Hoe goed is jouw kennis over wachtwoorden? 🔐
Test jezelf met deze quiz!

Doe de quiz!

Trouwen door Gerard Walschap

Beoordeling 8
Foto van een scholier
Boekcover Trouwen
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 6e klas vwo | 1810 woorden
  • 5 januari 2011
  • 3 keer beoordeeld
Cijfer 8
3 keer beoordeeld

Boek
Auteur
Gerard Walschap
Genre
Streekroman
Liefdesroman
Taal
Nederlands
Vak
Eerste uitgave
1933
Pagina's
172
Geschikt voor
havo/vwo
Punten
2 uit 5
Oorspronkelijke taal
Nederlands
Literaire thema's
Godsdienst,
Liefdesrelatie: problemen

Boekcover Trouwen
Shadow
Trouwen door Gerard Walschap
Shadow
ADVERTENTIE
Welke studie past bij jou? Doe de studiekeuzetest!

Twijfel je over je studiekeuze? Ontdek in drie minuten welke bacheloropleiding aan de Universiteit Twente het beste bij jouw persoonlijkheid past met de gratis studiekeuzetest.

Start de test

1. Zakelijke gegevens
a. Gerard Walschap
b. Trouwen
Querido
Amsterdam 1973
7e druk
116 blz.
c. Geen motto, geen opdracht.

2. Keuze en eerste reactie

Op aanraden van Anja (van de mediatheek) heb ik ervoor dit boek te lezen. Het boek was oud en niet bepaald spannend, toch vond ik het boek wel enigzins boeiend.

3. Verdieping

a. Samenvatting
In het dorp van het verhaal woont een brouwer die Steenackers heet. De familie Steenackers heeft een dienstbode die Karlien heet. Tegenover de familie Steenackers zit een kruidenierszaak "In de koffieboon". Toon van Oepstal, de jongste broer van de bazin van "In de koffieboon", hij ontmoette Karlien daar weleens. Na een tijdje kwam "In de koffieboon" te koop. Toon kocht de winkel en trouwde 3 maanden later met Karlien. Karlien raakte na verloop van tijd zwanger en Rik werd geboren. Hij werd er letterlijk en figuurlijk kind aan huis.. Rik werd ouder en ging studeren op kosten van de brouwer. Hij moest priester gaan worden. Omdat Rik zich bij het college elke keer zo misdroeg werd hij weggestuurd. Bij het college daarna ook. Bij het derde college hield hij het nog tamelijk lang vol. Hij werd niet weggestuurd. Hij besluit echter om zelf maar weg te gaan, want de studie boeide hem niet zo. Hierdoor krijgt hij ruzie met Toon, zijn vader. Toon slaat Rik en wordt tot zijn grote verbazing teruggeslagen. Rik dreigt zelf nog om hem met een hamer te slaan, maar hij slaat uiteindelijk niet. Zij vader spreekt een vloek over hem uit. Hij zal later door zijn zoon geslagen worden met een hamer. Rik gaat dan bij de familie Steenackers wonen en spreekt zijn vader bijna niet meer. Hij gaat een hoveniers opleiding volgen. Als Toon op zijn sterfbed ligt, vraagt hij nog naar Rik en Rik wordt bij hem gehaald. Toon sterft tijdens het gesprek met Rik en Rik toont totaal geen emoties behalve dan dat hij bang is dat de geest van Toon hem zal blijven achtervolgen. De dienstbode van de familie Steenackers, Alfonsine, raakt zwanger van Rik en wil met hem trouwen. Zij wil ook eigenaresse zijn van de winkel als Rik deze ooit zou overnemen. Rik wil dit niet en krijgt ruzie met de brouwer. De brouwer wil daarna niks meer met Rik te maken hebben. Ook zorgt hij ervoor dat Alfonsine wordt weggestuurd. Zij vertrekt naar Brussel. Net op het moment dat hij zijn hoveniers examen moet gaan doen wordt zijn moeder ziek en blijft hij bij haar. Hierdoor hij haalt hij weer geen opleiding. Karlien gaat dood en weer is er geen echt teken van emotie bij Rik. Rik gaat aan de alcohol en raakt zijn vrienden kwijt. Ook kan hij de huur van het huis niet betalen en raakt hij zijn huis kwijt. Hij vereenzaamd meer en meer en besluit zelfmoord te gaan plegen. Hij wil voor de trein gaan liggen, maar hij ziet nergens een trein. Hij loopt naar een huisje dat vlakbij staat voor wat afleiding. Daar woont Mie Zaterdag. Hij wordt verliefd op haar en besluit toch maar geen zelfmoord te plegen. Uiteindelijk trouwen ze. Ze gaan samen in het oude huis van Toon wonen. Dit betalen ze met wat geld dat Mie nog ergens tegoed had. Rik wordt uitgelachen in het dorp dat hij met een Zaterdag is getrouwd. Dit is namelijk een arme bakkers familie. In de winkel komen bijna geen klanten meer omdat Rik bekend staat als een asociaal. Mie gaat in een fabriek werken en verdient al het geld. Rik schaamt zich hier een beetje voor en gaat na de geboorte van hun eerste kind (daarna komen er nog 11) zijn waar op straat verkopen. Hij gaat gewoon de dorpen langs. Uiteindelijk blijkt dat Mie geld gespaard heeft en zij koopt een stukje land voor Rik. De vader van Mie verveelt zich thuis maar en vertrekt. Hij weet nog niet waarheen, maar hij belooft dat als het slecht met hem gaat dat hij hen dat zal laten weten. Rik en Mie gaan in zijn huis wonen, want dat huisje ligt dichter bij het stukje land. Ze kopen nog meer land en verkopen het geen wat ze verbouwen op de markt van Brussel. Ze sparen weer geld en bouwen een veel groter nieuw huis. Alfonsine, die de werkster was van de familie Steenackers, schrijft een brief en komt langs met haar dochter Elvire. Dit is dus ook de dochter van Rik. Elvire is nog boos op Rik dat hij destijds haar moeder heeft laten barsten toen ze zwanger van hem was. Rik durft alleen tegen niemand te zeggen dat Elvire zijn dochter is. Hij is bang dat Mie dat niet leuk zal vinden. Elvire doet alsof ze Riks slimste zoon, "Kop", verleid. Dit vindt Rik niet leuk, hij houdt ze continu in de gaten. Rik betrapt ze een keer als Kop en Elvire wat liggen te rotzooien in het schuurtje. Rik en Kop vechten en uiteindelijk wordt Rik door Kop met een hamer voor zijn hoofd geslagen. Rik overleeft het en realiseert dat dit de vloek van zijn vader was.

b. Onderzoek van de verhaaltechniek

1. Het taalgebruik is voor (jonge) lezers zeer ouderwets. Er is sprake van archaïstisch taalgebruik en een licht dialect. Toch is het taalgebruik niet ingewikkeld.

2. Het verhaal speelt zich af in een dorpje bij Vilvoorde (dat ligt in Vlaanderen). Op ongeveer de helft van het boek gaat de familie wonen op een stuk land dat “Oepstal” heet.

Het is de tijd van de fabrieken, fototoestel en veel kinderen. Dus de 19e eeuw/ begin 20e eeuw.

De totale tijd van het verhaal bedraagt (denk ik) zo'n 65 jaar: op zijn twintigste ontmoet Rik Mie, en ze vieren op een gegeven moment hun 25 jaar huwelijk, Mie sterft en wordt tegen het eind verteld over het feit dat Mie meer dan 20 jaar geleden stierf. Dit maakt samen iets meer dan 65 jaar (alhoewel er over de laatste 20 jaar ook maar bitter weinig wordt verteld, dus eigenlijk zo'n 45 jaar).

3. De centrale figuur is Hendrik van Oepstal, hij komt in elk hoofdstuk voor, en als hij niet voorkomt, -gaat het om iets dat met hem betrekking heeft (zoals de ontmoeting van zijn ouders). Rik wordt als jongen verwend door zijn ouders, die op een te late leeftijd aan kinderen begonnen, en door de brouwer, die het weinige gezag dat de ouders nog hadden, volledig ondermijnde. Zo groeit hij op tot een egoïstische jongeman, die een meisje zwanger maakt, zonder haar te trouwen. Hij krijgt grote schulden door teveel drankgebruik en te weinig werk.

Mie Zaterdag is een sterke vrouw. Haar invloed op Rik is dan ook treffend; je zou zelfs kunnen stellen dat hij zonder haar niets waard is. Door haar sterke persoonlijkheid stampen ze samen een weldraaiende zaak uit de grond; het begint bij Rik die met een karretje groenten van deur tot deur gaat, en eindigt zowat bij een heel gehucht 'de Oepstal' genaamd.Mie is ook zeer vruchtbaar: ze brengt 11 kinderen ter wereld (ze sterft als ze in verwachting is van de twaalfde), maar over die kinderen wordt betrekkelijk weinig verteld. Wel weet je dat de twee oudste zoons zijn (ze trouwen toch met een meisje) hun naam wordt echter niet vaak vernoemd, wel weten we dat de oudste Noo heet (Kop schrijft dit in zijn brief naar Elvire aangaande de levering van de patatten)maar de naam van de andere (en van de rest van de kinderen behalve Kop) wordt niet vermeld, alsof het niets uitmaakt, dan heb je nog Kop (ook zijn ware naam wordt niet expliciet vernoemd, wel drukt hij een stempel met 'van Oepstal Isidoor' hetgeen doet vermoeden dat hij Isidoor heet), ze hebben ook een dochter (die de rol van Mie overneemt na diens dood). Ze hebben meer dan één dochter, want op p163 gaat het over 'de oudste der meisjes'. De kinderen van Rik en Mie spelen, op Kop na (die wel een naam krijgt), een achtergrondvullend rolletje in het verhaal.

4. Het verhaal wordt verteld door een auctoriale 'hij' verteller, die het leven van Rik van Oepstal van op afstand bekijkt. Riks gedachten worden niet beschreven (al worden ze dit niet helemaal, of toch niet duidelijk genoeg) maar ook die van Toon (in het prille begin van het boek), die van Kop, Mie en de anderen. De verteller kent alle personages door en door, maar toch vertelt hij niet elke gedachte die bij elk personage opkomt.

c. Op zoek naar de themathiek
1. Er is de verhaallaag van het leven van de ouders van Rik. Een andere verhaallaag is van de jeugd van Rik en ten slotte heb je ook nog die van Rik als vader van zijn kinderen, getrouwd met Mie.

2. De thema’s zijn geloof en huwelijk. Door het huwelijk maakt Mie van de flierefluiter Rik van Oepstal een eerbiedwaardige man en Mie kan zich opwerken van 'uitschot van kasseier Zaterdag' tot een gerespecteerde vrouw met eigen huis (zelfgebouwd en enorm groot)..

3. De viering van hun 25-jarig huwelijk. Mie blijkt weer zwanger te zijn.

4. De volgende motieven komen voor in dit boek: eenzaamheid, liefde, depressiviteit.

5. Het moment waarop ze verhuizen naar Oepstal en daar een nieuw bestaan beginnen.

6. Nvt, het boek heeft geen motto.

d. Plaats in de literatuurgeschiedenis

1. In 1933.

2. Jacob Lodewijk Gerard baron Walschap (Londerzeel, 9 juli 1898 - Antwerpen, 25 oktober 1989), zoon van een kleine kruidenier, was een Vlaams schrijver, vooral van romans. Hij studeerde goed en wilde missionaris worden, en grootse dingen doen, volkeren bekeren, zoals hij later zelf zei. Walschap begon in Leuven aan de studie voor priester, maar vlak voor hij de eerste wijdingen moest ontvangen, stopte hij ermee. Hij besefte dat priesterschap en celibaat niet aan hem waren besteed. Hij ging werken op de redactie van het katholieke Vlaamse weekblad Het Vlaamsche Land en later voor Hooger Leven. Hij begon de Deense, Noorse en Russische grote auteurs te lezen en stilaan kwam hij tot nieuwe inzichten over schrijven, inzichten die hij een leven lang zal toepassen en waarvoor hij door de katholieke Kerk zou worden aangevallen, besmeurd, gecensureerd en gebroodroofd.

(Bron: http://nl.wikipedia.org/wiki/Gerard_Walschap)

3. Het boek is geschreven vóór de WO II. De kerk en het geloof is heel belangrijk.

4. Ik heb geen andere werken van Gerard Walschap gelezen. Ik kan dan ook geen vergelijkingen maken.

5. Het is geschreven vóór de WO II. In het boek gaat Mie werken in een fabriek; dat deden veel vrouwen in die tijd.

e. Beoordeling

1. Ik vind de leesbaarheid heel belangrijk en dat is bij dit boek heel positief.

2. Dat Rik Mie ontmoet, met haar trouwt en zijn leven verbetert.

3. Nee.

4. Een vrouw die een man het rechte pad op helpt is van alle tijden.

5. Doordat ik ouderwets taalgebruik wel gewend ben, vind ik het archaïstische taalgebruik niet storend.

6. Ik ben niet heel enthousiast, maar ik ben wel positief over dit boek.

7. Nee, want de meeste jeugd is dit soort taalgebruik niet gewend, dus dat maakt het boek niet echt leesbaar voor hen.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.