zag dat Martin op Fanny stond te wachten. Ze zei: “Ik zie dat je niet alleen bent? Je hebt iemand bij je”. “Ja, Martin” zei Fanny. Toen zei Toos: “Dan staat hij aan de verkeerde kant!”. Op dat moment was Dwarf al in aantocht en Fanny moest snel het huis uit. Maar toen was het al te laat. Dwarf kwam door de voordeur binnen en pakte haar vast en zei dat ze maar rustig moest blijven anders zou hij optreden. Toen bedacht Fanny dat Martin er ook nog was. Ze waarschuwde hem en Martin kwam haar helpen, maar Dwarf had het al door en wachtte Martin op en sloeg hem knock out. Fanny die niet twijfelde sloeg met een vaas Dwarf op zijn hoofd en hielp martin, maar toen kwam Dwarf weer bij en wilde ze alle twee van het balkon duwen. Dat mislukte. In plaats daarvan duwde Fanny hem van het balkon en Martin en zij ontsnapten. Toen renden ze weg want de rest van de organisatie was ook al in aantocht, onderweg keek Fanny achterom en tot haar verbazing zag ze dat Toos was meegaan! Fanny vroeg waarom ze dat had gedaan en Toos zei: “Als ik was gebleven was ik er nu niet meer”. Dus op het einde had Fanny toch nog gewonnen, Toos was gered en alles kwam weer op z’n pootjes terecht.